Spring naar bijdragen

Barnabas

Members
  • Aantal bijdragen

    1.643
  • Geregistreerd

  • Laatst bezocht

Berichten geplaatst door Barnabas

  1. 2 uur geleden zei Breuk:

    @Barnabas ik heb op een gelijksoortige vraag al eerder gereageerd.
    De vrouw is in dit stuk gelijk aan de man: ze mag bidden en profeteren.  
    Het gaat dan om vrouwen en mannen die in de gemeente zijn aangesteld.  
     

    Mannen en vrouwen die geen leiding hebben krijgen onderwijs van mannen en vrouwen die hiervoor zijn aangesteld.  
    Mijn vraag aan jou: van wie krijg jij momenteel onderwijs in de gemeente van Christus en kun jij daar je vragen kwijt?  
    Ik heb het idee dat je erg zoekende bent en er zelf niet uitkomt.
     

    Als je zo zeurt zet ik je op negeren.

  2. In de bijbel vinden we verschillende mannen die trouw waren aan God. Hun karakters lopen ver uiteen.
    David bijvoorbeeld was een militair die de onderdrukker verdreef, Jozef was een huishoudelijk man. Mozes was een besceiden man en een man van de wet. Ezra was een schriftgeleerde en Nehemia was een burgemeester die een stad herbouwde. Zo zijn er heel veel bedieningen. Deze bedieningen passen bij hun karakter, wie zij zijn. Daarom staat er ook dat wie volhardt die zla een witte steen ontvangen met daarop een namme die alleen hij kent. Een naam identificeert de man en heeft betrekking op je karakter. Dat alleen hij deze naam kent betekent dat hij uniek is voor het aangezicht van God. Volharden in het geloof betekent dat men de mannelijkerijpheid behaald en dat het unieke van de persoon gestalte krijgt in zijn optreden. Dan is men volwassen.

  3. God is het hoofd van de man en de man is het hoofd van de vrouw. Zie 1 Kor 11:3. Dat betekent dat de man gezag heeft over het bidden en profeteren van de vrouw zoals God gezag heeft over het bidden en profeteren van de man door de inspiratie van God die het woord is. Wanneer nu de vrouw gezag neemt over de man dan verdwijnt het gezag van de man over de vrouw. De vrouw is dan onbedekt, het gezag van de man waaronder zij valt is weggedaan. Het teken van dat gezag is het lange haar. Omdat het een teken is btekent dat dat het gaat om de gezagsverhouding in de praktijk. Wanneer die gezagverhouding juist is dan leeft men in de juiste verhouding en hoort daarbij een teken en dat teken is de lange haardracht. Maar metn kan het niet omkeren. Het lange haar is geen garantie voor de juiste gezagsverhouding. De man hoort het gezag te behouden en de vrouw hoort het gezag te aanvaarden.
    Maar wanneer het haar kort of afgeknipt is dan is dat een teken dat er sprake is van een onjuiste gezagsverhouding. Dat is het bewijs dat een andere macht het gezag over de vrouw overgenomen heeft en dat zij een ander gezag heeft aanvaard omdat zij anders het haar niet afgeknipt zou hebben. Want het is de macht op haar hoofd die dat bewerkt. Deze macht is een engel zoals de satan loog over de vrucht in de tuin van Eden waardoor Eva zich stelde onder de raad en dus het gezag van de satan. Omdat Adam meeging in de woorden van Eva kwam hij onder het gezag van Eva omdat hij handelde naar haar inzicht (Gen 3). Er vond dus een omdraaiing van het rolpatroon op dat God wil herstellen. 

    1 Kor 11:3-15:
    "Maar ik wil dat u weet dat Christus het Hoofd is van iedere man en de man het hoofd van de vrouw en God het Hoofd van Christus. Iedere man die bidt of profeteert en iets op zijn hoofd heeft, onteert zijn hoofd. Iedere vrouw echter die bidt of profeteert met onbedekt hoofd, onteert haar eigen hoofd, want het is precies hetzelfde alsof zij kaalgeschoren is. Want als een vrouw het hoofd niet bedekt heeft, laat zij zich dan ook maar kaalknippen. Als het echter voor een vrouw schandelijk is kaalgeknipt of kaalgeschoren te zijn, laat zij dan het hoofd bedekken. Een man moet het hoofd namelijk niet bedekken, omdat hij het beeld en de heerlijkheid van God is. De vrouw is echter de heerlijkheid van de man. De man immers is niet uit de vrouw, maar de vrouw uit de man. Want ook is een man niet geschapen omwille van de vrouw, maar een vrouw omwille van de man. Daarom moet de vrouw een teken van gezag op het hoofd hebben, omwille van de engelen. Evenwel is de man niet zonder de vrouw, en de vrouw niet zonder de man, in de Heere. Want zoals de vrouw uit de man voortkomt, zo is ook de man er door de vrouw, maar alle dingen zijn uit God. Oordeel bij uzelf: is het gepast dat een vrouw met onbedekt hoofd tot God bidt? Of leert ook de natuur zelf u niet dat als een man lang haar draagt, het een oneer voor hem is? Maar als een vrouw lang haar draagt, is het voor haar een eer, omdat het lange haar als een bedekking aan haar gegeven is. Maar als iemand op twist uit lijkt te zijn, wij hebben een dergelijke gewoonte niet, en de gemeenten van God evenmin."

  4. Teksten over de doop met water, opmerkelijk hoe de gedachte over de doop aan de hand van de teksten opgebouwd wordt tot begrip van hen die geloven:
    Mattheüs 3 vertelt over  de doop van Johannes de Doper:
    Vers 6: "en zij werden door hem gedoopt in de Jordaan, terwijl zij hun zonden beleden."
    Vers 11: "Ik doop u wel met water tot bekering, maar Hij Die na mij komt, is sterker dan ik; ik ben het niet waard Hem Zijn sandalen na te dragen. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur."

    Daarnaast Markus 1:4-5:
    "Het is zoals er geschreven staat in de profeten: Zie, Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die voor U uit Uw weg gereed zal maken, De stem van iemand die roept in de woestijn: Maak de weg van de Heere gereed, maak Zijn paden recht. Johannes kwam in de woestijn en doopte en predikte een doop van bekering tot vergeving van zonden. En heel het Judese land en de inwoners van Jeruzalem liepen naar hem uit; en zij werden allen door hem gedoopt in de rivier de Jordaan, terwijl zij hun zonden beleden."

    En Lukas 3:
    Vers 3: "En hij kwam in heel de omgeving van de Jordaan en predikte een doop van bekering tot vergeving van zonden,
    Vers 10-14: "En de menigte vroeg hem: Wat moeten wij dan doen? Hij antwoordde en zei tegen hen: Wie twee stel onderkleren heeft, moet delen met hem die er geen heeft, en wie voedsel heeft, moet ook zo doen. Er kwamen ook tollenaars om gedoopt te worden en zij zeiden tegen hem: Meester, wat moeten wij doen? Hij zei tegen hen: Eis niet meer dan wat u voorgeschreven is. Ook de soldaten vroegen aan hem: En wij, wat moeten wij doen? Hij zei tegen hen: Val niemand lastig, pers niemand af en wees tevreden met uw soldij."

    De doop van Johannes staat in verband met bekering van zonden. Johannes predikt de doop in verband met de vergeving van zonden waarbij mensen hun zonden belijden. Ook maakt hij duidelijk wat deze bekering inhoudt in de praktijk. Dus de doop houdt verband met bekering en verandering van gedrag in de praktijk.
    Johannes spreekt ook over de doop met de Heilige Geest die door Jezus gegeven zal worden: Lukas 3:16: "antwoordde Johannes allen: Ik doop u wel met water, maar Hij komt Die sterker is dan ik, bij Wie ik niet waard ben de riem van Zijn sandalen los te maken. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur."

    Markus 16:15-16: "En Hij zei tegen hen: Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen. Wie geloofd zal hebben en gedoopt zal zijn, zal zalig worden,"
    Dit zijn woorden van Jezus die hij tot zijn discipelen spreekt na zijn opstanding. Hij zegt hier dat wie geloof hecht aan het evangelie dat zijn discipelen brengen en gedoopt zal zijn zal zalig worden. 


    Johannes blijft dopen in Enon en Jezus met zijn discipelen doopt ook, hoewel Jezus niet zelf doopte maar dat zijn discipelen dat deden.
    Johannes 3:22-23: "Daarna ging Jezus met Zijn discipelen naar het Judese land en verbleef daar met hen en doopte. Maar ook Johannes doopte in Enon bij Salim, omdat daar veel water was; en de mensen kwamen daar en werden gedoopt,"
    Zie Johannes 4:1-2: "Toen nu de Heere merkte dat de Farizeeën gehoord hadden dat Jezus meer discipelen maakte en doopte dan Johannes – hoewel Jezus Zelf niet doopte, maar Zijn discipelen – "

    Jezus brengt het woord dopen ook in verband met het lijden dat hij zal dragen.
    Mattheüs 20:22 Maar Jezus antwoordde en zei: U weet niet wat u vraagt; kunt u de drinkbeker drinken die Ik drinken zal, en met de doop gedoopt worden waarmee Ik gedoopt word? Zij zeiden tegen Hem: Dat kunnen wij.
    en Lukas 12:50: Maar Ik moet met een doop gedoopt worden, en hoe beklemt het Mij, totdat het volbracht is.


    Handelingen 2:37-38: "En toen zij dit hoorden, werden zij diep in het hart geraakt en zeiden tegen Petrus en de andere apostelen: Wat moeten wij doen, mannenbroeders? En Petrus zei tegen hen: Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden; en u zult de gave van de Heilige Geest ontvangen"
    Ook hier vraagt men wat men moet doen, net als bij Johannes waarop Petrus zegt dat men zich bekere en zich late dopen in de naam van Jezus Christus tot vergeving van zonden, hij beloofd daarbij dat men de gave van de Heilige Geest zal ontvangen. Dat men de Heilige Geest ontvangt.

    Handelingen 8:12: "Maar toen zij Filippus geloofden, die het Evangelie van het Koninkrijk van God en van de Naam van Jezus Christus verkondigde, werden zij gedoopt, zowel mannen als vrouwen."
    De doop geldt dus voor zowel mannen als vrouwen.

