-
Aantal bijdragen
3.129 -
Geregistreerd
-
Laatst bezocht
Alles door Tomega geplaatst
-
Als we het moeilijker moeten maken dan het oorspronkelijk was, zou het dan te eenvoudig geweest zijn om waar te kunnen zijn? Alleen door visualisatie, kun je zien wat je denkt. Als je tenminste nadenkt bij wat je ziet, en wetgetrouw bent bij je visualisatie. Je kunt een school vissen observeren en concluderen dat een tekort en een surplus als vanzelf wordt opgelost. Zo ook een pot knikkers waarvan je een tekort en een surplus normatief herdefinieert als deel van het totale aantal. Maar als je de vissen en de knikkereigenaars vrijelijk kunt laten kiezen voor het maken van een
-
Mooi dat je visualiseert wat je zegt. Maar het eenmalig aflossen van schulden brengt niets, als vrijelijk nieuwe schulden kunnen worden gemaakt. Als je verbiedt om schulden te maken, is er een norm. Ook als je de zachte norm implementeert dat schulden maken niet helpt, is er een norm. Maar die oplossingen bieden geen oplossing als er desondanks wel schulden worden gemaakt. In die situatie dan aankomen met een formule die het beeld schetst dat de norm zeker wordt gehaald, kan getypeerd worden als puur psychologisch, kinderlijk speels, niet meer, niet minder. Maar het lijkt me meer een te kort a
-
Een tekort toerekenen een vorm te zijn van duisternis, die met een abstractie weggepoetst kan worden, getuigt van weinig realiteitszin, met een hoog luchtfietsgehalte. Zinvoller is om het tekort te erkennen als feit van realiteit, en de last ervan te dragen in lichtvoetige vrijheid in geraaktheid door het licht. Ze waren zo moe dat ze zich er snel vanaf dacht te kunnen maken.
-
Wel zuiver formuleren; als je twee getallen zou nemen die in een bepaalde verhouding staan tot elkaar, en je deelt die door een van die twee getallen, verandert dan de verhouding? Dat geeft een vraag waarom je deelt door juist één van die twee, en wat daarvan toch de betekenis is, die je zo mooi past, maar die je in essentie niet ziet.
-
Helemaal niet vaag, hebben al honderd keer verwezen naar een vergeten element in het denken, maar dan ben je telkens weer weg. Of wil je die oefening nog eens maken? Stampend rende de olifant door de porseleinkast, wijzend met zijn slurf omhoog. Hij tetterde het uit, met spuit en luid: Zie de regenboog die in de hemel staat, en wat het eind bewoog, dat ons nu naderen gaat. In de ban van zijn gelijk, gaf hij van cognitieve voortschrijding geen enkele blijk, en wat in z'n weg werd gelegd, werd gemist verpletterd en relevantie ontzegd, want hij voelde zich geen olifant in alarmsta
-
Ik weet wat ik weet, onnodig om daar een melodramatische dissonant in te leggen, door dat er in te gaan zien. Nuchter is overrated, en doordacht is als tunnel en obsessief doordrammen door en door verdacht, ver verwijderd van wie nadacht en besloot om in bedachtzaamheid te rusten. Pijnloos, en verbindend.
-
Sorry, maar ik hoef geen opdringerige bezorgdheid c.q. hulp; ook niet als die gratis zou zijn. Graag leer ik van je, maar het is aan mijzelf wat van jouw inbreng voor mij waardevol is, of als onnodig het putje in gaat. Dat klinkt als een bezorgde moeder, die heel de weg naar school achter haar kind aan blijft hollen met al haar goedbedoelende wensen en instructies van het hangen van de jas en het strikken van de veters tot de epietlutmologische onoverkomelijkheden voor zijn ziel dat het die dag redelijkerwijze kan ondervinden. Ik zou wat meer vertrouwen hebben als ik jou was. Als k
-
hoe kan het dan dat het steeds wat kost?
-
Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet, en dat ben jij. Jij ziet, jij ziet, maar zegt het niet; dat ben jij.
