Spring naar bijdragen

Een reconstructie en bespreking van de (geheime) instructies van Jezus aan zijn eerste volgelingen


Aanbevolen berichten

Q 14: 26, 17: 33 / Lukas 14: 26, 17: 33 = Mattheus 10: 37, 16: 25-26

26 Degene die zijn vader en moeder niet verlaat kan mijn discipel niet zijn; en degene die zijn zoon en dochter niet verlaat kan mijn discipel niet zijn. 33 Wie zijn leven vindt zal het verliezen en wie zijn leven verliest vanwege Mij zal het vinden.

In de missie van Jezus gaat de discipel iedereen zien als kinderen van God en de oude familiebanden zijn storend in die radicale verandering in het beschouwen van mensen omdat ze associaties oproepen met oude gewoonten en manieren van omgaan met mensen. Daarom moeten de oude familierelaties doorgesneden worden. Vaak zie je in dit soort missies dat de familie de volgeling nog wel mag komen opzoeken, maar dan niet in de oude woonomgeving.

Q 14: 34-35 / Lukas 14: 34-35 = Mattheus 5: 13

34 Zout is goed; maar als het zout zijn zoutheid verliest, 35 waarmee moet het dan gekruid worden? Noch voor de aarde noch voor de mestvaalt is het geschikt - het wordt weggegooid. 

Ik begrijp dit gezegde uit Q nog onvoldoende. Het zout zal voor een bepaalde geesteshouding staan, maar hoe?

 

Q 14: 28-32 / Lukas 14: 28-32 Sondergut

28 Zou iemand van jullie bedenken om een toren te bouwen zonder er eerst voor te gaan zitten om de 29 kosten te berekenen, om zo te zien of je het kunt opbrengen om het af te bouwen? Anders, als hij de fundamenten had gelegd en dan niet in staat is om 30 het af te maken, zullen alle toeschouwers hem uitlachen."Daar is de man", zullen ze zeggen, "die begon te bouwen en het niet 31 af kon maken.

Het is erg slecht om aan een taak te beginnen en het dan niet af te maken. Het ondermijnt ook je doorzettingsvermogen, het kweekt defaitisme. Een eenmaal aangegane taak dien je te volbrengen.

Q 17: 3-4 / Lukas 17: 3-4 = Mattheus 18: 15, 22

3 Als je broer tegen je zondigt, dan wijs je hem terecht; en als hij berouw toont, vergeef hem. 4 En als hij zeven keer per dag tegen je zondigt, vergeef hem dan ook zeven maal.

Geen wrok of wraakgevoelens ontwikkelen, als iemand in de missie sorry zegt, moet je het vergeven en met een schone lei beginnen.

Q 17: 20b-21 / Lukas 17: 20b-21 = Mattheus 24: 26

20b De Heerschappij van God komt niet door observatie. 21 Ze moeten niet zeggen" "Hij kan geobserveerd worden in de wildernis, noch in de binnenste, geheime kamers". Want de Heerschappij van God is binnen jezelf!

Dit belangrijke gezegde dat je de Heerschappij van God (Heilige Geest) niet in de objectieve wereld moet zoeken, ook niet in de geheime delen van tempels of in de wildernis, werd verdrongen door christelijke fantasien over een collectief Koninkrijk van God, die na een apocalyps werkelijkheid zou moeten worden. Het is deels in Lukas en deels in Mattheus nog terug te vinden, maar niet meer als een geheel.

Q 19: 26-27 / Lukas 19: 26-27 = Mattheus 25: 29

26 Aan eenieder die heeft, zal gegeven worden; maar van 27 degene die niet heeft, zelfs wat hij heeft zal hem afgenomen worden.

De discipelen zijn bezig hun wereldse verlangens en gehechtheden los te laten om zich enkel nog te richten op de dienst aan en liefde voor de Heerschappij van God, om net zo te worden zoals de Meester Jezus al is (onvoorwaardelijke liefde). Door die eenduidige houding, verliezen ze al die wereldse verlangens een voor een. Maar wie ze al heeft en najaagt zal er juist meer krijgen. Want zo je denkt, zul je uiteindelijk worden. De oprechte volgelingen zullen uiteindelijk alles verliezen en door de nauwe poort heen een worden met de Heerschappij van God.

Dit was het laatste deel van de Quelle tekst. Later zal ik alles nog wat corrigeren en achter elkaar plaatsen.

bewerkt door neohumanist
Link naar bericht
Deel via andere websites
  • Antwoorden 225
  • Created
  • Laatste antwoord

Top Posters In This Topic

Top Posters In This Topic

Popular Posts

Vraagje: als de instructies van oorsprong geheim zijn, waarom wil je ze hier dan publiceren en bespreken? Ze zouden dan toch het beste hun thuis vinden in een mysteriegodsdienst, onderhouden door een

In dit topic citeer ik gereconstrueerde gezegden van Jezus die je eventueel ook kunt nalezen in Lukas/Evangelion (vroege Lukas) en/of in Mattheus. Maar ze zien er soms wat anders verwoord uit omdat Ev

Hoop doet leven! 

QUELLE

Q 8: 9-10 / Lukas 8: 9-10 = Mattheus 13: 11-12a, 13 (= Markus 4: 11b-12) Triple Tradition

9 10 Aan jullie is het gegeven de geheimnissen van de Heerschappij van God te kennen; maar voor de rest via gelijkenissen, opdat ziende ze het niet kunnen waarnemen; en horende ze het niet kunnen begrijpen. 

Commentaar: De ingewijden hebben blijkbaar van Jezus onderricht gehad om de instructies en de onderliggende spirituele filosofie te begrijpen, maar oningewijden zullen de gelijkenissen of geheimtaal daardoor niet snappen en de meditatievorm die erin beschreven wordt ook niet weten toe te passen.

Q [-] / Mattheus 7: 6 Sondergut

6 Geef je ringen niet aan de honden; werp je parels niet voor de zwijnen; opdat ze ze niet onder hun poten vertrappen en omkeren en je aan stukken scheuren.

Dit is een waarschuwing om de kostbare leringen niet met onverdienende groffe types (bijvoorbeeld exotherisch denkenden) te delen, die ze zullen beschimpen en bespotten en jou vervolgens aan zullen vallen. Ze moeten alleen gedeeld worden met mensen die er spiritueel aan toe zijn. Dit kan eventueel ook het openingsgezegde zijn geweest.

Q 6: 20b-23 / Evangelion 6: 21-23 = Mattheus 5: 3-4, 6, 11-12

20b Gezegend zijn jullie eenvoudigen van geest, want voor jullie is de Heerschappij van God. 21 Gezegend zijn jullie die hongeren, want jullie honger zal gestild worden. Gezegend zijn jullie die rouwen, want jullie zullen getroost worden. 22 Gezegend zijn jullie als jullie beledigd en vervolgd worden vanwege de Mensenzoon. 23 Jullie vaders hebben datzelfde al de profeten aangedaan. 

Als je een complexe of berekenende manier van denken hebt of daaraan vasthoudt, dan maak je het jezelf moeilijker of onmogelijk om richting de Heerschappij van God te bewegen. Hoe eenvoudiger of simpeler je denkt, hoe beter. Daarom houden veel mensen tegenwoordig in onze complexe samenleving meer van bepaalde soorten dieren dan van mensen, omdat dieren geen complexe manier van denken hebben en onvoorwaardelijk trouw en aanhankelijk zijn. Met hongeren wordt hier mogelijk bedoeld het intense verlangen naar Waarheid oftewel de Heerschappij van God/Liefde. Door je zonder bedenkingen (zonder complexen) voor het goede in te zetten, ga je automatisch pijnlijke ervaringen meemaken, je zal steeds terugkerend het gevoel hebben dat je dingen los moet laten, maar daarna zal je getroost worden, je zult je juist lichter gaan voelen. Hetzelfde geldt als je dat doet in de naam van Jezus en je daardoor verguisd en vervolgd wordt. Jezus vergelijkt het met wat hun voorouders de profeten aandeden, de volgelingen worden dus zo te zien door Jezus met profeten vergeleken. Wat volgens mij ook iets zegt over de status van Jezus zelf in deze tekst.

Q 6: 27-32, 35-36 / Lukas 6: 27-32, 35-36 = Mattheus 5: 44, 5: 42, 7: 12, 5: 46-47

27 Heb je tegenstanders lief 28 doe goed aan wie je haten, zegen degenen die een loopje met je nemen 30 Geef aan degene die je iets vraagt en vraag niet terug wat van jou is. 29 Als iemand je op je wang slaat, bied hem dan de andere wang aan. Als iemand je jas weggrijpt, laat hem dan ook je hemd. 31 Doe aan anderen zoals je zelf behandeld zou willen worden. 32 ... Als je enkel hen liefhebt die van jou houden, wat is dan je beloning? Doen niet zelfs de belastinginners hetzelfde? 36 Heb compassie net zoals je Abba compassie heeft, 35 c-d opdat jullie Kinderen van jullie Abba, de Allerhoogste zullen worden, want Hij laat zijn zon opkomen voor de slechten en de goeden. 35 a-b In plaats daarvan , heb je tegenstanders lief en doe het goede, en leen zonder iets terug te verlangen. Je beloning zal groot zijn en jullie zullen kinderen van God zijn.

God houdt van iedereen evenveel, want het zijn allemaal Zijn kinderen en Hij kan niemand van zijn kinderen haten, al doen ze nog zo egoistisch of slechte dingen. Dit gaat over hoe de volgeling die onvoorwaardelijke liefde in allerlei situaties in praktijk moet leren brengen om zo het ego, dat niet gekleineerd of pijn gedaan wil worden weg te halen uit situaties waarin het belandt. Wie het ego weghaalt uit alle situaties, zal het zien slinken, waardoor de grenzen ervan zullen vervagen en men ook echt zal gaan ervaren dat men een kind is van God en Zijn Liefde onvoorwaardelijk is en constant op ons neerdalend als we de paraplu van ons ego maar weten in te klappen. Dit gezegde speelt in op het vorige gezegde waarin al werd uitgelegd dat je gezegend bent als je tegenstand en pijn mag incasseren. Daarom kun je deze gezegden niet los van elkaar zien, het is een totale leer, van Jezus zelf. Besef wel dat deze volgelingen huis en haard verlaten hebben en zonder bezittingen overgeleverd aan de gastvrijheid van vreemden rondtrekken en alles proberen los te laten waarmee ze zich verbonden voelden. Dit is een snelkookpan richting Heerschappij van God waarin ze samen met hun geliefde Jezus zijn gestapt.

Q 6: 37-38 / Lukas 6: 36-38 = Mattheus 7: 1-2

37 Oordeel niet opdat je niet geoordeeld wordt. 38 wat je een ander aandoet, zal je in gelijke mate aangedaan worden.

Als je een ander vanuit ego iets aandoet of flikt, dan krijg je daar als het ware een deuk(je) door in je ziel. Uiteindelijk zal dat weer uitgedeukt worden en ervaar je iets soortgelijks als wat je de ander hebt aangedaan, zelfs als je niet meer weet wat je toen gedaan hebt, zal je het toch moeten ondergaan. Dit is de wet van karme, actie = reactie, ook spiritueel, niet alleen natuurkundig dus.

Q 6: 41-42 / Lukas 6: 41-42 = Mattheus 7: 3-5

41 Waarom zie je de splinter in je broer zijn oog, terwijl je de balk in je eigen oog over het hoofd ziet?  42 Hoe kun tegen je broer zeggen: Laat me de splinter uit je oog weghalen en kijk eens naar de balk in je eigen oog? Huichelaar, gooi eerst die balk uit je eigen oog en dan zul je helder genoeg zien om de splinter uit je broers oog te kunnen verwijderen.

Het is veel makkelijker om te voelen wat een ander jou aandoet en te zien waar een ander de fout ingaat dan om waar te nemen wat je zelf aanricht. Je moet een ander niet willen corrigeren als je zelf nog soortgelijke fouten maakt. Het gaat hier nog steeds over karma (vermijden) en vooral aan het perfectioneren van je eigen gedrag te werken, alvorens anderen te willen corrigeren. Hetzelfde onderwerp dus als in de gezegden hierboven, steeds even op een andere manier belicht, het is een betoog over gedrag om sneller te groeien richting Heerschappij (Koninkrijk) van God.

Q 6: 43-45 / Lukas 6: 43-45 = Mattheus 7: 15-16b; 18-19, 12: 33-35

43 .. Geen gezonde boom draagt rotte vruchten, noch draagt een verdorde boom gezonde vruchten. 44 Want door de vruchten ken je de boom. Worden vijgen geplukt van doornstruiken, of druiven van distels? 45 De goede persoon brengt uit zijn goede schat goede dingen voort, en de kwade persoon uit zijn slechte schat slechte dingen. Want waar het hart vol van is, zo spreekt de mond

Dit gezegde heeft twee kanten, het borduurt enerzijds voort op het (niet) oordelen van anderen, en leert dat je mensen enkel moet bezien op hun daden, op hun handelen en spreken, dus niet op hoe ze eruit zien of wat voor andere dingen je ook maar over een persoon zou kunnen denken door hoe je voorgeprogrammeerd bent/was door wat je denkt te weten. Je kijkt enkel naar de vruchten zelf.

Het lijkt zo alsof dit allemaal losse dingetjes zijn, maar ik zeg al steeds dat het allemaal met elkaar samenhangt. De grote samenbindende factor is dat de "ander" in werkelijkheid, ruimer gezien, helemaal niet buiten jou is, maar een uitingsvorm van de liefhebbende Abba, in de vorm van Zijn kinderen, of ze nu braaf zijn of niet en dat je je niet moet laten verstoren door je eigen vooroordelen, omdat Abba onvoorwaardelijk Liefde koestert voor al Zijn kinderen. Maar Jezus laat je niet enkel intellectueel aanmodderen met dit innerlijke geworstel, want Hij zal later in de tekst ook mantra's geven waarmee dit een stuk makkelijker wordt gemaakt. Daar hoort ook een gebruiksaanwijzing bij, een manier van toepassen. Die wordt echter nooit opgeschreven bij dit soort esotherisch onderwijs. Christenen hebben die mantra's ingebouwd in een collectief kerkgebed en kennen die toepassingswijze niet meer. Net zoals ze de sleutel tot en de samenhang van de Q-tekst zijn kwijtgeraakt bij (of al voor) het tweedehands (vervormde) gebruik van de tekst.

De andere kant van dit gezegde is dat je, naarmate je meer goede dingen doet naar anderen toe, je zelf innerlijk verandert en steeds automatischer het goede gaat doen. Omgekeerd, als je steeds slechte of kwade dingen doet, ga je automatischer slechte woorden en daden voortbrengen. Iemand die met dieven samenwoont en steeds uit stelen gaat, zal steeds makkelijker (zonder schuldgevoel) dingen kunnen wegstelen bij anderen, of een veelplegende moordenaar of een slachter in een slachthuis zal steeds minder moeite hebben met doden. Een langjarige vegetarier zal het moeilijk vinden om een slagerij binnen te lopen, maar een vleeseter zal niet eens met de ogen knipperen bij het zien van bloederige stukken lijk.

Jezus legt uit waarom je een Meester moet volgen en hoe je je tot Hem moet verhouden en hoe je je in Zijn missie moet gedragen.

Q 6: 39-40 / Lukas 6: 39-40 = Mattheus 5: 14, 10: 24-25

39 Kan een blinde een andere blinde de weg wijzen? Zullen ze niet allebei in een kuil vallen? 40 Een discipel staat niet boven zijn Meester, het is genoeg om te worden zoals zijn Meester. 

Jezus legt uit waarom je een spirituele Meester nodig hebt (om het spirituele pad te kunnen volgen). De Meester is niet blind meer, die is in de Waarheid (Heilige Geest) en ziet de Weg die gevolgd moet worden, de discipel niet. Het heeft daarom geen zin om zomaar een ander (een andere blinde) te volgen, het moet een gerealiseerde Meester zijn (zoals Jezus). De discipel is kwa kennis (gnosis) ondergeschikt aan de Meester, maar kan wel gelijk aan de Meester worden.

Het onderwijs van Jezus in de hele Q-tekst gaat over het bereiken van de Heerschappij van God, maar hier gaat het over gelijk worden aan de Meester. Met andere woorden hier staat min of meer dat Jezus gezien moet worden als die Heerschappij van God. Hier komt denk ik ook het christelijke idee vandaag dat Jezus en God op een bepaalde manier een zijn. Hier staat echter niet dat Jezus gestuurd werd door Abba en reeds vanaf Zijn geboorte een was met Abba. Vandaar wellicht dat de Ebionieten niets moesten hebben van dat Paulinische idee (ze vonden de volgelingen van Paulus ketters en zeiden dat Jezus pas bij zijn doop de Heilige Geest in zich kreeg).

Q 16: 13 / Lukas 16: 13 = Mattheus 6: 24

13 Niemand kan twee meesters dienen; want hij zal ofwel de een haten en de ander liefhebben, of toegewijd zijn aan de ene en de andere verachten. Je kunt niet God én de Mammon dienen. 

Als je kiest om God/Jezus te volgen, moet je echt kiezen en je liefde voor al het andere opofferen. Ook hier weer het idee dat de God de Meester is die je gaat dienen, maar Jezus is natuurlijk die Meester in persoonlijke vorm. 

Q 6: 46-49 / Lukas 6: 46-49 = Mattheus 7: 21, 24-27

46 .. Waarom noem je mij: Meester, Meester, en doe je niet wat ik zeg? 47 Iedereen die Mijn woorden hoort en ze in praktijk brengt, 48 is als iemand die zijn huis op rotsbodem bouwde; en de stortregens kwamen neer en de plotselinge overstromingen kwamen, en beukten tegen dat huis, en het stortte niet in, want het was gegrond op rotsbodem. 49 En iedereen die mijn woorden hoort en er niet naar handelt is als iemand die zijn huis op zand bouwde; en de stortregens kwamen neer, en beukten in op dat huis, en prompt viel het in elkaar en die val was verwoestend.

De Meester prijzen en aanbidden voldoet niet, je zal de leringen van de Meester in je leven daadwerkelijk in praktijk moeten brengen. Pas dan wordt je standvastig genoeg om de Mammon tegemoet te treden en er niet door te gronde gaan. Hoe je dat precies doet staat over de hele tekst verspreid, maar vooral in de meditatie-sectie. In het Christendom belijdt je Jezus en je gelooft de goede boodschap, maar in deze tekst probeer je praktisch te doorgronden en toe te passen wat je te doen staat en volg je Jezus daadwerkelijk zoals hij Zijn ingewijde volgelingen het onderwees.

Q 9: 57-60, [61-62] / Lukas 9: 57-60, [61-62] = Mattheus 8:19-22

57 Iemand zei tegen hem: Ik zal U volgen waar U ook gaat. 58 En Jezus zei tegen hem: Vossen hebben holen, en de vogels van de lucht hebben nesten; maar de Mensenzoon heeft nergens waar Hij zijn hoofd neer kan leggen. 59 Maar een ander zei tegen Hem: Meester, sta me toe om eerst mijn vader te begraven. 60 Maar Hij zei tegen hem: Volg mij, en laat de doden hun eigen doden begraven. 61 Weer een ander zei: Meester, ik zal U volgen, maar laat me eerst afscheid nemen van mijn familie. 62 En Jezus zei tegen hem: Niemand die zijn hand aan de ploeg zet en terugkijkt, is geschikt om de Heerschappij van God binnen te gaan.

Het volgen van Jezus in Zijn missie is een radicale breuk met de wereldse (doodse) manier van leven en vergt een mentaliteit die compromisloos afstand neemt van wat in de normale sociale verhoudingen als aanvaardbaar wordt gezien. Daar wordt door gewone mensen altijd tegen gewaarschuwd, dat fanatieke "sekteleiders" mensen wegscheuren van hun families en er nooit meer mee mogen omgaan. Maar die mensen snappen niet waar het bij iemand zoals Jezus om gaat en wat voor weg dat is die voert naar de Heerschappij van God; dat is een snelkookpan van stoppen met nieuw karma aanmaken (de instructies in eerdere gezegdes) en door je dienende ascetische levenswijze (nergens om je hoofd neer te leggen) oud karma snel verbranden. Om blijven gaan met je familie zal je binden aan oude gewoonten en gehechtheden en je op die manier binden aan de Mammon in plaats van aan de devotie voor de Meester. En je beslissing om die wending te maken is radicaal, je gaat God dienen en iedereen wordt nu je familie.

Q 10: 2-11 / Lukas 10: 2-11 = Mattheus 9: 37-38, 10: 15, 16, 7-14

2 Hij zei tegen zijn volgelingen: De oogst is overvloedig, maar er zijn weinig werkers. Vraag dus aan de Heer van de oogst om werkers naar de oogst te zenden. 3 Ga op weg! Kijk, ik stuur jullie als schapen tussen de wolven. Wees dus zo spitsvondig als de slangen en zo onschuldig als de duiven! 4 Draag geen beurs, geen knapzak, geen sandalen, geen stok, en groet niemand langs de weg. 5 Welk huis je ook binnengaat, zegt eerst: Vrede aan dit huis! 6 En als daar een zoon van vrede is, laat je vrede op hem rusten maar zo niet, laat je vrede dan op je terugkeren. 7 En blijf in dat huis, eet en drink er wat men je voorzet, want de werker is zijn beloning waard. Ga niet van huis tot huis. 8 En welke stad je ook binnengaat en ze je niet verwelkomen, 11 schudt het stof van je voeten bij het verlaten van die stad.

Ik weet te weinig van de gebruiken uit die tijd in die cultuur. Schapen tussen wolven omdat de volgelingen heel zuiver en onbaatzuchtig leven, maar ze veel mensen zullen tegenkomen die slechte of wereldse bedoelingen hebben? Ze mogen geen geld bij zich hebben, maar zijn volledig overgeleverd aan wat ze wel of niet krijgen aangeboden, net als rondtrekkende boeddhistische monniken, ze lopen denk ik op blote voeten en met heel weinig of geen bagage (want geen knapzak mee), niemand groeten op de weg, misschien om geklessebes te vermijden, wat toen heel normaal zal zijn geweest. Die vraag aan de "Heer van de oogst"(God?) snap ik niet goed wat daarmee wordt bedoeld. Misschien moeten ze zich zelf inspannen om meer volgelingen te werven die de missie uit kunnen breiden?

Q 10: 16 / Lukas 10: 16 = Mattheus 10: 40-41

16 Wie maar ook jou binnen laat, laat Mij binnen, en wie maar ook Mij binnen laat, laat Degene binnen die Mij gezonden heeft.

Dit tekstdeel hoort feitelijk bij het gezegde hiervoor, ik had ze eigenlijk beter bij elkaar kunnen houden, maar ik zal aan het eind de gezegden allemaal samen tonen.
Het gaat dus over de volgelingen die door gastvrijheid een tijdelijk logeeradres krijgen aangeboden terwijl ze in zo'n stad of dorp mensen proberen te interesseren om ook het onderwijs van Jezus te volgen.

Net als de gezegden in het begin, zijn dit instructies over hoe je het beste (innerlijk gezien) met anderen omgaat, hoe je ze niet vanuit een "ego-houding" moet bezien, maar vanuit het toepassen van de instructies van Jezus en de relatie die je hebt met Hem. In dit geval slaat het op de volgelingen die bij mensen thuis gastvrijheid ontvangen, maar je kunt dit overal toepassen waar dit soort situaties zich voordoen.

Ook hier weer, is dit een indirecte manier om te zeggen dat de Meester eigenlijk (voor de volgelingen) hetzelfde is als God. Maar wat hier ook staat is, dat de volgelingen zichzelf moeten leren zien als in het verlengde van (of zelfs als) de Meester/God. Dit is compacte mystieke taal om het gevoel van ego weg te leren halen uit dit soort sociale situaties. God is één, dus de ander (de gastheer of gastvrouw) is eigenlijk God, maar jij bent het zelf ook, je zit enkel nog gevangen in je object-subject illusie, je ervaart die eenheid met God die overal is nog niet.

Met door dit soort mystieke ideatie verzwak je de ego-illusie en kom je zo geleidelijk in de richting van de Heerschappij ("koninkrijk") van God, een Kosmisch Bewustzijn (Heilige Geest). Later, in twee andere gezegden zal Jezus dit proces van het overstijgen van die ego-illusie in beeldende taal uitleggen. Maar hij zal eerder al mantra's erbij geven die deze ideatie tot een automatisme zullen maken. Het is erg direct en praktisch onderwijs, dit is geen religie, maar wel het zuivere mystieke pad.

Q 10: 19-20 / Lukas 10: 19-20 Sondergut

19 Zie, Ik geef jullie de autoriteit om slangen en schorpioenen te vertrappen en all machten van de 20 vijand. En niets zal jullie op welke manier dan ook kwaad kunnen doen. Desalniettemin, verheug je niet dat de geesten zich aan je onderwerpen, maar verheug je dat je bestemd bent om de Heerschappij van God te bereiken. 

Je op deze mystieke manier verbinden met Jezus of de Meester geeft je een innerlijk macht om het negatieve, de machten van de vijand (de Mammon) eronder te houden. "Slangen en schorpioenen" zijn alle wereldse krachten die aan je trekken om de andere kant op te bewegen, weg van de Heerschappij van God. Dat kunnen innerlijke verleidingen zijn uit je dagelijkse omgeving, bijvoorbeeld liever willen slapen, overeten, anderen pijn doen, niet willen mediteren, etc. etc., maar het kunnen ook mensen van buiten zijn, die de missie willen schaden. De "slangen en schorpioenen" zitten dus zowel binnen als buiten jezelf. Door de binding met de beoefening die Jezus onderwijst, met als kern de Meester zelf, ben je in staat om deze strijd tegen het negatieve te winnen, want een strijd is het. Moslims noemen dit ook wel "Jihad".

Dat ze die vijanden op deze manier kunnen verslaan, kan de volgelingen blij maken. Maar Jezus waarschuwt dat het hier helemaal niet om gaat, maar dat ze beter blij kunnen zijn dat ze zich op deze manier richting Heerschappij van God bewegen, daar is alles feitelijk op gericht en dit is dan ook het enige gebed dat Jezus toe staat in de missie. Andere gebeden worden door Jezus ontraden.

Q 10: 23b-24 / Lukas 10: 23b-24 = Mattheus 13: 16-17

24 Gelukkig de ogen die zien wat jullie zien! Ik zeg jullie, veel profeten en koningen wensten dat ze hadden kunnen zien wat jullie nu zien, maar het nooit te zien kregen; te horen wat jullie horen, maar het nooit te horen kregen.