    Handelingen 10:37-38: "U weet wat er gebeurd is in heel Judea, wat begon in Galilea na de doop die Johannes gepredikt heeft: hoe God Jezus van Nazareth gezalfd heeft met de Heilige Geest en met kracht en hoe Hij het land doorgegaan is, terwijl Hij goeddeed en allen die door de duivel overweldigd waren, genas, want God was met Hem."
    Dit is uit een rede van Petrus waaruit blijkt dat de doop een begin is van de bediening van Jezus, zoals er ook staat dat men de Heilige Geest ontvangt bij de doop en ook dat is een begin van een nieuw leven in Christus in d ekracht van de Heilige Geest waardoor men ook in staat is praktisch een nieuwe leven te leiden overeenkomstig de bekering. Het is de Heilige Geest die de kracht daarvoor geeft. Deze doop is ook voor de heidenen zoals Petrus in het vervolg verklaard:
    Vers 45-48: "En de gelovigen die van de besnijdenis waren, zovelen als er met Petrus waren meegekomen, waren buiten zichzelf dat de gave van de Heilige Geest ook op de heidenen uitgestort werd, want zij hoorden hen spreken in vreemde talen en God grootmaken. Toen antwoordde Petrus: Kan iemand soms het water weren, zodat deze mensen, die evenals wij de Heilige Geest ontvangen hebben, niet gedoopt zouden worden? En hij beval dat zij gedoopt zouden worden in de Naam van de Heere. Toen vroegen zij hem enkele dagen bij hen te blijven."
    Dus de doop is voor gelovigen uit de alle natieën en volkeren.


    Handelingen 13:24 bevestigd dat de doop verband houdt met de bekering. In deze tekst spreekt Paulus tot Israëlieten die in Antiochië zijn.
    Hand:13:24: "nadat Johannes, voorafgaand aan Zijn komst, eerst aan heel het volk Israël de doop van bekering gepredikt had."
    Deze bekering is een bekering tot Jehovah, de God van Johannes de Doper, die zijn wet geeft in de wet van Mozes waarin God opdraagt om God en de naaste lief te hebben als jezelf. Jezus legt uit dat dat de hele wet is en deze wordt vervuld in Jezus Christus die voor ons de wet volbracht heeft opdat hij zonder zonde aan het kruis kon gaan waardoor de wetten ten aanzien van de offers in Jezus vervuld werden en hij het ultieme offer is geworden waardoor zijn bloed ons reinigt van alle zonden en dit is het nieuwe verbond waardoor wij rein worden en waardoor wij een nieuw leven van bekering kunnen leven. De doop vertegenwoordigt dat, staat aan het begin daarvan. Een nieuw leven wandelende in bekeerde werken tot eer van God. De doop is dus een bekering tot Jehovah bereikt door het offer van Jezus Christus. De bekering door geloof in en tot Jezus Christus die ook Jehovah is. Jehovah die zowel de Vader, de Zoon als de Heilige Geest is, beschreven in het oude testament.

    In Handelingen 16:14-15 lezen we dat Lydia, een vrouw die de God diende, zich laat dopen met haar hele huis, op het woord van Paulus: "En een zekere vrouw, van wie de naam Lydia was, een purperverkoopster uit de stad Thyatira, die God diende, luisterde naar ons. En de Heere opende haar hart, zodat zij acht gaf op wat door Paulus gesproken werd. En toen zij gedoopt was, en haar huisgenoten, drong zij er bij ons op aan: Als u van oordeel bent dat ik trouw ben aan de Heere, kom dan in mijn huis en blijf er. En zij drong er sterk bij ons op aan."
    Dus de doop is geschikt voor alle huisgenoten van Lydia, hierbij wordt geen grens gesteld op grond van leeftijd.

    Handelingen 16:27-33 gaat over een cipeir die met zijn hele huis tot geloof in de Heere komt en zich met heel zijn huis laat dopen:
    Hand 16:27-33: "En de cipier, die wakker geworden was en zag dat de deuren van de gevangenis open waren, trok een zwaard en zou zichzelf gedood hebben, omdat hij dacht dat de gevangenen ontvlucht waren. Paulus riep echter met luide stem: Doe uzelf geen kwaad, want wij zijn allemaal hier. En toen hij om licht gevraagd had, sprong hij naar binnen en begon erg te beven, en hij viel voor Paulus en Silas neer; en hij bracht hen naar buiten en zei: Heren, wat moet ik doen om zalig te worden? En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten. En zij spraken het Woord van de Heere tot hem en tot allen die in zijn huis waren. En hij nam hen in dat nachtelijke uur met zich mee en waste hun striemen, en hij werd onmiddellijk gedoopt, en al de zijnen."
    Ook uit dit gedeelte blijkt dat aan de doop geen leeftijdsgrens gesteld wordt. Zowel Lydia als de cipier worden met heel hun huisgezin gedoopt. Merk op dat de doop niet cruciaal is voor de zaligmaking maar dat Paulus als antwoord aan de cipeir geeft dat het geloof in de Heere Jezus Christus zalig maakt, de doop is geen voorwaarde maar een aanvulling.

    Handelingen 18:8: "En Crispus, het hoofd van de synagoge, geloofde met heel zijn huis in de Heere; en velen van de Korinthiërs die Paulus hoorden, geloofden en werden gedoopt."
    Nadat Handelingen gesproken heeft over een vrouw en een man die met heel hun huis gedoopt werden wordt dit verder niet meer gemeld hoewel Crispus net als Lydia en de cipier met hun hele huis tot geloof gekomen zijn. Hij zegt alleen dat velen gedoopt werden.

    In Handelingen 19 zien we hoe Apollos gedoopt is volgens de doop van Johannes de Doper, dat is tot bekering van zonden, waarna hij opnieuw gedoopt wordt omdat hij de doop in de Heilige Geest niet kende. Daarom wordt hij opnieuw gedoopt waarna hij en ongeveer elf andere mannen onder handoplegging in tongen spreekt en profeteert.
    Hand 19:1-6: "En het gebeurde terwijl Apollos in Korinthe was, dat Paulus, die de hogergelegen delen van het land doorgetrokken was, in Efeze kwam. Hij trof daar enige discipelen aan en zei tegen hen: Hebt u de Heilige Geest ontvangen toen u tot geloof kwam? En zij zeiden tegen hem: Wij hebben niet eens gehoord dat er een Heilige Geest is. En hij zei tegen hen: Waarmee bent u dan gedoopt? En zij zeiden: Met de doop van Johannes. Maar Paulus zei: Johannes doopte wel een doop van bekering, maar hij zei ook tegen het volk dat zij moesten geloven in Hem Die na hem kwam, dat is in Christus Jezus, en nadat zij dat gehoord hadden, werden zij gedoopt in de Naam van de Heere Jezus. En nadat Paulus hun de handen opgelegd had, kwam de Heilige Geest op hen; en zij spraken in vreemde talen en profeteerden."
    Bij deze doop is dus sprake van wederdopen, een tweede keer dopen, waarbij het blijkt te gaan om de kennis van de doop in de Heilige Geest. Apollos verklaard dat hij niet eens over een doop in de Geest gehoord heeft.
    Zo blijkt er geen leeftijdsgrens gesteld te worden voor de doop terwijl er tevens van een wederdoop sprake kan zijn. De bijbel sluit niet het ene uit ten gunste van het andere maar verkondigt beiden. Daarbij blijkt het kriterium (voor wederdoop) het weten van de doop in de Heilige Geest, dat is het kennen in de zin van kennen door te leven met, dus een kennen door er in te handelen.
    Nu is de vraag of het mogelijk is dat een pas geboren kind het koninkrijk van God kan zien. Dat kan want Jezus spreekt over de geboorte uit de Geest waarbij Jezus het koninkrijk kon zien op het moment dat hij geboren werd uit de maagd Maria. Er staat dat God te rein van ogen is om het kwaad te aanschouwen, dus Jezus, die God was, zag alleen het goede want dat is uit God. Hij zag dus vanaf het moment dat hij de wereld kon zien het koninkrijk
    Daarbij zondigde hij niet omdat hij God was en deed vanaf het begin goed omdat God goed is. Hij kende geen zonde en was vanaf het prilste begin een tempel van de Heilige Geest, gevuld met de Geest. Hij werd besneden toen hij acht dagen oud was als teken dat hij bij God de Vader hoorde.

    In Handelingen 2 zegt Petrus desgevraagd tegen een aantal mannen: "Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden; en u zult de gave van de Heilige Geest ontvangen". Dit staat in het verhaal van de uitstorting van de Heilige Geest over de discipelen waarbij Petrus en andere discipelen in een taal spreken die zij niet kenden maar wel verstaan werden door de omstanders. Dit is de uitstorting van de Heilige Geest waarover Jezus hen gesproken had. Deze ging gepaard met het spreken in tongen zoals ook Apollos en de andere mannen gebeurde nadat zij de Heilige Geest ontvingen door handoplegging. Zij spraken in vreemde talen.

    Petrus legt uit dat de doop gepaard gaat met het ontvangen van de gave van de Heilige Geest. Men zou kunnen denken: Hoe kan de Geest komen met de doop terwijl Apollos geen weet heeft van de doop met de Heilige Geest? Oftewel: Kan een man (als kind) gedoopt toch de Heilige Geest niet hebben.
    De doop is als een vlag op een schip dat de lading moet dekken. De Heilige Geest is de Geest van de waarheid. De bekering waaruit de doop voortkomt moet dan ook een echte bekering van het hart zijn. Wanneer een kind meegedoopt wordt met de ouders geldt voor ieder dat de Geest alleen komt wanneer de bekering er echt is. Hoe een kind een dergelijke beslissing maakt is een tweede vraag, maar Jezus kon het koninkrijk zien met zijn geboorte en hij is gelijk aan de mens, dus heeft iedere baby die mogelijkheid ook.

    Romeinen 6:1-4
    "Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt? Volstrekt niet! Hoe zullen wij, die met betrekking tot de zonde gestorven zijn, nog daarin leven? Of weet u niet dat wij allen die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat evenals Christus uit de doden is opgewekt tot de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in een nieuw leven zouden wandelen."
    De doop is dus een symbool van de dood van de zonde en het opstaan ten leven. De zonden blijven symbolisch achter in het watergraf en men staat daaruit op als een persoon met een nieuw leven. Dus de doop is een symbool van de doop in Christus Jezus, een doop waarbij wij het nieuwe leven aandoen en de zonde achterlaten. De echte doop is dus een doop in Christus. Waarbij het bloed van Jezus de zonden wegwast. Ook hier komt het dus aan op een daadwerkelijke bekering van het hart omdat Christus de waarheid is. Daarom ook spreekt Rom 6 er ook over dat wij niet in de zonde moeten blijven, want niet de doop neemt de zonde weg maar Christus.