-
Je verklaart niet wat je ziet, en dat maakt wat je zegt te zien volkomen tevergeefs, en betekenisloos: ijdel; dat is niet zonder moeite, maar wel volkomen tevergeefs. Het bewijst, dat jou iets anders bezighoudt. Ik bemoei me daar niet mee; maar ik spiegel wat ik zie. 1 Corinthiërs 1:19-21 Want er is geschreven: Ik zal de wijsheid der wijzen doen vergaan, en het verstand der verstandigen zal Ik te niet maken. Waar is de wijze? Waar is de schriftgeleerde? Waar is de onderzoeker dezer eeuw? Heeft God de wijsheid dezer wereld niet dwaas gemaakt? Want nademaal, in de wijshei
-
Psalm 119:126-130 Het is tijd voor den HEERE, dat Hij werke, want zij hebben Uw wet verbroken. Daarom heb ik Uw geboden lief, meer dan goud, ja, meer dan het fijnste goud. Daarom heb ik al Uw bevelen, van alles, voor recht gehouden; maar alle valse pad heb ik gehaat Uw getuigenissen zijn wonderbaar, daarom bewaart ze mijn ziel. De opening Uwer woorden geeft licht, de slechten verstandig makende.
-
Geld komt normatief niet uit het niets, en de essentie is steeds hetzelfde: iets anders.
-
Zo gaat het, het verschil tussen een wetenschappelijk bewijs en wiskundig bewijs is wezenlijk, het is niet ongeveer juist. Laten we ter ere van koningsdag, nog even aandacht geven aan het zuivere en het correcte. Een poging. 1. Formulewijsheid Als het gaat om jouw formule, dan breng je geen inhoud, maar een denkraam, dat altijd geldt voor elke situatie. Want jij rekent met een verschil in M dat je deelt door M, zodat de uitkomst in M is, ongeacht het verschil. Ik gaf je een voorbeeld van een knikkerpot met M knikkers en een van M afwijkend aantal kinderen met een aandeel in de
-
Hoe staat het met het zaaigoed dat jij hebt meegekregen? Of is het goede dat je ondervindt van God, vooral nodig om je eigen ziel te redden en staande te houden in deze wereld? Dat zou geen schande zijn, maar als je spreekt van hun zaaien en hun oogst, is volgens mij de heilige Geest eventjes stil. Want het was in jou dat ook daar werd gezaaid. Mij gelukte niet eens om me daar aan te melden. Een is het die zaait en een is het die maait. Hoe zou de zaaier klagen over het niet opgekomen zijn van gewas? En welke visser klaagt, dat hij met lege netten in de haven is gekomen
-
Dank je TTC. Met (X+M)/M, is je nieuwe geldhoeveelheid M' = 2 x M = 100 cash + 100 nodig. want X/M + 1 = X/M+M/M = (X+M)/M Dus je noemt hoeveelheid M', wat je nodig hebt. - Wat denk je dat het uitmaakt of je in je hoofd het nieuwe het oude noemt? - Hoe denk je dat de oude bezitters de verwatering van 100% waarderen? Je recycle voorbeeld kan ik niet volgen.
-
Dat, en de wiskundige waarheid dat het ook waar is en 100% zeker: Als bij wonder hebben we ontdekt dat we het nog simpeler kunnen maken, nu kan het niet meer misgaan. M=E F M/F=E/F M-M/F=X Zo verdwijnt ook die S in de redenering, kan je dan iets met die X? X = (F-1)/M => TTC-verstrooiing (Tita Tovenaar Confusion) M/F=E/F => F => X Limiet F naar => X = M Limiet F nadert tot 0 => X = Allemaal stof-, zand-, en obstakelsopwerping, om niet te hoeven zegg
-
Als bij wonder hebben we ontdekt dat we het nog simpeler kunnen maken, nu kan het niet meer misgaan. M=E F M/F=E/F M-M/F=X Zo verdwijnt ook die S in de redenering, kan je dan iets met die X? De enorme glazen pot met knikkers staat uitdagend bij meester op de tafel. Hoeveel zouden dat wel niet zijn? Misschien wel duizend ! De kinderen staan te dringen om hem heen. Elk kind mag een even veel. Hoe lost meester dit op zonder een enorme chaos, en vooral ook zonder ergens foutjes te maken? Meester telt de kind
-