Ook hier weer een gezegde over de bijzondere status van Jezus. Theologen zoals Bart Ehrman beweren dat Jezus een profeet of apocalyptische prediker was, maar ook hier weer zie je een indirecte uitleg van wie Jezus, als Meester eigenlijk is, iemand die zelfs door (al die) profeten nooit gezien werd, maar waar ze wel naar verlangden. Het is heel erg zeldzaam om de Meester in levende lijve mee te maken en het onderricht (het "horen") van Hemzelf te krijgen. Q-theologen laten dit gezegde dan ook meestal weg uit de kerngezegden, ze denken dat dit later erbij verzonnen is na de dood van Jezus. Maar ik zie juist wel de eenheid met de andere gezegden in de Quelle tekst.

Nu volgt de kern van het onderricht, de mantra's en het enig toegestane gebed. In andere gezegden ging het al om het bewaren van de eenvoudigheid van geest en de noodzaak om het ego uit ons handelen weg te halen door overal de Meester in te zien, zelfs in ons eigen handelen.

Nu volgen de mantra's waarmee je die geesteshouding bestendigt.

Q [-] / Mattheus 6: 3-4, 17-18, 6-8 Sondergut

3 Als je een goede daad doet, laat je linkerhand niet weten 4 wat je rechterhand aan het doen is; je goede daad moet geheim zijn en je Abba die in het geheim ziet wat er gedaan wordt zal je belonen.

17 Als je vast, smeer dan olie 18 op je hoofd en was je gezicht, opdat mensen niet kunnen zien dat je vast, maar alleen je Abba die in het geheim kan zien zal je belonen.

6 Als je mediteert, ga alleen een kamer binnen, sluit de deur, en mediteer op je Abba die daar is in de geheime plek, en je Abba die ziet wat er geheim is, zal je belonen. 7 In je meditatie, ga niet aan het babbelen zoals de heidenen, die zich inbeelden dat hoe meer ze zeggen, hoe waarschijnlijker ze 8 zullen worden gehoord. Doe ze dat niet na. Je Abba weet al wat je noden zijn voordat je het Hem vraagt.

Q 11: 2 / Lukas 11: 2 = Mattheus 6: 9-10a, [10b (Sondergut)]

2a Als je mediteert, zeg:
2b Abba, (geliefde Papa) 

Jouw Naam worde geheiligd (niet in Evangelion);

Evangelion en vroege Lukas prefereren: Laat Je Heilige Geest komen. [Mattheus en late Lukas prefereren: Laat Je Heerschappij komen

[-] Abba, Jouw Wil geschiede. (niet in Evangelion of vroege Lukas)

In de missie van Jezus gaat het eigenlijk alleen om dienen. De geliefde Meester wordt gediend en de lijdende mensen worden gediend als waren zij de Meester.

Maar dat dienen gebeurt zonder ego, alles gebeurt in Zijn naam, Zijn naam wordt in alles geheiligd en het is Zijn wil die geschiedt, niet die van de volgeling. Daardoor zijn ze zich steeds bewust dat ze zelf niet handelen, terwijl ze het objectief gezien natuurlijk wel doen. Hun linkerhand weet als ware niet wat hun rechterhand doet, het wordt karmisch niet geregistreerd. Bij het vasten laten ze nooit zien dat het zwaar is, ze zullen niet eens vertellen dat ze die dag vasten.

Het enige gebed dat nog gedaan wordt door de volgelingen, is 'Laat je Heilige Geest of Heerschappij (in mij) komen'. Dat is het enige doel voor de volgelingen, de rest is daaraan ondergeschikt, Abba zorgt voor de fysieke en mentale noden, zonder dat je het Hem hoeft te vragen, omdat hij je noden al kent.

Abba is de meest geliefde. Het woord Abba is Aramees voor 'Baba', geliefde Vader (Papa). Geliefden zeggen vaak 'baby', wat eraan verwant is.

De geheime plek waar je op Abba (via de mantra) mediteert kreeg je bij de initiatie, daar, op die plek ben je op het intiemst alleen met je geliefde Abba. Daar, op die plek, ziet je Abba ook alles wat je denkt en doet, iedere seconde van je leven.

Q 11: 9-13 / Lukas (Evangelion versie) 11: 9-13 = Mattheus 7: 7-11

9 Ik zeg jullie, vraag en het zal gegeven worden, zoek en je zal vinden, klop en je zal open gedaan worden. 10 Want een ieder die vraagt ontvangt, en degene die zoekt vindt, en degene die klopt zal het geopend worden. 11 ... Wie van jullie zal, als vader zijnde, als zijn zoon hem om een vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven? 12 Of in plaats van een ei, een schorpioen? 13 Dus als jullie, hoewel niet perfect, weten hoe goede giften te geven aan jullie kinderen, hoe veel meer zal jullie Kosmische Vader het Kosmische Bewustijn geven aan hen die daarom vragen?

Een van de grondregels waarom deze mystieke instructies zo'n praktisch effect sorteren, is dat een mens wordt zoals men denkt. Als je veel aan iets denkt, dan zal het na verloop van tijd (uiteraard binnen bepaalde grenzen) materialiseren, het zal werkelijkheid worden. Als je bijvoorbeeld je hele leven denkt dat je koning wilt zijn, dan zal je herboren worden als een koning, maar waarschijnlijker wordt je herboren met de familienaam De Koning ...

Ik had een jaar of 25 geleden een sterke wens om op deze plek aan dit water te mogen wonen en een jaar of 12 geleden ging die wens onverwacht helemaal in vervulling. Maar in de missie van Jezus lever je dat soort wereldse wensen in, je enige wens is nog om de Heerschappij van God te verwerkelijken, om de Heilige Geest (het Kosmisch Bewustzijn, het opheffen van de subject-object illusie) te verkrijgen. Als je het maar lang genoeg wenst en alle andere wensen een voor een verdwijnen, dan zal het ook gebeuren, Abba zal het je schenken.

Vissen en eieren zijn blijkbaar positieve metaforen in deze gemeenschap in Galilea en slangen en schorpioenen zijn, als elders in Quelle, negatieve metaforen. De slang is overigens in dit soort tradities altijd een negatieve metafoor, samen met de schedel. De positieve metaforen zijn het zwaard en het vuur, maar die komen voor in een andere uitspraak van Jezus binnen deze tekst.

Q 11: 21-22 / Lukas (Evangelion versie) 11: 21-22 = Mattheus 12: 29

(Evangelion versie) 21 Wanneer maar ook de sterke persoon, die goed bewapend is, het eigen huis mag bewaken, dan is het bezit van die persoon in vrede. 22 Maar wanneer maar ook een sterkere persoon, hebbende aangevallen, die eerste zou  overmeesteren, dan verwijdert die sterkere persoon de bewapening waar die laatste zijn vertrouwen in stelde, en verdeelt de buit.
(Mattheus versie)  Hoe kan iemand inbreken in het huis van een sterke persoon en er met de goederen vandoor gaan tenzij hij de sterke man heeft vastgebonden alvoren het huis te plunderen?

Het is lastig te zeggen wat er nu precies in de Quelle tekst heeft gestaan door de zo uiteenlopende twee versies. 

De volgeling in de missie van Jezus moet zijn ziel beschermen tegen het negatieve, de negatieve gedachten, neigingen en gewoonten die we nu eenmaal allemaal meedragen uit ons verleden. Dat laatste is denk ik de "sterkere man" die het huis wil plunderen, het huis is dus de ziel van de volgeling die bescherming behoeft. 

Net als met de metafoor van het huis op de rotsbodem bouwen (en niet op zand), op het strikt navolgen van de leringen van Jezus, is hier sprake van de metafoor van het bewapenen van de volgeling (sterke man), die met een sterkere man te maken krijgt. Het is dus zaak om de bewapening (het strikt toepassen van de leringen) niet af te doen of weg te laten halen, maar het stevig aan te houden en zo de ziel te beschermen tegen toegeven aan het negatieve.

Er zijn drie van deze metaforen in Quelle over het belang van het strikt navolgen van deze leringen van Jezus. Dit is de tweede.

Het huis niet laten wegspoelen bij de eerste de beste overstroming en het huis niet laten plunderen bij een sterke inbreker of rover, ze staan denk ik voor hetzelfde. Het lijkt erop dat de auteur van Mattheus het niet begrepen heeft en de boel ernstig vervormd heeft.

Hier zit in Lucas een tamelijk afwijkend gezegde tussen, maar daarna toch het vervolg op het gezegde van de sterke man die zijn huis moet verdedigen:

Q 11: 23 / Lukas 11: 23 = Mattheus 12: 30

23 Degene die niet met mij is, is tegen mij, en degene die niet bijeen brengt, verdeelt.

Het is wel hetzelfde thema, namelijk strijd. Het zich bewapenen tegen de sterke man die het huis wil beroven gaat via Jezus (of zijn onderricht) en degene die het huis wil beroven of plunderen is de Mammon, die de ziel verdeeld houdt, in plaats van de Eenheid in de Heerschappij van God tot stand helpen te brengen. Beetje vergezocht misschien, maar zo zie ik toch wel een link met het voorgaande en het volgende gezegde.

Q 11: 24-26 / Lukas 11: 24-26 = Mattheus 12: 43-45

24 Als de bezoedelende geest de persoon heeft verlaten, dwaalt hij door waterloze streken op zoek naar een rustplaats, en vindt er geen. Dan zegt hij, ik zal terugkeren naar mijn huis waar ik vandaan kwam. 25 En als het aankomt vindt hij het huis geveegd en opgeruimd. 26 Dan gaat hij zeven andere geesten halen die nog kwader zijn dan hijzelf, en er intrekkend, vestigen zij zich. En de laatste omstandigheden van die persoon zullen erger zijn dan de eerste.

Het gaat weer over dat huis, de ziel, waar een negatieve geest (bijvoorbeeld drankzucht of snoepverslaving of de neiging te roddelen of beschimpen) uit vertrokken is, maar die in de beeldspraak geen echte rustplaats weet te vinden en toch terug weet te keren bij de volgeling. De discipel is verder redelijk zuiver geworden, eenduidig gericht op de Heerschappij van God dankzij het toepassen van het mystieke onderricht van Jezus (die in Quelle), maar als die negativiteit eenmaal weer is weten in te breken, gaat hij er (bij wijze van spreken) zeven andere negatieve gewoonten of neigingen bijhalen en is de discipel er slechter aan toe dan voordat hij die eerste weer besloot toe te laten.

Het verband met vooral het eervorige gezegde is overduidelijk. Het is een waarschuwing voor de volgeling om heel strikt te zijn in het toepassen van de discipline in het toepassen van de instructies van Jezus en de bewapening dus sterk en heel te houden.

Is het niet prachtig dat je vrijwel heel de Quelle gezegdencollectie zo in zijn verband kan leren begrijpen? En hoe helder krijg je zo de missie en het onderwijs van Jezus te zien en hoe simpel steekt het feitelijk in elkaar als je de beeldtaal eenmaal door krijgt? Je komt de geliefde Jezus zo heel nabij!

Het thema strijd of worsteling loopt door heel de Quelle tekst heen. De volgeling moet strijden om het onderricht toe te passen, er is geen sprake van een "quick-fix" via een geloof of religie, je zit als het ware nog bij Jezus zelf op schoot die je in die strijd zal ondersteunen.

Q 11: 33 / Lukas 11: 33 = Mattheus 5: 15

33 Niemand steekt een lamp aan en plaatst het op een verborgen plek, maar op een kandelaar, en het geeft licht voor iedereen in het huis. 

Misschien wordt hier bedoeld dat je het licht dat je verkrijgt door de leringen van Jezus toe te passen, niet voor jezelf moet willen houden, maar dat je het moet willen projecteren in je omgeving zodat ook anderen er profijt van kunnen hebben. Er moet met andere woorden evenwicht zijn tussen innerlijke beoefening en wat je daarmee in het dagelijkse leven doet?

Q 11: 34 / Lukas 11: 34 = Mattheus 6: 22-23

34 De lamp van het lichaam is het oog. Als je oog grootmoedig is, dan is heel je lichaam stralend; maar als je oog geelzuchtig is, is heel je lichaam donker.

Moeilijk deze tekst. Want wat is een geelzuchtig oog, argwanend of wantrouwend? En wat is een 'grootmoedig oog'? Het zal te maken hebben met hoe je naar de wereld of mensen kijkt en wat voor effect dat heeft op je persoonlijkheid?

Q 11: 39b, 42-44, 46b, 52 / Lukas 11: 39b, 42-44, 46b, 52 = Mattheus 23: 25-26, 23, 6, 27, 4, 13, 29-36

39b Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie zuiveren te buitenkant van de beker en schaal, maar van binnen zijn ze vol van inhaligheid en genotzuchtigheid. 42 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie innen de tienden van de munt en de dille en komijn, en vergeten de rechtvaardigheid en genadigheid en trouw. 43 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie houden van de ereplaatsen bij de banketten en de voorste zitplaatsen in de synagoges en de lofbetuigingen op de marktplaatsen. 44 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie zijn als onherkenbare graven waar mensen overheen lopen zonder dat ze het door hebben. 46b En wee aan jullie uitleggers van de Wet, want jullie binden de mensen aan lasten en laden die op hun ruggen, maar jullie zelf willen geen vinger uitsteken om ze voort te bewegen. 52 Wee aan jullie uitleggers van de Wet, want jullie (Lukas versie:) nemen de sleutel weg tot gnosis (introspectieve kennis) en (Mattheus versie:) sluiten de Heerschappij van God af voor de mensen, jullie gaan zelf niet naar binnen, noch laten jullie mensen toe die proberen binnen te komen. 

Dit is harde kritiek van Jezus op hypocriete schriftgeleerden die onbekend zijn met de resultaten van gnosis (intuitieve kennis, datgene wat Jezus wel onderwijst) en de sleutel daartoe bij mensen die wel daar naar binnen willen, expres bij ze weghouden. Hij beledigt ze door ze te vergelijken met ongemerkte graven waar mensen overheen lopen zonder het door te hebben.

De Farizeeers zijn dus (volgens Jezus) bezig met alles waar Jezus zijn volgelingen juist vanaf wil helpen. Dit is de enige plek in de leringen van Jezus waar het woord gnosis voorkomt. Maar eigenlijk gaat het in de hele Quelle voortdurend over gnosis. Wat is er met het Christendom al zo heel vroeg in de geschiedenis gebeurd, dat ze dit centrale thema afkomstig van Jezus zijn kwijtgeraakt?

Q 14:5 / Lukas 14: 5 = Mattheus 12: 11-12

5 Is er iemand onder jullie die een os heeft en als het in een kuil valt op de sabbat, het er niet onmiddelijk uit hijst? 

Jezus keert zich tegen het dogmatisch volgen van religieuze voorschriften, wat natuurlijk niet hoeft te verbazen met al dat praktische recht-voor-zijn-raap, door-en-door esoterische onderwijs.

Q 12: 2-3 / Lukas 12: 2-3 = Mattheus 10: 26-27

2 Er is niets bedekt dat niet aan het licht zal komen, en verborgen dat niet bekend zal worden. 3 Wat je in het donker zegt, zal in het licht gehoord worden; en wat in iemand's oor ingefluisterd wordt in de geheime kamer, zal van de daken worden verkondigd. 

Het is duidelijk, dat er zoiets is als absolute kennis, voor God is niets verborgen, want het komt uit Hem voort, Hij kent bovendien geen tijd (toekomst en verleden hebben voor Hem geen geheimen, nergens). Het kan in dit geval op karma slaan, dat de afrekening altijd komt, vroeger of later. Het laatste zinsdeel is raadselachtig, want daar is weer die 'geheime kamer'. Misschien gaat het gewoon over je innerlijk, dat zelfs je onuitgesproken gedachten een reactie kunnen verwachten als er ego inzit. Die geheime kamer moet dan wel haast je innerlijk zijn, waar je denkt alleen te zijn, maar dat is niet zo.

Gezegden over repressie van de beweging, moed tonen en overgave aan de wil van de Geest:

Q 12: 4-7 / Lukas (Evangelion versie) 12: 4-7 = Mattheus 10: 28-31

4 Wees niet bang voor degenen die het lichaam kunnen doden, maar de ziel niet; 5 vrees de Ene die na het doden in staat is je in Gehenna te werpen. 6 Worden niet twee mussen verkocht voor twee cent? En toch zal geen van ze naar de aarde vallen zonder toestemming van je Abba. 7 Maar zelfs de haren op je hoofd zijn genummerd. Wees niet bang, je bent meer waard dan vele mussen.

Er is veel sprake van strijd in de Quelle tekst en hier gaat het om ombevreesdheid, je ziel is belangrijker dan je fysieke leven. Je leven kun je redden, maar aan je karma kun je niet ontsnappen (eigenlijk zit de idee van reincarnatie hier ook bij in). Het is een herhaling van het eerdere gezegde om je niet druk te maken om dingen, maar de leringen strikt toe te passen en je vertrouwen in Hem te leggen. In India zouden ze zeggen, dharma volgen staat altijd voorop, God is met degenen die hun menselijke dharma volgen (en het menselijke dharma is veel meer waard dan dat van een dier zoals een mus).

Q? 12: 8-10 / Lukas 12: 8-10 = Mattheus 10:32-33, 12: 32a-b

8 Een ieder die zich publiekelijk voor mij uitspreekt, zal de Mensenzoon zich ook voor hen uitspreken voor 9 God. Maar wie mij publiekelijk ontkent, zal voor God worden ontkent. En een ieder zich die tegen de Mensenzoon uitspreekt, het zal hun vergeven worden; 10 maar een ieder die zich tegen de Heilige Geest uitspreekt, het zal hun niet vergeven worden.  

De Meester is soort van de persoonlijke manifestatie van God en dit lijkt dat te bevestigen. De volgelingen moeten dat ook zo blijven zien in conflictsituaties. Mogelijk bereid Jezus hen voor op mishandelingen? Er valt denk ik wel meer over dit gezegde te zeggen.

Q 12: 11-12 / Lukas 12: 11-12 = Mattheus 10: 19-20, (+ Sondergut 10: 22)

11 Als ze jullie voor de leiders en andere autoriteiten voeren, wees niet bezorgd over hoe je iets of wat je moet zeggen, 12 want het zal jij niet zijn die spreekt maar de Geest van je Abba in jou.

De leerlingen zijn al zo gevestigd in het opvolgen van de instructies, dat ze in hun eigen handelen, ook in deze moeilijke conflictsituaties, de Geest voor laten gaan op hun ego met al zijn zorgen en angsten. Op dit soort momenten wordt de beoefening echt op de proef gesteld.

Q 12: 22-31 / Lukas 12: 22-31 = Mattheus 6: 25-34, 8

22 Wees niet bezorgd over je leven, over wat je zal kunnen eten, noch over je lichaam, met wat je jezelf zal moeten kleden. 23 Is het leven niet meer dan eten, en het lichaam meer dan kleding? 24 Kijk naar de raven: Zij zaaien, noch oogsten, noch verzamelen ze in schuren, en toch voedt God ze. Zijn jullie niet beter dan vogels? 25 En wie onder jullie kan door bezorgdheid ook maar een centimeter toevoegen aan zijn lengte? 26 En waarom maak je je zorgen over je kleding? 27 Kijk naar de lelies en het gras: Zij kaarden niet noch spinnen ze en toch zijn ze gekleed. Ik zeg je: dat Salomon in al zijn glorie niet zo fraai was uitgedost als een van dezen. 28 Als dat zo is, hoeveel meer zal Hij jullie kleden, Oh jullie van klein vertrouwen? 29 Maak je dus geen zorgen, zeggende, Wat moeten we eten? Of: Wat moeten we drinken. Of: Waarmee moeten we ons kleden? 30 Je Abba weet dat jullie ze allemaal nodig hebben. 31 Zoek liever Zijn Heerschappij, en al deze dingen zullen je toekomen. 

Dit is een uitwerking naar de praktijk in de missie toe, dat je als volgeling van Jezus enkel op de Heerschappij van God gericht moet blijven en je aardse behoeften moet overlaten aan de voorzienigheid en verders nergens om bidden of erover ideeëren. Het doet me sterk denken aan de manier waarop de Dorothy Gemeenschap bij Uithoorn woont en leeft.

Q 12: 33-34 / Lukas 12: 33-34 = Mattheus 6: 19-21

33 Koester op aarde geen schatten, waar motten en knagers het aantasten en waar rovers voor inbreken en het stelen, maar koester voor jezelf tijdloze schatten. 34 Want waar je schat ligt, daar ook ligt je hart.

Een soortgelijk gezegde, het gaat niet zozeer om het niet willen van de spullen zelf, maar meer dat je dat innerlijk niet moet zoeken en koesteren (en je er zorgen over maken), omdat het je afhoudt van je ideatie op God en het doorbreken van Zijn Heerschappij daardoor moeilijker wordt, je vertraagt je spirituele groei ermee.

Q 12: 49, 51 / Lukas 12: 49, 51 [eerste helft is Sondergut] = Mattheus 10: 34-36

49 Ik ben gekomen om vuur te werpen op de aarde, en hoezeer wenste ik dat het al opgebrand was! 51 Denk je dat ik gekomen ben om vrede op aarde te werpen? Ik ben niet gekomen om vrede te werpen, maar een zwaard!

Met het woord 'werpen' ben ik niet echt tevreden, maar het gaat om het beeld van deze Jezus die niet voor de vrede op aarde is gekomen. Hoe onchristelijk! Wellicht wel, maar heel de Quelle, heel het onderwijs van Jezus aan zijn discipelen is doortrokken van de noodzaak tot strijd, strijd tegen de Mammon, strijd tegen onze oude gewoontes en verlangens. Daar zijn dan het zwaard en het vuur als symbolen van het positieve dat vecht tegen het negatieve (in en buiten ons, Jihad!).

Ook Shiva houdt ze vast in zijn rechterhand tijdens zijn tandava-dans, de dans die moed geeft om door te strijden tegen het negatieve. Wij staan ertussenin, tussen positief en negatief, tussen goed en kwaad en die strijd gaat heel ons leven door, rechts het positieve en links van ons het negatieve dat ons de andere kant op wil trekken. Jezus komt om het vuur en het zwaard te brengen zodat we de slangen of schorpioenen kunnen verslaan. Jezus is enkel gekomen voor de Vrede in de Heerschappij van God en niet voor de vrede in ons aardse bestaan, ook niet in de missie.

Het branden van de aarde staat voor het verbranden van het oude karma, dat gaat sneller als je de leringen van Jezus strikt toe past in je leven. Is het toeval dat diezelfde symbolen voorkomen bij zowel Shiva als bij Jezus? Ik weet het niet, Jezus gebruikt steeds slangen en schorpioenen als symbolen voor het negatieve en Shiva slangen en schedels. Hun onderwijs verschilt nauwelijks, althans niet op dit bescheiden niveau. Uiteraard leefden ze in totaal verschillende tijden.

Mattheus 5: 29-30 Sondergut (Markus 9: 43-48/Mattheus 18: 8-9)

30 Als je rechterhand je ondergang brengt, hak het af en werp het weg; het is beter om een deel van je lichaam te verliezen dan dat het hele lijf de hel in gegooid wordt. 29 En als je rechteroog je op tot een verkeerde weg leidt, ruk het uit en smijt het weg; het is beter voor je om een deel van je lijf te verliezen dan dat het geheel naar de hel gaat.

Helaas alleen in Mattheus bewaard gebleven, het wordt dacht ik meestal weggelaten uit de Quelle tekst. Ook hier weer die strijd die voortdurend geleverd moet worden, hier gaat het over het beheersen en beschermen van je zintuigen; waar je naar kijkt (en luistert) en wat je met je handen en benen uitspookt. Net als bij de instructies van de Boeddha aan zijn volgelingen krijgen de discipelen de opdracht om hun zintuigen strikt te beheersen, maar dat geldt ook voor het denken, waarin ook handelingen en beelden kunnen worden opgeroepen, zonder de zintuigen. Het is heftig verwoord, typisch Jezus, maar Evangelion/Lukas liet het weg, te heftig voor de schrijvers? 

Q? 12: 54-56 / Lukas 12: 54-56 Sondergut

54 Als je wolken zich op ziet bouwen in het Westen, zeg je meteen, "Het gaat regenen", en 55 regenen gaat het. En als de wind uit het Zuiden komt, zeg je, 56 "Er zal een hittegolf komen", en daar is ze. Wat een huichelaars zijn jullie! Jullie weten hoe je de verschijningsvormen van de aarde en de lucht moeten interpreteren; 57 Hoe komt het dan dat jullie voor jezelf niet [] kunt beoordelen wat de juiste koers is?  

Ik twijfel of dit uit Q komt, het is sowieso een merkwaardig stukje tekst, dat Mattheus niet heeft. Hebben de leerlingen zich teveel afhankelijk gemaakt van de begeleiding van Jezus en durven ze niet zelf na te denken over hoe ze zich moeten gedragen in de missie?

Q 12: 58 / Lukas 12: 58 = Mattheus 5: 25

58 Terwijl je met je tegenstander langs de weg gaat, span je dan in om je van hem los te maken, opdat de tegenstander je niet overdraagt aan de Rechter, en de Rechter aan de assistent, en de assistent je in de gevangenis gooit. 59 Ik zeg je, je zult daar niet weer uitkomen tot je de laatste cent hebt betaald.

Het gaat hier alweer over karma, de tegenstander die met je meeloopt langs de weg, dat zijn je slechte gewoonten die je in binding houden en verhinderen spiritueel sneller te groeien. Jezus spoort de discipel aan om ervan af te komen, voordat God zijn assistent (de bestuurder van dit universum) ervoor zorgt dat je voor die slechte indrukken de prijs terug moet betalen, het inlossen van dat karma. Het onderwijs van Jezus gaat over actief ingrijpen in je eigen lot, die worsteling richting Heerschappij van God zelf aangaan, niet over passief vertrouwen op religieuze beloften in bepaalde teksten. Omdat het een tegenstander is, is er strijd nodig, het zwaard of het vuur dat Jezus je heeft gebracht en onderwezen.

Q 9: 27 / Lukas 9: 27 = Mattheus 16: 28 = Mark 9: 1

27 Ik zeg je dit: er zijn er die hier aanwezig zijn die de dood niet zullen smaken voordat ze de Heerschappij van God gezien hebben.