    In 1 Kor 1 roept Paulus op tot eensgezindheid en het voorkomen van scheuringen. met name vermeldt hij het dopen. In deze tekst waarschuwt Paulus, namens Christus, voor scheuringen vanwege de doop.
    1 Kor 1:10-16: "Maar ik roep u ertoe op, broeders, door de Naam van onze Heere Jezus Christus, dat u allen eensgezind bent in uw spreken, en dat er onder u geen scheuringen zijn, maar dat u hecht aaneengesmeed bent, één van denken en één van gevoelen. Want mij is over u bekendgemaakt, mijn broeders, door de huisgenoten van Chloë, dat er ruzies onder u zijn. Ik bedoel dit, dat ieder van u zegt: Ik ben van Paulus, ík van Apollos, ík van Kefas, en ík van Christus. Is Christus verdeeld? Is Paulus soms voor u gekruisigd? Of bent u in de naam van Paulus gedoopt? Ik dank God dat ik niemand van u gedoopt heb dan Crispus en Gajus, zodat niemand kan zeggen dat ik in mijn naam gedoopt heb. Ik heb echter ook nog het huisgezin van Stefanas gedoopt. Verder weet ik niet of ik nog iemand anders gedoopt heb."
    Hij noemt oa Apollos die wedergedoopt is terwijl anderen alleen één doop hebben gehad. Dit mag dus geen reden tot scheuring zijn.


    Galaten 3:26-29 spreekt er over dat zij die in Christus gedoopt zijn ook met Christus bekleed zijn: "Want u allen die in Christus gedoopt bent, hebt zich met Christus bekleed. Daarbij is het niet van belang dat men Jood is of Griek; daarbij is het niet van belang dat men slaaf is of vrije; daarbij is het niet van belang dat men man is of vrouw; Joh. 17:21want allen bent u één in Christus Jezus.
    Deze tekst verklaard dat degenen die in Christus, dat is dus door de doop van Johannes door het geloof in Christus, gedoopt zijn ook met Christus bekleed zijn. Dit is een herstel naar het paradijs voordat Adam en Eva van God gescheiden raakten door de zonde. De zonde is weggewassen en wij zijn hersteld in de gemeenschap met God. Daarom spreekt de bijbel er over dat zij na de zondeval zagen dat zij naakt waren. Hoewel Adam en Eva al naakt waren waren zij bekleed met Christus en wandelden zij in Christus omdat Christus God is. Na de zonde zagen zij dat zij naakt waren maar deze naaktheid was geen natuurlijke naaktheid omdat hun lichaam al naakt was. Daarom betreft het een geestelijke naaktheid. Want door de zonde verliet Christus hen als bekleding en de schellen die hen van de ogen vielen waren geestelijke schellen in Christus. Daardoor waren zij dus geestelijk naakt en zij zagen dat in. Maar de doop herstelt dat tot heerlijkheid met God. 


    Efeze 4:1-6
    "Zo roep ik, de gevangene in de Heere, u op tot een wandel die de roeping waarmee u geroepen bent, waardig is, in alle nederigheid en zachtmoedigheid, met geduld, door elkaar in liefde te verdragen, en u te beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren door de band van de vrede: één lichaam en één Geest, zoals u ook geroepen bent tot één hoop van uw roeping, één Heere, één geloof, één doop, één God en Vader van allen, Die boven allen en door allen en in u allen is."
    Er is dus maar één doop, de waterdoop van Johannes tot bekering van zonden die symbool staat voor de doop in Jezus Christus. De kinderdoop en de volwassendoop zijn dus één en dezelfde doop.

    Kollosenzen 2:10-14:
    "En u bent volmaakt geworden in Hem, Die het Hoofd is van iedere overheid en macht. In Hem bent u ook besneden met een besnijdenis die niet met handen plaatsvindt, door het uittrekken van het lichaam van de zonden van het vlees, door de besnijdenis van Christus. U bent immers met Hem begraven in de doop, waarin u ook met Hem bent opgewekt, door het geloof van de werking van God, Die Hem uit de doden heeft opgewekt. En Hij heeft u, toen u dood was in de overtredingen en het onbesneden zijn van uw vlees, samen met Hem levend gemaakt door u al uw overtredingen te vergeven, en het handschrift dat tegen ons getuigde, uit te wissen. Dit handschrift was met zijn bepalingen tegen ons gericht, en Hij heeft dat uit het midden weggenomen door het aan het kruis te nagelen."
    Kollosenzen spreekt over een geestelijke besnijdenis die hetzelfde betekent als de doop, namelijk het afleggen van de zonde, het sterven aan de zonde waardoor wij dood zijn voor de zonde en dat is de besnijdenis. Want de besnijdenis is het weghalen van het vlees, het afleggen van de zondige begeerten van het vlees. Het handschrift, dat is de wet, heeft grip op ons leven door de zonde, maar de geeestelijke mens leeft door de Geest en vervult de wet in gehoorzaamheid aan Christus.
    De besnijdenis was voorgeschreven voor jongetjes van acht dagen houd als teken van het verbond met God. Zo ook werd Christus besneden toen hij acht dagen oud was en daarnaast werd hij met water gedoopt bij het begin van zijn bediening. Zo gelden voor Christus twee verbonden, de eerste door de besnijdenis volgens het oude verbond en de tweede door de doop van Johannes tot een wandel zonder zonde, want de doop van Johannes was tot bekering van zonden tot een rein leven, echter Christus had niet gezondigd en dus was zijn doop alleen tot een rein leven. Ook dit was een verbond met God tot een rein leven die bekrachtigd werd door de dood met de Heilige Geest in de vorm van een duif. Voor ons die zondigen is dat het nieuwe verbond waardoor wij vrij zijn van de wet en de besnijdenis, de doop in Christus die wij verkrijgen door het geloof in hem.

    1 Petrus 3:13-22
    "En wie is het die u kwaad zal doen, als u navolgers bent van het goede? Maar als u ook zou moeten lijden vanwege de gerechtigheid, dan bent u zalig. En wees niet bevreesd zoals zij bevreesd zijn, laat u niet in verwarring brengen, maar heilig God, de Heere, in uw hart; en wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en ontzag. En heb een goed geweten, opdat in datgene waarin zij kwaad van u spreken als van kwaaddoeners, zij beschaamd gemaakt worden die uw goede levenswandel in Christus belasteren. Want het is beter te lijden – als God dat wil – terwijl u goeddoet dan terwijl u kwaad doet. Want ook Christus heeft eenmaal voor de zonden geleden, Hij, Die rechtvaardig was, voor onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen. Hij is wel ter dood gebracht in het vlees, maar levend gemaakt door de Geest, door Wie Hij ook, toen Hij heenging, aan de geesten in de gevangenis gepredikt heeft, namelijk aan hen die voorheen ongehoorzaam waren, toen God in Zijn geduld nog eenmaal wachtte in de dagen van Noach, terwijl de ark gebouwd werd, waarin weinige – dat is acht – mensen behouden werden door het water heen. Het tegenbeeld daarvan, de doop, behoudt nu ook ons. Maar niet als een verwijderen van het vuil van het lichaam, maar als vraag aan God van een goed geweten, door de opstanding van Jezus Christus, Die aan de rechterhand van God is, opgevaren naar de hemel, terwijl de engelen, machten en krachten Hem onderworpen zijn."
    De doop is dus een vraag om een goed geweten. Een vraag aan God. De doop van Jezus houdt dus in dat ook Jezus aan de Vader vroeg om een goed geweten. Dat is waarom Jezus zich liet dopen. Een goed geweten houdt verband met niet zondigen en met goed doen. Omdat er staat dat alleen God goed is staat niet zondigen gelijk aan (alleen maar) goed doen, zoals ook Jezus deed. Goed doen is dus hetzelfde als niet zondigen. De doop van Johannes is ook tot bekering en dat is ook niet zondigen. Na de bekering roept God op tot een leven in Christus waarbij we de zonde achter ons laten.
    De tekst zegt ook dat de doop niet bedoeld is als afwassing van vuil van het lichaam. Dus het gaat niet om de materiele kant van de zaak maar om de innerlijke, de vraag om een goed geweten. Het leven van een rein leven. Daarom heeft de doop alleen zin voor zover de vlag de lading dekt.
    Daarbij stelt de tekst de vraag wie u kwaad zal doen wanneer u het goede doet. De doop is het begin van een goed leven, een leven in goede werken zoals Jezus deed, en wanneer wij het goede doen kan het zijn dat men daarom beledigd wordt of moet lijden vanwege kwaaddoeners. Maar de bijbel inspireert om in het goede te blijven wandelen omdat het beter is te lijden voor het goede dan vanwege de eigen zonden. Daarom lijdt ook Jezus en spreekt hij van een doop van het lijden waarmee hij doelt op zijn kruisiging waarbij hij met zijn leven betaalt voor de zonden van de wereld. Zie Lukas 12:50.
    De doop is ook een (tegen)beeld van de zondvloed waarbij het slechte van de mensheid omkwam in het water zoals er ook staat dat de doop als een begravenis van de oude mens is en daar achtergelaten wordt. Maar Noach wordt met acht mensen gered en staat voor het nieuwe leven. Daarom belooft God ook dat hij de mensheid niet opnieuw (geheel) onder water zal zetten. Maar wanneer wij in het nieuwe leven opnieuw zondigen en deze zonde volwassen wordt wordt het opnieuw nodig om daaraan te sterven en opnieuw tot een nieuw leven te komen. Zo kan ook een kind (of jong persoon) gedoopt worden waarbij hij gedeeltelijk de Heilige Geest ontvangt, zoals ook Noach door genade gered werd en dus nog wel zonde had in zijn leven. Dus een kinderdoop kan inhouden dat de Heilige Geest in beperkte mate op een persoon komt in de mate waarin hij God volgt. Wanneer deze persoon opgroeit en bij volwassen hedi nog als Apoloos is, dat hij niet gehoord heeft van de doop in de Heilige Geest, dat is dat hij deze doop niet kent, dan is het gerechtvaardigt om opnieuw gedoopt te worden.
    Met de doop is er ook steeds sprake van een nieuw begin. Een nieuw begin met een rein leven, een nieuw begin van Noach met een nieuwe mensheid en een begin van een bediening in Christus, het leven in goede werken.
    Daarom ook is de doorgang door de Rode Zee door de Israëlieten onder Mozes ook een beeld van de doop. Een nieuw begin voor het volk van God, een mogelijkheid om een nieuw leven te beginnen in een eigen land van melk en honing, dat zij in de kracht van de Heilige Geest ingenomen hadden kunnen hebben en waar zij in goede werken konden leven, maar zij weigerden te geloven waardoor zij onder de wet van Mozes kwamen. Daarom werd het volk opnieuw gedoopt onder leiding van Jozua, door de doortocht door de Jordaan. Jozua die samen met Kaleb de enige overlevenden waren en de enigen die onder leiding van Christus (Jehovah) in geloof het heilige land wilden innemen. Zo was de eertse doop van Israël een kinderdoop, nadat het volk geboren was uit de moederschoot van Egypte, en was de doortocht door de Jordaan als een tweede (weder) doop waarbij Kaleb en Jozua de degene die God vanaf het begin, bij de eerste doop, geloofd hadden en op wie de Geest ruste tot geloof en inname van het land. Daarom had Jozua de leiding over de inname van het land en was Kaleb bij machte zijn erfelijk bezit zelfstandig te veroveren.
    Met de doop in de Rode Zee werden ook de ongeborenen gedoopt in de moederschoot. Zoals de ongeborenen door de Rode Zee gingen in hun moeders. Kan dat dan? Ja dat kan want ook Jezus was al vanaf het prilste begin in de Geest. Want de kracht om goed te doen is door de Geest en dat betekent dat er niet gezondigd wordt. Daarom schrijft David in Psalm 22 die verwijst naar het werk van Jezus aan het kruis (vers 11-12): "Op U ben ik geworpen van de baarmoeder af, vanaf de moederschoot bent U mijn God. Blijf dan niet ver van mij, want de nood is nabij; er is immers geen helper." Dus Jezus was met God en zijn helper was de Heilige Geest vanaf de moederschoot. Dus zoals Jezus de kracht van de Heilige Geest heeft reeds heeft ontvangen in de moederschoot, zo is dat ook de bedoeling voor de mens, want deze is aan Christus gelijk. Zo zou je ook de moederschoot als een doop in water (vruchtwater) kunnen zien waarbij dit tevens een doop in de helige Geest is waarbij opvalt dat de Heilige Geest vrouwelijk is evenals Maria. De moederschoot is dus als het ware een doop in de Heilige Geest.
    In die kracht sprong Johannes de Doper ook op terwijl hij nog in de moederschoot was door het horen van de stem van Maria. Ook hij had reeds de Heilige Geest ontvangen in de moederschoot. Maar David zegt ook dat hij reeds zondigde vanaf de moederschoot. Dus een kind kan vanaf de moederschoot een keuze maken voor God en leven in de kracht van de Helige Geest door de gave van de Geest.
    De Vader geeft de Heilige Geest want de Heilige Geest is de vrouw van de Vader zoals er staat: Ik ben van mijn geliefde en mijn geliefde is van mij.