Jawel, en toen antwoordde ik dat A-A/F=C/F gelijkwaardig is aan A=(C+A)/F, wat weer geeft dat F x A = C+A Dus de logische voorvraag is: waarom zeg jij extrapolatie? En ook: gebruik jij de gelijkwaardigheid niet? met als hoger doel: laat zien wat je met die formule wilt zeggen. Want vooralsnog lijkt het er meer op dat iemand anders jou met die formule heeft overtuigd, waarna jij niet meer bent dan een lemming. En dat zeg ik omdat ik bij jou niets krijg wat boven de abstractie van de formule uitgaat, waardoor heel deze draad als bewijs kan dienen, dat je nog niet één keer iets van ei
-
F doet niets anders dan zeggen dat A+C=B+D immers: F=(C+A)/A geeft ook F = (C+B)/B => (C+A)/A = (B+D)/B => (C+A)/A=(D+B)/B=(C+A)/B=(D+B)/A Je kunt eeuwig doorgaan, maar F is geen eenheid, maar een sleutel om A en C uit te drukken in zichzelf. Maar jij gaat verder: door de uitdrukking in zichzelf bouw je een cirkelredenering in, een 'loop' die ervoor zorgt dat je oorspronkelijke concrete hoeveelheid het totaal is van de vergrote hoeveelheid. En je variabelen druk je allemaal uit in F (delen door F) zodat je een sluitende redenering hebt waarin A (geld) de maat geeft en F (schuld
-
Vanzelf. Had je dat gedaan, dan had je niet gesproken. Uit het feit dat je komt en iets brengt, is redelijk zeker dat je van mening bent dat iets wel bestaat, waarvan je gewag doet.
-
Of iets waar is, is een zaak van je denkraam; je systeem van denken, dat automatische hyperlinkjes en vragen heeft tot het niveau dat iedereen het accepteert als vanzelfsprekend. Bij elke waarheid is daarom relevant wat het raamwerk van denken is in termen van de paradigma en leer en wat je gelooft zonder nadere verklaring. Bekijk het filmpje van Feynman, die bij een vraag over magneetkracht een antwoord niet alleen uit de weg gaat, maar deze ook een nieuwe invulling geeft, zonder dat de vragensteller er een vinger achter kan krijgen. En dat brengt je dan op het meest essentiële van dergelijk
-
Wat ik zeg over tijdloosheid, draagt zichzelf. Niet bedoeld is om een niet-gedefinieerde lading van jou te dekken. Ik kan jouw geld niet aanwenden, dat is van jou alleen. Daarom moet jij niet wachten op mij, maar vertellen hoe jij je geld uitgeeft. En dan zeg ik wel hoe ik dat anders zie, of dat ik het met je zienswijze eens ben. Ja, wat je zegt inderdaad. Of het met symbolen is, of met morele lading of met eenvoudig plussen en minnen, en wat je niet weet uitdrukken als een tekort, die je dan weer schuld S kunt noemen. Dat is dan weer een koppeling waarmee je lading en ramp
-
- Een sektarisch persoon, herhaalt domweg tot hij erbij neervalt. Een gelovige is overtuigd van een waarheid, en hij gaat vrij op alle paden en dwarspaden om te onderzoeken hoe dat toch werkelijk zit en doorwerkt. Waar sta jij? - Een preventieve hulpvraag, daarmee bedoel je jouw preventieve vraag om hulp te bieden aan een ander? - Apart is dat je niet in staat bent om beschrijven hoe schulden worden herleid tot nul, terwijl elke individuele schuld een schuldenaar en schuldeiser heeft. - Ondertussen heb je wel iets moois neergezet. Met het voortschrijdend naderen van een overdr
-
Twee punten van zijn aandacht zijn: (waarschuwen voor) dwaalleer en (recht) oordelen. Laat ik die nemen als leidraad. Sabbat Hij zegt dat de sabbat een herinnering is => Dat is geen recht oordeel, maar een dwaling, - want God zegt: "Zo zij in mijn rust zouden ingaan!" - want de heilige Geest zegt: "zo blijft er nog een rust over" en: "benaarstig u om die in te gaan!" Hij zegt dat Christus aannemen ook de rust geeft => Dat is geen recht oordeel, maar dwaling, - want Christus zegt: "Mijn juk is zacht en mijn last is licht." - want de heilige Geest zegt: "Werk wanneer
-
Helder; neem even een moment voor jezelf.