TTC
Members-
Aantal bijdragen
29.347 -
Geregistreerd
-
Laatst bezocht
Alles door TTC geplaatst
-
Infantiele niveau? Het gaat over bronkennis. Zullen dan denken dat je dat leuk vindt, omdat je graag iedereen in een ravijn ziet storten.
-
Toch simpel, het gebruik van bronkennis leidt tot ervaringskennis, niks verwarrends aan.
-
Was je, jij die zo graag mensen in ravijnen ziet storten, er misschien persoonlijk bij toen de wereld van miljoenen mensen op één dag in elkaar stortte? Was het ook prettig om daar getuige van te zijn?
-
Een vat bier of zo? Ervaringskennis kan letterlijk over vanalles gaan, waarna misschien de hoop gekoesterd kan worden dat lotgenoten niet hetzelfde dienen te ondergaan.
-
Ervaring leert dat consensus over bronkennis mogelijk is, het zegt echter niets over hoe we vervolgens met die bronkennis omgaan.
-
Met behulp van het Elaboration Likelihood Model en het Johari-venster zijn we toch alweer een halve centimeter verder geraakt, wat toelaat om er alvast even een hulpvraagje over te stellen om ons te kunnen vergewissen dat we niets over het hoofd hebben gezien.
-
Kurt Gödel heeft een enorme invloed gehad op het wetenschappelijke en filosofische denken van de 20e eeuw, doordat hij het eerdere werk van Bertrand Russell, A. N. Whitehead en David Hilbert om de wiskunde op een formele basis van een sluitend overkoepelend axiomatisch systeem te grondvesten, in belangrijke mate ondergroef.
-
Het vasthouden van informatie kan op twee manieren worden belemmerd. Indrukken of kennis kunnen passief vervagen, of kunnen op een meer actieve manier door interferentie met andere informatie uit het geheugen verdwijnen. Iets wat recent is geleerd kan bijvoorbeeld iets anders dat wij vroeger hebben geleerd weg- of onderdrukken. Men spreekt dan van retroactieve inhibitie. Ook het omgekeerde, proactieve inhibitie geheten, kan plaatsvinden, iets wat vroeger is geleerd kan iets anders dat later is geleerd onderdrukken.
-
Staat er morgen nog hoor, hoef je écht niet aan te twijfelen.
-
Houden het amper voor mogelijk, alsof we Zijn en zijnden in het Chinees zouden schrijven dat het niet meer hetzelfde zou zijn.
-
De wet van de spaarzaamheid maakt je duidelijk wat naastenliefde is, wellicht niet eens mogelijk door de wet van de derden die een reeks opties buiten het collectieve aandachtsveld houdt. Desgevallend kan een redelijk discours pas verwacht worden na het doorzien van een aantal dubieuze logica's die in stand gehouden worden door nu net bronkennis niet als volwaardig te respecteren. Dat we dan nogal mysterieuze onzichtbare handen nodig hebben om finaal te kunnen zeggen dat het simpele in het complexe zit, niet meer dan begrijpelijk. Gelukkig hebben we Hopper nog, en wikipedia voor wie het enigsz
-
Logica is logica, verder bestaat er zoiets als het toepassingsgebied of praktische voorbeelden om er überhaupt een dialoog over te kunnen voeren. Maar dat is totaal iets anders dan het geleuter dat elke vorm van dialoog in milde overreding onmogelijk maakt, het is brabbelen onder het mom van zelfkennis. Klopt, lijsten met paradoxen vinden we op Wikipedia die hij er stiekem is komen opzetten, vriendelijk weliswaar.
-
Ja, bij oplossingen merken we onmiddellijk wat er met een aantal logicakwesties bedoeld wordt, en de verwarring die hieruit volgt zoals begrepen kan worden binnen een combinatie van niet-monotone en/of paraconsistente logica. En zo krijgen we een wereld waarin mensen zich zorgen kunnen maken over een probleem dat reeds opgelost is, en anderen die van niets weten en het nog bestrijden ook.
-
Maar wat is er heilig aan een verbod dat ongeveer 2,5 duizend jaren geleden werd uitgevaardigd door een wijsgeer die leefde in een wereld gevuld met 2,5 duizend jaren minder kennis en inzicht? Waarom moet elke contradictie onwaar zijn? Biedt onze wereld, die over lijkt te koken van tegenstrijdigheden, dan geen ruimte voor een logica met contradicties?
-
Het zou dus kunnen dat een gegeven probleem reeds opgelost is, maar dat niet iedereen dat weet? Metadenkend misschien wel, anders dan er als nietsvermoedende leken hulpvragen over te stellen, sterkte.
-
Ik begrijp nog steeds niet goed wat paraconsistente logica nu precies wil zeggen, laat staan niet-monotone logica.
-
Meen je dat nu?
-
Het gegeven dat de klassieke logica op verscheidene manieren is uit te breiden om velerlei facetten van de alledaagse redeneerpraktijk streng te begrijpen zonder het verbod op tegenspraken op te offeren, lijkt voldoende om de roep om paraconsistentie te mogen negeren.
-
In zijn Metafysica brengt Aristoteles een wijsgerig beginsel onder woorden dat hij het meest fundamentele van alle beginselen achtte, een beweerzin en zijn ontkenning kunnen niet beide tegelijk waar zijn. Met andere woorden, elke contradictie is onwaar. Gegeven dat niemand willens en wetens onwaarheden wil debiteren, tenzij iemand liegt, functioneert dit beginsel als een verbod op tegenspraken.
-
Door die vereenvoudiging werd steeds transparanter hoe dat nu precies kwam, maar ook telkens opnieuw overladen door dat wat nu net de noodzaak tot vereenvoudiging induceerde.
-
Niet ongebruikelijk en/of onlogisch is dat het advies loslaten tot bronkennis leidt, simpelweg omdat we ons kunnen identificeren met allerhande manifestaties die we ermee in het leven kunnen roepen. Ervaring leert echter dat hulpvragen met betrekking tot het deels verdringen van die bronkennis veel lastiger liggen, ondanks fundamenteel kenbaar toch veel vaker ook onbemind. Kortom, de hoop die we middels het loslaten kunnen opladen en zelfs tot enige euforie kan stemmen, kan ook tot een haast ondraaglijke gewetenskwestie verworden. In deze dynamiek zien we ook hoe sociale innovatie een vorm van
-
Ik denk dat we al van geluk mogen spreken dat er geen andere mensen bestaan, stel je voor dat ze dit zouden begrijpen.
-
Van niets kunnen we zeggen dat het ergens is, anders dan wat ongelijk verdeeld kan worden. Je bedoelt wellicht Justin Bieber, werkelijk geen idee waarom je altijd alles zo verwarrend wil maken.
-
Als door een carwash lopen voor zware trucks, maar dan met zandstralen.
-
Ockhams scheermes, of de wet van de spaarzaamheid, is de stelling dat wanneer er verschillende hypotheses zijn die een verschijnsel in gelijke mate kunnen verklaren, die hypothese gekozen moet worden die de minste aannames bevat en het kleinste aantal entiteiten veronderstelt. Het is een principe uit de kennistheorie dat wordt toegeschreven aan de 14e-eeuwse Engelse filosoof Willem van Ockham, een franciscaner monnik.