Dit gezegde wordt meestal buiten de oudste kern van de Quelle gelaten, maar ik vind hem er wel inpassen. Zelfrealisatie krijg je niet zomaar, je moet alle indrukken, al je karma eerst uitdrukken zodat je ego verdwenen is. Maar als je in de snelkookpan van de missie van Jezus zit, kan het heel snel gaan. Het is natuurlijk niet echt 'zien', het is meer erin overgaan, erin verdwijnen.

Q 13: 18-21 / Luke 13: 18-21 = Matthew 13: 31-33

18 Hoe is de Heerschappij van God, waarmee kan ik het vergelijken? 19 Het is als een zaadje mosterd, dat iemand nam en in zijn tuin wierp. En het groeide en ontwikkelde zich in een boom, en de vogels van de lucht nestelden in haar takken. 20 En nogmaals: Waarmee kan ik de Heerschappij van God vergelijken? 21 Het is als een stukje desem, dat een vrouw nam en in drie delen bloem verborg tot het volledig was gefermenteerd (gerezen).

Dit is de diepere uitleg van de Heerschappij van God, die is gerelateerd aan de mantra die Jezus gaf om dit te bewerkstellingen. Deze vergelijkingen beelden beide expansie uit, oneindige expansie. De mosterdboom heeft het kleinste zaadje, dat staat voor ons individuele ik-bewustzijn. De mosterdboom staat voor de Heilige Geest of het oneindige Kosmisch Bewustzijn waarin of waarbinnen heel de schepping genesteld is. Het individuele bewustzijn zit gevangen in de illusie dat men omringd is met overal aparte objecten, maar als dit bewustzijn eenmaal oneindig is uitgedijd, dan valt het samen met de Heilige Geest, met het Ultieme Subject en is de illusie van veelheid verdwenen, we ervaren waar die illusie gemaakt wordt, het is slechts een projectie door de Heilige Geest, maar zonder scherm.

Zie je wat een enorme samenhang aanwezig is binnen deze Quelle tekst met het echte onderwijs van Jezus zelf? Helemaal geen ingewikkelde nauwelijks te begrijpen reli-taal uit een ver verleden, Jezus heeft het gewoon over spirituele groei en wat je daarvoor kunt doen om dat te versnellen. Toch is het niet zomaar een tekst, het gaat op allerlei manieren juist heel erg naar de kern, het is praktisch en filosofisch zeer stevig verankerd. En Jezus laat in Zijn persoon zien wat dit in een mens teweegbrengt. Anders zouden zijn discipelen Hem nooit gevolgd zijn.

Q 13: 24 / Lukas 13: 24 = Matthewus7: 13-14

24 Worstel om binnen te gaan door de nauwe deur, want velen zullen trachten binnen te gaan en weinigen zijn degenen die er doorheen gaan.

Alweer dat strijdthema, het strikt volgen van de instructies van Jezus is een strijd, een worsteling met de Mammon in jezelf, met de slangen en schorpioenen die je van de Weg af willen trekken, je komt ze op allerlei manieren dagelijks tegen. De deur of poort is zo nauw omdat je er alleen met ingetrokken ego doorheen kunt komen en weinig mensen zijn in staat om hun ego voldoende te laten krimpen, dat vergt veel inspanning. Dat kan via meditatie en de karmische lading verminderen door veel goed te doen en daardoor weerstand te moeten ondergaan, maar dit dan wel enkel uit Zijn Naam te doen, dus Zijn wil te vooronderstellen en steeds bij alles wat je doet Abba's Naam te Heiligen en niet denken dat je goede werken iets voor jezelf gaan opleveren. God heeft niemand nodig om binnen Zijn universum te dienen. Hij is de absolute Heer.

Q 18: 25 / Lukas 18: 25 = Mattheus 19: 23-25a (= Mark 10: 25)

25 Het is eenvoudiger voor een kabel (kameel?) om door het oog van een naald te gaan, dan voor een rijke persoon de Heerschappij van God binnen te gaan. 

Meestal niet herkend als een onderdeel van de kern van Quelle, is dit een illustratie van het 'nauwe deur-gezegde'. Met gehechtheden en wereldse nastrevingen ga je de Heerschappij van God, de smalle deur niet binnenkomen. Kameel is hier eventueel fout gelezen vanuit het Aramees, de afwijkende letters van beide woorden verschillen nauwelijks van elkaar in het Aramees.

Q 14: 11, 18: 14 / Lukas 14: 11, 18: 14 = Mattheus 20: 26-28, 23: 12

11 Iedereen die zichzelf verheerlijkt zal vernederd worden en degene die zichzelf nederig maakt, zal verheerlijkt worden.

Verheerlijken is hetzelfde als innerlijk omhoog stijgen en gelukzalig worden. Als je in het ego vast zit van trots, gehechtheden en status, dan heb je wellicht de afgeleide mineure verheerlijkingen van het comfort of genoegen, maar het is niet de gelukzaligheid die je ervaart als je geest de verheffing in de Heilige Geest of Heerschappij van God heeft meegemaakt. Daarvoor moet je jezelf nederig maken, het ego moet ingetrokken zijn om door de nauwe poort te kunnen.

Q 14: 26, 17: 33 / Lukas 14: 26, 17: 33 = Mattheus 10: 37, 16: 25-26

26 Degene die zijn vader en moeder niet verlaat, kan mijn discipel niet zijn; en degene die zijn zoon en dochter niet verlaat, kan mijn discipel niet zijn. 33 Wie zijn leven vindt, zal het verliezen en wie zijn leven verliest vanwege Mij, zal het vinden.

In de missie van Jezus gaat de discipel iedereen zien als kinderen van God en de oude familiebanden zijn storend in die radicale verandering in het beschouwen van mensen omdat ze associaties oproepen met oude gewoonten en manieren van omgaan met mensen. Daarom moeten de oude familierelaties doorgesneden worden. Vaak zie je in dit soort missies dat de familie de volgeling nog wel mag komen opzoeken, maar dan niet in de oude woonomgeving.

Q 14: 34-35 / Lukas 14: 34-35 = Mattheus 5: 13

34 Zout is goed; maar als het zout zijn zoutheid verliest, 35 waarmee moet het dan gekruid worden? Noch voor de aarde noch voor de mestvaalt is het geschikt - het wordt weggegooid. 

Ik begrijp dit gezegde uit Q nog onvoldoende. Het zout zal voor een bepaalde geesteshouding staan, maar hoe?

Q 14: 28-32 / Lukas 14: 28-32 Sondergut

28 Zou iemand van jullie bedenken om een toren te bouwen zonder er eerst voor te gaan zitten om de 29 kosten te berekenen, om zo te zien of je het kunt opbrengen om het af te bouwen? Anders, als hij de fundamenten had gelegd en dan niet in staat is om 30 het af te maken, zullen alle toeschouwers hem uitlachen."Daar is de man", zullen ze zeggen, "die begon te bouwen en het niet 31 af kon maken.

Het is erg slecht om aan een taak te beginnen en het dan niet af te maken. Het ondermijnt ook je doorzettingsvermogen, het kweekt defaitisme. Een eenmaal aangegane taak dien je te volbrengen.

Q 17: 3-4 / Lukas 17: 3-4 = Mattheus 18: 15, 22

3 Als je broer tegen je zondigt, dan wijs je hem terecht; en als hij berouw toont, vergeef hem. 4 En als hij zeven keer per dag tegen je zondigt, vergeef hem dan ook zeven maal.

Geen wrok of wraakgevoelens ontwikkelen, als iemand in de missie sorry zegt, moet je het vergeven en met een schone lei beginnen.

Q 17: 20b-21 / Lukas 17: 20b-21 = Mattheus 24: 26

20b De Heerschappij van God komt niet door observatie. 21 Ze moeten niet zeggen" "Hij kan geobserveerd worden in de wildernis, noch in de binnenste, geheime kamers". Want de Heerschappij van God is binnen jezelf!

Dit belangrijke gezegde dat je de Heerschappij van God (Heilige Geest) niet in de objectieve wereld moet zoeken, ook niet in de geheime delen van tempels of in de wildernis, werd verdrongen door christelijke fantasien over een collectief Koninkrijk van God, die na een apocalyps werkelijkheid zou moeten worden. Het is deels in Lukas en deels in Mattheus nog terug te vinden, maar niet meer als een geheel.

Q 19: 26-27 / Lukas 19: 26-27 = Mattheus 25: 29

26 Aan eenieder die heeft, zal gegeven worden; maar van 27 degene die niet heeft, zelfs wat hij heeft zal hem afgenomen worden.

De discipelen zijn bezig hun wereldse verlangens en gehechtheden los te laten om zich enkel nog te richten op de dienst aan en liefde voor de Heerschappij van God, om net zo te worden zoals de Meester Jezus al is (onvoorwaardelijke liefde). Door die eenduidige houding, verliezen ze al die wereldse verlangens een voor een. Maar wie ze al heeft en najaagt zal er juist meer krijgen. Want zo je denkt, zul je uiteindelijk worden. De oprechte volgelingen zullen uiteindelijk alles verliezen en door de nauwe poort heen een worden met de Heerschappij van God.

 

het is volbracht

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

bewerkt door neohumanist
Link naar bericht
Deel via andere websites
1 uur geleden zei neohumanist:

Q 14: 26, 17: 33 / Lukas 14: 26, 17: 33 = Mattheus 10: 37, 16: 25-26

26 Degene die zijn vader en moeder niet verlaat kan mijn discipel niet zijn; en degene die zijn zoon en dochter niet verlaat kan mijn discipel niet zijn. 33 Wie zijn leven vindt zal het verliezen en wie zijn leven verliest vanwege Mij zal het vinden.

In de missie van Jezus gaat de discipel iedereen zien als kinderen van God en de oude familiebanden zijn storend in die radicale verandering in het beschouwen van mensen omdat ze associaties oproepen met oude gewoonten en manieren van omgaan met mensen. Daarom moeten de oude familierelaties doorgesneden worden. Vaak zie je in dit soort missies dat de familie de volgeling nog wel mag komen opzoeken, maar dan niet in de oude woonomgeving.

Q 14: 34-35 / Lukas 14: 34-35 = Mattheus 5: 13

34 Zout is goed; maar als het zout zijn zoutheid verliest, 35 waarmee moet het dan gekruid worden? Noch voor de aarde noch voor de mestvaalt is het geschikt - het wordt weggegooid. 

Ik begrijp dit gezegde uit Q nog onvoldoende. Het zout zal voor een bepaalde geesteshouding staan, maar hoe?

 

Q 14: 28-32 / Lukas 14: 28-32 Sondergut

28 Zou iemand van jullie bedenken om een toren te bouwen zonder er eerst voor te gaan zitten om de 29 kosten te berekenen, om zo te zien of je het kunt opbrengen om het af te bouwen? Anders, als hij de fundamenten had gelegd en dan niet in staat is om 30 het af te maken, zullen alle toeschouwers hem uitlachen."Daar is de man", zullen ze zeggen, "die begon te bouwen en het niet 31 af kon maken.

Het is erg slecht om aan een taak te beginnen en het dan niet af te maken. Het ondermijnt ook je doorzettingsvermogen, het kweekt defaitisme. Een eenmaal aangegane taak dien je te volbrengen.

Q 17: 3-4 / Lukas 17: 3-4 = Mattheus 18: 15, 22

3 Als je broer tegen je zondigt, dan wijs je hem terecht; en als hij berouw toont, vergeef hem. 4 En als hij zeven keer per dag tegen je zondigt, vergeef hem dan ook zeven maal.

Geen wrok of wraakgevoelens ontwikkelen, als iemand in de missie sorry zegt, moet je het vergeven en met een schone lei beginnen.

Q 17: 20b-21 / Lukas 17: 20b-21 = Mattheus 24: 26

20b De Heerschappij van God komt niet door observatie. 21 Ze moeten niet zeggen" "Hij kan geobserveerd worden in de wildernis, noch in de binnenste, geheime kamers". Want de Heerschappij van God is binnen jezelf!

Dit belangrijke gezegde dat je de Heerschappij van God (Heilige Geest) niet in de objectieve wereld moet zoeken, ook niet in de geheime delen van tempels of in de wildernis, werd verdrongen door christelijke fantasien over een collectief Koninkrijk van God, die na een apocalyps werkelijkheid zou moeten worden. Het is deels in Lukas en deels in Mattheus nog terug te vinden, maar niet meer als een geheel.

Q 19: 26-27 / Lukas 19: 26-27 = Mattheus 25: 29

26 Aan eenieder die heeft, zal gegeven worden; maar van 27 degene die niet heeft, zelfs wat hij heeft zal hem afgenomen worden.

De discipelen zijn bezig hun wereldse verlangens en gehechtheden los te laten om zich enkel nog te richten op de dienst aan en liefde voor de Heerschappij van God, om net zo te worden zoals de Meester Jezus al is (onvoorwaardelijke liefde). Door die eenduidige houding, verliezen ze al die wereldse verlangens een voor een. Maar wie ze al heeft en najaagt zal er juist meer krijgen. Want zo je denkt, zul je uiteindelijk worden. De oprechte volgelingen zullen uiteindelijk alles verliezen en door de nauwe poort heen een worden met de Heerschappij van God.

Dit was het laatste deel van de Quelle tekst. Later zal ik alles nog wat corrigeren en achter elkaar plaatsen.

 

8 minuten geleden zei neohumanist:

QUELLE

Q 8: 9-10 / Lukas 8: 9-10 = Mattheus 13: 11-12a, 13 (= Markus 4: 11b-12) Triple Tradition

9 10 Aan jullie is het gegeven de geheimnissen van de Heerschappij van God te kennen; maar voor de rest via gelijkenissen, opdat ziende ze het niet kunnen waarnemen; en horende ze het niet kunnen begrijpen. 

Commentaar: De ingewijden hebben blijkbaar van Jezus onderricht gehad om de instructies en de onderliggende spirituele filosofie te begrijpen, maar oningewijden zullen de gelijkenissen of geheimtaal daardoor niet snappen en de meditatievorm die erin beschreven wordt ook niet weten toe te passen.

Q [-] / Mattheus 7: 6 Sondergut

6 Geef je ringen niet aan de honden; werp je parels niet voor de zwijnen; opdat ze ze niet onder hun poten vertrappen en omkeren en je aan stukken scheuren.

Dit is een waarschuwing om de kostbare leringen niet met onverdienende groffe types (bijvoorbeeld exotherisch denkenden) te delen, die ze zullen beschimpen en bespotten en jou vervolgens aan zullen vallen. Ze moeten alleen gedeeld worden met mensen die er spiritueel aan toe zijn. Dit kan eventueel ook het openingsgezegde zijn geweest.

Q 6: 20b-23 / Evangelion 6: 21-23 = Mattheus 5: 3-4, 6, 11-12

20b Gezegend zijn jullie eenvoudigen van geest, want voor jullie is de Heerschappij van God. 21 Gezegend zijn jullie die hongeren, want jullie honger zal gestild worden. Gezegend zijn jullie die rouwen, want jullie zullen getroost worden. 22 Gezegend zijn jullie als jullie beledigd en vervolgd worden vanwege de Mensenzoon. 23 Jullie vaders hebben datzelfde al de profeten aangedaan. 

Als je een complexe of berekenende manier van denken hebt of daaraan vasthoudt, dan maak je het jezelf moeilijker of onmogelijk om richting de Heerschappij van God te bewegen. Hoe eenvoudiger of simpeler je denkt, hoe beter. Daarom houden veel mensen tegenwoordig in onze complexe samenleving meer van bepaalde soorten dieren dan van mensen, omdat dieren geen complexe manier van denken hebben en onvoorwaardelijk trouw en aanhankelijk zijn. Met hongeren wordt hier mogelijk bedoeld het intense verlangen naar Waarheid oftewel de Heerschappij van God/Liefde. Door je zonder bedenkingen (zonder complexen) voor het goede in te zetten, ga je automatisch pijnlijke ervaringen meemaken, je zal steeds terugkerend het gevoel hebben dat je dingen los moet laten, maar daarna zal je getroost worden, je zult je juist lichter gaan voelen. Hetzelfde geldt als je dat doet in de naam van Jezus en je daardoor verguisd en vervolgd wordt. Jezus vergelijkt het met wat hun voorouders de profeten aandeden, de volgelingen worden dus zo te zien door Jezus met profeten vergeleken. Wat volgens mij ook iets zegt over de status van Jezus zelf in deze tekst.

Q 6: 27-32, 35-36 / Lukas 6: 27-32, 35-36 = Mattheus 5: 44, 5: 42, 7: 12, 5: 46-47

27 Heb je tegenstanders lief 28 doe goed aan wie je haten, zegen degenen die een loopje met je nemen 30 Geef aan degene die je iets vraagt en vraag niet terug wat van jou is. 29 Als iemand je op je wang slaat, bied hem dan de andere wang aan. Als iemand je jas weggrijpt, laat hem dan ook je hemd. 31 Doe aan anderen zoals je zelf behandeld zou willen worden. 32 ... Als je enkel hen liefhebt die van jou houden, wat is dan je beloning? Doen niet zelfs de belastinginners hetzelfde? 36 Heb compassie net zoals je Abba compassie heeft, 35 c-d opdat jullie Kinderen van jullie Abba, de Allerhoogste zullen worden, want Hij laat zijn zon opkomen voor de slechten en de goeden. 35 a-b In plaats daarvan , heb je tegenstanders lief en doe het goede, en leen zonder iets terug te verlangen. Je beloning zal groot zijn en jullie zullen kinderen van God zijn.

God houdt van iedereen evenveel, want het zijn allemaal Zijn kinderen en Hij kan niemand van zijn kinderen haten, al doen ze nog zo egoistisch of slechte dingen. Dit gaat over hoe de volgeling die onvoorwaardelijke liefde in allerlei situaties in praktijk moet leren brengen om zo het ego, dat niet gekleineerd of pijn gedaan wil worden weg te halen uit situaties waarin het belandt. Wie het ego weghaalt uit alle situaties, zal het zien slinken, waardoor de grenzen ervan zullen vervagen en men ook echt zal gaan ervaren dat men een kind is van God en Zijn Liefde onvoorwaardelijk is en constant op ons neerdalend als we de paraplu van ons ego maar weten in te klappen. Dit gezegde speelt in op het vorige gezegde waarin al werd uitgelegd dat je gezegend bent als je tegenstand en pijn mag incasseren. Daarom kun je deze gezegden niet los van elkaar zien, het is een totale leer, van Jezus zelf. Besef wel dat deze volgelingen huis en haard verlaten hebben en zonder bezittingen overgeleverd aan de gastvrijheid van vreemden rondtrekken en alles proberen los te laten waarmee ze zich verbonden voelden. Dit is een snelkookpan richting Heerschappij van God waarin ze samen met hun geliefde Jezus zijn gestapt.

Q 6: 37-38 / Lukas 6: 36-38 = Mattheus 7: 1-2

37 Oordeel niet opdat je niet geoordeeld wordt. 38 wat je een ander aandoet, zal je in gelijke mate aangedaan worden.

Als je een ander vanuit ego iets aandoet of flikt, dan krijg je daar als het ware een deuk(je) door in je ziel. Uiteindelijk zal dat weer uitgedeukt worden en ervaar je iets soortgelijks als wat je de ander hebt aangedaan, zelfs als je niet meer weet wat je toen gedaan hebt, zal je het toch moeten ondergaan. Dit is de wet van karme, actie = reactie, ook spiritueel, niet alleen natuurkundig dus.

Q 6: 41-42 / Lukas 6: 41-42 = Mattheus 7: 3-5

41 Waarom zie je de splinter in je broer zijn oog, terwijl je de balk in je eigen oog over het hoofd ziet?  42 Hoe kun tegen je broer zeggen: Laat me de splinter uit je oog weghalen en kijk eens naar de balk in je eigen oog? Huichelaar, gooi eerst die balk uit je eigen oog en dan zul je helder genoeg zien om de splinter uit je broers oog te kunnen verwijderen.

Het is veel makkelijker om te voelen wat een ander jou aandoet en te zien waar een ander de fout ingaat dan om waar te nemen wat je zelf aanricht. Je moet een ander niet willen corrigeren als je zelf nog soortgelijke fouten maakt. Het gaat hier nog steeds over karma (vermijden) en vooral aan het perfectioneren van je eigen gedrag te werken, alvorens anderen te willen corrigeren. Hetzelfde onderwerp dus als in de gezegden hierboven, steeds even op een andere manier belicht, het is een betoog over gedrag om sneller te groeien richting Heerschappij (Koninkrijk) van God.

Q 6: 43-45 / Lukas 6: 43-45 = Mattheus 7: 15-16b; 18-19, 12: 33-35

43 .. Geen gezonde boom draagt rotte vruchten, noch daagt een verdorde boom gezonde vruchten. 44 Want door de vruchten ken je de boom. Worden vijgen geplukt van doornstruiken, of druiven van distels? 45 De goede persoon brengt uit zijn goede schat goede dingen voort, en de kwade persoon uit zijn slechte schat slechte dingen. Want waar het hart vol van is, zo spreekt de mond

Dit gezegde heeft twee kanten, het borduurt enerzijds voort op het (niet) oordelen van anderen, en leert dat je mensen enkel moet bezien op hun daden, op hun handelen en spreken, dus niet op hoe ze eruit zien of wat voor andere dingen je ook maar over een persoon zou kunnen denken door hoe je voorgeprogrammeerd bent/was door wat je denkt te weten. Je kijkt enkel naar de vruchten zelf.

Het lijkt zo alsof dit allemaal losse dingetjes zijn, maar ik zeg al steeds dat het allemaal met elkaar samenhangt. De grote samenbindende factor is dat de "ander" in werkelijkheid, ruimer gezien, helemaal niet buiten jou is, maar een uitingsvorm van de liefhebbende Abba, in de vorm van Zijn kinderen, of ze nu braaf zijn of niet en dat je je niet moet laten verstoren door je eigen vooroordelen, omdat Abba onvoorwaardelijk Liefde koestert voor al Zijn kinderen. Maar Jezus laat je niet enkel intellectueel aanmodderen met dit innerlijke geworstel, want Hij zal later in de tekst ook mantra's geven waarmee dit een stuk makkelijker wordt gemaakt. Daar hoort ook een gebruiksaanwijzing bij, een manier van toepassen. Die wordt echter nooit opgeschreven bij dit soort esotherisch onderwijs. Christenen hebben die mantra's ingebouwd in een collectief kerkgebed en kennen die toepassingswijze niet meer. Net zoals ze de sleutel tot en de samenhang van de Q-tekst zijn kwijtgeraakt bij (of al voor) het tweedehands (vervormde) gebruik van de tekst.

De andere kant van dit gezegde is dat je, naarmate je meer goede dingen doet naar anderen toe, je zelf innerlijk verandert en steeds automatischer het goede gaat doen. Omgekeerd, als je steeds slechte of kwade dingen doet, ga je automatischer slechte woorden en daden voortbrengen. Iemand die met dieven samenwoont en steeds uit stelen gaat, zal steeds makkelijker (zonder schuldgevoel) dingen kunnen wegstelen bij anderen, of een veelplegende moordenaar of een slachter in een slachthuis zal steeds minder moeite hebben met doden. Een langjarige vegetarier zal het moeilijk vinden om een slagerij binnen te lopen, maar een vleeseter zal niet eens met de ogen knipperen bij het zien van bloederige stukken lijk.

Jezus legt uit waarom je een Meester moet volgen en hoe je je tot Hem moet verhouden en hoe je je in Zijn missie moet gedragen.

Q 6: 39-40 / Lukas 6: 39-40 = Mattheus 5: 14, 10: 24-25

39 Kan een blinde een andere blinde de weg wijzen? Zullen ze niet allebei in een kuil vallen? 40 Een discipel staat niet boven zijn Meester, het is genoeg om te worden zoals zijn Meester. 

Jezus legt uit waarom je een spirituele Meester nodig hebt (om het spirituele pad te kunnen volgen). De Meester is niet blind meer, die is in de Waarheid (Heilige Geest) en ziet de Weg die gevolgd moet worden, de discipel niet. Het heeft daarom geen zin om zomaar een ander (een andere blinde) te volgen, het moet een gerealiseerde Meester zijn (zoals Jezus). De discipel is kwa kennis (gnosis) ondergeschikt aan de Meester, maar kan wel gelijk aan de Meester worden.

Het onderwijs van Jezus in de hele Q-tekst gaat over het bereiken van de Heerschappij van God, maar hier gaat het over gelijk worden aan de Meester. Met andere woorden hier staat min of meer dat Jezus gezien moet worden als die Heerschappij van God. Hier komt denk ik ook het christelijke idee vandaag dat Jezus en God op een bepaalde manier een zijn. Hier staat echter niet dat Jezus gestuurd werd door Abba en reeds vanaf Zijn geboorte een was met Abba. Vandaar wellicht dat de Ebionieten niets moesten hebben van dat Paulinische idee (ze vonden de volgelingen van Paulus ketters en zeiden dat Jezus pas bij zijn doop de Heilige Geest in zich kreeg).

Q 16: 13 / Lukas 16: 13 = Mattheus 6: 24

13 Niemand kan twee meesters dienen; want hij zal ofwel de een haten en de ander liefhebben, of toegewijd zijn aan de ene en de andere verachten. Je kunt niet God én de Mammon dienen. 

Als je kiest om God/Jezus te volgen, moet je echt kiezen en je liefde voor al het andere opofferen. Ook hier weer het idee dat de God de Meester is die je gaat dienen, maar Jezus is natuurlijk die Meester in persoonlijke vorm. 

Q 6: 46-49 / Lukas 6: 46-49 = Mattheus 7: 21, 24-27

46 .. Waarom noem je mij: Meester, Meester, en doe je niet wat ik zeg? 47 Iedereen die Mijn woorden hoort en ze in praktijk brengt, 48 is als iemand die zijn huis op rotsbodem bouwde; en de stortregens kwamen neer en de plotselinge overstromingen kwamen, en beukten tegen dat huis, en het stortte niet in, want het was gegrond op rotsbodem. 49 En iedereen die mijn woorden hoort en er niet naar handelt is als iemand die zijn huis op zand bouwde; en de stortregens kwamen neer, en beukten in op dat huis, en prompt viel het in elkaar en die val was verwoestend.

De Meester prijzen en aanbidden voldoet niet, je zal de leringen van de Meester in je leven daadwerkelijk in praktijk moeten brengen. Pas dan wordt je standvastig genoeg om de Mammon tegemoet te treden en er niet door te gronde gaan. Hoe je dat precies doet staat over de hele tekst verspreid, maar vooral in de meditatie-sectie. In het Christendom belijdt je Jezus en je gelooft de goede boodschap, maar in deze tekst probeer je praktisch te doorgronden en toe te passen wat je te doen staat en volg je Jezus daadwerkelijk zoals hij Zijn ingewijde volgelingen het onderwees.

Q 9: 57-60, [61-62] / Lukas 9: 57-60, [61-62] = Mattheus 8:19-22

57 Iemand zei tegen hem: Ik zal U volgen waar U ook gaat. 58 En Jezus zei tegen hem: Vossen hebben holen, en de vogels van de lucht hebben nesten; maar de Mensenzoon heeft nergens waar Hij zijn hoofd neer kan leggen. 59 Maar een ander zei tegen Hem: Meester, sta me toe om eerst mijn vader te begraven. 60 Maar Hij zei tegen hem: Volg mij, en laat de doden hun eigen doden begraven. 61 Weer een ander zei: Meester, ik zal U volgen, maar laat me eerst afscheid nemen van mijn familie. 62 En Jezus zei tegen hem: Niemand die zijn hand aan de ploeg zet en terugkijkt, is geschikt om de Heerschappij van God binnen te gaan.

Het volgen van Jezus in Zijn missie is een radicale breuk met de wereldse (doodse) manier van leven en vergt een mentaliteit die compromisloos afstand neemt van wat in de normale sociale verhoudingen als aanvaardbaar wordt gezien. Daar wordt door gewone mensen altijd tegen gewaarschuwd, dat fanatieke "sekteleiders" mensen wegscheuren van hun families en er nooit meer mee mogen omgaan. Maar die mensen snappen niet waar het bij iemand zoals Jezus om gaat en wat voor weg dat is die voert naar de Heerschappij van God; dat is een snelkookpan van stoppen met nieuw karma aanmaken (de instructies in eerdere gezegdes) en door je dienende ascetische levenswijze (nergens om je hoofd neer te leggen) oud karma snel verbranden. Om blijven gaan met je familie zal je binden aan oude gewoonten en gehechtheden en je op die manier binden aan de Mammon in plaats van aan de devotie voor de Meester. En je beslissing om die wending te maken is radicaal, je gaat God dienen en iedereen wordt nu je familie.

Q 10: 2-11 / Lukas 10: 2-11 = Mattheus 9: 37-38, 10: 15, 16, 7-14

2 Hij zei tegen zijn volgelingen: De oogst is overvloedig, maar er zijn weinig werkers. Vraag dus aan de Heer van de oogst om werkers naar de oogst te zenden. 3 Ga op weg! Kijk, ik stuur jullie als schapen tussen de wolven. Wees dus zo spitsvondig als de slangen en zo onschuldig als de duiven! 4 Draag geen beurs, geen knapzak, geen sandalen, geen stok, en groet niemand langs de weg. 5 Welk huis je ook binnengaat, zegt eerst: Vrede aan dit huis! 6 En als daar een zoon van vrede is, laat je vrede op hem rusten maar zo niet, laat je vrede dan op je terugkeren. 7 En blijf in dat huis, eet en drink er wat men je voorzet, want de werker is zijn beloning waard. Ga niet van huis tot huis. 8 En welke stad je ook binnengaat en ze je niet verwelkomen, 11 schudt het stof van je voeten bij het verlaten van die stad.

Ik weet te weinig van de gebruiken uit die tijd in die cultuur. Schapen tussen wolven omdat de volgelingen heel zuiver en onbaatzuchtig leven, maar ze veel mensen zullen tegenkomen die slechte of wereldse bedoelingen hebben? Ze mogen geen geld bij zich hebben, maar zijn volledig overgeleverd aan wat ze wel of niet krijgen aangeboden, net als rondtrekkende boeddhistische monniken, ze lopen denk ik op blote voeten en met heel weinig of geen bagage (want geen knapzak mee), niemand groeten op de weg, misschien om geklessebes te vermijden, wat toen heel normaal zal zijn geweest. Die vraag aan de "Heer van de oogst"(God?) snap ik niet goed wat daarmee wordt bedoeld. Misschien moeten ze zich zelf inspannen om meer volgelingen te werven die de missie uit kunnen breiden?

Q 10: 16 / Lukas 10: 16 = Mattheus 10: 40-41

16 Wie maar ook jou binnen laat, laat Mij binnen, en wie maar ook Mij binnen laat, laat Degene binnen die Mij gezonden heeft.

Dit tekstdeel hoort feitelijk bij het gezegde hiervoor, ik had ze eigenlijk beter bij elkaar kunnen houden, maar ik zal aan het eind de gezegden allemaal samen tonen.
Het gaat dus over de volgelingen die door gastvrijheid een tijdelijk logeeradres krijgen aangeboden terwijl ze in zo'n stad of dorp mensen proberen te interesseren om ook het onderwijs van Jezus te volgen.

Net als de gezegden in het begin, zijn dit instructies over hoe je het beste (innerlijk gezien) met anderen omgaat, hoe je ze niet vanuit een "ego-houding" moet bezien, maar vanuit het toepassen van de instructies van Jezus en de relatie die je hebt met Hem. In dit geval slaat het op de volgelingen die bij mensen thuis gastvrijheid ontvangen, maar je kunt dit overal toepassen waar dit soort situaties zich voordoen.

Ook hier weer, is dit een indirecte manier om te zeggen dat de Meester eigenlijk (voor de volgelingen) hetzelfde is als God. Maar wat hier ook staat is, dat de volgelingen zichzelf moeten leren zien als in het verlengde van (of zelfs als) de Meester/God. Dit is compacte mystieke taal om het gevoel van ego weg te leren halen uit dit soort sociale situaties. God is één, dus de ander (de gastheer of gastvrouw) is eigenlijk God, maar jij bent het zelf ook, je zit enkel nog gevangen in je object-subject illusie, je ervaart die eenheid met God die overal is nog niet.

Met door dit soort mystieke ideatie verzwak je de ego-illusie en kom je zo geleidelijk in de richting van de Heerschappij ("koninkrijk") van God, een Kosmisch Bewustzijn (Heilige Geest). Later, in twee andere gezegden zal Jezus dit proces van het overstijgen van die ego-illusie in beeldende taal uitleggen. Maar hij zal eerder al mantra's erbij geven die deze ideatie tot een automatisme zullen maken. Het is erg direct en praktisch onderwijs, dit is geen religie, maar wel het zuivere mystieke pad.

Q 10: 19-20 / Lukas 10: 19-20 Sondergut

19 Zie, Ik geef jullie de autoriteit om slangen en schorpioenen te vertrappen en all machten van de 20 vijand. En niets zal jullie op welke manier dan ook kwaad kunnen doen. Desalniettemin, verheug je niet dat de geesten zich aan je onderwerpen, maar verheug je dat je bestemd bent om de Heerschappij van God te bereiken. 

Je op deze mystieke manier verbinden met Jezus of de Meester geeft je een innerlijk macht om het negatieve, de machten van de vijand (de Mammon) eronder te houden. "Slangen en schorpioenen" zijn alle wereldse krachten die aan je trekken om de andere kant op te bewegen, weg van de Heerschappij van God. Dat kunnen innerlijke verleidingen zijn uit je dagelijkse omgeving, bijvoorbeeld liever willen slapen, overeten, anderen pijn doen, niet willen mediteren, etc. etc., maar het kunnen ook mensen van buiten zijn, die de missie willen schaden. De "slangen en schorpioenen" zitten dus zowel binnen als buiten jezelf. Door de binding met de beoefening die Jezus onderwijst, met als kern de Meester zelf, ben je in staat om deze strijd tegen het negatieve te winnen, want een strijd is het. Moslims noemen dit ook wel "Jihad".

Dat ze die vijanden op deze manier kunnen verslaan, kan de volgelingen blij maken. Maar Jezus waarschuwt dat het hier helemaal niet om gaat, maar dat ze beter blij kunnen zijn dat ze zich op deze manier richting Heerschappij van God bewegen, daar is alles feitelijk op gericht en dit is dan ook het enige gebed dat Jezus toe staat in de missie. Andere gebeden worden door Jezus ontraden.

Q 10: 23b-24 / Lukas 10: 23b-24 = Mattheus 13: 16-17

24 Gelukkig de ogen die zien wat jullie zien! Ik zeg jullie, veel profeten en koningen wensten dat ze hadden kunnen zien wat jullie nu zien, maar het nooit te zien kregen; te horen wat jullie horen, maar het nooit te horen kregen.

Ook hier weer een gezegde over de bijzondere status van Jezus. Theologen zoals Bart Ehrman beweren dat Jezus een profeet of apocalyptische prediker was, maar ook hier weer zie je een indirecte uitleg van wie Jezus, als Meester eigenlijk is, iemand die zelfs door (al die) profeten nooit gezien werd, maar waar ze wel naar verlangden. Het is heel erg zeldzaam om de Meester in levende lijve mee te maken en het onderricht (het "horen") van Hemzelf te krijgen. Q-theologen laten dit gezegde dan ook meestal weg uit de kerngezegden, ze denken dat dit later erbij verzonnen is na de dood van Jezus. Maar ik zie juist wel de eenheid met de andere gezegden in de Quelle tekst.

Nu volgt de kern van het onderricht, de mantra's en het enig toegestane gebed. In andere gezegden ging het al om het bewaren van de eenvoudigheid van geest en de noodzaak om het ego uit ons handelen weg te halen door overal de Meester in te zien, zelfs in ons eigen handelen.

Nu volgen de mantra's waarmee je die geesteshouding bestendigt.

Q [-] / Mattheus 6: 3-4, 17-18, 6-8 Sondergut

3 Als je een goede daad doet, laat je linkerhand niet weten 4 wat je rechterhand aan het doen is; je goede daad moet geheim zijn en je Abba die in het geheim ziet wat er gedaan wordt zal je belonen.

17 Als je vast, smeer dan olie 18 op je hoofd en was je gezicht, opdat mensen niet kunnen zien dat je vast, maar alleen je Abba die in het geheim kan zien zal je belonen.

6 Als je mediteert, ga alleen een kamer binnen, sluit de deur, en mediteer op je Abba die daar is in de geheime plek, en je Abba die ziet wat er geheim is, zal je belonen. 7 In je meditatie, ga niet aan het babbelen zoals de heidenen, die zich inbeelden dat hoe meer ze zeggen, hoe waarschijnlijker ze 8 zullen worden gehoord. Doe ze dat niet na. Je Abba weet al wat je noden zijn voordat je het Hem vraagt.

Q 11: 2 / Lukas 11: 2 = Mattheus 6: 9-10a, [10b (Sondergut)]

2a Als je mediteert, zeg:
2b Abba, (geliefde Papa) 

Laat je Naam geheiligd worden. (niet in Evangelion);

Evangelion en vroege Lukas prefereren: Laat Je Heilige Geest komen. [Mattheus en late Lukas prefereren: Laat Je Heerschappij komen

[-] Laat Je Wil geschieden. (niet in Evangelion of vroege Lukas)

In de missie van Jezus gaat het eigenlijk alleen om dienen. De geliefde Meester wordt gediend en de lijdende mensen worden gediend als waren zij de Meester.

Maar dat dienen gebeurt zonder ego, alles gebeurt in Zijn naam, Zijn naam wordt in alles geheiligd en het is Zijn wil die geschiedt, niet die van de volgeling. Daardoor zijn ze zich steeds bewust dat ze zelf niet handelen, terwijl ze het objectief gezien natuurlijk wel doen. Hun linkerhand weet als ware niet wat hun rechterhand doet, het wordt karmisch niet geregistreerd. Bij het vasten laten ze nooit zien dat het zwaar is, ze zullen niet eens vertellen dat ze die dag vasten.

Het enige gebed dat nog gedaan wordt door de volgelingen, is 'Laat je Heilige Geest of Heerschappij (in mij) komen'. Dat is het enige doel voor de volgelingen, de rest is daaraan ondergeschikt, Abba zorgt voor de fysieke en mentale noden, zonder dat je het Hem hoeft te vragen, omdat hij je noden al kent.

Abba is de meest geliefde. Het woord Abba is Aramees voor 'Baba', geliefde Vader (Papa). Geliefden zeggen vaak 'baby', wat eraan verwant is.

De geheime plek waar je op Abba (via de mantra) mediteert kreeg je bij de initiatie, daar, op die plek ben je op het intiemst alleen met je geliefde Abba. Daar, op die plek, ziet je Abba ook alles wat je denkt en doet, iedere seconde van je leven.

Q 11: 9-13 / Lukas (Evangelion versie) 11: 9-13 = Mattheus 7: 7-11

9 Ik zeg jullie, vraag en het zal gegeven worden, zoek en je zal vinden, klop en je zal open gedaan worden. 10 Want een ieder die vraagt ontvangt, en degene die zoekt vindt, en degene die klopt zal het geopend worden. 11 ... Wie van jullie zal, als vader zijnde, als zijn zoon hem om een vis vraagt, in plaats van vis een slang geven? 12 Of in plaats van een ei, een schorpioen? 13 Dus als jullie, hoewel niet perfect, weten hoe goede giften te geven aan jullie kinderen, hoe veel meer zal jullie Kosmische Vader het Kosmische Bewustijn geven aan hen die daarom vragen?

Een van de grondregels waarom deze mystieke instructies zo'n praktisch effect sorteren, is dat een mens wordt zoals men denkt. Als je veel aan iets denkt, dan zal het na verloop van tijd (uiteraard binnen bepaalde grenzen) materialiseren, het zal werkelijkheid worden. Als je bijvoorbeeld je hele leven denkt dat je koning wilt zijn, dan zal je herboren worden als een koning, maar waarschijnlijker wordt je herboren met de familienaam De Koning ...

Ik had een jaar of 25 geleden een sterke wens om op deze plek aan dit water te mogen wonen en een jaar of 12 geleden ging die wens onverwacht helemaal in vervulling. Maar in de missie van Jezus lever je dat soort wereldse wensen in, je enige wens is nog om de Heerschappij van God te verwerkelijken, om de Heilige Geest (het Kosmisch Bewustzijn, het opheffen van de subject-object illusie) te verkrijgen. Als je het maar lang genoeg wenst en alle andere wensen een voor een verdwijnen, dan zal het ook gebeuren, Abba zal het je schenken.

Vissen en eieren zijn blijkbaar positieve metaforen in deze gemeenschap in Galilea en slangen en schorpioenen zijn, als elders in Quelle, negatieve metaforen. De slang is overigens in dit soort tradities altijd een negatieve metafoor, samen met de schedel. De positieve metaforen zijn het zwaard en het vuur, maar die komen voor in een andere uitspraak van Jezus binnen deze tekst.

Q 11: 21-22 / Lukas (Evangelion versie) 11: 21-22 = Mattheus 12: 29

(Evangelion versie) 21 Wanneer maar ook de sterke persoon, die goed bewapend is, het eigen huis mag bewaken, dan is het bezit van die persoon in vrede. 22 Maar wanneer maar ook een sterkere persoon, hebbende aangevallen, die eerste zou  overmeesteren, dan verwijdert die sterkere persoon de bewapening waar die laatste zijn vertrouwen in stelde, en verdeelt de buit.
(Mattheus versie)  Hoe kan iemand inbreken in het huis van een sterke persoon en er met de goederen vandoor gaan tenzij hij de sterke man heeft vastgebonden alvoren het huis te plunderen?

Het is lastig te zeggen wat er nu precies in de Quelle tekst heeft gestaan door de zo uiteenlopende twee versies. 

De volgeling in de missie van Jezus moet zijn ziel beschermen tegen het negatieve, de negatieve gedachten, neigingen en gewoonten die we nu eenmaal allemaal meedragen uit ons verleden. Dat laatste is denk ik de "sterkere man" die het huis wil plunderen, het huis is dus de ziel van de volgeling die bescherming behoeft. 

Net als met de metafoor van het huis op de rotsbodem bouwen (en niet op zand), op het strikt navolgen van de leringen van Jezus, is hier sprake van de metafoor van het bewapenen van de volgeling (sterke man), die met een sterkere man te maken krijgt. Het is dus zaak om de bewapening (het strikt toepassen van de leringen) niet af te doen of weg te laten halen, maar het stevig aan te houden en zo de ziel te beschermen tegen toegeven aan het negatieve.

Er zijn drie van deze metaforen in Quelle over het belang van het strikt navolgen van deze leringen van Jezus. Dit is de tweede.

Het huis niet laten wegspoelen bij de eerste de beste overstroming en het huis niet laten plunderen bij een sterke inbreker of rover, ze staan denk ik voor hetzelfde. Het lijkt erop dat de auteur van Mattheus het niet begrepen heeft en de boel ernstig vervormd heeft.

Hier zit in Lucas een tamelijk afwijkend gezegde tussen, maar daarna toch het vervolg op het gezegde van de sterke man die zijn huis moet verdedigen:

Q 11: 23 / Lukas 11: 23 = Mattheus 12: 30

23 Degene die niet met mij is, is tegen mij, en degene die niet bijeen brengt, verdeelt.

Het is wel hetzelfde thema, namelijk strijd. Het zich bewapenen tegen de sterke man die het huis wil beroven gaat via Jezus (of zijn onderricht) en degene die het huis wil beroven of plunderen is de Mammon, die de ziel verdeeld houdt, in plaats van de Eenheid in de Heerschappij van God tot stand helpen te brengen. Beetje vergezocht misschien, maar zo zie ik toch wel een link met het voorgaande en het volgende gezegde.

Q 11: 24-26 / Lukas 11: 24-26 = Mattheus 12: 43-45

24 Als de bezoedelende geest de persoon heeft verlaten, dwaalt hij door waterloze streken op zoek naar een rustplaats, en vindt er geen. Dan zegt hij, ik zal terugkeren naar mijn huis waar ik vandaan kwam. 25 En als het aankomt vindt hij het huis geveegd en opgeruimd. 26 Dan gaat hij zeven andere geesten halen die nog kwader zijn dan hijzelf, en er intrekkend, vestigen zij zich. En de laatste omstandigheden van die persoon zullen erger zijn dan de eerste.

Het gaat weer over dat huis, de ziel, waar een negatieve geest (bijvoorbeeld drankzucht of snoepverslaving of de neiging te roddelen of beschimpen) uit vertrokken is, maar die in de beeldspraak geen echte rustplaats weet te vinden en toch terug weet te keren bij de volgeling. De discipel is verder redelijk zuiver geworden, eenduidig gericht op de Heerschappij van God dankzij het toepassen van het mystieke onderricht van Jezus (die in Quelle), maar als die negativiteit eenmaal weer is weten in te breken, gaat hij er (bij wijze van spreken) zeven andere negatieve gewoonten of neigingen bijhalen en is de discipel er slechter aan toe dan voordat hij die eerste weer besloot toe te laten.

Het verband met vooral het eervorige gezegde is overduidelijk. Het is een waarschuwing voor de volgeling om heel strikt te zijn in het toepassen van de discipline in het toepassen van de instructies van Jezus en de bewapening dus sterk en heel te houden.

Is het niet prachtig dat je vrijwel heel de Quelle gezegdencollectie zo in zijn verband kan leren begrijpen? En hoe helder krijg je zo de missie en het onderwijs van Jezus te zien en hoe simpel steekt het feitelijk in elkaar als je de beeldtaal eenmaal door krijgt? Je komt de geliefde Jezus zo heel nabij!

Het thema strijd of worsteling loopt door heel de Quelle tekst heen. De volgeling moet strijden om het onderricht toe te passen, er is geen sprake van een "quick-fix" via een geloof of religie, je zit als het ware nog bij Jezus zelf op schoot die je in die strijd zal ondersteunen.

Q 11: 33 / Lukas 11: 33 = Mattheus 5: 15

33 Niemand steekt een lamp aan en plaatst het op een verborgen plek, maar op een kandelaar, en het geeft licht voor iedereen in het huis. 

Misschien wordt hier bedoeld dat je het licht dat je verkrijgt door de leringen van Jezus toe te passen, niet voor jezelf moet willen houden, maar dat je het moet willen projecteren in je omgeving zodat ook anderen er profijt van kunnen hebben. Er moet met andere woorden evenwicht zijn tussen innerlijke beoefening en wat je daarmee in het dagelijkse leven doet?

Q 11: 34 / Lukas 11: 34 = Mattheus 6: 22-23

34 De lamp van het lichaam is het oog. Als je oog grootmoedig is, dan is heel je lichaam stralend; maar als je oog geelzuchtig is, is heel je lichaam donker.

Moeilijk deze tekst. Want wat is een geelzuchtig oog, argwanend of wantrouwend? En wat is een 'grootmoedig oog'? Het zal te maken hebben met hoe je naar de wereld of mensen kijkt en wat voor effect dat heeft op je persoonlijkheid?

Q 11: 39b, 42-44, 46b, 52 / Lukas 11: 39b, 42-44, 46b, 52 = Mattheus 23: 25-26, 23, 6, 27, 4, 13, 29-36

39b Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie zuiveren te buitenkant van de beker en schaal, maar van binnen zijn ze vol van inhaligheid en genotzuchtigheid. 42 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie innen de tienden van de munt en de dille en komijn, en vergeten de rechtvaardigheid en genadigheid en trouw. 43 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie houden van de ereplaatsen bij de banketten en de voorste zitplaatsen in de synagoges en de lofbetuigingen op de marktplaatsen. 44 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie zijn als onherkenbare graven waar mensen overheen lopen zonder dat ze het door hebben. 46b En wee aan jullie uitleggers van de Wet, want jullie binden de mensen aan lasten en laden die op hun ruggen, maar jullie zelf willen geen vinger uitsteken om ze voort te bewegen. 52 Wee aan jullie uitleggers van de Wet, want jullie (Lukas versie:) nemen de sleutel weg tot gnosis (introspectieve kennis) en (Mattheus versie:) sluiten de Heerschappij van God af voor de mensen, jullie gaan zelf niet naar binnen, noch laten jullie mensen toe die proberen binnen te komen. 

Dit is harde kritiek van Jezus op hypocriete schriftgeleerden die onbekend zijn met de resultaten van gnosis (intuitieve kennis, datgene wat Jezus wel onderwijst) en de sleutel daartoe bij mensen die wel daar naar binnen willen, expres bij ze weghouden. Hij beledigt ze door ze te vergelijken met ongemerkte graven waar mensen overheen lopen zonder het door te hebben.

De Farizeeers zijn dus (volgens Jezus) bezig met alles waar Jezus zijn volgelingen juist vanaf wil helpen. Dit is de enige plek in de leringen van Jezus waar het woord gnosis voorkomt. Maar eigenlijk gaat het in de hele Quelle voortdurend over gnosis. Wat is er met het Christendom al zo heel vroeg in de geschiedenis gebeurd, dat ze dit centrale thema afkomstig van Jezus zijn kwijtgeraakt?

Q 14:5 / Lukas 14: 5 = Mattheus 12: 11-12

5 Is er iemand onder jullie die een os heeft en als het in een kuil valt op de sabbat, het er niet onmiddelijk uit hijst? 

Jezus keert zich tegen het dogmatisch volgen van religieuze voorschriften, wat natuurlijk niet hoeft te verbazen met al dat praktische recht-voor-zijn-raap, door-en-door esoterische onderwijs.

Q 12: 2-3 / Lukas 12: 2-3 = Mattheus 10: 26-27

2 Er is niets bedekt dat niet aan het licht zal komen, en verborgen dat niet bekend zal worden. 3 Wat je in het donker zegt, zal in het licht gehoord worden; en wat in iemand's oor ingefluisterd wordt in de geheime kamer, zal van de daken worden verkondigd. 

Het is duidelijk, dat er zoiets is als absolute kennis, voor God is niets verborgen, want het komt uit Hem voort, Hij kent bovendien geen tijd (toekomst en verleden hebben voor Hem geen geheimen, nergens). Het kan in dit geval op karma slaan, dat de afrekening altijd komt, vroeger of later. Het laatste zinsdeel is raadselachtig, want daar is weer die 'geheime kamer'. Misschien gaat het gewoon over je innerlijk, dat zelfs je onuitgesproken gedachten een reactie kunnen verwachten als er ego inzit. Die geheime kamer moet dan wel haast je innerlijk zijn, waar je denkt alleen te zijn, maar dat is niet zo.

Gezegden over repressie van de beweging, moed tonen en overgave aan de wil van de Geest:

Q 12: 4-7 / Lukas (Evangelion versie) 12: 4-7 = Mattheus 10: 28-31

4 Wees niet bang voor degenen die het lichaam kunnen doden, maar de ziel niet; 5 vrees de Ene die na het doden in staat is je in Gehenna te werpen. 6 Worden niet twee mussen verkocht voor twee cent? En toch zal geen van ze naar de aarde vallen zonder toestemming van je Abba. 7 Maar zelfs de haren op je hoofd zijn genummerd. Wees niet bang, je bent meer waard dan vele mussen.

Er is veel sprake van strijd in de Quelle tekst en hier gaat het om ombevreesdheid, je ziel is belangrijker dan je fysieke leven. Je leven kun je redden, maar aan je karma kun je niet ontsnappen (eigenlijk zit de idee van reincarnatie hier ook bij in). Het is een herhaling van het eerdere gezegde om je niet druk te maken om dingen, maar de leringen strikt toe te passen en je vertrouwen in Hem te leggen. In India zouden ze zeggen, dharma volgen staat altijd voorop, God is met degenen die hun menselijke dharma volgen (en het menselijke dharma is veel meer waard dan dat van een dier zoals een mus).

Q? 12: 8-10 / Lukas 12: 8-10 = Mattheus 10:32-33, 12: 32a-b

8 Een ieder die zich publiekelijk voor mij uitspreekt, zal de Mensenzoon zich ook voor hen uitspreken voor 9 God. Maar wie mij publiekelijk ontkent, zal voor God worden ontkent. En een ieder zich die tegen de Mensenzoon uitspreekt, het zal hun vergeven worden; 10 maar een ieder die zich tegen de Heilige Geest uitspreekt, het zal hun niet vergeven worden.  

De Meester is soort van de persoonlijke manifestatie van God en dit lijkt dat te bevestigen. De volgelingen moeten dat ook zo blijven zien in conflictsituaties. Mogelijk bereid Jezus hen voor op mishandelingen? Er valt denk ik wel meer over dit gezegde te zeggen.

Q 12: 11-12 / Lukas 12: 11-12 = Mattheus 10: 19-20, (+ Sondergut 10: 22)

11 Als ze jullie voor de leiders en andere autoriteiten voeren, wees niet bezorgd over hoe je iets of wat je moet zeggen, 12 want het zal jij niet zijn die spreekt maar de Geest van je Abba in jou.

De leerlingen zijn al zo gevestigd in het opvolgen van de instructies, dat ze in hun eigen handelen, ook in deze moeilijke conflictsituaties, de Geest voor laten gaan op hun ego met al zijn zorgen en angsten. Op dit soort momenten wordt de beoefening echt op de proef gesteld.

Q 12: 22-31 / Lukas 12: 22-31 = Mattheus 6: 25-34, 8

22 Wees niet bezorgd over je leven, over wat je zal kunnen eten, noch over je lichaam, met wat je jezelf zal moeten kleden. 23 Is het leven niet meer dan eten, en het lichaam meer dan kleding? 24 Kijk naar de raven: Zij zaaien, noch oogsten, noch verzamelen ze in schuren, en toch voedt God ze. Zijn jullie niet beter dan vogels? 25 En wie onder jullie kan door bezorgdheid ook maar een centimeter toevoegen aan zijn lengte? 26 En waarom maak je je zorgen over je kleding? 27 Kijk naar de lelies en het gras: Zij kaarden niet noch spinnen ze en toch zijn ze gekleed. Ik zeg je: dat Salomon in al zijn glorie niet zo fraai was uitgedost als een van dezen. 28 Als dat zo is, hoeveel meer zal Hij jullie kleden, Oh jullie van klein vertrouwen? 29 Maak je dus geen zorgen, zeggende, Wat moeten we eten? Of: Wat moeten we drinken. Of: Waarmee moeten we ons kleden? 30 Je Abba weet dat jullie ze allemaal nodig hebben. 31 Zoek liever Zijn Heerschappij, en al deze dingen zullen je toekomen. 

Dit is een uitwerking naar de praktijk in de missie toe, dat je als volgeling van Jezus enkel op de Heerschappij van God gericht moet blijven en je aardse behoeften moet overlaten aan de voorzienigheid en verders nergens om bidden of erover ideeëren. Het doet me sterk denken aan de manier waarop de Dorothy Gemeenschap bij Uithoorn woont en leeft.

Q 12: 33-34 / Lukas 12: 33-34 = Mattheus 6: 19-21

33 Koester op aarde geen schatten, waar motten en knagers het aantasten en waar rovers voor inbreken en het stelen, maar koester voor jezelf tijdloze schatten. 34 Want waar je schat ligt, daar ook ligt je hart.

Een soortgelijk gezegde, het gaat niet zozeer om het niet willen van de spullen zelf, maar meer dat je dat innerlijk niet moet zoeken en koesteren (en je er zorgen over maken), omdat het je afhoudt van je ideatie op God en het doorbreken van Zijn Heerschappij daardoor moeilijker wordt, je vertraagt je spirituele groei ermee.

Q 12: 49, 51 / Lukas 12: 49, 51 [eerste helft is Sondergut] = Mattheus 10: 34-36

49 Ik ben gekomen om vuur te werpen op de aarde, en hoezeer wenste ik dat het al opgebrand was! 51 Denk je dat ik gekomen ben om vrede op aarde te werpen? Ik ben niet gekomen om vrede te werpen, maar een zwaard!

Met het woord 'werpen' ben ik niet echt tevreden, maar het gaat om het beeld van deze Jezus die niet voor de vrede op aarde is gekomen. Hoe onchristelijk! Wellicht wel, maar heel de Quelle, heel het onderwijs van Jezus aan zijn discipelen is doortrokken van de noodzaak tot strijd, strijd tegen de Mammon, strijd tegen onze oude gewoontes en verlangens. Daar zijn dan het zwaard en het vuur als symbolen van het positieve dat vecht tegen het negatieve (in en buiten ons, Jihad!).

Ook Shiva houdt ze vast in zijn rechterhand tijdens zijn tandava-dans, de dans die moed geeft om door te strijden tegen het negatieve. Wij staan ertussenin, tussen positief en negatief, tussen goed en kwaad en die strijd gaat heel ons leven door, rechts het positieve en links van ons het negatieve dat ons de andere kant op wil trekken. Jezus komt om het vuur en het zwaard te brengen zodat we de slangen of schorpioenen kunnen verslaan. Jezus is enkel gekomen voor de Vrede in de Heerschappij van God en niet voor de vrede in ons aardse bestaan, ook niet in de missie.

Het branden van de aarde staat voor het verbranden van het oude karma, dat gaat sneller als je de leringen van Jezus strikt toe past in je leven. Is het toeval dat diezelfde symbolen voorkomen bij zowel Shiva als bij Jezus? Ik weet het niet, Jezus gebruikt steeds slangen en schorpioenen als symbolen voor het negatieve en Shiva slangen en schedels. Hun onderwijs verschilt nauwelijks, althans niet op dit bescheiden niveau. Uiteraard leefden ze in totaal verschillende tijden.

Mattheus 5: 29-30 Sondergut (Markus 9: 43-48/Mattheus 18: 8-9)

30 Als je rechterhand je ondergang brengt, hak het af en werp het weg; het is beter om een deel van je lichaam te verliezen dan dat het hele lijf de hel in gegooid wordt. 29 En als je rechteroog je op tot een verkeerde weg leidt, ruk het uit en smijt het weg; het is beter voor je om een deel van je lijf te verliezen dan dat het geheel naar de hel gaat.

Helaas alleen in Mattheus bewaard gebleven, het wordt dacht ik meestal weggelaten uit de Quelle tekst. Ook hier weer die strijd die voortdurend geleverd moet worden, hier gaat het over het beheersen en beschermen van je zintuigen; waar je naar kijkt (en luistert) en wat je met je handen en benen uitspookt. Net als bij de instructies van de Boeddha aan zijn volgelingen krijgen de discipelen de opdracht om hun zintuigen strikt te beheersen, maar dat geldt ook voor het denken, waarin ook handelingen en beelden kunnen worden opgeroepen, zonder de zintuigen. Het is heftig verwoord, typisch Jezus, maar Evangelion/Lukas liet het weg, te heftig voor de schrijvers? 

Q? 12: 54-56 / Lukas 12: 54-56 Sondergut

54 Als je wolken zich op ziet bouwen in het Westen, zeg je meteen, "Het gaat regenen", en 55 regenen gaat het. En als de wind uit het Zuiden komt, zeg je, 56 "Er zal een hittegolf komen", en daar is ze. Wat een huichelaars zijn jullie! Jullie weten hoe je de verschijningsvormen van de aarde en de lucht moeten interpreteren; 57 Hoe komt het dan dat jullie voor jezelf [] kunt beoordelen wat de juiste koers is?  

Ik twijfel of dit uit Q komt, het is sowieso een merkwaardig stukje tekst, dat Mattheus niet heeft. Hebben de leerlingen zich teveel afhankelijk gemaakt van de begeleiding van Jezus en durven ze niet zelf na te denken over hoe ze zich moeten gedragen in de missie?

Q 12: 58 / Lukas 12: 58 = Mattheus 5: 25

58 Terwijl je met je tegenstander langs de weg gaat, span je dan in om je van hem los te maken, opdat de tegenstander je niet overdraagt aan de Rechter, en de Rechter aan de assistent, en de assistent je in de gevangenis gooit. 59 Ik zeg je, je zult daar niet weer uitkomen tot je de laatste cent hebt betaald.

Het gaat hier alweer over karma, de tegenstander die met je meeloopt langs de weg, dat zijn je slechte gewoonten die je in binding houden en verhinderen spiritueel sneller te groeien. Jezus spoort de discipel aan om ervan af te komen, voordat God zijn assistent (de bestuurder van dit universum) ervoor zorgt dat je voor die slechte indrukken de prijs terug moet betalen, het inlossen van dat karma. Het onderwijs van Jezus gaat over actief ingrijpen in je eigen lot, die worsteling richting Heerschappij van God zelf aangaan, niet over passief vertrouwen op religieuze beloften in bepaalde teksten. Omdat het een tegenstander is, is er strijd nodig, het zwaard of het vuur dat Jezus je heeft gebracht en onderwezen.

Q 9: 27 / Lukas 9: 27 = Mattheus 16: 28 = Mark 9: 1

27 Ik zeg je dit: er zijn er die hier aanwezig zijn die de dood niet zullen smaken voordat ze de Heerschappij van God gezien hebben.

Dit gezegde wordt meestal buiten de oudste kern van de Quelle gelaten, maar ik vind hem er wel inpassen. Zelfrealisatie krijg je niet zomaar, je moet alle indrukken, al je karma eerst uitdrukken zodat je ego verdwenen is. Maar als je in de snelkookpan van de missie van Jezus zit, kan het heel snel gaan. Het is natuurlijk niet echt 'zien', het is meer erin overgaan, erin verdwijnen.

Q 13: 18-21 / Luke 13: 18-21 = Matthew 13: 31-33

18 Hoe is de Heerschappij van God, waarmee kan ik het vergelijken? 19 Het is als een zaadje mosterd, dat iemand nam en in zijn tuin wierp. En het groeide en ontwikkelde zich in een boom, en de vogels van de lucht nestelden in haar takken. 20 En nogmaals: Waarmee kan ik de Heerschappij van God vergelijken? 21 Het is als een stukje desem, dat een vrouw nam en in drie delen bloem verborg tot het volledig was gefermenteerd (gerezen).

Dit is de diepere uitleg van de Heerschappij van God, die is gerelateerd aan de mantra die Jezus gaf om dit te bewerkstellingen. Deze vergelijkingen beelden beide expansie uit, oneindige expansie. De mosterdboom heeft het kleinste zaadje, dat staat voor ons individuele ik-bewustzijn. De mosterdboom staat voor de Heilige Geest of het oneindige Kosmisch Bewustzijn waarin of waarbinnen heel de schepping genesteld is. Het individuele bewustzijn zit gevangen in de illusie dat men omringd is met overal aparte objecten, maar als dit bewustzijn eenmaal oneindig is uitgedijd, dan valt het samen met de Heilige Geest, met het Ultieme Subject en is de illusie van veelheid verdwenen, we ervaren waar die illusie gemaakt wordt, het is slechts een projectie door de Heilige Geest, maar zonder scherm.

Zie je wat een enorme samenhang aanwezig is binnen deze Quelle tekst met het echte onderwijs van Jezus zelf? Helemaal geen ingewikkelde nauwelijks te begrijpen reli-taal uit een ver verleden, Jezus heeft het gewoon over spirituele groei en wat je daarvoor kunt doen om dat te versnellen. Toch is het niet zomaar een tekst, het gaat op allerlei manieren juist heel erg naar de kern, het is praktisch en filosofisch zeer stevig verankerd. En Jezus laat in Zijn persoon zien wat dit in een mens teweegbrengt. Anders zouden zijn discipelen Hem nooit gevolgd zijn.

Q 13: 24 / Lukas 13: 24 = Matthewus7: 13-14

24 Worstel om binnen te gaan door de nauwe deur, want velen zullen trachten binnen te gaan en weinigen zijn degenen die er doorheen gaan.

Alweer dat strijdthema, het strikt volgen van de instructies van Jezus is een strijd, een worsteling met de Mammon in jezelf, met de slangen en schorpioenen die je van de Weg af willen trekken, je komt ze op allerlei manieren dagelijks tegen. De deur of poort is zo nauw omdat je er alleen met ingetrokken ego doorheen kunt komen en weinig mensen zijn in staat om hun ego voldoende te laten krimpen, dat vergt veel inspanning. Dat kan via meditatie en de karmische lading verminderen door veel goed te doen en daardoor weerstand te moeten ondergaan, maar dit dan wel enkel uit Zijn Naam te doen, dus Zijn wil te vooronderstellen en steeds bij alles wat je doet Abba's Naam te Heiligen en niet denken dat je goede werken iets voor jezelf gaan opleveren. God heeft niemand nodig om binnen Zijn universum te dienen. Hij is de absolute Heer.

Q 18: 25 / Lukas 18: 25 = Mattheus 19: 23-25a (= Mark 10: 25)

25 Het is eenvoudiger voor een kabel (kameel?) om door het oog van een naald te gaan, dan voor een rijke persoon de Heerschappij van God binnen te gaan. 

Meestal niet herkend als een onderdeel van de kern van Quelle, is dit een illustratie van het 'nauwe deur-gezegde'. Met gehechtheden en wereldse nastrevingen ga je de Heerschappij van God, de smalle deur niet binnenkomen. Kameel is hier eventueel fout gelezen vanuit het Aramees, de afwijkende letters van beide woorden verschillen nauwelijks van elkaar in het Aramees.

Q 14: 11, 18: 14 / Lukas 14: 11, 18: 14 = Mattheus 20: 26-28, 23: 12

11 Iedereen die zichzelf verheerlijkt zal vernederd worden en degene die zichzelf nederig maakt, zal verheerlijkt worden.

Verheerlijken is hetzelfde als innerlijk omhoog stijgen en gelukzalig worden. Als je in het ego vast zit van trots, gehechtheden en status, dan heb je wellicht de afgeleide mineure verheerlijkingen van het comfort of genoegen, maar het is niet de gelukzaligheid die je ervaart als je geest de verheffing in de Heilige Geest of Heerschappij van God heeft meegemaakt. Daarvoor moet je jezelf nederig maken, het ego moet ingetrokken zijn om door de nauwe poort te kunnen.

Q 14: 26, 17: 33 / Lukas 14: 26, 17: 33 = Mattheus 10: 37, 16: 25-26

26 Degene die zijn vader en moeder niet verlaat kan mijn discipel niet zijn; en degene die zijn zoon en dochter niet verlaat kan mijn discipel niet zijn. 33 Wie zijn leven vindt zal het verliezen en wie zijn leven verliest vanwege Mij zal het vinden.

In de missie van Jezus gaat de discipel iedereen zien als kinderen van God en de oude familiebanden zijn storend in die radicale verandering in het beschouwen van mensen omdat ze associaties oproepen met oude gewoonten en manieren van omgaan met mensen. Daarom moeten de oude familierelaties doorgesneden worden. Vaak zie je in dit soort missies dat de familie de volgeling nog wel mag komen opzoeken, maar dan niet in de oude woonomgeving.

Q 14: 34-35 / Lukas 14: 34-35 = Mattheus 5: 13

34 Zout is goed; maar als het zout zijn zoutheid verliest, 35 waarmee moet het dan gekruid worden? Noch voor de aarde noch voor de mestvaalt is het geschikt - het wordt weggegooid. 

Ik begrijp dit gezegde uit Q nog onvoldoende. Het zout zal voor een bepaalde geesteshouding staan, maar hoe?

Q 14: 28-32 / Lukas 14: 28-32 Sondergut

28 Zou iemand van jullie bedenken om een toren te bouwen zonder er eerst voor te gaan zitten om de 29 kosten te berekenen, om zo te zien of je het kunt opbrengen om het af te bouwen? Anders, als hij de fundamenten had gelegd en dan niet in staat is om 30 het af te maken, zullen alle toeschouwers hem uitlachen."Daar is de man", zullen ze zeggen, "die begon te bouwen en het niet 31 af kon maken.

Het is erg slecht om aan een taak te beginnen en het dan niet af te maken. Het ondermijnt ook je doorzettingsvermogen, het kweekt defaitisme. Een eenmaal aangegane taak dien je te volbrengen.

Q 17: 3-4 / Lukas 17: 3-4 = Mattheus 18: 15, 22

3 Als je broer tegen je zondigt, dan wijs je hem terecht; en als hij berouw toont, vergeef hem. 4 En als hij zeven keer per dag tegen je zondigt, vergeef hem dan ook zeven maal.

Geen wrok of wraakgevoelens ontwikkelen, als iemand in de missie sorry zegt, moet je het vergeven en met een schone lei beginnen.

Q 17: 20b-21 / Lukas 17: 20b-21 = Mattheus 24: 26

20b De Heerschappij van God komt niet door observatie. 21 Ze moeten niet zeggen" "Hij kan geobserveerd worden in de wildernis, noch in de binnenste, geheime kamers". Want de Heerschappij van God is binnen jezelf!

Dit belangrijke gezegde dat je de Heerschappij van God (Heilige Geest) niet in de objectieve wereld moet zoeken, ook niet in de geheime delen van tempels of in de wildernis, werd verdrongen door christelijke fantasien over een collectief Koninkrijk van God, die na een apocalyps werkelijkheid zou moeten worden. Het is deels in Lukas en deels in Mattheus nog terug te vinden, maar niet meer als een geheel.

Q 19: 26-27 / Lukas 19: 26-27 = Mattheus 25: 29

26 Aan eenieder die heeft, zal gegeven worden; maar van 27 degene die niet heeft, zelfs wat hij heeft zal hem afgenomen worden.

De discipelen zijn bezig hun werelds verlangens en gehechtheden los te laten om zich enkel nog te richten op de dienst aan en liefde voor de Heerschappij van God, om net zo te worden zoals de Meester Jezus al is (onvoorwaardelijke liefde). Door die eenduidige houding, verliezen ze al die wereldse verlangens een voor een. Maar wie ze al heeft en najaagt zal er juist meer krijgen. Want zo je denkt, zul je uiteindelijk worden. De oprechte volgelingen zullen uiteindelijk alles verliezen en door de nauwe poort heen een worden met de Heerschappij van God.

 

het is volbracht

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Je vergelijkt onverdienende grove types met exoterisch denkenden. Bij parels voor zwijnen. Ik heb er genoeg over gepost dat exo niks negatiefs is maar een andere insteek. Misschien bewerk je dat even? 

Link naar bericht
Deel via andere websites
22 minuten geleden zei neohumanist:

QUELLE

Q 8: 9-10 / Lukas 8: 9-10 = Mattheus 13: 11-12a, 13 (= Markus 4: 11b-12) Triple Tradition

9 10 Aan jullie is het gegeven de geheimnissen van de Heerschappij van God te kennen; maar voor de rest via gelijkenissen, opdat ziende ze het niet kunnen waarnemen; en horende ze het niet kunnen begrijpen. 

Commentaar: De ingewijden hebben blijkbaar van Jezus onderricht gehad om de instructies en de onderliggende spirituele filosofie te begrijpen, maar oningewijden zullen de gelijkenissen of geheimtaal daardoor niet snappen en de meditatievorm die erin beschreven wordt ook niet weten toe te passen.

Q [-] / Mattheus 7: 6 Sondergut

6 Geef je ringen niet aan de honden; werp je parels niet voor de zwijnen; opdat ze ze niet onder hun poten vertrappen en omkeren en je aan stukken scheuren.

Dit is een waarschuwing om de kostbare leringen niet met onverdienende groffe types (bijvoorbeeld exotherisch denkenden) te delen, die ze zullen beschimpen en bespotten en jou vervolgens aan zullen vallen. Ze moeten alleen gedeeld worden met mensen die er spiritueel aan toe zijn. Dit kan eventueel ook het openingsgezegde zijn geweest.

Q 6: 20b-23 / Evangelion 6: 21-23 = Mattheus 5: 3-4, 6, 11-12

20b Gezegend zijn jullie eenvoudigen van geest, want voor jullie is de Heerschappij van God. 21 Gezegend zijn jullie die hongeren, want jullie honger zal gestild worden. Gezegend zijn jullie die rouwen, want jullie zullen getroost worden. 22 Gezegend zijn jullie als jullie beledigd en vervolgd worden vanwege de Mensenzoon. 23 Jullie vaders hebben datzelfde al de profeten aangedaan. 

Als je een complexe of berekenende manier van denken hebt of daaraan vasthoudt, dan maak je het jezelf moeilijker of onmogelijk om richting de Heerschappij van God te bewegen. Hoe eenvoudiger of simpeler je denkt, hoe beter. Daarom houden veel mensen tegenwoordig in onze complexe samenleving meer van bepaalde soorten dieren dan van mensen, omdat dieren geen complexe manier van denken hebben en onvoorwaardelijk trouw en aanhankelijk zijn. Met hongeren wordt hier mogelijk bedoeld het intense verlangen naar Waarheid oftewel de Heerschappij van God/Liefde. Door je zonder bedenkingen (zonder complexen) voor het goede in te zetten, ga je automatisch pijnlijke ervaringen meemaken, je zal steeds terugkerend het gevoel hebben dat je dingen los moet laten, maar daarna zal je getroost worden, je zult je juist lichter gaan voelen. Hetzelfde geldt als je dat doet in de naam van Jezus en je daardoor verguisd en vervolgd wordt. Jezus vergelijkt het met wat hun voorouders de profeten aandeden, de volgelingen worden dus zo te zien door Jezus met profeten vergeleken. Wat volgens mij ook iets zegt over de status van Jezus zelf in deze tekst.

Q 6: 27-32, 35-36 / Lukas 6: 27-32, 35-36 = Mattheus 5: 44, 5: 42, 7: 12, 5: 46-47

27 Heb je tegenstanders lief 28 doe goed aan wie je haten, zegen degenen die een loopje met je nemen 30 Geef aan degene die je iets vraagt en vraag niet terug wat van jou is. 29 Als iemand je op je wang slaat, bied hem dan de andere wang aan. Als iemand je jas weggrijpt, laat hem dan ook je hemd. 31 Doe aan anderen zoals je zelf behandeld zou willen worden. 32 ... Als je enkel hen liefhebt die van jou houden, wat is dan je beloning? Doen niet zelfs de belastinginners hetzelfde? 36 Heb compassie net zoals je Abba compassie heeft, 35 c-d opdat jullie Kinderen van jullie Abba, de Allerhoogste zullen worden, want Hij laat zijn zon opkomen voor de slechten en de goeden. 35 a-b In plaats daarvan , heb je tegenstanders lief en doe het goede, en leen zonder iets terug te verlangen. Je beloning zal groot zijn en jullie zullen kinderen van God zijn.

God houdt van iedereen evenveel, want het zijn allemaal Zijn kinderen en Hij kan niemand van zijn kinderen haten, al doen ze nog zo egoistisch of slechte dingen. Dit gaat over hoe de volgeling die onvoorwaardelijke liefde in allerlei situaties in praktijk moet leren brengen om zo het ego, dat niet gekleineerd of pijn gedaan wil worden weg te halen uit situaties waarin het belandt. Wie het ego weghaalt uit alle situaties, zal het zien slinken, waardoor de grenzen ervan zullen vervagen en men ook echt zal gaan ervaren dat men een kind is van God en Zijn Liefde onvoorwaardelijk is en constant op ons neerdalend als we de paraplu van ons ego maar weten in te klappen. Dit gezegde speelt in op het vorige gezegde waarin al werd uitgelegd dat je gezegend bent als je tegenstand en pijn mag incasseren. Daarom kun je deze gezegden niet los van elkaar zien, het is een totale leer, van Jezus zelf. Besef wel dat deze volgelingen huis en haard verlaten hebben en zonder bezittingen overgeleverd aan de gastvrijheid van vreemden rondtrekken en alles proberen los te laten waarmee ze zich verbonden voelden. Dit is een snelkookpan richting Heerschappij van God waarin ze samen met hun geliefde Jezus zijn gestapt.

Q 6: 37-38 / Lukas 6: 36-38 = Mattheus 7: 1-2

37 Oordeel niet opdat je niet geoordeeld wordt. 38 wat je een ander aandoet, zal je in gelijke mate aangedaan worden.

Als je een ander vanuit ego iets aandoet of flikt, dan krijg je daar als het ware een deuk(je) door in je ziel. Uiteindelijk zal dat weer uitgedeukt worden en ervaar je iets soortgelijks als wat je de ander hebt aangedaan, zelfs als je niet meer weet wat je toen gedaan hebt, zal je het toch moeten ondergaan. Dit is de wet van karme, actie = reactie, ook spiritueel, niet alleen natuurkundig dus.

Q 6: 41-42 / Lukas 6: 41-42 = Mattheus 7: 3-5

41 Waarom zie je de splinter in je broer zijn oog, terwijl je de balk in je eigen oog over het hoofd ziet?  42 Hoe kun tegen je broer zeggen: Laat me de splinter uit je oog weghalen en kijk eens naar de balk in je eigen oog? Huichelaar, gooi eerst die balk uit je eigen oog en dan zul je helder genoeg zien om de splinter uit je broers oog te kunnen verwijderen.

Het is veel makkelijker om te voelen wat een ander jou aandoet en te zien waar een ander de fout ingaat dan om waar te nemen wat je zelf aanricht. Je moet een ander niet willen corrigeren als je zelf nog soortgelijke fouten maakt. Het gaat hier nog steeds over karma (vermijden) en vooral aan het perfectioneren van je eigen gedrag te werken, alvorens anderen te willen corrigeren. Hetzelfde onderwerp dus als in de gezegden hierboven, steeds even op een andere manier belicht, het is een betoog over gedrag om sneller te groeien richting Heerschappij (Koninkrijk) van God.

Q 6: 43-45 / Lukas 6: 43-45 = Mattheus 7: 15-16b; 18-19, 12: 33-35

43 .. Geen gezonde boom draagt rotte vruchten, noch daagt een verdorde boom gezonde vruchten. 44 Want door de vruchten ken je de boom. Worden vijgen geplukt van doornstruiken, of druiven van distels? 45 De goede persoon brengt uit zijn goede schat goede dingen voort, en de kwade persoon uit zijn slechte schat slechte dingen. Want waar het hart vol van is, zo spreekt de mond

Dit gezegde heeft twee kanten, het borduurt enerzijds voort op het (niet) oordelen van anderen, en leert dat je mensen enkel moet bezien op hun daden, op hun handelen en spreken, dus niet op hoe ze eruit zien of wat voor andere dingen je ook maar over een persoon zou kunnen denken door hoe je voorgeprogrammeerd bent/was door wat je denkt te weten. Je kijkt enkel naar de vruchten zelf.

Het lijkt zo alsof dit allemaal losse dingetjes zijn, maar ik zeg al steeds dat het allemaal met elkaar samenhangt. De grote samenbindende factor is dat de "ander" in werkelijkheid, ruimer gezien, helemaal niet buiten jou is, maar een uitingsvorm van de liefhebbende Abba, in de vorm van Zijn kinderen, of ze nu braaf zijn of niet en dat je je niet moet laten verstoren door je eigen vooroordelen, omdat Abba onvoorwaardelijk Liefde koestert voor al Zijn kinderen. Maar Jezus laat je niet enkel intellectueel aanmodderen met dit innerlijke geworstel, want Hij zal later in de tekst ook mantra's geven waarmee dit een stuk makkelijker wordt gemaakt. Daar hoort ook een gebruiksaanwijzing bij, een manier van toepassen. Die wordt echter nooit opgeschreven bij dit soort esotherisch onderwijs. Christenen hebben die mantra's ingebouwd in een collectief kerkgebed en kennen die toepassingswijze niet meer. Net zoals ze de sleutel tot en de samenhang van de Q-tekst zijn kwijtgeraakt bij (of al voor) het tweedehands (vervormde) gebruik van de tekst.