  5. Op 28-12-2023 om 14:35 zei Hopper:

    Barnabas spreekt in vergelijkingen.   Dan doet de grootte van hemellichamen er niet toe.

    Het gebruik van de vergelijking van de Zon als God is niet nieuw.  God bewoont immers een ontoegankelijk licht.   En net zoals wij als fysieke mens gebruik maken van het zonlicht, kunnen we als geestelijk mens gebruik maken van het geestelijk licht van God.

    Zo is het.

    1 Tim 6:16: "Hij Die als enige onsterfelijkheid bezit en een ontoegankelijk licht bewoont; Hem heeft geen mens gezien en niemand kan Hem ook zien. Hem zij eer en eeuwige kracht. Amen."

  6. Op 28-12-2023 om 09:50 zei Robert Frans:

    De katholieke kerk interpreteert 'broers' meer als 'verwanten', er vanuit gaande dat het Hebreeuws niet zulke scherpe definities van familiebanden kent.

    Is er een tekst waarin het Griekse woord voor broeders (adelfoi) aantoonbaar gebruikt wordt voor meer dan broers zoals we dat in het Nederlands kennen? Een tekst of tekstverband waarin expliciet vermeld wordt dat de broeders neven oid waren.

    In de Hebreeuwse teksten staan uitleggingen waarbij nader vermeld wordt dat bijvoorbeeld Abraham en Sara wel dezelfde vader hebben maar niet dezelfde moeder, dat wordt er expliciet bij vermeld. Abraham noemt Sara zijn zuster, maar de schrift maakt dan ook nader duidelijk hoe dat verband zit. Daar zijn meer voorbeelden van.

  7. 5 uur geleden zei Monachos:

    Leviticus is helemaal niet geschreven voor jou, mij of wie dan ook op dit forum. Het gaat daarin om reinigings-, spijs- en offerwetten voor Israël

    Volg je ook alle andere wetten in Leviticus of alleen die met gezichtsbeharing te maken hebben? 

    Wordt het niet eens tijd dat je je gaat realiseren dat je geen enkele constructieve bijdrage op dit forum levert? 

  8. In de bijbel worden sterren vergeleken met het nageslacht van Abraham. Je kunt de hemellichamen vergelijken met verschillende zaken.
    Zo kun je de zon vergelijken met God die licht is en de maan met de mens die verlicht wordt door God waardoor ook zij een licht worden zoals ook de bijbel het aangezicht van Jezus met de zon vergelijkt, stelt dat wij door God verlicht moeten worden en dat wij zelf een licht voor de wereld kunnen zijn, een kandelaar die niet onder een korenmaat gezet moet worden, oftewel vrij moet schijnen.
    Ook zou je de zon met God kunnen vergelijken waarbij de maan Adam en Eva is en de sterren hun nageslacht.
    Een andere manier is om de zon met God te vergelijken waarbij Abraham (en Sara) de maan is en waarbij de sterren dan weer hun kinderen zijn.
    Abraham wordt de vader van de gelovigen genoemd omdat hij God geloofde en op weg ging naar het beloofde land. Zo is daar ook weer de vergelijking met God als de zon, de bron, Abraham als de maan en de sterren als de gelovigen.
    Ook Jezus was een zoon van Abraham en er was een ster aan hem verbonden.

  9. Het woord heeft ook wat te zeggen over baardgroei.
    Wanneer een jongen de leeftijd van twaalf jaar bereikt beginnen ook zijn mannelijke kenmerken als het verzwaren van zijn stem en het groeien van zijn baard gestalte te krijgen. Daarom zijn dit tekenen van mannelijkheid. De schrift stelt dat een man zijn baard niet af dient te scheren (zoals een vrouw haar lange haar dient te behouden), in Leviticus 19 staat dat.
    Leviticus 19:27:
    "U mag de zijkanten van uw hoofd niet afscheren en de randen van uw baard mag u niet weghalen."

    Daarnaast maakt de schrift duidelijk dat het een schande is voor een man om zijn baard af te scheren (zoals er ook staat dat het een schande is voor een vrouw om haar haar kort te laten knippen). In 2 Samuël staat het verhaal van David die boden zendt naar een jonge koning. Maar deze heeft gebrek aan vertrouwen en hij laat hen halfnaakt wegsturen terwijl hij hun baarden ook half heeft laten afscheren onder dwang. David laat hen weten te wachten met terugkeren totdat hun baarden weer aangegroeid zijn. Men mag wel stellen dat het hier niet om een stoppelbaardje gaat maar om een volwassen baard. Zoals tegen de vrouwen wordt gezegd dat het half afknippen gelijk staat aan het haar helemaal verwijderen.
    2 Samuël:1-51:
    "Het gebeurde daarna dat de koning van de Ammonieten stierf, en zijn zoon Hanun werd koning in zijn plaats. Toen zei David: Ik zal goedertierenheid bewijzen aan Hanun, de zoon van Nahas, zoals zijn vader mij goedertierenheid heeft bewezen. En David stuurde boden om hem door de hand van zijn dienaren te troosten vanwege zijn vader. Toen de dienaren van David echter in het land van de Ammonieten aankwamen, zeiden de vorsten van de Ammonieten tegen hun heer Hanun: Eert David uw vader in uw ogen door mannen naar u toe te sturen om u te troosten? Heeft David niet daarom zijn dienaren naar u toegestuurd om de stad te doorzoeken, haar te verkennen en haar ondersteboven te keren? Daarop nam Hanun de dienaren van David, schoor hun baard half af en sneed hun kleren halverwege af, tot aan hun billen, en liet hen gaan. Toen men dit aan David vertelde, stuurde hij hun boden tegemoet, want deze mannen waren zeer te schande gemaakt. De koning zei: Blijf in Jericho tot uw baard weer aangegroeid is en kom dan terug."

    Waarbij aangetekend dat men zonder natuurlijke baardgroei de baard niet kan afscheren.

    Verder is het aan de persoon zelf om gehoor te geven aan deze oproep of niet.

  10. 4 uur geleden zei Breuk:

    Jezus is uit de maagd Maria geboren. Jozef de man had geen rol meer.    
    Ik denk dat God hier wil zeggen dat mannen hun opgeëiste of toegeëigende plek hebben verloren.  
    Na de kruisiging waren alle mannelijke volgelingen weg. Alleen de vrouwen bleven op afstand waken.  
    Dus van wieg tot graf waren het de vrouwen die het christendom hebben gevestigd, de mannen zijn de sufferds.

    Zegt een jongen: Luister naar mij want ik heb drie vragen goed en jij hebt er één fout.

    2 uur geleden zei Petra.:

    Ik denk dat God en Jezus hun best hebben gedaan om de cultuur van het patriarchaat te doorbreken.

    Weerleg deze tekst eens: De Vader is het hoofd van de man Christus en Christus is het hoofd van de man die het hoofd van zijn vrouw is. 

  11. 2 uur geleden zei Dat beloof ik:

    Dat stukje ken ik niet, of is dat een zelf verzonnen uitgangspunt van de RK kerk?

    Er staat geschreven dat Jezus broers had.

    Mattheüs 12:46-47: "En terwijl Hij nog tot de menigte sprak, zie, Zijn moeder en broers stonden buiten en zochten Hem om met Hem te spreken. Iemand zei tegen Hem: Zie, Uw moeder en Uw broers staan buiten en zoeken U om met U te spreken."

    Het Griekse woord vertaald met "broers" is "adelphoi", van "adelphos" (ev), dat "broer" betekent in letterlijke dan wel figuurlijke zin. De herkomst van het woord verwijst naar de moederschoot (zie Strongs G1) zodat het woord terugwijst naar herkomst van de moederschoot en niet (persé) naar de vader. Jezus was geboren uit een maagd en niet door de wil van een man en daarom zijn zijn broers broers van dezelfde moeder(schoot). Uit het zinsverband blijkt dat het gaat om de letterlijke betekenis, dus broers naar lichaamlijke afkomst via de moeder. Dat klopt dus met Jezus.

    4 uur geleden zei Fundamenteel:

    Hij bouwde Zijn Kerk op Petrus he  ;)

    Dat is juist, mannen zijn niet de sufferds,  dat is hij zelf.

     

    4 uur geleden zei Breuk:

    Jezus is uit de maagd Maria geboren. Jozef de man had geen rol meer.    
    Ik denk dat God hier wil zeggen dat mannen hun opgeëiste of toegeëigende plek hebben verloren.  
    Na de kruisiging waren alle mannelijke volgelingen weg. Alleen de vrouwen bleven op afstand waken.  
    Dus van wieg tot graf waren het de vrouwen die het christendom hebben gevestigd, de mannen zijn de sufferds.

    Het topic is man zijn, waarom over de vrouw beginnen?

  12. 2 uur geleden zei Robert Frans:

    Natuurlijk had Jozef wel degelijk een belangrijke rol, als beschermer en hoedster van het gezin. Op aanwijzing van een engel bracht hij zijn gezin in veiligheid door te vluchten naar Egypte, om wederom in gehoorzaamheid aan een engel weer terug te keren toen koning Herodes dood was. Zijn gehoorzaamheid aan Gods opdracht redde dus hun levens.

    Dus ook Jozef kon ondergeschikt zijn aan hoger gezag, een engel die hem namens God verscheen.

    2 uur geleden zei Robert Frans:

    Je vergeet alleen dit laatste vers te citeren. Dat haalt je hele verhaal direct onderuit, want daaruit blijkt dat Hij gewoon weer met zijn ouders meeging naar huis en hen als hun kind gehoorzaam bleef. Zijn verblijf in de tempel was een voorteken van zijn bediening en bevatte ook helemaal geen verwijt aan zijn ouders, maar geen overgang naar volwassenheid.

    Jezus ging zijn eigen weg en zegt dat hij de dingen van zijn vader moest doen. Gezien het feit dat Jozef niet wist dat hij naar de tempel ging en daar vragen stelde wijst er op dat hij niet naar Jozef luisterde maar naar een andere vader. Hij was dus niet ongehoorzaam. Wanneer een kind twaalf jaar oud wordt begint de mannelijkheid te vormen totdat het moment komt dat hij zijn vader en moeder verlaat om zich aan een vrouw te hechten. Dat is een proces zoals ook het opgroeien een proces is dat begeleidt hoort te worden door de ouders, dan wel familie en vrienden die je kennen. Deze ouderen begeleiden de jong volwassenen tot volwassenheid en daar zijn situaties waarbij het past met de ouders mee te gaan, dan wel met anderen en situaties waarbij het past om zelfstandig te handelen, bijvoorbeeld met vriendjes. Wanneer het tijd is om met de ouders te zijn is het gepast hen te gehoorzamen en wanneer het tijd is om zelfstandig met vriendjes om te gaan is het tijd zijn eigen inzicht te gebruiken. Wanneer men het dan niet meer weet kan men terugvallen op de ouders. Zo groeit men tot volwassenheid waardoor men uiteindelijk zijn ouders los kan laten. Dan is men volwassen. Het één sluit het ander dus niet uit, maar het één wordt minder en het ander meer. Zo ontgroeit men het kind zijn.

    Was dan Jezus onvolwassen omdat hij niet gehuwd was? Neen, hij was zonder zonden waardoor hij als enige de volle mannelijke rijpheid bereikte, daarom was hij in staat zijn bruid schoon te wassen tot een gezond huwelijk en zal hij bruidegom van de bruid zijn, de mens die Christus aanvaard. Maar, omdat eerst de zonden verwijdert moeten worden van de gehele mensheid komt het pas tot een huwelijk na het laatste oordeel. Dan zal ook de bruid volwassen en volgroeid zijn en geschikt tot een huwelijk met Jezus.

  13. 1Kor 16:13-16: "Wees waakzaam, sta vast in het geloof, wees manmoedig, wees sterk. Laat alles bij u in liefde gebeuren. En ik roep u ertoe op, broeders – u weet dat het huis van Stefanas de eersteling van Achaje is en dat zij zichzelf ten dienste van de heiligen beschikbaar hebben gesteld – dat u zich ook aan zulke mensen onderwerpt, en aan ieder die meewerkt en zich inspant."

    1 Kor 16:13 zegt "wees manmoedig", manmoedig is volgens Strongs G407 (andrizomai): to act manly. Het verwijst er dus naar om je als een man te gedragen.

    De tekst brengt manlijk zijn in verband met waakzaamheid, vast staan in het geloof en sterk zijn en om er zorg voor te dragen dat alles wat er plaatsvindt in liefde te laten zijn. Daar is dus waakzaamheid voor nodig. Daarnaast spreekt de tekst er over om zich te kunnen onderwerpen aan hoger gezag, met name geld dat hen die eerder tot geloof gekomen zijn omdat men van hen mag verwachten dat zij sterker en volwassener zijn in het geloof in Christus en dus meer inzicht, gezag en autoriteit in Christus dienen te hebben.

    Jezus begon zijn mannelijkheid te ontwikkelen toen hij twaalf jaar oud was. Vanaf dat moment begon hij zelfstandig zijn leven te leiden. In de eerste plaats blijft hij zonder medeweten van zijn ouders naar de tempel. Dus hij handelt zelfstandig zonder zijn ouders yoestemming te vragen of met hen te overleggen. In plaats daar van zegt hij dat hij in de dingen van zijn Vader moest zijn. Hij vervangt de gehoorzaamheid aan zijn ouders door de gehoorzaamheid aan de Vader. Dat blijkt uit het woordje "moet" en "in de dingen van mijn Vader", dus het is hem bevolen door zijn hemelse Vader, want de hemelse Vader is het hoofd van Christus en die autoriteit begint hij te gehoorzamen. In de tweede plaats neemt hij zelfstandig opstelling ten aanzien van zijn handelen en buigt niet voor de klacht van zijn moeder maar legt haar uit dat de schuld niet bij hem ligt door uit te leggen waarom hij niet bij hen was (hij moest in de dingen van de Vader zijn). In plaats daarvan hadden zijn ouders zich moeten realiseren dat hij zelfstandig werd en dat zij daar rekening mee hadden moeten houden. Jezus verwijt hen dat zij niet wisten waar hij moest zijn. Hij vraagt hen daarom waarom zij dat niet wisten opdat zij na zouden denken waar zij mis zijn gegaan, mogelijk door onvoldoende aandacht aan hem te besteden. Jezus wordt in dit gedeelte ook kind genoemd (HSV), maar het Griekse woord betekent in de eerste plaats "jongen" (volgens Strongs concordance).

    In Lukas 2:41-49 wordt dat verteld
    Lukas 2:41-49:
    En Zijn ouders reisden elk jaar voor het feest van het Pascha naar Jeruzalem. En toen Hij twaalf jaar was en zij naar de gewoonte van het feest naar Jeruzalem gegaan waren, en die dagen tot het einde doorgebracht hadden, bleef het Kind Jezus, terwijl zij terugkeerden, in Jeruzalem achter zonder dat Jozef en Zijn moeder het wisten. Maar omdat zij dachten dat Hij bij het reisgezelschap was, gingen zij een dagreis ver, en daarna zochten zij Hem onder de familieleden en onder de bekenden. En toen zij Hem niet vonden, keerden zij terug naar Jeruzalem en zochten Hem daar. En het gebeurde dat zij Hem na drie dagen in de tempel vonden, terwijl Hij te midden van de leraars zat, naar hen luisterde en vragen aan hen stelde. Allen die Hem hoorden, stonden versteld van Zijn verstand en antwoorden. En toen zij Hem zagen, stonden zij versteld, en Zijn moeder zei tegen Hem: Kind, waarom hebt U ons dit aangedaan? Zie, Uw vader en ik hebben U met angst gezocht. En Hij zei tegen hen: Waarom hebt u Mij gezocht? Wist u niet dat Ik moet zijn in de dingen van Mijn Vader?"

  14. 1Kor 16:13-16: "Wees waakzaam, sta vast in het geloof, wees manmoedig, wees sterk. Laat alles bij u in liefde gebeuren. En ik roep u ertoe op, broeders – u weet dat het huis van Stefanas de eersteling van Achaje is en dat zij zichzelf ten dienste van de heiligen beschikbaar hebben gesteld – dat u zich ook aan zulke mensen onderwerpt, en aan ieder die meewerkt en zich inspant."

    1 Kor 16:13 zegt "wees manmoedig", manmoedig is volgens Strongs G407 (andrizomai): to act manly. Het verwijst er dus naar om je als een man te gedragen.

    De tekst brengt manlijk zijn in verband met waakzaamheid, vast staan in het geloof en sterk zijn en om er zorg voor te dragen dat alles wat er plaatsvindt in liefde te laten zijn. Daar is dus waakzaamheid voor nodig. Daarnaast spreekt de tekst er over om zich te kunnen onderwerpen aan hoger gezag, met name geld dat hen die eerder tot geloof gekomen zijn omdat men van hen mag verwachten dat zij sterker en volwassener zijn in het geloof in Christus en dus meer inzicht, gezag en autoriteit in Christus dienen te hebben.

    Jezus begon zijn mannelijkheid te ontwikkelen toen hij twaalf jaar oud was. Vanaf dat moment begon hij zelfstandig zijn leven te leiden. In de eerste plaats blijft hij zonder medeweten van zijn ouders naar de tempel. Dus hij handelt zelfstandig zonder zijn ouders yoestemming te vragen of met hen te overleggen. In plaats daar van zegt hij dat hij in het huis van zijn Vader moest zijn. Hij vervangt de gehoorzaamheid aan zijn ouders door de gehoorzaamheid aan de Vader. Dat blijkt uit het woordje "moest", dus het is hem bevolen door zijn hemelse Vader, want de hemelse Vader is het hoofd van Christus en die autoriteit begint hij te gehoorzamen. In de tweede plaats neemt hij zelfstandig opstelling ten aanzien van zijn handelen en buigt niet voor de klacht van zijn moeder maar legt haar uit dat de schuld niet bij hem ligt door uit te leggen waarom hij niet bij hen was (hij moest in het huis van de Vader zijn). In plaats daarvan hadden zijn ouders zich moeten realiseren dat hij zelfstandig werd en dat zij daar rekening mee hadden moeten houden. Jezus verwijt hen dat zij niet wisten waar hij moest zijn. Hij vraagt hen daarom waarom zij dat niet wisten opdat zij na zouden denken waar zij mis zijngegaan, mogelijk door onvoldoende aandacht aan hem te besteden. Jezus wordt in dit gedeelte ook kind genoemd (HSV), maar het Griekse woord betekent in de eerste plaats "jongen" (volgens Strongs concordance).

    In Lukas 2:41-49 wordt dat verteld
    Lukas 2:41-49:
    En Zijn ouders reisden elk jaar voor het feest van het Pascha naar Jeruzalem. En toen Hij twaalf jaar was en zij naar de gewoonte van het feest naar Jeruzalem gegaan waren, en die dagen tot het einde doorgebracht hadden, bleef het Kind Jezus, terwijl zij terugkeerden, in Jeruzalem achter zonder dat Jozef en Zijn moeder het wisten. Maar omdat zij dachten dat Hij bij het reisgezelschap was, gingen zij een dagreis ver, en daarna zochten zij Hem onder de familieleden en onder de bekenden. En toen zij Hem niet vonden, keerden zij terug naar Jeruzalem en zochten Hem daar. En het gebeurde dat zij Hem na drie dagen in de tempel vonden, terwijl Hij te midden van de leraars zat, naar hen luisterde en vragen aan hen stelde. Allen die Hem hoorden, stonden versteld van Zijn verstand en antwoorden. En toen zij Hem zagen, stonden zij versteld, en Zijn moeder zei tegen Hem: Kind, waarom hebt U ons dit aangedaan? Zie, Uw vader en ik hebben U met angst gezocht. En Hij zei tegen hen: Waarom hebt u Mij gezocht? Wist u niet dat Ik moet zijn in de dingen van Mijn Vader?"

  15. Het volgende verhaal heeft parralellen met de doop van Jezus door Johannes. Ook begint het verhaal met een inleiding waain het over Pasen gaat, een verwijzing naar pasen. Het verhaal gaat over een reiniging van vuil en een schoonwassing. Ook protesteert Johannes tegen Jezus over de plaats van degene die waast en zo doet ook Petrus. Daarna wijst Jezus er op dat de wassing een praktische kant heeft, namenlijk dat men alleen gewassen hoeft te worden waar het nodig is. Jezus bestraft Petrus dus ten aanzien van zijn vraag onnodig gewassen te worden. Daarom is ook de doop van Jezus geen schoonwassing van zonden omdat Jezus afwijst dat onnodige zaken gedaan worden.

    Johannes 13:1-11: "En het feest van het Pascha, toen Jezus wist dat Zijn uur gekomen was dat Hij uit deze wereld zou overgaan naar de Vader, heeft Hij de Zijnen, die in de wereld waren en die Hij liefgehad had, liefgehad tot het einde. Toen dan de maaltijd plaatsvond en de duivel Judas Iskariot, de zoon van Simon, al in het hart gegeven had Hem te verraden, stond Jezus, Die wist dat de Vader Hem alle dingen in handen gegeven had en dat Hij van God uitgegaan was en tot God heen ging, op van de maaltijd, legde Zijn kleren af, nam een linnen doek en deed die om Zijn middel. Daarna goot Hij water in de waskom en begon de voeten van de discipelen te wassen en af te drogen met de linnen doek die Hij om Zijn middel had. Zo kwam Hij bij Simon Petrus en die zei tegen Hem: Heere, wilt Ú mij de voeten wassen? Jezus antwoordde en zei tegen hem: Wat Ik doe, weet u nu niet, maar u zult het later inzien. Petrus zei tegen Hem: U zult mijn voeten in der eeuwigheid niet wassen! Jezus antwoordde hem: Als Ik u niet was, hebt u geen deel met Mij. Simon Petrus zei tegen Hem: Heere, niet alleen mijn voeten, maar ook mijn handen en mijn hoofd. Jezus zei tegen hem: Wie gebaad heeft, heeft slechts nodig dat zijn voeten worden gewassen, want hij is al geheel rein. En u bent rein, maar niet allen. Want Hij wist wie Hem verraden zou; daarom zei Hij: U bent niet allen rein."

    9 minuten geleden zei Breuk:

    Je kijkt te veel wiskundig=>Indien de doop wegwassen van zonden is, dan is dus de gedoopte zondig.  
    Jezus heeft geen zonden, Jezus is wel gedoopt, dus bewijst dat, dat de doop niet de zonden wegwast.    
    Het is juist dit dat in geen mensenhart is opgekomen (de vrolijke ruil van Luther)

    1 Korinthe 2:9 Maar het is zoals geschreven staat: Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgekomen, dat is wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben.

    Ik denk dat de visie op de doop bij de basisbeginselen van het christelijke geloof horen.
    Ik wens je in het nieuwe jaar heel veel theologisch onderwijs toe.

    Handelingen 2:38 En Petrus zei tegen hen: Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden; en u zult de gave van de Heilige Geest ontvangen.

    Romeinen 6:2 Hoe zullen wij, die met betrekking tot de zonde gestorven zijn, nog daarin leven?
    3. Of weet u niet dat wij allen die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn?
    4. Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat evenals Christus uit de doden is opgewekt tot de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in een nieuw leven zouden wandelen.

    Kun je aangeven waar staat dat de doop een wegwassing van zonden is, ik kan het niet vinden.

  16. 37 minuten geleden zei Breuk:

    De mensen die door Johannes gedoopt werden (in ieder geval de mannen) waren al besneden.   
    Doop wordt nergens met besnijdenis gekoppeld in de bijbel (anders graag aangeven waar).  
    De doop verwijst naar de dood en opstanding van Jezus en daarin het opstaan als een nieuw bevrijd mens,    
    waar onze fouten (zonden) ons niet meer aanklagen. We voldoen en trachten daarna te leven.    
    Hier heet het een ‘goed geweten’  
    Het is als in het Onze Vader gebed: Uw wil geschiedde, uw koninkrijk kome, leid ons niet in verzoeking  

    Naardense bijbel van 1 Petrus 3:21
    Als tegenbeeld (verhaal van Noach) daarvan redt nu een onderdompeling ook u; 
    (die is niet een aflegging van vuil dat op vlees zit, )
    maar een bede tot God om een goed geweten, 
    door de opstanding van Jezus Christus,

    Dat Jezus zich laat dopen, daarmee willen de schrijvers van de evangeliën (vooral Mattheus) later uitbeelden,  
    dat Jezus onze plek inneemt.  
    Het is weer een verwijzing naar Pasen in het NT (dat is de kern wat je in heel veel verhalen over Jezus steeds terugleest).  
    Het wordt dus wel gekoppeld met het wegwassen van zonden.  
    Mattheüs 3:15 Maar Jezus antwoordde hem en zei: Laat het nu gebeuren, want op deze wijze past het ons alle gerechtigheid te vervullen. Toen liet hij het Hem toe.  
    Johannes 1:29 De volgende dag zag Johannes Jezus naar zich toe komen en hij zei: Zie het Lam van God, Dat de zonde van de wereld wegneemt!

    Wanneer de doop van Jezus is om zichzelf gelijk te laten behandelen als de zondige mens dan blijkt daaruit dat de doop geen wegwassing van zonden betreft. Want Jezus heeft niet gezondigd. Dus gelijke behandeling betekent dan geen wegwassing voor Jezus maar wel voor de mens.  Dus wanneer het gaat om het vervullen van gerechtigheid waarbij de doop wijst op het wegwassen van zonden dan is de doop van Jezus een leugen en niet tot gerechtigheid. Want Jezus neemt wel de plaats van de zondaar in maar dat doet hij door de zonden op zich te nemen door de straf ervoor te ondergaan.

     

    1 uur geleden zei Breuk:

    Naardense bijbel van 1 Petrus 3:21
    Als tegenbeeld (verhaal van Noach) daarvan redt nu een onderdompeling ook u; 
    (die is niet een aflegging van vuil dat op vlees zit, )
    maar een bede tot God om een goed geweten, 
    door de opstanding van Jezus Christus,t!

    Een rein geweten wordt verkregen door de opstanding van Christus omdat de gevolgen van de zonden dan teniet zijn gedaan doordat de zonden geen blijvend effect op hem hebben gehad waardoor ons geweten vrij is van de dood van Jezus omdat die ongedaan is gemaakt. Met andere woorden. Wij hoeven ons niet schuldig te voelen omdat Jezus dood is, want hij leeft.

    Wanneer komen jullie nu eens tot de rechte leer?

  17. De doop is een niet een teken van het schoon gewassen zijn van zonde maar een vraag aan God voor een goed geweten.

    1 Petrus 3:21: "Het tegenbeeld daarvan, de doop, behoudt nu ook ons. Maar niet als een verwijderen van het vuil van het lichaam, maar als vraag aan God van een goed geweten, door de opstanding van Jezus Christus,"

    Het is een teken van het verbond met God door Jezus Christus waarbij geldt dat men schoon en rein is voor het aangezicht van God. Dat men schoon is is door het aannemen van Christus die middelaar is tot vergeving van zonden en waardoor men rein voor God kan staan. Want door het bloed van Christus is vergeving tot de mens gekomen. Door de vergeving heeft men een rein geweten omdat er na de schoonwassing geen zonden meer aan de mens kleven. De doop is dus door Jezus Christus en daarmee en teken van het verbond met de Vader door Jezus Christus.

    Voor Christus geldt dat hij zonder zonden was en dus niet onrein was. Hij hoefde niet schoon gewassen te worden en dat komt overeen met 1 Petrus 3:21 waarin staat dat de doop niet staat voor het wegwassen van zonden. Dan zou de doop voor Jezus ongepast zijn omdat wegwassen verondersteld dat hij gezondigd zou hebben. Omdat dat niet aan de orde is is de doop een vraag om een goed geweten. Een goed geweten houdt in dat men niet zondigt en daarom verwijst de doop naar de besnijdenis.

     

  18. 1 uur geleden zei Breuk:

    In dit verhaal moet iemand alles terugbetalen: 


    Mattheüs 18:33 Had ook u geen medelijden moeten hebben met uw mededienaar, zoals ik ook medelijden met u had?
    34. En zijn heer, boos als hij was, gaf hem aan de pijnigers over, totdat hij alles wat hij hem schuldig was, betaald zou hebben.

    In dit verhaal is het Jezus die iets moet. Hij zegt dat hij bij Zacheüs te gast "moet" zijn. Opmerkelijk dat Jezus ook iets "moet". Waarschijnlijk is hij ondergeschikt aan de Vader die Hem die opdracht gegeven heeft en dat moet. Dat het de Vader is die hem dat zegt is waarschijnlijk omdat de Vader het hoofd van Jezus is en de Vader dus degene is die dat gezag over hem uitoefent. God is een goede Vader en Jezus werd dan ook gezegend door het uitvoeren van zijn opdracht, namelijk dat hij te gast moest zijn in het huis van Zacheüs en dat hij mocht meemaken hoe Zacheüs verheudg was en zich bekeerde en zich om de armen begon te bekommeren. Want Zacheüs doet vrijwillig wat Jezus graag van hem zou willen, namelijk gerechtigheid en dat is oa om recht te doen aan weduwe en wees en de arme en behoeftige recht te verschaffen.

    Maar in de tekst die jij aanhaalt geldt het een onbarmhartig iemand die eist ondanks dat hij zelf kwijt gescholden is. Maar dat deed Zacheüs niet.

  19. Het verhaal van Zacheüs, Lukas 19:1-10:

    "En Jezus kwam Jericho binnen en ging erdoorheen. En zie, er was een man van wie de naam Zacheüs was, en hij was oppertollenaar en hij was rijk. En hij probeerde te zien wie Jezus was, maar het lukte hem niet vanwege de menigte, omdat hij klein van persoon was. En na vooruitgelopen te zijn, klom hij in een wilde vijgenboom om Hem te zien, want Hij zou daar voorbijkomen. En toen Jezus bij die plaats kwam, keek Hij op, zag hem en zei tegen hem: Zacheüs, haast u en kom naar beneden, want heden moet Ik in uw huis verblijven. En hij haastte zich en kwam naar beneden en ontving Hem met blijdschap. En allen die het zagen, morden onder elkaar en zeiden: Hij is bij een zondige man binnengegaan om daar Zijn intrek te nemen. Zacheüs nu ging staan en zei tegen de Heere: Zie, de helft van mijn goederen, Heere, geef ik aan de armen, en als ik van iemand iets heb afgeperst, geef ik dat vierdubbel terug. Toen zei Jezus tegen hem: Heden is dit huis zaligheid ten deel gevallen, omdat ook deze een zoon van Abraham is. Want de Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren is."

  20. Koning Jezus heeft de schulden van de mensen betaald en daardoor kunnen zij vrij zijn bij de Vader. De Vader zorgt voor hen en helpt hen het goede te doen. In het verhaal van Zacheüs zien we dat Zacheüs beïnvloed is door Jezus en dat hij Jezus graag mag. Zacheüs is in een wilde vijgenboom geklommen om Jezus te kunnen zien omdat hij klein was. Zacheüs was een oppertollenaar en dus leidinggevende, vergelijkbaar met een hoge functie bij de balastingen, tol heffen is immers belasting heffen. Dus Zacheüs was een aanzienlijk man en hij was zeer rijk. Maar Zacheüs is beïnvloed door Jezus en hij blijkt zich tegenover Jezus ook als een klein man in figuurlijke zin op te stellen. Hij klimt in een wilde vijgenboom en wanneer Jezus zegt dat hij bij hem in huis moet zijn daalt hij af en haast zich daarbij. Hij gedraagt zich klein tegenover Jezus en hij is blij.

  21. 29 minuten geleden zei Hopper:

    We dienen Jezus dan ook te volgen.  Steeds nauwkeuriger.

    Jezus vertelt de volgende gelijkenis:

    Mattheüs 13:24-30: "Een andere gelijkenis hield Hij hun voor. Hij zei: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan iemand die goed zaad zaaide in zijn akker. Maar toen de mensen sliepen, kwam zijn vijand en zaaide onkruid tussen de tarwe, en ging weg. Toen het gewas opkwam en vrucht voortbracht, kwam ook het onkruid tevoorschijn. De dienaren van de heer des huizes gingen naar hem toe en zeiden: Heer, hebt u niet goed zaad in uw akker gezaaid? Waar komt dan dit onkruid vandaan? Hij zei tegen hen: Een vijandig mens heeft dat gedaan. De dienaren zeiden tegen hem: Wilt u dan dat wij erheen gaan en het verzamelen? Maar hij zei: Nee, opdat u bij het verzamelen van het onkruid niet misschien tegelijk ook de tarwe zelf uittrekt. Laat ze allebei samen tot de oogst opgroeien, en in de oogsttijd zal ik tegen de maaiers zeggen: Verzamel eerst het onkruid en bind het in bossen om het te verbranden, maar breng de tarwe bijeen in mijn schuur."

    Deze gelijkenis kun je toepassen op een mens die groeit in Christus. Het goede zaad is iets nieuws dat in God groeit in de mens, een vaardigheid die hij eerder nog niet had en die hij aan het ontwikelen is. Maar de zonde doet mee en de nieuwe vaardigheid wordt neit altijd in Christus toegepast. Maar God zegt dan: Laat het zo en besteedt geen aandacht aan het slechte want het gaat om het goede. En wanneer de eigenschap volgroeit is dan is Christus klaar met het vormen van die eigenschap en kan er gewerkt worden aan het zuiveren van de eigenschap.

  22. Op 23-12-2023 om 14:42 zei KoningJezus.nl:

    iMET ANDERE WOORDEN WELKOM IN HET SATAMONEY SYSTEEM 

    De regering heeft tot nu toe niet veel klaargemaakt op het gebied van sociale rechtvaardigheid en veroorzaakt veel onrust door haar politiek. Armoede onder de bevolking en de rijken worden rijker.

    De regering is helemaal niet in staat om de problemen op te lossen.

  23. Op 23-12-2023 om 08:40 zei Noel2:

    je blijft met je gedachten aan het lichaam plakken, het geestelijk perspectief is daar los van.

    Dat geloof ik niet, maar wanneer je uitlegt wat je bedoelt met "geestelijk" kan ik je misschien begrijpen.

    Op 22-12-2023 om 20:25 zei Hopper:

    Wat ik wil doet er niet toe, hebt de wereld niet lief en hetgeen in de wereld is, staat er geschreven in de eerste brief van Johannes.  Zou ik de wereld liefhebben, dan is de liefde van de Vader niet in mij.   

    Dus ik heb wel een mening over de kwestie, maar ik mag niet de kwestie liefhebben.

    Dat deed Jezus ook.

  24. 50 minuten geleden zei Robert Frans:

    Het lijkt een beetje op een christelijke variant van het esoterische The Secret. Als je hetgeen je wil maar intensief en gedetailleerd genoeg visualiseert door meditatie, dan zul je door de zogenaamde wet van aantrekkingskracht het ook krijgen. En lukt dat niet, dan is dat onvoorwaardelijk jouw schuld. Het gaat volgens sommige radicalere ideeën zelfs zover, dat ze menen dat je je ook niet onder lijdende mensen moet begeven, omdat hun negatieve energie dan op jou zou afstralen. Toch volstrekt diametraal tegenover het evangelie...

    Ook bij het welvaartsevangelie zie je inderdaad die tendens: praat niet over je ziekte, geloof dat je helemaal niet ziek bent, bid de ziekte weg en als je niet geneest of weer ziek wordt, dan is dat áltijd jouw schuld. Er is áltijd een extra voorwaarde waaraan je nog niet voldeed, die als een duveltje uit een doosje opspringt als je aan alle bekende voorwaarden voldeed en toch niet geneest. Totdat het geweten op een gegeven moment het niet meer kan rijmen met het gezonde verstand en teleurstelling in God en in het evangelie overblijft. Tot soms suicides aan toe. Immers, als zelfs God je niet meer uit die diepe ellende wil helpen, op wie kun je dan nog hopen?

    Het is waar dat God mensen ook fysiek geneest en heel soms op bovennatuurlijke wijze, ter bemoediging van het geloof. Maar Hij stelt daar niet allerlei voorwaarden aan vast. Hij doet dat als Hij dat nodig acht en al in het evangelie zie je dat Jezus er geen heel spektakel van maakte met urenlange aanbiddingsdiensten. En als je niet geneest en onder lijden gebukt gaat, dan zit Jezus naast je. Niet om je te verwijten dat je zo weinig zou geloven, maar om een arm om je heen te slaan en samen met jou het lijden te dragen. Want elk lijden dat je met Jezus draagt, zal uiteindelijk ten goede komen aan je ziel. Ook al snap je daar nu misschien niets van.

     

    3 uur geleden zei Petra.:

    https://cvandaag.nl/93110-frontrunners-ministries-promoot-welvaartsevangelie-met-gelikte-marketingcampagne

    "Hoe een snelgroeiende stichting het welvaartsevangelie promoot met een gelikte marketingcampagne"

     

    https://cvandaag.nl/93233-waarom-cvandaag-publiceerde-over-frontrunners-ministries

    Waarom Cvandaag publiceerde over Frontrunners Ministries

    Nadat Cvandaag een aantal duidende columns van theologen publiceerde over de schaduwzijde van het welvaartsevangelie, reageerden diverse christenen als door een wesp gestoken. Het leidt tot vragen over de werkwijze van Cvandaag als christelijk nieuwsmedium. Waarom schreven we uitgebreid over Frontrunners Ministries en het welvaartsevangelie?

     

    "Eén van de vele christenen die uit ervaring spreekt is Annemieke Bosman. Ze heeft een chronische ziekte, maar werd jarenlang door charismatisch-evangelische christenen onder druk gezet omdat God haar zou willen genezen. Zelf verwoordt ze deze ‘obsessie’ als volgt: ‘Soms zou ik de mensen die zoveel wonderclaims roepen wel eens een leven met ongeneselijke ziekte cadeau willen doen als ze daarmee meer in de realiteit van het leven komen te staan. Schei alsjeblieft uit. En gooi die dwaze obsessie weg. Je sloopt levens door je betweterigheid. Je bent een anti-reclame voor Gods koninkrijk.’ Ook haar artikel ’11 meest pijnlijke opmerkingen voor een zieke’ is een aanrader."

     

     

    https://www.creatov.nl/2015/07/pijnlijke-opmerkingen-voor-zieke/

    1. “JE WILT NIET ECHT GENEZEN.”

    Ooit hoorde ik een genezingsbedienaar in zijn preek vertellen dat “de meeste chronisch zieken het “wel makkelijk vinden ziek te zijn”. Ze verlangen niet echt naar genezing. En ja, als jij dan bidt voor zo iemand en er vindt geen genezing plaats dan is het duidelijk dat het aan de zieke ligt. Dat moet je niet laten ontmoedigen te bidden voor mensen. Schud het stof van je af en ga verder.” Ik kan je verzekeren, als je chronisch ziek bent, is er niets waar je meer naar verlangt dan een leven zonder pijn. En wat is het pijnlijk als mensen voor je bidden en als je niet geneest het stof afkloppen en verder gaan. Jou alleen achterlatend als “ongelovige” die niet echt beter wil worden.

    2. “ER ZULLEN NOG ZONDEN ZIJN DIE IN DE WEG STAAN”

    Steeds weer als er voor me gebeden wordt, wordt er gevraagd naar zonden. Soms zo indringend dat ik steeds meer aan mezelf twijfel. Blijkbaar moet er nog iets tussen mij en God in staan, althans dat menen sommigen. Het moet. Het kan niet anders, want je geneest niet. Toen Jezus mensen genas, zei Hij eenvoudig “Je zonden zijn vergeven”. Nergens wordt er een heel circus gemaakt van zonden belijden. Het lijkt me evident dat we allen zondaars zijn en niemand uitgesloten is van zonden. Ik kan je verzekeren, deze vraag is me zo ontelbaar vaak gesteld, dat het met een gevoel van “me geliefd voelen” en “ik ben een heilige en geen zondaar meer” weinig meer te maken heeft.

    3. “IK BID JE MEER GELOOF TOE, ZODAT JE ZULT GENEZEN.”

    Een van de meest verschrikkelijke opmerkingen. Echt waar. Om als oprecht volger van Jezus te horen, dat een te kort aan geloof je genezing in de weg staat. Het is ook iets dat ik Jezus nergens hoor zeggen. “Ik wacht wel met genezen tot je genoeg geloof hebt.” Sterker nog, er werden ook ongelovigen genezen. Jezus zei eenvoudigweg:” Je geloof heeft je gered.” En als we niet kunnen geloven mogen we uitroepen: “Kom mijn ongeloof te hulp, Heer.” En Hij zal het doen.

    4.”JE BENT GENEZEN, ALLEEN MOET JE HET NOG TOE-EIGENEN”

    Een van de pijnlijkste opmerkingen is : Je genezing ligt al klaar. Je moet het alleen nog grijpen. Als of genezing iets is dat je zelf kunt bewerkstelligen. Gaat het Evangelie nu juist niet daarover, dat we als mens zelf niets kunnen? Dat het genade is? En is dat niet de essentie van wonderen: Een ingrijpen van God? Bovennatuurlijk? Je eigen genezing bewerkstelligen, kon het maar. Helaas zie ik daar in de Bijbel weinig van terug. De man bij de bron wachtte 38 jaar op een wonder, de bloedvloeiende vrouw 12 jaar. Daarom was het dus een wonder. Het gebeurde op dat moment, op die plaats. Niet eerder, niet later. Het was een uniek moment. Soms worden genezingsdiensten aangekondigd als: “Kom hier je wonder halen!” Brr, dat maakt me al huiverig. God houdt toch geen uitverkoop?

    5. “WE ZULLEN WEL DEMONEN UITDRIJVEN/JE BEVRIJDEN”

    Sommige mensen beginnen spontaan demonen uit te drijven en me te “bevrijden” als ze voor me bidden. Gezien de frequentie van het mij bevrijden, mag ik aannemen dat ik wel erg zwaar demonisch belast moet zijn (geweest). Nee, serieus, ik geloof dat er zoiets bestaat als demonisch belast zijn, maar Jezus had geen uitgebreide, steeds herhalende, bevrijdingssessies nodig om mensen te bevrijden en genezen. Na zoveel bevrijding kunnen we dat echt wel uitsluiten in mijn geval.

    6. “MEDICATIE IS GIF EN EEN GEBREK AAN VERTROUWEN IN GOD. HET HOUDT JE GENEZING TEGEN.”

    Zou God geen dokters en medicijnen gegeven hebben om ons te helpen? Helaas ben ik afhankelijk van medicatie. In een opstandige bui heb ik een periode van drie maanden mijn medicatie laten staan, met tamelijk desastreuze gevolgen. Helaas, ik ben afhankelijk van dat “gif”. Maar ik ben dankbaar voor de zegen van medicatie. De medicatie maakt mijn leven leefbaar. Zonder medicatie zou mijn leven zoals ik het nu heb niet denkbaar zijn. God zij dank.

    7. “IK WEET ZEKER DAT GOD JE GENEEST”

    In het Oude Testament werden profetische woorden erkend als ze ook uitkwamen. Tegenwoordig lijken veel christenen er een andere methode op na te houden. Als ze profeteren dat je genezen zult en het gebeurt niet, dan ligt het niet aan de onjuistheid van de profetische woorden, maar aan de zieke, want de “profeet” heeft gesproken. Volgens mij is dit de Bijbel op zijn kop.

    8. “JE MAG NOOIT MEER PRATEN OVER JE ZIEKTE. WOORDEN MAKEN JE ZIEK.”

    Deze vond ik zelf zeer heftig. Ik had die week drie ziekenhuisbezoeken achter de rug en was op een gebedsavond. Er werd voor me gebeden en een vrouw stond op en verbood me ooit nog uit te spreken dat ik ziek was. Zo “praatte” ik mezelf ziek. Dus nooit meer praten over de ziekenhuisbezoeken, twijfels, medicatie en dagen dat eigenlijk alles me te veel is. Ik wilde bijna uitroepen: “En wie past er dan op mijn kinderen bij het volgende ziekenhuisbezoek? Wat heerlijk voor al die andere mensen als ik er niet meer over praat. Dan hoeft ook niemand meer de verantwoordelijkheid te nemen me te helpen of te bemoedigen.” Ziek zijn is al een eenzame wereld. Maar dan wordt het helemaal een eenzaam leven. Zoek het maar alleen uit.

    9. “GOD WIL JOU GEZOND”

    Een zware opmerking die me werkelijk kapot maakt is me steeds toe te roepen :”God wil jou gezond!” Ten eerste is het volgens mij geen Bijbelse opmerking. Ook in de Bijbel zijn er mensen ziek. Ook in de Bijbel wordt niet iedereen genezen. En Jezus zegt ons dat we zullen lijden. Pas als Hij terugkomt is er een einde aan pijn en verdriet. De God-wil-je-nu-hier-altijd-genezen-theorie is daarmee volgens mij veel te simplistisch. Maar ooit er over nagedacht wat het betekent dit steeds weer te zeggen tegen iemand die al 16 jaar ziek is? Als God je wil genezen en het gebeurt dus niet, dan ligt het niet aan God, maar aan….Juist. Aan mij dus.

    10. “JE BENT NIET ZIEK”

    Als je maar uitspreekt dat je niet ziek bent, zul je zien dat je niet ziek bent. Het ergste wat je kunt overkomen is dat anderen je ziekte ontkennen. Ze gaan daarmee voorbij aan jouw dagelijkse strijd tegen pijn, aan jouw leven. Jouw dagelijks leven bestaat eigenlijk niet. Jij bestaat niet. Het is erg makkelijk voor anderen om zo met jouw ziekte om te gaan. Gewoon het lijden ontkennen, dan bestaat het niet en hoef je ook niet om te zien naar de zieke.

    11. “MOEILIJK GEVAL”

    Ik geniet er van dat veel mensen een aanraking van God ervaren en van hun rugpijn en hoofdpijn afkomen. En er gebeuren soms ook grote wonderen. Een dove die weer kan horen bijvoorbeeld. Ik heb het meegemaakt. Ik stond erbij. Maar laten we eerlijk zijn, hoe vaak genezen mensen niet? En dan bedoel ik vooral “de moeilijke gevallen”, zoals ik pas door iemand betiteld werd. Hoeveel mensen met kanker, tumoren, zeldzame auto-immuumziekten (zoals ik), MS, ALS, Alzheimer enzovoort worden echt genezen verklaard na gebed? Ik zou er weleens statistieken van willen zien. Er genezen veel meer mensen niet dan er wel genezen. Wat doe je met al die mensen die ziek blijven? Betitelen als “moeilijke gevallen”? De bloedvloeiende vrouw, dat was duidelijk een moeilijk geval. Ze was al 12 jaar ziek. Maar er kwam geen circus aan te pas. Wel een wonder.

    Misschien kunnen we stoppen met mensen zoals ik “moeilijke gevallen” te noemen en beginnen de zieke aan de voeten van Jezus te brengen. Zonder commentaar. Zonder oordeel. Wetende dat wij het allemaal niet in de hand hebben. Wetende dat Jezus Geneesheer is, maar ook Trooster. Dat wonderen wonderen zijn, omdat ze eenmalig en uniek zijn. Op dat moment, op die plaats. Wat zou dat een weldadige rust brengen voor al die zieke mensen zoals ik. Gewoon te weten dat je vrienden hebt die je niet willen opvoeden in hun genezingsprogramma’s, maar zich afhankelijk weten van Jezus en gewoon van je houden zoals je bent, ziek of gezond. Die willen delen in je strijd en pijn. Gewoon van mens tot mens. En zich er bij kunnen neerleggen dat een wonder een wonder is. Maar dat de meeste mensen het zonder wonder moeten stellen en meer hebben aan goede vrienden dan aan al die mensen die maar blijven doordrammen over dat mogelijke wonder,

    Je kunt beter de bijbel er op naslaan.

  25. 12 minuten geleden zei Noel2:

    Zoals alle auto’s voertuigen zijn, maar geen enkele auto hetzelfde is.

    Als voertuig zijn allen gelijk.

    Dan zie ik geen verschil met het lichaamlijke. Dat is ook logisch want het functioneren van de Geest door de mens waardoor wij gelijk aan God zijn is via de chemische processen in ons lichaam. Dus er is zowel onderscheid naar het lichaam als naar de Geest. Alle mensen zijn mens maar alle mensen zijn verschillend zoals hun lichaam verschillend is.

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid