Wouter Philippaerts

Je maakt je in Gen. 1:28 een veronderstelling dat heersen gelijk staat met het nemen tot voedsel, terwijl pas in Gen. 9:3 gesproken wordt over alles tot voedsel te aanzien.

Dopen. Mat. 3 handelt over de doop van Jezus door Johannes. Het is uiteindelijk Jezus die het kaf zal scheiden en vebranden. Dat neemt toch niet weg dat kinderen mogen gedoopt worden in de Kerk?

In Mat. 15:1-20 lezen we over de principes, regels en tradities van de Joden die bestonden ten tijde van Jezus. De tekst handelt voornamelijk over de omgang met je ouders en over het eten met ongewassen handen. Jezus is de maatstaf waartegen we alles moeten vergelijken. 2. Kor. 10:5. Welke 'voorschriften van mensen' kennen we vandaag die op die manier niet in de Bijbel staan?

Wat doe jij met Lucas? Hand. 10:12.

Ik ben niet getrouwd.

v. 15 gaat over de ongelovige kant.

Ik denk dat om te spreken van een heiliging van een ongelovige partner dat het huwelijk is voltrokken en dat de gelovige kant kiest voor trouw aan zijn ongelovige helft. Als deze keuze bewust is, mogen ze niet scheiden. 1 Kor. 7:12.

Voor mij is Bijbellezen, kerkgang, muziek, bidden en danken, dialoog en barmhartigheid een deel van mijn moraliteit. Bijzonder na een drukke werkdag of een heftig gesprek. Het woord brengt rust. Mat. 11:28.

v. 20-22. Ik wil wel aannemen dat genezing door aanraking enkel mogelijk is door geloof.

v. 36 als ze de overkant bereikt hebben. Of bedoel je dat aanraking zelf niet geneest?

Zelfs de naaste volgelingen van Jezus worden overmand door twijfel. Mat. 14:22-36. Jezus stelt hun gerust: wees niet bang, blijf kalm, ik ben het. v. 27. Als Jezus bij de leerlingen in de boot is, houdt het op met waaien. v. 32. Een aanraking van zelfs de zoom van het kleed van Jezus brengt mensen genezing. v. 36. In welke situaties brengt de uitgestrekte hand van Christus jou geruststelling?

Dit is in de veronderstelling dat de twee geliefden ervoor kiezen om als man en vrouw te trouwen. Mat. 5:37.

op het punt van de uitspraak heb je gelijk, het is haajaa. Het afgeleide werkwoord is wel correct.

Hebreeuws is gewoon de grondtaal van het oude testament. De naam van God wordt niet uitgesproken (יְהוָֹה). In de plaats leest men adonai (mijn heer). JHWH (de naam van God zonder klinkers) in het Hebreeuws komt van הָיָה (haawaa) en bekent ook: zijn, gebeuren, worden, ... bron: Biblehub, StudieBijbel NBV.

Laat me je even nuanceren, 'Dat beloof ik'. Niemand kent de Bijbel volledig. Rom. 11:33. Ook David en al zijn daden moeten gelezen worden in het licht van Jezus. 2. Kor. 3.14.

Het huidige gezag is door God ingesteld. Rom. 13.1. Ik kan je volgen dat als de verplichte vaccinatie komt dat je daarvan afzegt.

God kiest voor Juda. Op de Sionsberg bouwt hij zijn tempel. Omdat het volk in het eerste deel van psalm 78:52-72 blijft zondigen, verwerpt Hij eerst het volk om dan voor die éne stam te kiezen met David als herder. Wat wil God van ons om als de stam Juda uitverkozen te worden? Hoe kunnen we als David, zijn kudde leiden?

Hoe ik naar andere overtuigingen kijk is dat die mensen zelf zoekend zijn op gebied van de grond van hun geloof. De Geest getuigt immers over Jezus. Joh. 15:26

Het mag in de bijbel staan. 2 Tim. 3:16. Weet je zelf wat je bedoelt met de zin na die vraag? Wil je zeggen dat je vanuit je natuur moet antwoorden?

Wat daar staat in Mat. 7:7 is 'Aiteite' afgeleid van 'aiteω' in het Grieks wat zoveel betekent als 'verlang'. Heel toegepast op vers 7 is 'in gebed vragen'. Kan je dat zien als begeren?

Begeren is niet fout. Zolang je het doet voor God. 1 Kor. 10:31. Verlang naar dingen die de Heer wil en je zal het krijgen. Mat. 7.7, Jak. 4:3. Zelfzuchtige begeerte brengt zonde. Jak. 1.16

Teleurstelling genoeg voor God. De zonden van het volk stappelen zich op. In psalm 78:32-51 gaat het verder over het erbarmen van God over zijn ontrouw volk. Ondanks al de wonderen die God voor hen deed in Egypte bleef het volk vergeten zoals adem die gaat en niet terugkeert. Welk gedeelte in de bijbel spreekt jou aan om niet op te geven om mensen in nood te helpen?

het was inderdaad betekenis (vergeef me). je schrijft zelf dat het over geloof gaat dat mensen kan voeden. Waarom kan hij dan niet bedoelen dat we de verborgen waarheden in ieder woord kunnen ontdekken? Mat. 10:26

wie heeft jou de bekentenis van die vers Mat. 13:35 dan ingegeven? 2 Petr. 1:20

De hele bijbel is één gelijkenis. Mat. 13:35