De andere kant van dit gezegde is dat je, naarmate je meer goede dingen doet naar anderen toe, je zelf innerlijk verandert en steeds automatischer het goede gaat doen. Omgekeerd, als je steeds slechte of kwade dingen doet, ga je automatischer slechte woorden en daden voortbrengen. Iemand die met dieven samenwoont en steeds uit stelen gaat, zal steeds makkelijker (zonder schuldgevoel) dingen kunnen wegstelen bij anderen, of een veelplegende moordenaar of een slachter in een slachthuis zal steeds minder moeite hebben met doden. Een langjarige vegetarier zal het moeilijk vinden om een slagerij binnen te lopen, maar een vleeseter zal niet eens met de ogen knipperen bij het zien van bloederige stukken lijk.

Jezus legt uit waarom je een Meester moet volgen en hoe je je tot Hem moet verhouden en hoe je je in Zijn missie moet gedragen.

Q 6: 39-40 / Lukas 6: 39-40 = Mattheus 5: 14, 10: 24-25

39 Kan een blinde een andere blinde de weg wijzen? Zullen ze niet allebei in een kuil vallen? 40 Een discipel staat niet boven zijn Meester, het is genoeg om te worden zoals zijn Meester. 

Jezus legt uit waarom je een spirituele Meester nodig hebt (om het spirituele pad te kunnen volgen). De Meester is niet blind meer, die is in de Waarheid (Heilige Geest) en ziet de Weg die gevolgd moet worden, de discipel niet. Het heeft daarom geen zin om zomaar een ander (een andere blinde) te volgen, het moet een gerealiseerde Meester zijn (zoals Jezus). De discipel is kwa kennis (gnosis) ondergeschikt aan de Meester, maar kan wel gelijk aan de Meester worden.

Het onderwijs van Jezus in de hele Q-tekst gaat over het bereiken van de Heerschappij van God, maar hier gaat het over gelijk worden aan de Meester. Met andere woorden hier staat min of meer dat Jezus gezien moet worden als die Heerschappij van God. Hier komt denk ik ook het christelijke idee vandaag dat Jezus en God op een bepaalde manier een zijn. Hier staat echter niet dat Jezus gestuurd werd door Abba en reeds vanaf Zijn geboorte een was met Abba. Vandaar wellicht dat de Ebionieten niets moesten hebben van dat Paulinische idee (ze vonden de volgelingen van Paulus ketters en zeiden dat Jezus pas bij zijn doop de Heilige Geest in zich kreeg).

Q 16: 13 / Lukas 16: 13 = Mattheus 6: 24

13 Niemand kan twee meesters dienen; want hij zal ofwel de een haten en de ander liefhebben, of toegewijd zijn aan de ene en de andere verachten. Je kunt niet God én de Mammon dienen. 

Als je kiest om God/Jezus te volgen, moet je echt kiezen en je liefde voor al het andere opofferen. Ook hier weer het idee dat de God de Meester is die je gaat dienen, maar Jezus is natuurlijk die Meester in persoonlijke vorm. 

Q 6: 46-49 / Lukas 6: 46-49 = Mattheus 7: 21, 24-27

46 .. Waarom noem je mij: Meester, Meester, en doe je niet wat ik zeg? 47 Iedereen die Mijn woorden hoort en ze in praktijk brengt, 48 is als iemand die zijn huis op rotsbodem bouwde; en de stortregens kwamen neer en de plotselinge overstromingen kwamen, en beukten tegen dat huis, en het stortte niet in, want het was gegrond op rotsbodem. 49 En iedereen die mijn woorden hoort en er niet naar handelt is als iemand die zijn huis op zand bouwde; en de stortregens kwamen neer, en beukten in op dat huis, en prompt viel het in elkaar en die val was verwoestend.

De Meester prijzen en aanbidden voldoet niet, je zal de leringen van de Meester in je leven daadwerkelijk in praktijk moeten brengen. Pas dan wordt je standvastig genoeg om de Mammon tegemoet te treden en er niet door te gronde gaan. Hoe je dat precies doet staat over de hele tekst verspreid, maar vooral in de meditatie-sectie. In het Christendom belijdt je Jezus en je gelooft de goede boodschap, maar in deze tekst probeer je praktisch te doorgronden en toe te passen wat je te doen staat en volg je Jezus daadwerkelijk zoals hij Zijn ingewijde volgelingen het onderwees.

Q 9: 57-60, [61-62] / Lukas 9: 57-60, [61-62] = Mattheus 8:19-22

57 Iemand zei tegen hem: Ik zal U volgen waar U ook gaat. 58 En Jezus zei tegen hem: Vossen hebben holen, en de vogels van de lucht hebben nesten; maar de Mensenzoon heeft nergens waar Hij zijn hoofd neer kan leggen. 59 Maar een ander zei tegen Hem: Meester, sta me toe om eerst mijn vader te begraven. 60 Maar Hij zei tegen hem: Volg mij, en laat de doden hun eigen doden begraven. 61 Weer een ander zei: Meester, ik zal U volgen, maar laat me eerst afscheid nemen van mijn familie. 62 En Jezus zei tegen hem: Niemand die zijn hand aan de ploeg zet en terugkijkt, is geschikt om de Heerschappij van God binnen te gaan.

Het volgen van Jezus in Zijn missie is een radicale breuk met de wereldse (doodse) manier van leven en vergt een mentaliteit die compromisloos afstand neemt van wat in de normale sociale verhoudingen als aanvaardbaar wordt gezien. Daar wordt door gewone mensen altijd tegen gewaarschuwd, dat fanatieke "sekteleiders" mensen wegscheuren van hun families en er nooit meer mee mogen omgaan. Maar die mensen snappen niet waar het bij iemand zoals Jezus om gaat en wat voor weg dat is die voert naar de Heerschappij van God; dat is een snelkookpan van stoppen met nieuw karma aanmaken (de instructies in eerdere gezegdes) en door je dienende ascetische levenswijze (nergens om je hoofd neer te leggen) oud karma snel verbranden. Om blijven gaan met je familie zal je binden aan oude gewoonten en gehechtheden en je op die manier binden aan de Mammon in plaats van aan de devotie voor de Meester. En je beslissing om die wending te maken is radicaal, je gaat God dienen en iedereen wordt nu je familie.

Q 10: 2-11 / Lukas 10: 2-11 = Mattheus 9: 37-38, 10: 15, 16, 7-14

2 Hij zei tegen zijn volgelingen: De oogst is overvloedig, maar er zijn weinig werkers. Vraag dus aan de Heer van de oogst om werkers naar de oogst te zenden. 3 Ga op weg! Kijk, ik stuur jullie als schapen tussen de wolven. Wees dus zo spitsvondig als de slangen en zo onschuldig als de duiven! 4 Draag geen beurs, geen knapzak, geen sandalen, geen stok, en groet niemand langs de weg. 5 Welk huis je ook binnengaat, zegt eerst: Vrede aan dit huis! 6 En als daar een zoon van vrede is, laat je vrede op hem rusten maar zo niet, laat je vrede dan op je terugkeren. 7 En blijf in dat huis, eet en drink er wat men je voorzet, want de werker is zijn beloning waard. Ga niet van huis tot huis. 8 En welke stad je ook binnengaat en ze je niet verwelkomen, 11 schudt het stof van je voeten bij het verlaten van die stad.

Ik weet te weinig van de gebruiken uit die tijd in die cultuur. Schapen tussen wolven omdat de volgelingen heel zuiver en onbaatzuchtig leven, maar ze veel mensen zullen tegenkomen die slechte of wereldse bedoelingen hebben? Ze mogen geen geld bij zich hebben, maar zijn volledig overgeleverd aan wat ze wel of niet krijgen aangeboden, net als rondtrekkende boeddhistische monniken, ze lopen denk ik op blote voeten en met heel weinig of geen bagage (want geen knapzak mee), niemand groeten op de weg, misschien om geklessebes te vermijden, wat toen heel normaal zal zijn geweest. Die vraag aan de "Heer van de oogst"(God?) snap ik niet goed wat daarmee wordt bedoeld. Misschien moeten ze zich zelf inspannen om meer volgelingen te werven die de missie uit kunnen breiden?

Q 10: 16 / Lukas 10: 16 = Mattheus 10: 40-41

16 Wie maar ook jou binnen laat, laat Mij binnen, en wie maar ook Mij binnen laat, laat Degene binnen die Mij gezonden heeft.

Dit tekstdeel hoort feitelijk bij het gezegde hiervoor, ik had ze eigenlijk beter bij elkaar kunnen houden, maar ik zal aan het eind de gezegden allemaal samen tonen.
Het gaat dus over de volgelingen die door gastvrijheid een tijdelijk logeeradres krijgen aangeboden terwijl ze in zo'n stad of dorp mensen proberen te interesseren om ook het onderwijs van Jezus te volgen.

Net als de gezegden in het begin, zijn dit instructies over hoe je het beste (innerlijk gezien) met anderen omgaat, hoe je ze niet vanuit een "ego-houding" moet bezien, maar vanuit het toepassen van de instructies van Jezus en de relatie die je hebt met Hem. In dit geval slaat het op de volgelingen die bij mensen thuis gastvrijheid ontvangen, maar je kunt dit overal toepassen waar dit soort situaties zich voordoen.

Ook hier weer, is dit een indirecte manier om te zeggen dat de Meester eigenlijk (voor de volgelingen) hetzelfde is als God. Maar wat hier ook staat is, dat de volgelingen zichzelf moeten leren zien als in het verlengde van (of zelfs als) de Meester/God. Dit is compacte mystieke taal om het gevoel van ego weg te leren halen uit dit soort sociale situaties. God is één, dus de ander (de gastheer of gastvrouw) is eigenlijk God, maar jij bent het zelf ook, je zit enkel nog gevangen in je object-subject illusie, je ervaart die eenheid met God die overal is nog niet.

Met door dit soort mystieke ideatie verzwak je de ego-illusie en kom je zo geleidelijk in de richting van de Heerschappij ("koninkrijk") van God, een Kosmisch Bewustzijn (Heilige Geest). Later, in twee andere gezegden zal Jezus dit proces van het overstijgen van die ego-illusie in beeldende taal uitleggen. Maar hij zal eerder al mantra's erbij geven die deze ideatie tot een automatisme zullen maken. Het is erg direct en praktisch onderwijs, dit is geen religie, maar wel het zuivere mystieke pad.

Q 10: 19-20 / Lukas 10: 19-20 Sondergut

19 Zie, Ik geef jullie de autoriteit om slangen en schorpioenen te vertrappen en all machten van de 20 vijand. En niets zal jullie op welke manier dan ook kwaad kunnen doen. Desalniettemin, verheug je niet dat de geesten zich aan je onderwerpen, maar verheug je dat je bestemd bent om de Heerschappij van God te bereiken. 

Je op deze mystieke manier verbinden met Jezus of de Meester geeft je een innerlijk macht om het negatieve, de machten van de vijand (de Mammon) eronder te houden. "Slangen en schorpioenen" zijn alle wereldse krachten die aan je trekken om de andere kant op te bewegen, weg van de Heerschappij van God. Dat kunnen innerlijke verleidingen zijn uit je dagelijkse omgeving, bijvoorbeeld liever willen slapen, overeten, anderen pijn doen, niet willen mediteren, etc. etc., maar het kunnen ook mensen van buiten zijn, die de missie willen schaden. De "slangen en schorpioenen" zitten dus zowel binnen als buiten jezelf. Door de binding met de beoefening die Jezus onderwijst, met als kern de Meester zelf, ben je in staat om deze strijd tegen het negatieve te winnen, want een strijd is het. Moslims noemen dit ook wel "Jihad".

Dat ze die vijanden op deze manier kunnen verslaan, kan de volgelingen blij maken. Maar Jezus waarschuwt dat het hier helemaal niet om gaat, maar dat ze beter blij kunnen zijn dat ze zich op deze manier richting Heerschappij van God bewegen, daar is alles feitelijk op gericht en dit is dan ook het enige gebed dat Jezus toe staat in de missie. Andere gebeden worden door Jezus ontraden.

Q 10: 23b-24 / Lukas 10: 23b-24 = Mattheus 13: 16-17

24 Gelukkig de ogen die zien wat jullie zien! Ik zeg jullie, veel profeten en koningen wensten dat ze hadden kunnen zien wat jullie nu zien, maar het nooit te zien kregen; te horen wat jullie horen, maar het nooit te horen kregen.

Ook hier weer een gezegde over de bijzondere status van Jezus. Theologen zoals Bart Ehrman beweren dat Jezus een profeet of apocalyptische prediker was, maar ook hier weer zie je een indirecte uitleg van wie Jezus, als Meester eigenlijk is, iemand die zelfs door (al die) profeten nooit gezien werd, maar waar ze wel naar verlangden. Het is heel erg zeldzaam om de Meester in levende lijve mee te maken en het onderricht (het "horen") van Hemzelf te krijgen. Q-theologen laten dit gezegde dan ook meestal weg uit de kerngezegden, ze denken dat dit later erbij verzonnen is na de dood van Jezus. Maar ik zie juist wel de eenheid met de andere gezegden in de Quelle tekst.

Nu volgt de kern van het onderricht, de mantra's en het enig toegestane gebed. In andere gezegden ging het al om het bewaren van de eenvoudigheid van geest en de noodzaak om het ego uit ons handelen weg te halen door overal de Meester in te zien, zelfs in ons eigen handelen.

Nu volgen de mantra's waarmee je die geesteshouding bestendigt.

Q [-] / Mattheus 6: 3-4, 17-18, 6-8 Sondergut

3 Als je een goede daad doet, laat je linkerhand niet weten 4 wat je rechterhand aan het doen is; je goede daad moet geheim zijn en je Abba die in het geheim ziet wat er gedaan wordt zal je belonen.

17 Als je vast, smeer dan olie 18 op je hoofd en was je gezicht, opdat mensen niet kunnen zien dat je vast, maar alleen je Abba die in het geheim kan zien zal je belonen.

6 Als je mediteert, ga alleen een kamer binnen, sluit de deur, en mediteer op je Abba die daar is in de geheime plek, en je Abba die ziet wat er geheim is, zal je belonen. 7 In je meditatie, ga niet aan het babbelen zoals de heidenen, die zich inbeelden dat hoe meer ze zeggen, hoe waarschijnlijker ze 8 zullen worden gehoord. Doe ze dat niet na. Je Abba weet al wat je noden zijn voordat je het Hem vraagt.

Q 11: 2 / Lukas 11: 2 = Mattheus 6: 9-10a, [10b (Sondergut)]

2a Als je mediteert, zeg:
2b Abba, (geliefde Papa) 

Laat je Naam geheiligd worden. (niet in Evangelion);

Evangelion en vroege Lukas prefereren: Laat Je Heilige Geest komen. [Mattheus en late Lukas prefereren: Laat Je Heerschappij komen

[-] Abba Laat Je Wil geschieden. (niet in Evangelion of vroege Lukas)

In de missie van Jezus gaat het eigenlijk alleen om dienen. De geliefde Meester wordt gediend en de lijdende mensen worden gediend als waren zij de Meester.

Maar dat dienen gebeurt zonder ego, alles gebeurt in Zijn naam, Zijn naam wordt in alles geheiligd en het is Zijn wil die geschiedt, niet die van de volgeling. Daardoor zijn ze zich steeds bewust dat ze zelf niet handelen, terwijl ze het objectief gezien natuurlijk wel doen. Hun linkerhand weet als ware niet wat hun rechterhand doet, het wordt karmisch niet geregistreerd. Bij het vasten laten ze nooit zien dat het zwaar is, ze zullen niet eens vertellen dat ze die dag vasten.

Het enige gebed dat nog gedaan wordt door de volgelingen, is 'Laat je Heilige Geest of Heerschappij (in mij) komen'. Dat is het enige doel voor de volgelingen, de rest is daaraan ondergeschikt, Abba zorgt voor de fysieke en mentale noden, zonder dat je het Hem hoeft te vragen, omdat hij je noden al kent.

Abba is de meest geliefde. Het woord Abba is Aramees voor 'Baba', geliefde Vader (Papa). Geliefden zeggen vaak 'baby', wat eraan verwant is.

De geheime plek waar je op Abba (via de mantra) mediteert kreeg je bij de initiatie, daar, op die plek ben je op het intiemst alleen met je geliefde Abba. Daar, op die plek, ziet je Abba ook alles wat je denkt en doet, iedere seconde van je leven.

Q 11: 9-13 / Lukas (Evangelion versie) 11: 9-13 = Mattheus 7: 7-11

9 Ik zeg jullie, vraag en het zal gegeven worden, zoek en je zal vinden, klop en je zal open gedaan worden. 10 Want een ieder die vraagt ontvangt, en degene die zoekt vindt, en degene die klopt zal het geopend worden. 11 ... Wie van jullie zal, als vader zijnde, als zijn zoon hem om een vis vraagt, in plaats van vis een slang geven? 12 Of in plaats van een ei, een schorpioen? 13 Dus als jullie, hoewel niet perfect, weten hoe goede giften te geven aan jullie kinderen, hoe veel meer zal jullie Kosmische Vader het Kosmische Bewustijn geven aan hen die daarom vragen?

Een van de grondregels waarom deze mystieke instructies zo'n praktisch effect sorteren, is dat een mens wordt zoals men denkt. Als je veel aan iets denkt, dan zal het na verloop van tijd (uiteraard binnen bepaalde grenzen) materialiseren, het zal werkelijkheid worden. Als je bijvoorbeeld je hele leven denkt dat je koning wilt zijn, dan zal je herboren worden als een koning, maar waarschijnlijker wordt je herboren met de familienaam De Koning ...

Ik had een jaar of 25 geleden een sterke wens om op deze plek aan dit water te mogen wonen en een jaar of 12 geleden ging die wens onverwacht helemaal in vervulling. Maar in de missie van Jezus lever je dat soort wereldse wensen in, je enige wens is nog om de Heerschappij van God te verwerkelijken, om de Heilige Geest (het Kosmisch Bewustzijn, het opheffen van de subject-object illusie) te verkrijgen. Als je het maar lang genoeg wenst en alle andere wensen een voor een verdwijnen, dan zal het ook gebeuren, Abba zal het je schenken.

Vissen en eieren zijn blijkbaar positieve metaforen in deze gemeenschap in Galilea en slangen en schorpioenen zijn, als elders in Quelle, negatieve metaforen. De slang is overigens in dit soort tradities altijd een negatieve metafoor, samen met de schedel. De positieve metaforen zijn het zwaard en het vuur, maar die komen voor in een andere uitspraak van Jezus binnen deze tekst.

Q 11: 21-22 / Lukas (Evangelion versie) 11: 21-22 = Mattheus 12: 29

(Evangelion versie) 21 Wanneer maar ook de sterke persoon, die goed bewapend is, het eigen huis mag bewaken, dan is het bezit van die persoon in vrede. 22 Maar wanneer maar ook een sterkere persoon, hebbende aangevallen, die eerste zou  overmeesteren, dan verwijdert die sterkere persoon de bewapening waar die laatste zijn vertrouwen in stelde, en verdeelt de buit.
(Mattheus versie)  Hoe kan iemand inbreken in het huis van een sterke persoon en er met de goederen vandoor gaan tenzij hij de sterke man heeft vastgebonden alvoren het huis te plunderen?

Het is lastig te zeggen wat er nu precies in de Quelle tekst heeft gestaan door de zo uiteenlopende twee versies. 

De volgeling in de missie van Jezus moet zijn ziel beschermen tegen het negatieve, de negatieve gedachten, neigingen en gewoonten die we nu eenmaal allemaal meedragen uit ons verleden. Dat laatste is denk ik de "sterkere man" die het huis wil plunderen, het huis is dus de ziel van de volgeling die bescherming behoeft. 

Net als met de metafoor van het huis op de rotsbodem bouwen (en niet op zand), op het strikt navolgen van de leringen van Jezus, is hier sprake van de metafoor van het bewapenen van de volgeling (sterke man), die met een sterkere man te maken krijgt. Het is dus zaak om de bewapening (het strikt toepassen van de leringen) niet af te doen of weg te laten halen, maar het stevig aan te houden en zo de ziel te beschermen tegen toegeven aan het negatieve.

Er zijn drie van deze metaforen in Quelle over het belang van het strikt navolgen van deze leringen van Jezus. Dit is de tweede.

Het huis niet laten wegspoelen bij de eerste de beste overstroming en het huis niet laten plunderen bij een sterke inbreker of rover, ze staan denk ik voor hetzelfde. Het lijkt erop dat de auteur van Mattheus het niet begrepen heeft en de boel ernstig vervormd heeft.

Hier zit in Lucas een tamelijk afwijkend gezegde tussen, maar daarna toch het vervolg op het gezegde van de sterke man die zijn huis moet verdedigen:

Q 11: 23 / Lukas 11: 23 = Mattheus 12: 30

23 Degene die niet met mij is, is tegen mij, en degene die niet bijeen brengt, verdeelt.

Het is wel hetzelfde thema, namelijk strijd. Het zich bewapenen tegen de sterke man die het huis wil beroven gaat via Jezus (of zijn onderricht) en degene die het huis wil beroven of plunderen is de Mammon, die de ziel verdeeld houdt, in plaats van de Eenheid in de Heerschappij van God tot stand helpen te brengen. Beetje vergezocht misschien, maar zo zie ik toch wel een link met het voorgaande en het volgende gezegde.

Q 11: 24-26 / Lukas 11: 24-26 = Mattheus 12: 43-45

24 Als de bezoedelende geest de persoon heeft verlaten, dwaalt hij door waterloze streken op zoek naar een rustplaats, en vindt er geen. Dan zegt hij, ik zal terugkeren naar mijn huis waar ik vandaan kwam. 25 En als het aankomt vindt hij het huis geveegd en opgeruimd. 26 Dan gaat hij zeven andere geesten halen die nog kwader zijn dan hijzelf, en er intrekkend, vestigen zij zich. En de laatste omstandigheden van die persoon zullen erger zijn dan de eerste.

Het gaat weer over dat huis, de ziel, waar een negatieve geest (bijvoorbeeld drankzucht of snoepverslaving of de neiging te roddelen of beschimpen) uit vertrokken is, maar die in de beeldspraak geen echte rustplaats weet te vinden en toch terug weet te keren bij de volgeling. De discipel is verder redelijk zuiver geworden, eenduidig gericht op de Heerschappij van God dankzij het toepassen van het mystieke onderricht van Jezus (die in Quelle), maar als die negativiteit eenmaal weer is weten in te breken, gaat hij er (bij wijze van spreken) zeven andere negatieve gewoonten of neigingen bijhalen en is de discipel er slechter aan toe dan voordat hij die eerste weer besloot toe te laten.

Het verband met vooral het eervorige gezegde is overduidelijk. Het is een waarschuwing voor de volgeling om heel strikt te zijn in het toepassen van de discipline in het toepassen van de instructies van Jezus en de bewapening dus sterk en heel te houden.

Is het niet prachtig dat je vrijwel heel de Quelle gezegdencollectie zo in zijn verband kan leren begrijpen? En hoe helder krijg je zo de missie en het onderwijs van Jezus te zien en hoe simpel steekt het feitelijk in elkaar als je de beeldtaal eenmaal door krijgt? Je komt de geliefde Jezus zo heel nabij!

Het thema strijd of worsteling loopt door heel de Quelle tekst heen. De volgeling moet strijden om het onderricht toe te passen, er is geen sprake van een "quick-fix" via een geloof of religie, je zit als het ware nog bij Jezus zelf op schoot die je in die strijd zal ondersteunen.

Q 11: 33 / Lukas 11: 33 = Mattheus 5: 15

33 Niemand steekt een lamp aan en plaatst het op een verborgen plek, maar op een kandelaar, en het geeft licht voor iedereen in het huis. 

Misschien wordt hier bedoeld dat je het licht dat je verkrijgt door de leringen van Jezus toe te passen, niet voor jezelf moet willen houden, maar dat je het moet willen projecteren in je omgeving zodat ook anderen er profijt van kunnen hebben. Er moet met andere woorden evenwicht zijn tussen innerlijke beoefening en wat je daarmee in het dagelijkse leven doet?

Q 11: 34 / Lukas 11: 34 = Mattheus 6: 22-23

34 De lamp van het lichaam is het oog. Als je oog grootmoedig is, dan is heel je lichaam stralend; maar als je oog geelzuchtig is, is heel je lichaam donker.

Moeilijk deze tekst. Want wat is een geelzuchtig oog, argwanend of wantrouwend? En wat is een 'grootmoedig oog'? Het zal te maken hebben met hoe je naar de wereld of mensen kijkt en wat voor effect dat heeft op je persoonlijkheid?

Q 11: 39b, 42-44, 46b, 52 / Lukas 11: 39b, 42-44, 46b, 52 = Mattheus 23: 25-26, 23, 6, 27, 4, 13, 29-36

39b Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie zuiveren te buitenkant van de beker en schaal, maar van binnen zijn ze vol van inhaligheid en genotzuchtigheid. 42 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie innen de tienden van de munt en de dille en komijn, en vergeten de rechtvaardigheid en genadigheid en trouw. 43 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie houden van de ereplaatsen bij de banketten en de voorste zitplaatsen in de synagoges en de lofbetuigingen op de marktplaatsen. 44 Wee aan jullie Farizeeërs, want jullie zijn als onherkenbare graven waar mensen overheen lopen zonder dat ze het door hebben. 46b En wee aan jullie uitleggers van de Wet, want jullie binden de mensen aan lasten en laden die op hun ruggen, maar jullie zelf willen geen vinger uitsteken om ze voort te bewegen. 52 Wee aan jullie uitleggers van de Wet, want jullie (Lukas versie:) nemen de sleutel weg tot gnosis (introspectieve kennis) en (Mattheus versie:) sluiten de Heerschappij van God af voor de mensen, jullie gaan zelf niet naar binnen, noch laten jullie mensen toe die proberen binnen te komen. 

Dit is harde kritiek van Jezus op hypocriete schriftgeleerden die onbekend zijn met de resultaten van gnosis (intuitieve kennis, datgene wat Jezus wel onderwijst) en de sleutel daartoe bij mensen die wel daar naar binnen willen, expres bij ze weghouden. Hij beledigt ze door ze te vergelijken met ongemerkte graven waar mensen overheen lopen zonder het door te hebben.

De Farizeeers zijn dus (volgens Jezus) bezig met alles waar Jezus zijn volgelingen juist vanaf wil helpen. Dit is de enige plek in de leringen van Jezus waar het woord gnosis voorkomt. Maar eigenlijk gaat het in de hele Quelle voortdurend over gnosis. Wat is er met het Christendom al zo heel vroeg in de geschiedenis gebeurd, dat ze dit centrale thema afkomstig van Jezus zijn kwijtgeraakt?

Q 14:5 / Lukas 14: 5 = Mattheus 12: 11-12

5 Is er iemand onder jullie die een os heeft en als het in een kuil valt op de sabbat, het er niet onmiddelijk uit hijst? 

Jezus keert zich tegen het dogmatisch volgen van religieuze voorschriften, wat natuurlijk niet hoeft te verbazen met al dat praktische recht-voor-zijn-raap, door-en-door esoterische onderwijs.

Q 12: 2-3 / Lukas 12: 2-3 = Mattheus 10: 26-27

2 Er is niets bedekt dat niet aan het licht zal komen, en verborgen dat niet bekend zal worden. 3 Wat je in het donker zegt, zal in het licht gehoord worden; en wat in iemand's oor ingefluisterd wordt in de geheime kamer, zal van de daken worden verkondigd. 

Het is duidelijk, dat er zoiets is als absolute kennis, voor God is niets verborgen, want het komt uit Hem voort, Hij kent bovendien geen tijd (toekomst en verleden hebben voor Hem geen geheimen, nergens). Het kan in dit geval op karma slaan, dat de afrekening altijd komt, vroeger of later. Het laatste zinsdeel is raadselachtig, want daar is weer die 'geheime kamer'. Misschien gaat het gewoon over je innerlijk, dat zelfs je onuitgesproken gedachten een reactie kunnen verwachten als er ego inzit. Die geheime kamer moet dan wel haast je innerlijk zijn, waar je denkt alleen te zijn, maar dat is niet zo.

Gezegden over repressie van de beweging, moed tonen en overgave aan de wil van de Geest:

Q 12: 4-7 / Lukas (Evangelion versie) 12: 4-7 = Mattheus 10: 28-31

4 Wees niet bang voor degenen die het lichaam kunnen doden, maar de ziel niet; 5 vrees de Ene die na het doden in staat is je in Gehenna te werpen. 6 Worden niet twee mussen verkocht voor twee cent? En toch zal geen van ze naar de aarde vallen zonder toestemming van je Abba. 7 Maar zelfs de haren op je hoofd zijn genummerd. Wees niet bang, je bent meer waard dan vele mussen.

Er is veel sprake van strijd in de Quelle tekst en hier gaat het om ombevreesdheid, je ziel is belangrijker dan je fysieke leven. Je leven kun je redden, maar aan je karma kun je niet ontsnappen (eigenlijk zit de idee van reincarnatie hier ook bij in). Het is een herhaling van het eerdere gezegde om je niet druk te maken om dingen, maar de leringen strikt toe te passen en je vertrouwen in Hem te leggen. In India zouden ze zeggen, dharma volgen staat altijd voorop, God is met degenen die hun menselijke dharma volgen (en het menselijke dharma is veel meer waard dan dat van een dier zoals een mus).

Q? 12: 8-10 / Lukas 12: 8-10 = Mattheus 10:32-33, 12: 32a-b

8 Een ieder die zich publiekelijk voor mij uitspreekt, zal de Mensenzoon zich ook voor hen uitspreken voor 9 God. Maar wie mij publiekelijk ontkent, zal voor God worden ontkent. En een ieder zich die tegen de Mensenzoon uitspreekt, het zal hun vergeven worden; 10 maar een ieder die zich tegen de Heilige Geest uitspreekt, het zal hun niet vergeven worden.  

De Meester is soort van de persoonlijke manifestatie van God en dit lijkt dat te bevestigen. De volgelingen moeten dat ook zo blijven zien in conflictsituaties. Mogelijk bereid Jezus hen voor op mishandelingen? Er valt denk ik wel meer over dit gezegde te zeggen.

Q 12: 11-12 / Lukas 12: 11-12 = Mattheus 10: 19-20, (+ Sondergut 10: 22)

11 Als ze jullie voor de leiders en andere autoriteiten voeren, wees niet bezorgd over hoe je iets of wat je moet zeggen, 12 want het zal jij niet zijn die spreekt maar de Geest van je Abba in jou.

De leerlingen zijn al zo gevestigd in het opvolgen van de instructies, dat ze in hun eigen handelen, ook in deze moeilijke conflictsituaties, de Geest voor laten gaan op hun ego met al zijn zorgen en angsten. Op dit soort momenten wordt de beoefening echt op de proef gesteld.

Q 12: 22-31 / Lukas 12: 22-31 = Mattheus 6: 25-34, 8

22 Wees niet bezorgd over je leven, over wat je zal kunnen eten, noch over je lichaam, met wat je jezelf zal moeten kleden. 23 Is het leven niet meer dan eten, en het lichaam meer dan kleding? 24 Kijk naar de raven: Zij zaaien, noch oogsten, noch verzamelen ze in schuren, en toch voedt God ze. Zijn jullie niet beter dan vogels? 25 En wie onder jullie kan door bezorgdheid ook maar een centimeter toevoegen aan zijn lengte? 26 En waarom maak je je zorgen over je kleding? 27 Kijk naar de lelies en het gras: Zij kaarden niet noch spinnen ze en toch zijn ze gekleed. Ik zeg je: dat Salomon in al zijn glorie niet zo fraai was uitgedost als een van dezen. 28 Als dat zo is, hoeveel meer zal Hij jullie kleden, Oh jullie van klein vertrouwen? 29 Maak je dus geen zorgen, zeggende, Wat moeten we eten? Of: Wat moeten we drinken. Of: Waarmee moeten we ons kleden? 30 Je Abba weet dat jullie ze allemaal nodig hebben. 31 Zoek liever Zijn Heerschappij, en al deze dingen zullen je toekomen. 

Dit is een uitwerking naar de praktijk in de missie toe, dat je als volgeling van Jezus enkel op de Heerschappij van God gericht moet blijven en je aardse behoeften moet overlaten aan de voorzienigheid en verders nergens om bidden of erover ideeëren. Het doet me sterk denken aan de manier waarop de Dorothy Gemeenschap bij Uithoorn woont en leeft.

Q 12: 33-34 / Lukas 12: 33-34 = Mattheus 6: 19-21

33 Koester op aarde geen schatten, waar motten en knagers het aantasten en waar rovers voor inbreken en het stelen, maar koester voor jezelf tijdloze schatten. 34 Want waar je schat ligt, daar ook ligt je hart.

Een soortgelijk gezegde, het gaat niet zozeer om het niet willen van de spullen zelf, maar meer dat je dat innerlijk niet moet zoeken en koesteren (en je er zorgen over maken), omdat het je afhoudt van je ideatie op God en het doorbreken van Zijn Heerschappij daardoor moeilijker wordt, je vertraagt je spirituele groei ermee.

Q 12: 49, 51 / Lukas 12: 49, 51 [eerste helft is Sondergut] = Mattheus 10: 34-36

49 Ik ben gekomen om vuur te werpen op de aarde, en hoezeer wenste ik dat het al opgebrand was! 51 Denk je dat ik gekomen ben om vrede op aarde te werpen? Ik ben niet gekomen om vrede te werpen, maar een zwaard!

Met het woord 'werpen' ben ik niet echt tevreden, maar het gaat om het beeld van deze Jezus die niet voor de vrede op aarde is gekomen. Hoe onchristelijk! Wellicht wel, maar heel de Quelle, heel het onderwijs van Jezus aan zijn discipelen is doortrokken van de noodzaak tot strijd, strijd tegen de Mammon, strijd tegen onze oude gewoontes en verlangens. Daar zijn dan het zwaard en het vuur als symbolen van het positieve dat vecht tegen het negatieve (in en buiten ons, Jihad!).

Ook Shiva houdt ze vast in zijn rechterhand tijdens zijn tandava-dans, de dans die moed geeft om door te strijden tegen het negatieve. Wij staan ertussenin, tussen positief en negatief, tussen goed en kwaad en die strijd gaat heel ons leven door, rechts het positieve en links van ons het negatieve dat ons de andere kant op wil trekken. Jezus komt om het vuur en het zwaard te brengen zodat we de slangen of schorpioenen kunnen verslaan. Jezus is enkel gekomen voor de Vrede in de Heerschappij van God en niet voor de vrede in ons aardse bestaan, ook niet in de missie.

Het branden van de aarde staat voor het verbranden van het oude karma, dat gaat sneller als je de leringen van Jezus strikt toe past in je leven. Is het toeval dat diezelfde symbolen voorkomen bij zowel Shiva als bij Jezus? Ik weet het niet, Jezus gebruikt steeds slangen en schorpioenen als symbolen voor het negatieve en Shiva slangen en schedels. Hun onderwijs verschilt nauwelijks, althans niet op dit bescheiden niveau. Uiteraard leefden ze in totaal verschillende tijden.

Mattheus 5: 29-30 Sondergut (Markus 9: 43-48/Mattheus 18: 8-9)

30 Als je rechterhand je ondergang brengt, hak het af en werp het weg; het is beter om een deel van je lichaam te verliezen dan dat het hele lijf de hel in gegooid wordt. 29 En als je rechteroog je op tot een verkeerde weg leidt, ruk het uit en smijt het weg; het is beter voor je om een deel van je lijf te verliezen dan dat het geheel naar de hel gaat.

Helaas alleen in Mattheus bewaard gebleven, het wordt dacht ik meestal weggelaten uit de Quelle tekst. Ook hier weer die strijd die voortdurend geleverd moet worden, hier gaat het over het beheersen en beschermen van je zintuigen; waar je naar kijkt (en luistert) en wat je met je handen en benen uitspookt. Net als bij de instructies van de Boeddha aan zijn volgelingen krijgen de discipelen de opdracht om hun zintuigen strikt te beheersen, maar dat geldt ook voor het denken, waarin ook handelingen en beelden kunnen worden opgeroepen, zonder de zintuigen. Het is heftig verwoord, typisch Jezus, maar Evangelion/Lukas liet het weg, te heftig voor de schrijvers? 

Q? 12: 54-56 / Lukas 12: 54-56 Sondergut

54 Als je wolken zich op ziet bouwen in het Westen, zeg je meteen, "Het gaat regenen", en 55 regenen gaat het. En als de wind uit het Zuiden komt, zeg je, 56 "Er zal een hittegolf komen", en daar is ze. Wat een huichelaars zijn jullie! Jullie weten hoe je de verschijningsvormen van de aarde en de lucht moeten interpreteren; 57 Hoe komt het dan dat jullie voor jezelf [] kunt beoordelen wat de juiste koers is?  

Ik twijfel of dit uit Q komt, het is sowieso een merkwaardig stukje tekst, dat Mattheus niet heeft. Hebben de leerlingen zich teveel afhankelijk gemaakt van de begeleiding van Jezus en durven ze niet zelf na te denken over hoe ze zich moeten gedragen in de missie?

Q 12: 58 / Lukas 12: 58 = Mattheus 5: 25

58 Terwijl je met je tegenstander langs de weg gaat, span je dan in om je van hem los te maken, opdat de tegenstander je niet overdraagt aan de Rechter, en de Rechter aan de assistent, en de assistent je in de gevangenis gooit. 59 Ik zeg je, je zult daar niet weer uitkomen tot je de laatste cent hebt betaald.

Het gaat hier alweer over karma, de tegenstander die met je meeloopt langs de weg, dat zijn je slechte gewoonten die je in binding houden en verhinderen spiritueel sneller te groeien. Jezus spoort de discipel aan om ervan af te komen, voordat God zijn assistent (de bestuurder van dit universum) ervoor zorgt dat je voor die slechte indrukken de prijs terug moet betalen, het inlossen van dat karma. Het onderwijs van Jezus gaat over actief ingrijpen in je eigen lot, die worsteling richting Heerschappij van God zelf aangaan, niet over passief vertrouwen op religieuze beloften in bepaalde teksten. Omdat het een tegenstander is, is er strijd nodig, het zwaard of het vuur dat Jezus je heeft gebracht en onderwezen.

Q 9: 27 / Lukas 9: 27 = Mattheus 16: 28 = Mark 9: 1

27 Ik zeg je dit: er zijn er die hier aanwezig zijn die de dood niet zullen smaken voordat ze de Heerschappij van God gezien hebben.

Dit gezegde wordt meestal buiten de oudste kern van de Quelle gelaten, maar ik vind hem er wel inpassen. Zelfrealisatie krijg je niet zomaar, je moet alle indrukken, al je karma eerst uitdrukken zodat je ego verdwenen is. Maar als je in de snelkookpan van de missie van Jezus zit, kan het heel snel gaan. Het is natuurlijk niet echt 'zien', het is meer erin overgaan, erin verdwijnen.

Q 13: 18-21 / Luke 13: 18-21 = Matthew 13: 31-33

18 Hoe is de Heerschappij van God, waarmee kan ik het vergelijken? 19 Het is als een zaadje mosterd, dat iemand nam en in zijn tuin wierp. En het groeide en ontwikkelde zich in een boom, en de vogels van de lucht nestelden in haar takken. 20 En nogmaals: Waarmee kan ik de Heerschappij van God vergelijken? 21 Het is als een stukje desem, dat een vrouw nam en in drie delen bloem verborg tot het volledig was gefermenteerd (gerezen).

Dit is de diepere uitleg van de Heerschappij van God, die is gerelateerd aan de mantra die Jezus gaf om dit te bewerkstellingen. Deze vergelijkingen beelden beide expansie uit, oneindige expansie. De mosterdboom heeft het kleinste zaadje, dat staat voor ons individuele ik-bewustzijn. De mosterdboom staat voor de Heilige Geest of het oneindige Kosmisch Bewustzijn waarin of waarbinnen heel de schepping genesteld is. Het individuele bewustzijn zit gevangen in de illusie dat men omringd is met overal aparte objecten, maar als dit bewustzijn eenmaal oneindig is uitgedijd, dan valt het samen met de Heilige Geest, met het Ultieme Subject en is de illusie van veelheid verdwenen, we ervaren waar die illusie gemaakt wordt, het is slechts een projectie door de Heilige Geest, maar zonder scherm.

Zie je wat een enorme samenhang aanwezig is binnen deze Quelle tekst met het echte onderwijs van Jezus zelf? Helemaal geen ingewikkelde nauwelijks te begrijpen reli-taal uit een ver verleden, Jezus heeft het gewoon over spirituele groei en wat je daarvoor kunt doen om dat te versnellen. Toch is het niet zomaar een tekst, het gaat op allerlei manieren juist heel erg naar de kern, het is praktisch en filosofisch zeer stevig verankerd. En Jezus laat in Zijn persoon zien wat dit in een mens teweegbrengt. Anders zouden zijn discipelen Hem nooit gevolgd zijn.

Q 13: 24 / Lukas 13: 24 = Matthewus7: 13-14

24 Worstel om binnen te gaan door de nauwe deur, want velen zullen trachten binnen te gaan en weinigen zijn degenen die er doorheen gaan.

Alweer dat strijdthema, het strikt volgen van de instructies van Jezus is een strijd, een worsteling met de Mammon in jezelf, met de slangen en schorpioenen die je van de Weg af willen trekken, je komt ze op allerlei manieren dagelijks tegen. De deur of poort is zo nauw omdat je er alleen met ingetrokken ego doorheen kunt komen en weinig mensen zijn in staat om hun ego voldoende te laten krimpen, dat vergt veel inspanning. Dat kan via meditatie en de karmische lading verminderen door veel goed te doen en daardoor weerstand te moeten ondergaan, maar dit dan wel enkel uit Zijn Naam te doen, dus Zijn wil te vooronderstellen en steeds bij alles wat je doet Abba's Naam te Heiligen en niet denken dat je goede werken iets voor jezelf gaan opleveren. God heeft niemand nodig om binnen Zijn universum te dienen. Hij is de absolute Heer.

Q 18: 25 / Lukas 18: 25 = Mattheus 19: 23-25a (= Mark 10: 25)

25 Het is eenvoudiger voor een kabel (kameel?) om door het oog van een naald te gaan, dan voor een rijke persoon de Heerschappij van God binnen te gaan. 

Meestal niet herkend als een onderdeel van de kern van Quelle, is dit een illustratie van het 'nauwe deur-gezegde'. Met gehechtheden en wereldse nastrevingen ga je de Heerschappij van God, de smalle deur niet binnenkomen. Kameel is hier eventueel fout gelezen vanuit het Aramees, de afwijkende letters van beide woorden verschillen nauwelijks van elkaar in het Aramees.

Q 14: 11, 18: 14 / Lukas 14: 11, 18: 14 = Mattheus 20: 26-28, 23: 12

11 Iedereen die zichzelf verheerlijkt zal vernederd worden en degene die zichzelf nederig maakt, zal verheerlijkt worden.

Verheerlijken is hetzelfde als innerlijk omhoog stijgen en gelukzalig worden. Als je in het ego vast zit van trots, gehechtheden en status, dan heb je wellicht de afgeleide mineure verheerlijkingen van het comfort of genoegen, maar het is niet de gelukzaligheid die je ervaart als je geest de verheffing in de Heilige Geest of Heerschappij van God heeft meegemaakt. Daarvoor moet je jezelf nederig maken, het ego moet ingetrokken zijn om door de nauwe poort te kunnen.

Q 14: 26, 17: 33 / Lukas 14: 26, 17: 33 = Mattheus 10: 37, 16: 25-26

26 Degene die zijn vader en moeder niet verlaat kan mijn discipel niet zijn; en degene die zijn zoon en dochter niet verlaat kan mijn discipel niet zijn. 33 Wie zijn leven vindt zal het verliezen en wie zijn leven verliest vanwege Mij zal het vinden.

In de missie van Jezus gaat de discipel iedereen zien als kinderen van God en de oude familiebanden zijn storend in die radicale verandering in het beschouwen van mensen omdat ze associaties oproepen met oude gewoonten en manieren van omgaan met mensen. Daarom moeten de oude familierelaties doorgesneden worden. Vaak zie je in dit soort missies dat de familie de volgeling nog wel mag komen opzoeken, maar dan niet in de oude woonomgeving.

Q 14: 34-35 / Lukas 14: 34-35 = Mattheus 5: 13

34 Zout is goed; maar als het zout zijn zoutheid verliest, 35 waarmee moet het dan gekruid worden? Noch voor de aarde noch voor de mestvaalt is het geschikt - het wordt weggegooid. 

Ik begrijp dit gezegde uit Q nog onvoldoende. Het zout zal voor een bepaalde geesteshouding staan, maar hoe?

Q 14: 28-32 / Lukas 14: 28-32 Sondergut

28 Zou iemand van jullie bedenken om een toren te bouwen zonder er eerst voor te gaan zitten om de 29 kosten te berekenen, om zo te zien of je het kunt opbrengen om het af te bouwen? Anders, als hij de fundamenten had gelegd en dan niet in staat is om 30 het af te maken, zullen alle toeschouwers hem uitlachen."Daar is de man", zullen ze zeggen, "die begon te bouwen en het niet 31 af kon maken.

Het is erg slecht om aan een taak te beginnen en het dan niet af te maken. Het ondermijnt ook je doorzettingsvermogen, het kweekt defaitisme. Een eenmaal aangegane taak dien je te volbrengen.

Q 17: 3-4 / Lukas 17: 3-4 = Mattheus 18: 15, 22

3 Als je broer tegen je zondigt, dan wijs je hem terecht; en als hij berouw toont, vergeef hem. 4 En als hij zeven keer per dag tegen je zondigt, vergeef hem dan ook zeven maal.

Geen wrok of wraakgevoelens ontwikkelen, als iemand in de missie sorry zegt, moet je het vergeven en met een schone lei beginnen.

Q 17: 20b-21 / Lukas 17: 20b-21 = Mattheus 24: 26

20b De Heerschappij van God komt niet door observatie. 21 Ze moeten niet zeggen" "Hij kan geobserveerd worden in de wildernis, noch in de binnenste, geheime kamers". Want de Heerschappij van God is binnen jezelf!

Dit belangrijke gezegde dat je de Heerschappij van God (Heilige Geest) niet in de objectieve wereld moet zoeken, ook niet in de geheime delen van tempels of in de wildernis, werd verdrongen door christelijke fantasien over een collectief Koninkrijk van God, die na een apocalyps werkelijkheid zou moeten worden. Het is deels in Lukas en deels in Mattheus nog terug te vinden, maar niet meer als een geheel.

Q 19: 26-27 / Lukas 19: 26-27 = Mattheus 25: 29

26 Aan eenieder die heeft, zal gegeven worden; maar van 27 degene die niet heeft, zelfs wat hij heeft zal hem afgenomen worden.

De discipelen zijn bezig hun werelds verlangens en gehechtheden los te laten om zich enkel nog te richten op de dienst aan en liefde voor de Heerschappij van God, om net zo te worden zoals de Meester Jezus al is (onvoorwaardelijke liefde). Door die eenduidige houding, verliezen ze al die wereldse verlangens een voor een. Maar wie ze al heeft en najaagt zal er juist meer krijgen. Want zo je denkt, zul je uiteindelijk worden. De oprechte volgelingen zullen uiteindelijk alles verliezen en door de nauwe poort heen een worden met de Heerschappij van God.

 

het is volbracht

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Waarom zou Jezus niet willen dat iedereen hem begrijpt?

Link naar bericht
Deel via andere websites
16 minuten geleden zei Hermanos2:

Waarom zou Jezus niet willen dat iedereen hem begrijpt?

Dat was nu eenmaal duizenden jaren zo bij alle esoterische tradities, zoals ook die ene die Jezus startte. Het was maar een kleine sectie van de bevolking die daar innerlijk genoeg naar verlangde en dat groeit nu wel wat, maar het blijft nog een kleine minderheid. Welk deel van de moslims is er serieus met soefisme bezig? Welk deel van de christenen of de hindoes is serieus met mystiek bezig? Je moet echt goed op zoek gaan om dat soort groepen of tradities te vinden.

Als ik bij het bestuderen van de Quelle had ontdekt dat Jezus meer exoterisch onderwees of een soort mengvorm (komt eigenlijk nooit voor), dan zou ik het al snel links hebben laten liggen en er niet dieper ingedoken zijn.

Je ziet uit de vijandige reacties van exoterisch denkenden op de esotherische stromingen, ook bij de christelijke aartvaders al, dat het heel gevoelig ligt en men er eigenlijk niet klaar voor is.

Je ziet hier ook, dat de mensen (zelfs de theologen) Jezus niet begrijpen, zelfs na uitleg. Het is Jezus zélf die spreekt van honden en zwijnen, Jezus neemt nooit een blad voor de mond als hij alleen is met zijn discipelen. hij zegt ook gewoon dat je Hem in de missie alleen kunt volgen als je je familieleden in de steek laat, wat overigens altijd zo is bij dit soort missies met celibataire rondtrekkende volgelingen. 

Ik ben min of meer veganist, dus ik ben dol op honden, zwijnen, slangen en schorpioenen en zelfs op mensenschedels. Maar dat is de symbooltaal die men toen duizenden jaren lang gebruikte en Jezus doet het ook.

bewerkt door neohumanist
Link naar bericht
Deel via andere websites
8 minuten geleden zei neohumanist:

Dat was nu eenmaal duizenden jaren zo bij alle esoterische tradities, zoals ook die ene die Jezus startte. Het was maar een kleine sectie van de bevolking die daar innerlijk genoeg naar verlangde en dat groeit nu wel wat, maar het blijft nog een kleine minderheid. Welk deel van de moslims is er serieus met soefisme bezig? Welk deel van de christenen of de hindoes is serieus met mystiek bezig? Je moet echt goed op zoek gaan om dat soort groepen of tradities te vinden.

Als ik bij het bestuderen van de Quelle had ontdekt dat Jezus meer exoterisch onderwees of een soort mengvorm (komt eigenlijk nooit voor), dan zou ik het al snel links hebben laten liggen en er niet dieper ingedoken zijn.

Je ziet uit de vijandige reacties van exoterisch denkenden op de esotherische stromingen, ook bij de christelijke aartvaders al, dat het heel gevoelig ligt en men er eigenlijk niet klaar voor is.

Je ziet hier ook, dat de mensen (zelfs de theologen) Jezus niet begrijpen, zelfs na uitleg. Het is Jezus zélf die spreekt van honden en zwijnen, Jezus neemt nooit een blad voor de mond als hij alleen is met zijn discipelen. hij zegt ook gewoon dat je Hem in de missie alleen kunt volgen als je je familieleden in de steek laat, wat overigens altijd zo is bij dit soort missies met celibataire rondtrekkende volgelingen. 

Ik ben min of meer veganist, dus ik ben dol op honden, zwijnen, slangen en schorpioenen en zelfs op mensenschedels. Maar dat is de symbooltaal die men toen duizenden jaren lang gebruikte en Jezus doet het ook.

Sta mij dan toe om het uit te leggen. Jezus predikte selectief. Want hij kwam om niet begrepen te worden. Om beschuldigd te worden van godslastering. Om gekruisigd te worden als een misdadiger. Dat gaat je niet lukken als iedereen je begrijpt en het met je eens is. Daarom pleit ik voor de 1000e keer dat men het hele boek moet lezen. Jij bent ziende blind. Het valt op dat je bij veel teksten uit Q schrijft dat je ze niet snapt. Verbaast mij niet. Ik snap ze. Want de tijd is voorbij dat Jezus' boodschap alleen voor ingewijden was. The fullness of the gentiles is binnengekomen. Nu moet de boodschap volledig begrepen worden door iedereen. Zo zit de Schrift in elkaar en niet anders. 

Link naar bericht
Deel via andere websites

Jezus zegt zelf dat de leer voor ingewijden is:  En Hij zeide: U is het gegeven, de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan; maar tot de anderen spreek Ik in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien, en horende niet verstaan.

Ik heb nergens een bericht gelezen dat de tijd dat Jezus' boodschap alleen voor ingewijden was voorbij is.   Ergo, als ik alle haat en nijd op de wereld zie,  is het tegendeel het geval.

Dit is nu de gelijkenis: Het zaad is het Woord Gods.  

Veel duidelijker kan (de Bijbelse) Jezus het niet zeggen.

bewerkt door Hopper
Link naar bericht
Deel via andere websites
1 minuut geleden zei Hopper:

Jezus zegt zelf dat de leer voor ingewijden is:  En Hij zeide: U is het gegeven, de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan; maar tot de anderen spreek Ik in gelijkenissen, omdat zij ziende niet zien, en horende niet verstaan.

Ik heb nergens een bericht gelezen dat de tijd dat Jezus' boodschap alleen voor ingewijden was voorbij is.   Ergo, als ik alle haat en nijd op de wereld zie,  is het tegendeel het geval.

In Jezus' tijd op aarde mocht de boodschap niet door iedereen begrepen worden. Want hij moest aan het kruis. 

Nu moet hij door iedereen gehoord en begrepen worden zodat hij bewust afgewezen of aangenomen kan worden. Neutraliteit bestaat niet. Juist de haat en nijd juich ik toe (ik hoop dat de lezer mij tegemoet komt) want dat werd voorzegd. Het is steeds duidelijker wie wel en niet in God's koninkrijk wil komen en dienen. En dat, mijn beste Hopper, staat gewoon in de Schrift. 

Ik benadruk nogmaals dat veel van wat jij zegt klopt. Dat is echter dat smalste stukje van die grote zandloper. Vergroot je geestelijke rijkdom en pik de rest ook ff mee. 

Link naar bericht
Deel via andere websites
2 minuten geleden zei Hermanos2:

In Jezus' tijd op aarde mocht de boodschap niet door iedereen begrepen worden. Want hij moest aan het kruis. 

Nu moet hij door iedereen gehoord en begrepen worden zodat hij bewust afgewezen of aangenomen kan worden. Neutraliteit bestaat niet. Juist de haat en nijd juich ik toe (ik hoop dat de lezer mij tegemoet komt) want dat werd voorzegd. Het is steeds duidelijker wie wel en niet in God's koninkrijk wil komen en dienen. En dat, mijn beste Hopper, staat gewoon in de Schrift. 

Ik benadruk nogmaals dat veel van wat jij zegt klopt. Dat is echter dat smalste stukje van die grote zandloper. Vergroot je geestelijke rijkdom en pik de rest ook ff mee. 

Ik heb anders vaak het gevoel dat ik hier -in algemene zin- tegen dovemansoren zit te schrijven.  Het is niet zo dat de Evangeliën onduidelijk zijn, er staat gewoon geschreven dat Gods Woord 'gehoord' kan worden.   Er staat geschreven dat Jezus' boodschap verborgen is.  Die verborgenheid is vervolgens weer Gods Woord.  Over het Woord hoeven we niet te twijfelen, wel over het eigen verstaan.

Jezus wil dus heel graag dat hij begrepen wordt.   Maar mijn opinie is dat de meeste mensen liever zichzelf horen.

Link naar bericht
Deel via andere websites
16 minuten geleden zei Hopper:

Jezus zegt zelf dat de leer voor ingewijden is:  En Hij zeide: U is het gegeven, de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan; maar tot de anderen spreek Ik in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien, en horende niet verstaan.

Ik heb nergens een bericht gelezen dat de tijd dat Jezus' boodschap alleen voor ingewijden was voorbij is.   Ergo, als ik alle haat en nijd op de wereld zie,  is het tegendeel het geval.

Dit is nu de gelijkenis: Het zaad is het Woord Gods.  

Veel duidelijker kan (de Bijbelse) Jezus het niet zeggen.


Het bericht dat Jezus’ boodschap nu voor alle mensen is, is o.a. te vinden in Titus2: 11-14 (SV1977)

11 Want de zaligmakende genade Gods is verschenen aan alle mensen.

12 En onderwijst ons, dat wij, de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheden verzakende, matig en rechtvaardig, en godzalig leven zouden in deze tegenwoordige wereld;

13 Verwachtende de zalige hoop en verschijning der heerlijkheid van de grote God en onze Zaligmaker Jezus Christus;

14 Die Zichzelf voor ons gegeven heeft, opdat Hij ons zou verlossen van alle ongerechtigheid, en Zichzelf een eigen volk zou reinigen, ijverig in goede werken.

Link naar bericht
Deel via andere websites
1 minuut geleden zei Hopper:

Ik heb anders vaak het gevoel dat ik hier -in algemene zin- tegen dovemansoren zit te schrijven.  Het is niet zo dat de Evangeliën onduidelijk zijn, er staat gewoon geschreven dat Gods Woord 'gehoord' kan worden.   Er staat geschreven dat Jezus' boodschap verborgen is.  Die verborgenheid is vervolgens weer Gods Woord.  Over het Woord hoeven we niet te twijfelen, wel over het eigen verstaan.

Jezus wil dus heel graag dat hij begrepen wordt.   Maar mijn opinie is dat de meeste mensen liever zichzelf horen.

Nee hoor. Je begrijpt dat hier forum taal geschreven wordt. Dat is heel anders dan wanneer jij en ik ergens aan tafel zitten en lichaamstaal en intonatie kunnen laten werken. Ik denk dat het gros van de christelijke forummers qua Jezus best meer dan redelijk op dezelfde lijn zitten. De onenigheden over Hem, dat valt best mee. 

Wat hier op het forum natuurlijk meespeelt is dat we elkaars boodschap ondertussen wel kennen en er daarom minder door geraakt worden. Er is gewoon te weinig nieuwe aanwas. We kunnen slechts hopen dat er genoeg geïnteresseerde meelezers zijn. Het zou heel erg zijn als dat niet het geval was. Hoezo, tijdverspilling?

Link naar bericht
Deel via andere websites
11 minuten geleden zei Hopper:

Ik heb anders vaak het gevoel dat ik hier -in algemene zin- tegen dovemansoren zit te schrijven.  Het is niet zo dat de Evangeliën onduidelijk zijn, er staat gewoon geschreven dat Gods Woord 'gehoord' kan worden.   Er staat geschreven dat Jezus' boodschap verborgen is.  Die verborgenheid is vervolgens weer Gods Woord.  Over het Woord hoeven we niet te twijfelen, wel over het eigen verstaan.

Jezus wil dus heel graag dat hij begrepen wordt.   Maar mijn opinie is dat de meeste mensen liever zichzelf horen.

Met je eens. De talloze kerkscheuringen getuigen daar ook van.  Toch staat geschreven dat de genade is verschenen aan alle mensen. Je hoeft dus geen bijzondere “inwijdingen” gehad te hebben van een of andere goeroe of zo.

Link naar bericht
Deel via andere websites
16 minuten geleden zei Flawless victory:


Het bericht dat Jezus’ boodschap nu voor alle mensen is, is o.a. te vinden in Titus2: 11-14 (SV1977)

11 Want de zaligmakende genade Gods is verschenen aan alle mensen.

12 En onderwijst ons, dat wij, de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheden verzakende, matig en rechtvaardig, en godzalig leven zouden in deze tegenwoordige wereld;

13 Verwachtende de zalige hoop en verschijning der heerlijkheid van de grote God en onze Zaligmaker Jezus Christus;

14 Die Zichzelf voor ons gegeven heeft, opdat Hij ons zou verlossen van alle ongerechtigheid, en Zichzelf een eigen volk zou reinigen, ijverig in goede werken.

Je haalt echter twee dingen door elkaar, het onderwijs van de historische Jezus en het onderwijs van velerlei christenen die in het Nieuwe Testament terecht kwam, al of niet secundair bewerkt.

Het gemak waarmee dat op een hoop wordt gegooid, is vrij kenmerkend op dit forum. Het verbaast me niet echt, maar ik constateer het gewoon. Jezus heeft het Nieuwe Testament niet gedicteerd en waar hij wordt aangehaald, is Hij meestal niet echt aan het woord.

De reden is de protestantse mythe of het protestantse bijgeloof dat God's Heilige Geest achter heel de Bijbel steekt en je er daarom naar believen doorheen mag surfen zonder dat je tegengestelde denkbeelden zult tegenkomen. Het is een aandoenlijke denkwijze, maar heel veel hoger opgeleide mensen verliezen hierdoor hun geloof, ze pikken dat soort mythes niet (meer).

Eigenlijk weiger je Jezus als je Meester ("Guru") te zien. Daar is niets mis mee overigens, Hij is niet voor iedereen. Maar je kunt nu Zijn woorden lezen, zoals Hij ze ongeveer ooit uitsprak. Je kunt het natuurlijk negeren. Er staan wel meer boeiende dingen in het Nieuwe Testament en ook dat heeft zijn waarde.

bewerkt door neohumanist
Link naar bericht
Deel via andere websites
6 minuten geleden zei Flawless victory:


Het bericht dat Jezus’ boodschap nu voor alle mensen is, is o.a. te vinden in Titus2: 11-14 (SV1977)

11 Want de zaligmakende genade Gods is verschenen aan alle mensen.

12 En onderwijst ons, dat wij, de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheden verzakende, matig en rechtvaardig, en godzalig leven zouden in deze tegenwoordige wereld;

13 Verwachtende de zalige hoop en verschijning der heerlijkheid van de grote God en onze Zaligmaker Jezus Christus;

14 Die Zichzelf voor ons gegeven heeft, opdat Hij ons zou verlossen van alle ongerechtigheid, en Zichzelf een eigen volk zou reinigen, ijverig in goede werken.

Ik ben het op zich ook wel eens met dat alle mensen.  I.t.t. wat Neo denkt is mijn denken helemaal niet  typisch christelijk.  Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik tientallen jaren atheïst ben geweest.  Toch sprak het woord in mij.

Maar wat Hermanos lijkt te zeggen is dat er een recente verandering is.  Volgens de Evangeliën spreekt het Woord al 2000 jaar in de mens.

Ik ben geen typisch gelovige, ik begrijp de Evangeliën met de wijsheid achteraf.

1 minuut geleden zei Flawless victory:

Met je eens. De talloze kerkscheuringen getuigen daar ook van.  Toch staat geschreven dat de genade is verschenen aan alle mensen. Je hoeft dus geen bijzondere “inwijdingen” gehad te hebben van een of andere goeroe of zo.

Klopt.  Een goeroe is niet nodig, meditatie mag wel, maar is ook niet nodig.  Het enige wat nodig is , zijn goede 'oren en ogen'.

Link naar bericht
Deel via andere websites
3 minuten geleden zei Hopper:

Ik ben het op zich ook wel eens met dat alle mensen.  I.t.t. wat Neo denkt is mijn denken helemaal niet  typisch christelijk.  Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik tientallen jaren atheïst ben geweest.  Toch sprak het woord in mij.

Maar wat Hermanos lijkt te zeggen is dat er een recente verandering is.  Volgens de Evangeliën spreekt het Woord al 2000 jaar in de mens.

Ik ben geen typisch gelovige, ik begrijp de Evangeliën met de wijsheid achteraf.

Helder. Bedankt voor de uitleg!  Geldt ook voor mij trouwens, dat het woord in mij sprak cq dat ik door het woord in mij bewogen werd, toen ik nog niet gelovig was.  En in het dagelijks leven ken ik atheïsten die zich zonder dat ze het zelf weten door het woord laten bewegen. 

bewerkt door Flawless victory
Link naar bericht
Deel via andere websites
4 minuten geleden zei Flawless victory:

Met je eens. De talloze kerkscheuringen getuigen daar ook van.  Toch staat geschreven dat de genade is verschenen aan alle mensen. Je hoeft dus geen bijzondere “inwijdingen” gehad te hebben van een of andere goeroe of zo.

De kerkscheuringen kunnen vergeleken worden met wetticisme. De mozaische wet was een middel. Dit middel werd zo strikt nageleefd dat het een doel op zich werd. Datzelfde zie je bij kerken gebeuren. Scheuring op basis van verregaande meningsverschillen. Van het middel wordt nog steeds een doel gemaakt. We hebben nog niet veel bijgeleerd. 

Link naar bericht
Deel via andere websites
27 minuten geleden zei neohumanist:

Je haalt echter twee dingen door elkaar, het onderwijs van de historische Jezus en het onderwijs van velerlei christenen die in het Nieuwe Testament terecht kwam, al of niet secundair bewerkt.

Het gemak waarmee dat op een hoop wordt gegooid, is vrij kenmerkend op dit forum. Het verbaast me niet echt, maar ik constateer het gewoon. Jezus heeft het Nieuwe Testament niet gedicteerd en waar hij wordt aangehaald, is Hij meestal niet echt aan het woord.

De reden is de protestantse mythe of het protestantse bijgeloof dat God's Heilige Geest achter heel de Bijbel steekt en je er daarom naar believen doorheen mag surfen zonder dat je tegengestelde denkbeelden zult tegenkomen. Het is een aandoenlijke denkwijze, maar heel veel hoger opgeleide mensen verliezen hierdoor hun geloof, ze pikken dat soort mythes niet (meer).

Eigenlijk weiger je Jezus als je Meester ("Guru") te zien. Daar is niets mis mee overigens, Hij is niet voor iedereen. Maar je kunt nu zijn woorden lezen zoals Hij ze ongeveer ooit uitsprak, je kunt het natuurlijk negeren. Er staan wel meer boeiende dingen in het Nieuwe Testament en ook dat heeft zijn waarde.


Jezus is mijn Heer en Heiland en inderdaad niet zomaar een goeroe maar de Bruidegom van de Gemeente. De bijbel is mij heilig omdat ik daarin, verheven boven enige twijfel, (de schriftelijke neerslag van ) het Woord van God heb herkend.  Ik vind dat je hier in Levensbeschouwing alle gelegenheid dient te hebben om jouw visie op Jezus en het evangelie te bespreken.  Want je hebt naar eigen zeggen iets met Jezus en dat is iets om niet verder kapot te willen maken maar om overeind te houden. Van de inhoudelijke reacties kun je leren en je hebt hier een paar waardige gesprekspartners gevonden in Hopper en Hermanos2 e.a..   Zelf lees ik je epistels niet meer of niet meer helemaal, omdat wat je te berde brengt uit wat jij denkt dat Q is, voor mij niet in de schaduw kan staan van de Bijbel zelf. Ik vind het zoals Hopper al eerder zei wat oubollig en sommige stukken vind ik ronduit geestdodend, platgeslagen teksten.  

bewerkt door Flawless victory
Link naar bericht
Deel via andere websites
29 minuten geleden zei Hopper:

Ik ben het op zich ook wel eens met dat alle mensen.  I.t.t. wat Neo denkt is mijn denken helemaal niet  typisch christelijk.  Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik tientallen jaren atheïst ben geweest.  Toch sprak het woord in mij.

Maar wat Hermanos lijkt te zeggen is dat er een recente verandering is.  Volgens de Evangeliën spreekt het Woord al 2000 jaar in de mens.

Ik ben geen typisch gelovige, ik begrijp de Evangeliën met de wijsheid achteraf.

Klopt.  Een goeroe is niet nodig, meditatie mag wel, maar is ook niet nodig.  Het enige wat nodig is , zijn goede 'oren en ogen'.

2 Corinthians 3:16

But whenever someone turns to the Lord, the veil is taken away. 

Link naar bericht
Deel via andere websites
1 uur geleden zei Hopper:

Jezus zegt zelf dat de leer voor ingewijden is:  En Hij zeide: U is het gegeven, de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan; maar tot de anderen spreek Ik in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien, en horende niet verstaan.

Ik heb nergens een bericht gelezen dat de tijd dat Jezus' boodschap alleen voor ingewijden was voorbij is.   Ergo, als ik alle haat en nijd op de wereld zie,  is het tegendeel het geval.

Dit is nu de gelijkenis: Het zaad is het Woord Gods.  

Veel duidelijker kan (de Bijbelse) Jezus het niet zeggen.

Jezus is niet meer aanwezig om zelf die aankondiging te maken, nee. Maar als je op YouTube alleen al kijkt, dan zie je daar diverse kanalen van mensen die zich hiermee bezighouden, dus de tijden zijn snel aan het veranderen. Mijn eigen traditie is kwa filosofie ook niet meer geheim, wat niet wil zeggen dat de geschriften in winkels te koop liggen, maar ze zijn al wel bestelbaar op internet voor iedereen.

Tweeduizend jaar geleden was het nog een heel andere wereld, de meeste mensen hadden geen of nauwelijks onderwijs genoten, de gemiddelde havo-leerling weet nu meer van wetenschap dan de hoogst-geleerden uit die dagen van Jezus.

En mensen denken dieper na over dingen. Tot voor een jaar of 10 terug was het nog ondenkbaar dat een politieke partij die het voor dierenrechten en rechten voor het milieu in het Parlement op zou nemen een mogelijkheid was.

Slavernij is nu ondenkbaar in het beschaafdere deel van de wereld, maar in tijd van Jezus was het normaal, net als het voortrekken van mannen tov vrouwen. 

Maar wat zijn nu de échte diepere verschillen tussen de esoterische en de exoterische benaderingswijzen? Daar ga ik een nieuw draadje over openen. Dit topic is afgerond voor mij persoonlijk.

bewerkt door neohumanist
Link naar bericht
Deel via andere websites

Jezus kwam om Israël en Samaria terug naar huis te brengen. Daar had hij een grote schare volgelingen. In Judah ondervond hij veel meer weerstand. En dit was notabene God's hometown. Hier bevond zich de bruid, Jeruzalem. Om zijn eigen volk terecht te wijzen en te vernederen verhardde hij hun harten en mochten de heidenen voorgaan. Daarna werd/wordt de sluier weggenomen en zullen de Joden ook de Zoon aannemen. De vader kennen ze al. 

10 minuten geleden zei neohumanist:

Jezus is niet meer aanwezig om zelf die aankondiging te maken, nee. Maar als je op YouTube alleen al kijkt, dan zie je daar diverse kanalen van mensen die zich hiermee bezighouden, dus de tijden zijn snel aan het veranderen. Mijn eigen traditie is kwa filosofie ook niet meer geheim, wat niet wil zeggen dat de geschriften in winkels te koop liggen, maar ze zijn al wel bestelbaar op internet voor iedereen.

Tweeduizend jaar geleden was het nog een heel andere wereld, de meeste mensen hadden geen of nauwelijks onderwijs genoten, de gemiddelde havo-leerling weet nu meer van wetenschap dan de hoogst-geleerden uit die dagen van Jezus.

En mensen denken dieper na over dingen. Tot voor een jaar of 10 terug was het nog ondenkbaar dat een politieke partij die het voor dierenrechten en rechten voor het milieu in het Parlement op zou nemen een mogelijkheid was.

Slavernij is nu ondenkbaar in het beschaafdere deel van de wereld, maar in tijd van Jezus was het normaal, net als het voortrekken van mannen tov vrouwen. 

Maar wat zijn nu de échte diepere verschillen tussen de esoterische en de exoterische benaderingswijzen? Daar ga ik een nieuw draadje over openen. Dit topic is afgerond voor mij persoonlijk.

Dankjewel voor het schrijven over Q. Het kwam niet helemaal uit de verf maar je hebt ons wel bezig gehouden. Forum leeft! 

Link naar bericht
Deel via andere websites
3 uur geleden zei neohumanist:

Jezus is niet meer aanwezig om zelf die aankondiging te maken, nee. Maar als je op YouTube alleen al kijkt, dan zie je daar diverse kanalen van mensen die zich hiermee bezighouden, dus de tijden zijn snel aan het veranderen. Mijn eigen traditie is kwa filosofie ook niet meer geheim, wat niet wil zeggen dat de geschriften in winkels te koop liggen, maar ze zijn al wel bestelbaar op internet voor iedereen.

Tweeduizend jaar geleden was het nog een heel andere wereld, de meeste mensen hadden geen of nauwelijks onderwijs genoten, de gemiddelde havo-leerling weet nu meer van wetenschap dan de hoogst-geleerden uit die dagen van Jezus.

En mensen denken dieper na over dingen. Tot voor een jaar of 10 terug was het nog ondenkbaar dat een politieke partij die het voor dierenrechten en rechten voor het milieu in het Parlement op zou nemen een mogelijkheid was.

Slavernij is nu ondenkbaar in het beschaafdere deel van de wereld, maar in tijd van Jezus was het normaal, net als het voortrekken van mannen tov vrouwen. 

Maar wat zijn nu de échte diepere verschillen tussen de esoterische en de exoterische benaderingswijzen? Daar ga ik een nieuw draadje over openen. Dit topic is afgerond voor mij persoonlijk.

Professor Marc Goodacre heeft een theorie ontwikkeld dat Lucas zowel de tekst van Markus als die van Mattheus kende. Hij geeft les aan de Duke universiteit.

Ian Mills die samen met Laura Robinson de bekende podcast NT review heeft, gaat blijkbaar mee in die gedachte. Hij is/was ook verbonden aan Duke University.
Daarmee komt de Q theorie weer in een ander daglicht te staan, hoewel het niet wil zeggen dat er niet allerlei teksten rondgingen, die gebruikt werden in de evangeliën.

Je kunt hier wel van leren dat evangeliën geen directe ooggetuigen verslagen zijn, maar bewerkingen van oudere teksten, die soms door een bewerking een andere lading kregen. (Zalig zijn de armen (Lucas) vs armen van geest (Mattheus))

Markus is algemeen wel geaccepteerd als het oudste evangelie en bekend bij zowel Mattheus als Lucas.

In NT podcast en NT review podcast en op YouTube (bv MythVision podcast) is het nodige terug te vinden over:

The case against Q.

Link naar bericht
Deel via andere websites
4 uur geleden zei neohumanist:

Jezus is niet meer aanwezig om zelf die aankondiging te maken, nee. Maar als je op YouTube alleen al kijkt, dan zie je daar diverse kanalen van mensen die zich hiermee bezighouden, dus de tijden zijn snel aan het veranderen. Mijn eigen traditie is kwa filosofie ook niet meer geheim, wat niet wil zeggen dat de geschriften in winkels te koop liggen, maar ze zijn al wel bestelbaar op internet voor iedereen.

Tweeduizend jaar geleden was het nog een heel andere wereld, de meeste mensen hadden geen of nauwelijks onderwijs genoten, de gemiddelde havo-leerling weet nu meer van wetenschap dan de hoogst-geleerden uit die dagen van Jezus.

En mensen denken dieper na over dingen. Tot voor een jaar of 10 terug was het nog ondenkbaar dat een politieke partij die het voor dierenrechten en rechten voor het milieu in het Parlement op zou nemen een mogelijkheid was.

Slavernij is nu ondenkbaar in het beschaafdere deel van de wereld, maar in tijd van Jezus was het normaal, net als het voortrekken van mannen tov vrouwen. 

Maar wat zijn nu de échte diepere verschillen tussen de esoterische en de exoterische benaderingswijzen? Daar ga ik een nieuw draadje over openen. Dit topic is afgerond voor mij persoonlijk.

Eerlijk gezegd kijk ik nooit filmpjes op YT betreffende religie.  Ik lees liever geschreven tekst en dan graag geschreven tekst welke ergens over gaat.    De leer van Jezus is trouwens niet aan intelligentie of onderwijs gebonden.  Je hoeft er niet specifiek slim voor te zijn.

Dat mensen dieper na denken over de dingen waag ik ook te betwijfelen als ik zo her en der mijn oor te luister leg.  Roddelbladen zijn meer in trek dan de Bijbel of soortgelijke literatuur, zodat er een scheiding ontstaat tussen de geesten.  Zij die zich met verdieping bezig houden en zij die zich met de seksuele escapades van 'sterren' bezig houden.

Slavernij is er nog steeds, ook in Nederland.  Velen halen hun neus op voor een arbeidzaam leven en dus komen buitenlanders het onaangename werk doen.  Vervolgens worden ze na bewezen dienst uit gekotst omdat ze niet perfect Nederlands spreken.

Link naar bericht
Deel via andere websites
6 uur geleden zei neohumanist:

Q 8: 9-10 / Lukas 8: 9-10 = Mattheus 13: 11-12a, 13 (= Markus 4: 11b-12) Triple Tradition

9 10 Aan jullie is het gegeven de geheimnissen van de Heerschappij van God te kennen; maar voor de rest via gelijkenissen, opdat ziende ze het niet kunnen waarnemen; en horende ze het niet kunnen begrijpen. 

Commentaar: De ingewijden hebben blijkbaar van Jezus onderricht gehad om de instructies en de onderliggende spirituele filosofie te begrijpen, maar oningewijden zullen de gelijkenissen of geheimtaal daardoor niet snappen en de meditatievorm die erin beschreven wordt ook niet weten toe te passen.

Je hebt het hier over ingewijden, maar het lijkt me dat het hier over de leerlingen gaat, die later het evangelie buiten de grenzen van Israël hebben verkondigd. Jezus zet zich af tegen de religieuze macht die volgens hem de Torah (wet) als last aan mensen opleggen, maar zelf de geest van de wet vertrappen. Het is veel meer een sociaal en politiek betoog dan een meditatief en spiritueel verhaal. Jezus past in allerlei karretjes, maar de teksten worden selectief toegepast om van Jezus een spirituele leider te maken.

Ik vraag me af: wat deed hij dan naast die meditatie. De Q teksten gaan over woorden (zoals Mattheus 5-7 in de bergrede)

Lees Mattheus 8 en 9 eens. Daar gaat het over de daden die bij de woorden horen.
Hij ging rond om mensen uit de eenzaamheid en de goot, de dwang, de angst op te wekken om te kunnen leven.

Deze boodschap kon pas voluit klinken na Pasen, waar hij als misdadiger werd gekruisigd, maar door God verhoogd werd.

Ja juist toen het hele verhaal bekend was, toen mocht het volop aan alle volken (heidenen) verkondigd worden. Let op deze ene, deze eersteling, de eerstgeborene uit de dood. Zijn toekomst is ook onze toekomst.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Kan het kloppen dat ik deze tekst uit Q niet terug zie:


Voorwaar, ik zeg u, ik heb niet zo'n groot geloof gevonden, zelfs niet in Israël! "En ik zeg je dat velen van oost en west zullen komen en met Abraham, Izaäk en Jakob in het koninkrijk der hemelen zullen gaan zitten. Maar de zonen van het koninkrijk zullen in de buitenste duisternis worden geworpen. Er zal geween en tandengeknars zijn.

 

Een expliciete verwijzing naar Abraham, Izaäk en Jakob (dit is Israël het OT verbondsvolk) waar mensen die Jezus als spirituele leraar bestempelen niet zo veel mee hebben. Dat het NT (en de teksten van Q) vaak niet te begrijpen is zonder OT kennis, dat ontgaat helaas velen. 

Link naar bericht
Deel via andere websites

Join the conversation

You can post now and register later. If you have an account, sign in now to post with your account.

Gast
Antwoord op deze discussie...

×   Plakken als rijke tekst.   Opmaak herstellen

  Er zijn maximaal 75 emoticons toegestaan.

×   Je link is automatisch geïntegreerd.   In plaats daarvan als link tonen

×   Je voorgaande bijdrage is hersteld.   Tekstverwerker leegmaken

×   Je kunt afbeeldingen niet direct plakken. Upload of voeg afbeeldingen in vanaf URL.


×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid