Spring naar bijdragen

Jahu

Members
  • Aantal bijdragen

    549
  • Geregistreerd

  • Laatst bezocht

Waarderingsactiviteit

  1. Like
    Jahu reageerde op Figulus in 🌈💖 De Regenboogverklaring: ​ een christelijk excuus voor lhbti-discriminatie🌈💖 ​   
    Vermoedelijk bedoelt u dat de verwekker van Jezus geen mens was. De Heilige Geest is als persoon een man.
  2. Like
    Jahu reageerde op Thinkfree in 🌈💖 De Regenboogverklaring: ​ een christelijk excuus voor lhbti-discriminatie🌈💖 ​   
    En de Kerk is er altijd al geweest voor vrouwen en lhbti.. en de rest van de zondaars.
    Enkel niet en dat zal ook nooit kunnen om jou in jouw zonden te promoten, dat is niet haar functie en zodra dit wel gebeurt verliest ze haar oorsprong in Christus en is ze afvallig.
  3. Like
    Jahu reageerde op Fundamenteel in 🌈💖 De Regenboogverklaring: ​ een christelijk excuus voor lhbti-discriminatie🌈💖 ​   
    Dat er dan al gestopt wordt met in naam van anderen verklaringen te schrijven als anonieme bron?
    En neen het is geen "vooruitgang" als kerken homohuwelijken zegenen. De Bijbel bepaalt de Kerk, niet de wereldgeest.
  4. Like
    Jahu ontving een reactie van Fundamenteel in Getsemane   
    Getsemane
    Vlak voordat de Heer Jezus de beek Kidron oversteekt om en met Zijn discipelen de Hof van Getsemane binnen te gaan en wetende dat Hij nu Zijn doodstraf moet ondergaan, spreekt Hij het hogepriesterlijk gebed: ‘Zo sprak Jezus. Toen sloeg Hij Zijn ogen op naar de hemel en Hij zei: ‘Vader, het is tijd: verheerlijk Uw Zoon, dan zal Uw Zoon U verheerlijken. U hebt hem macht gegeven over alle mensen, macht om eeuwig leven te geven aan allen die U hem hebt toevertrouwd. En dit is eeuwig leven: dat de mensen U kennen, U, de enige ware God, en Jezus Christus, die U gezonden hebt. Ik heb U hier op aarde verheerlijkt door het werk te volbrengen dat U mij had opgedragen. Vader, neem mij nu bij U en verheerlijk mij met de glorie die ik had bij U, voor de wereld bestond. Ik heb Uw naam bekendgemaakt aan de mensen die U mij uit de wereld gegeven hebt. Zij waren van U, en U hebt ze mij toevertrouwd. Zij hebben zich aan Uw woorden gehouden, en nu weten zij dat alles wat U mij hebt gegeven, van U komt. Ik heb hun gezegd wat U mij te zeggen gaf, en zij hebben mijn woorden aanvaard; zij weten dat het waar is dat ik van U ben uitgegaan, en zij geloven dat U mij hebt gezonden.’ (Joh.17:1-8) De Heer Jezus weet dat Zijn Vader Hem niet aan de dood zal overlaten, maar dat Hij Hem zal rehabiliteren en Hem Kracht zal geven om levend het dodenrijk te betreden en om die ook weer te verlaten. ‘Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige de verderving ziet.’ (Ps.16:10)
    Als de Heer Jezus in de handen van zondaars wordt overgeleverd - mensen die de begeerten van de duivel doen en in wie demonen huizen - om veroordeeld te worden, weet Hij tevens dat wanneer alles geheel is volbracht de Vader Hem vanwege Zijn liefde en gehoorzaamheid direct weer van de dood zal verlossen. Dit gebeurde echter niet tijdens Zijn opstanding in de ochtend waarop Maria het graf bezocht, maar veel eerder, terwijl de Heer Jezus nog aan het kruis hangt en Hij Zijn geest in de handen van Zijn Vader beveelt; ‘En Jezus riep met luide stem: ‘Vader, in Uw handen leg ik mijn geest.’ Toen hij dat gezegd had, blies hij de laatste adem uit.’ (Luc.23:46)
    Hieruit komt naar voren dat de Kracht en de heerlijkheid van de Vader weer aan de Heer Jezus gegeven waren en Hij als Christus (Koning door God) en niet als zondeslaaf de hades binnengaat. God was weer met Hem, ook nu Hij dit oude bolwerk van het onzienlijke dodenrijk betreedt. Daar waren de Majesteit en de heerlijkheid van Zijn Vader weder op Hem, waarmee de dood van de Heer Jezus in twee gedeelten uiteen valt.
    Het eerste gedeelte
    Dag 1 – Donderdagavond en de nacht van donderdag op vrijdag.
    Als de Heer Jezus in Getsemane gevangen wordt genomen, omdat vanuit de hemelse gewesten de doodsmachten met toestemming van God toegang tot Hem krijgen, voelt Hij in lichaam en ziel de pijn en de angst vanwege de zonde- en ziektemachten die Hem nu in hun macht hebben gekregen.
    Deze verachtelijke schepsels hadden voor het eerst toegang tot Jezus’ leven en konden hun klimaat en hun duisternis op Hem leggen, iets wat de Heer Jezus nog nooit had gekend omdat Hij nimmer had gezondigd. Als de boze geesten op de Heer Jezus kunnen raken, voltrekt zich synchroon daaraan Zijn gevangenneming, de lichamelijke pijniging vanwege de slaag der Joden, en de geseling door de soldaten van Pilatus.
    Tijdens deze persoonsgerichte strafexpeditie waarin Jezus zeer zwaar werd mishandeld, kon niet meer worden opgemaakt dat het hier om Zijne koninklijke Hoogheid Zelf ging, omdat Hij zo was toegetakeld. (Joh.19:5) Om aan te geven in wat voor ontredderde staat Jezus verkeerde, werd de gegeselde en vernederde Koning met de woorden ‘Zie de mens’ door Pilatus aan Zijn volksgenoten getoond. De Vader had Zijn Zoon Jezus in de macht van de boze geesten gegeven, vergelijkbaar met wat Hij ooit met Job deed. (Job 2:7) De zielensmart die in de Hof was begonnen vanwege de ‘last’ der demonen, openbaart zich direct daarna in hevige lichamelijke pijn die Hem door zondaren werd toegebracht. Dit keer echter mocht satan tot het uiterste gaan en ook het leven van de Rechtvaardige nemen, indien hij dacht Hem daarmee definitief uit te kunnen schakelen.
    Bij Zijn gevangenneming begint voor Jezus het ondergaan van de dood. Jesaja schreef dat Hij Zijn leven vanwege de zonden van vele overtreders heeft uitgegoten in de dood. (Jes.53:12) Om aanschouwelijk te maken van wat er gedurende de tijd die de Heer Jezus aan het kruis hangt in de ‘lucht’ gebeurt, verdwijnt tijdens de climax vanaf het 6e tot het 9e uur zelfs het daglicht en komt er duisternis op aarde. Toen de Heer Jezus vanwege de folteringen lichamelijk helemaal was gesloopt en zo verzwakt dat Hij door uitputting ging sterven, had Hij zichzelf helemaal ontledigd. (Fil.2:7) Geen enkele pretentie of inbreng restte Hem meer, Hij was door Zijn geloof volkomen aangewezen op verlossing door de Kracht van God. Wat de Heer Jezus echter bij het afleggen van de heerlijkheid Gods was gebleven, was Zijn eigen natuur. Hij was nog steeds de Zoon van God, volkomen rechtvaardig. Omwille van ons had Hij de Kracht Gods afgelegd en Zichzelf ontledigd, nu bleef in Hem het ‘zwakke van God’ over; de mens uit God geboren. Dit zwakke van God was ook toen sterker dan de mensen. (1Kor.1:25) Zijn zwakheid wordt door Zijn hemelse Vader direct met Kracht beantwoord, want de Allerhoogste komt Zijn Zoon Jezus te hulp en geeft Hem Zijn kostbare leven terug. Het Koninklijke gebod dat de Heer Jezus ons in de Evangeliën meedeelde ‘Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand’ ‘en uw naaste liefhebben als uzelf.’, daarvan gaf Hijzelf het ultieme voorbeeld door deze geboden ondanks alle pijnigingen, beiden te vervullen. (Matt.22:37-39) De vele wreedheden die op Hem als ‘Geplaagde’ neerkwamen konden bij de Heer Jezus niet bewerken dat Hij de liefde voor Zijn Vader ging verzaken. Deze Zoon van God hield in tegenstelling tot Adam wél de geboden van Zijn Vader en kwam niet als ongehoorzame maar als liefdevolle en gehoorzame Zoon in de dood. Door rechtvaardig te blijven toonde de Heer Jezus inderdaad dat Hij macht had om Zijn leven af te leggen en het vervolgens weer op te nemen.
    Ondanks alle smaad en mishandeling bleef Jezus geloven dat Zijn Vader voor uitredding zou zorgdragen, Hij immers kende Zijn Vader en hield aan Zijn belofte vast. De Heer Jezus is daarmee het Grote Licht dat schijnt in de duisternis en in het rijk van de dood, en de duisternis heeft ondanks deze felle pogingen Hem niet vast kunnen houden. (Joh.1:5).
    Door Jezus’ getuigen van de Waarheid, Zijn prediking en Zijn werken, bescheen Hij allen in Israël die geestelijk in de dood gezeten waren (Luc.1:79). Bij Zijn sterven op Golgota ging Het Licht ook de hades binnen, waar Hij als eerste en laatste levende verbleef om er Zijn Evangelie van de overwinning over zonde en satan te brengen. God betrad de hades om er Zijn eigendom op te komen eisen; de goedwillende zielen die er tegen hun wil moesten verblijven. Het dodenrijk knapte bij deze onderneming van Jezus letterlijk uit zijn voegen, de dorpels moesten worden opgerekt anders kon de Grote Koning met Zijn engelenleger er niet naar binnen! (Ps.24:7) De Heer Jezus kreeg door Zijn sterven de mogelijkheid om ook in het dodenrijk Zijn overwinning te proclameren.
    Zoals Paulus vermeldt voerde de Heer Jezus vanuit de hades krijgsgevangen mede naar de hoge, deze zielen hadden geprobeerd zich tijdens hun leven zo goed mogelijk aan de wet te houden en zochten in hun bestaan Gods wil te doen. (Ef.4:8) Nu werden zij door Hem in vrijheid gesteld en mochten met Jezus mee richting het paradijs. Dit gold eveneens voor de ex-crimineel aan het kruis, want ook hij geloofde dat Heer Jezus Koning was. (Luc.23:42) Zijn geloof en zijn bede aan de Heer Jezus Christus rechtvaardigde deze man op de valreep voor zijn sterven, en zodoende kon de Heer ook hem meenemen uit de dood.
    In tijdsbestek uitgerekend is dit vanaf donderdagavond, nadat de Heer Jezus met Zijn discipelen het laatste avondmaal heeft gebruikt en Hij samen met hen in Getsemane is aangekomen. In deze tuin, die aan de voet van de Olijfberg is gelegen, nadert Jezus de pijn des doods.
    Deze pijn is daarom zo bijzonder hevig omdat Hij de zondelast van de hele mensheid op Zich heeft genomen terwijl de straf, die zonder uitzondering op al deze zonden moet volgen, nu aan Hem met de dood wordt uitbetaald. (Luc.22:44) Ik merk op dat het zinloos is om een ander willekeurig mens die, al is het slechts één maal, de boze heeft gehoorzaamd als losprijs aan te bieden om gekruisigd te worden. In een zondaar zit geen waarde om voor een dergelijk hoge schuld te betalen, hoogstens voor zijn eigen schuld en daar betaalt hij met zijn leven voor.
    Dan komt de nacht van donderdag op vrijdag, waarin Hij geslagen, gespuugd en bespot wordt. In deze eerste avond en nacht verblijft de Heer Jezus in het klimaat van de dood! Zoals de profeet Jona in de parabel door een grote vis werd opgeslokt en het daglicht moest ontberen, zo werd onze Heer Jezus door de duisternis der demonen opgeslokt. (Jona 1:17) Vervolgens vrijdag de hele dag, tot het negende uur. Vrijdag is de dag dat de Heer aan het kruis werd geslagen en daaraan stierf. Omdat aan het eind van deze dag de Joodse sabbat begint, moest vanwege reinigingsvoorschriften de Heer Jezus vóór zonsondergang van het kruis worden gehaald en begraven. Gedurende deze hele periode heeft Hij van de Majesteit en de Kracht van de Allerhoogste geen gebruik gemaakt, staan de scharen heilige engelen de Heer Jezus voor het eerst in Zijn leven niet meer ten dienste en zal Hem Zijn vleselijke lichaam met geweld worden afgenomen. Dit alles was Jezus vooraf bekend en desondanks wilde Hij dat de wil van Zijn Vader zou prevaleren boven Zijn persoonlijk welzijn. (Joh.12:27-33) Met het ondergaan van de gruwelijke last de dood, vanaf Getsemane tot en met het kruis, komt de Heer Jezus in Zijn stervensfase. Dit was er een van geestelijke benauwenis en angst, van bespotting en vernedering, van lichamelijke pijniging en tenslotte Zijn sterven. De Vader had Hem overgegeven in de handen van Zijn vijanden, zowel in de hemel als op aarde. Jezus getuigt daarvan tegenover de overpriesters en hoofdlieden van de Joodse tempel met de woorden: ‘Terwijl Ik dagelijks bij u was in de tempel, hebt gij geen hand naar Mij uitgestoken. Maar dit is uw ure en de macht der duisternis.’ (Luc.22:53) Uit liefde voor Zijn Vader en uit liefde voor hen die Hem volgen - en nog gaan volgen - zag Hij niet op de smart van Zijn eigen dood maar blikte Hij vooruit op de vreugde van een grote schare verloste mensen, die door Zijn offer eveneens met de Heilige Geest gedoopt konden worden. (Jes.53:10b) Als de Heer Jezus sterft, verlaat Hij de pijn en de ellende van het klimaat van de dood en treedt Hij als Gods Koning het rijk van de dood binnen, om ook deze machthebber te onttronen. Jezus Christus nam dus niet slechts de sleutel van de dood in ontvangst, vanwege het feit dat Hij tijdens Zijn martelingen niet één maal zondigde maar rechtvaardig de wil van God bleef doen. Nu Hij in de hemelse gewesten het rijk van de dood of hades betreedt, neemt Hij ook daarvan de sleutel in bezit. De Heer Jezus kwam dan ook niet als een overweldigde, een gevangen zondeslaaf het domein van Apollyon binnen, maar als de grote Koning die Hij is met al Zijn superioriteit en macht. Eenmaal in de hades vordert Hij de zielen van de rechtvaardigen, die ooit in de oude tijd waren gestorven. De verderver (Apollyon) die nimmer een gevangene had laten gaan (dood was dood), werd nu door Koning Jezus bevolen zijn kerkers open te stellen. Het is voor het eerst dat een Levende, dus iemand zonder zonde in het dodenrijk verschijnt.
    Deze necropolis was hier logischerwijze ook niet op berekend, vandaar dat haar bewakers vragen ‘Wie is toch de Koning der ere? Waarop Gods engelenlegers antwoorden: ‘Jahweh, sterk en geweldig, Jahweh, geweldig in de strijd.’ (Ps.24:8) Daarna zal er ook geen rechtvaardig mens meer in dit dodenrijk terechtkomen, want wie in de Heer Jezus Christus gelooft is waarlijk gerechtvaardigd en onze Heer zegt Zelf dat wie in Hem gelooft zal leven ook al is hij gestorven, dus gescheiden van zijn lichaam. (Joh.11:25) Jezus Christus kan als Overwinnaar terecht zeggen dat Hij ook deze beide sleutels heeft, van de dood en van het dodenrijk. (Opb.1:18) Let wel: vanaf het begin van de eerste lijdensdag op donderdagavond in de Hof van Getsemane, aanhoudend tot aan vrijdag het negende uur als de Heer Jezus sterft aan het kruis, lukt het satan in deze periode van agressie en pijniging niet één keer om Jezus aan te zetten iets tegen de wil van Zijn Vader te doen. Hiervan getuigen tal van Jezus’ reacties, bijvoorbeeld als Hij in de Hof door een man uit Zijn eigen kring wordt verraden, dan raakt Hij niet gefrustreerd of wraakzuchtig maar noemt deze verrader ‘vriend’. (Matt. 26:50) Zo ook als Hij vervolgens door gewapende mannen gevangen wordt genomen en het daarbij tot een schermutseling komt, raakt Hij het afgeslagen oor van Malchus, één van de agressors aan en geneest hem. (Luc. 22:51) Hij weet dat als Hij Zijn Vader daarom zou vragen, Deze Hem twaalf legioenen engelen ter beschikking zal stellen, doch Hij bidt daar niet om maar laat de soldaten begaan.
    Ook als Koning Jezus daarna aan de hogepriester Kajafas en de Joodse Schriftgeleerden wordt voorgeleid, door wie Hij in het gezicht wordt gespuwd en met vuisten wordt geslagen, slaat Hij niet terug en dreigt Hij hen evenmin maar laat het daarbij en geeft Hij alles over aan God, van wie Hij weet dat Die juist zal oordelen. (1Petr.2:23) Deze loochening en miskenning van Jezus’ goedheid en dat Hij van geboorte Gods Zoon is, gebeurde door de Joodse elite in de avond en nacht van donderdag op vrijdag.
    Dag 2 – Vrijdagavond en de nacht van vrijdag op zaterdag.
    Zonder dat de Heer Jezus aan slaap of nachtrust is toegekomen, wordt Hij vrijdagmorgen al vroeg door de overpriesters en oudsten van het Joodse volk geboeid en overgedragen aan de Romeinse stadhouder Pilatus, met de intentie dat deze Hem tot de doodstraf zal veroordelen. Nadat Pilatus de Heer Jezus heeft bevraagd waar men Hem van beschuldigd, komt de stadhouder tot de conclusie dat hij in deze mens geen enkele schuld kan vinden waar de doodstraf op staat.
    Pilatus probeert dan ook vanaf dat moment om de Heer Jezus los te laten, doch de Joden schreeuwden ‘Weg met Hem! Kruisig Hem!’ Uiteindelijk, als Pilatus niet onder hun aanhoudend verzoek Hem te kruisigen vandaan kan, laat hij de Heer Jezus geselen en geeft hij Hem aan hen over om gekruisigd te worden. (Joh.19:15,16) Als de Heer Jezus door de gehele afdeling der Romeinse soldaten is bespot en geslagen, voeren zij Hem af naar de Schedelplaats Golgota, waar zij Hem in de loop van vrijdag (op het derde) uur kruisigen. Terwijl de Heer Jezus al aan het kruis hangt en Hij voor de Joden geen enkele bedreiging meer vormt, gaan zij toch nog door Hem te bespotten. Terwijl zij er eigenlijk van overtuigd kunnen zijn dat zij deze hun godsdienstvijand hebben overwonnen, gaan zij nochtans door Hem te kleineren en proberen Hem wanhopig te maken. Tot op het laatste moment spreekt satan zo door vele mensen heen om de Heer Jezus Zijn geloof en vertrouwen in God af te nemen. (Marc.11:22) Als de Heer Jezus onder hevige pijnen zijn laatste stervensuren doorbrengt, lezen we de reacties van de omstanders: ‘En de voorbijgangers spraken lastertaal tegen Hem, schudden hun hoofd en zeiden: Ha, Gij, die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, red Uzelf, kom af van het kruis!  Evenzo spotten de overpriesters onder elkander samen met de Schriftgeleerden, en zij zeiden: Anderen heeft Hij gered, Zichzelf kan Hij niet redden. Laat de Christus, de Koning van Israël, nu afkomen van het kruis, dat wij het zien en geloven. Ook die met Hem gekruisigd waren beschimpten Hem.’ (Marc.15:29-32) Het antwoord van de Heer Jezus op het onwaardig spreken en handelen der ongelovige mensen is dat Hij voor hen bidt met de woorden ‘Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen’ (Luc.23:34) Hij blijft rechtvaardig, Hij blijft vol liefde voor Gods gebod en liefdevol jegens Zijn naasten en Hij zondigt niet.
    Tijdens de tijd dat de satan over de Heer Jezus kon heersen, zette deze alles op alles om de Meester ook maar één enkele keer zover te brengen dat Hij ongehoorzaam aan Zijn Vader wordt, om Hem dan zo, vanwege deze ongehoorzaamheid aan God, in zijn dienst te brengen. Zoals bekend kan de mens die door de zonde eenmaal in satans diens treedt, niet meer opstaan uit het dodenrijk. Dit was de misrekening geweest die de duivel had gemaakt toen God hem het voorstel had gedaan om Zijn Zoon de enige Rechtvaardige mens als losprijs voor alle onrechtvaardige mensen te ruilen. (Matt.20:28) De duivel kon niet geloven dat de mens Jezus zo goed en rechtvaardig was en van dermate kwaliteit, dat ook wanneer de Sterke arm van Zijn Vader Hem had verlaten en het gruwelijke geweld der demonenlegers op Hem losbarstte, de Heer Jezus ondanks dat dezelfde dus rechtvaardig en goed zou blijven. De duivel had iedereen ten val kunnen brengen, ieder mens was vroeg of laat in zijn dienst gekomen en was de goede God ongehoorzaam geworden. Ook bij deze mens Jezus zou het hem lukken! Dit was de redenering van de duivel. Maar de satan is niet bij machte om de hoog verheven gedachten van de Allerhoogste God te doorgronden en hij had er geen rekening mee gehouden dat een mens uit God geboren kan worden. Want ieder mens die uit God geboren is zondigt niet, en op die mens heeft de boze geen vat. (1Joh.5:18) De satan had tijdens het leven van de Heer Jezus voortdurend geprobeerd Hem te verleiden en Hem zodoende in zijn dienst te stellen, want in wiens dienst men zich vrijwillig stelt die moet men gehoorzamen. (2Petr.2:10) Vanwege de ‘Almachtige Kracht uit de hoge’ had de Heer Jezus altijd de aanvallen en listen van de duivel weten te pareren. Nu de geestelijke en lichamelijke bescherming rond Jezus was opgeheven, had de duivel vrije toegang tot de Uitverkorene.
    Wat hem door middel van leugen en verleiding bij de Heer Jezus niet was gelukt zou hem dit keer door bruut geweld wel lukken, indien hij Jezus maar eenmaal in zijn macht had en Hem kon vermoorden!
    De duivel dacht dat hij van ieder mens een zondaar kon maken, dus ook van deze uit God geboren Zoon des mensen. Bij de gehele mensheid was hem dat gelukt, bij allen die uit een vrouw waren geboren, ja zelfs bij de mens die in begin door God Zelf was geschapen. (Gen.1:27) Die eerste mens die God al scheppende tot stand had gebracht was ook Gods zoon. (Luc.3:38) Dat satan bij deze ‘tweede’ mens wederom met een Zoon van God te maken kreeg was dus niet zo bijzonder, het was hem al eerder gelukt om een zoon van Jahweh God ten val te brengen. Als het hem ook dit keer zou lukken om deze ‘nieuwe’ Zoon tot ongehoorzaamheid aan Zijn Vader te brengen - indien de Zoon de Vader niet boven álles lief had -, dan zou de Heer Jezus ook Zelf een zondeschuld maken en was het herstelplan van de Vader voor altijd verloren. De duivel zette hiertoe vanaf Getsemane tot en met Golgota, door middel van verraad, hoon, bespotting, vernedering, haat en geweld, alles op alles!
    De haat die satan jegens zijn Schepper heeft en Wiens evenbeeld hij nu al jaren in Zijn Zoon Jezus had gezien, kon hij op Golgota eindelijk in alle hevigheid tonen en ten uitvoer brengen. De duivel moest ook deze nieuwe hemelse mens aan zichzelf onderdanig maken. De kans om dit te doen liet hij zich niet ontnemen en nu de Allerhoogste hem had toegestaan om Zijn Zoon te doden in ruil voor zondaars, moest deze bezeten machtswellusteling hiervan gebruik maken. Hij meende dat hij de Heer Jezus in deze martelperiode tot ongehoorzaamheid en dus liefdeloosheid kon pressen, om Hem vervolgens te vermoorden. Daarmee zou hij dan de waardevolste en belangrijkste Persoon voor altijd hebben geëlimineerd, waardoor hij de macht over de wereld zou behouden. Als deze Jezus eenmaal was uitgeschakeld, zou God niets meer kunnen doen om hem nog zijn verworven rijk te ontnemen. Jezus, die zijn werkterrein en territorium was binnengedrongen zou bezwijken, waardoor de heerschappij over de aarde en de mensen erop voor altijd van satan zou blijven.
    Ditmaal wordt de Heer Jezus onder pressie gezet om te doen wat de boze in het begin van de evangeliën aanvankelijk met listige woorden probeerde, bijvoorbeeld toen de verzoeker zei: ‘Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dan, dat deze stenen broden worden.’ (Matt.4:3) Jezus zou door te gehoorzamen dienstbaar aan satan zijn geworden. Uiteindelijk als de Heer Jezus Zijn taak helemaal gaat volbrengen en Hij reeds aan het kruis hangt, zijn er verschillende mensen die Hem bespotten en openlijk in twijfel trekken of Hij inderdaad de waarachtige Zoon van God is. Zelfs op de valreep probeert de boze nog om de Heer Jezus uit de dienst van Zijn Vader te brengen, door het lijden niet volledig te ondergaan maar van lichamelijk sterven af te zien: ‘Gij, die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, red Uzelf, indien Gij Gods Zoon zijt, en kom af van het kruis!’ (Matt.27:40) Deze mensen werden door de duivel geïnspireerd, die zo probeerde door de mond van zondaren heen om de Heer Jezus te ontmoedigen en Hem Zijn geloof af te nemen, dat Zijn Vader voor een uitkomst zou zorgen; ook al moest die uitkomst dwars door de dood heen tevoorschijn komen!
    Denk in dit verband ook aan het geloof van Abraham, die geloofde dat hij zijn zoon Izaäk terug zou krijgen, ook als dat betekende dat die eerst zou sterven. (Hebr.11:18b) Indien de Heer Jezus Zijn lijdensweg niet geheel ten einde zou gegaan zijn door ergens voortijdig een einde aan de martelingen te maken en Zijn Vader om hulp van de heilige engelen te vragen, dan zou Hij de wil van de Allerhoogste niet geheel volbracht hebben. Doch de Heer Jezus hield tot en met Zijn sterven vol en deed de wil van Zijn Vader, ongeacht de gevolgen voor Zijn eigen leven. Bij aanvang van Zijn lijden bad de Heer Jezus daar in Getsemane over: ‘Abba, Vader, alles is U mogelijk, neem deze beker van Mij weg. Doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt.’ (Marc.14:36) Jezus geloofde dat de Vader altijd trouw blijft aan hetgeen Hij heeft gesproken, ook op dit punt kende de Heer Jezus de Schrift. (Ps.16:10,11) De macht van de duivel was niet voldoende om Jezus Christus tegen de wil van Zijn Vader te laten spreken of te handelen. De Meester had gezegd ‘want met het oordeel, waarmede gij oordeelt, zult gij geoordeeld worden, en met de maat, waarmede gij meet, zal u gemeten worden.’ (Matt.7:2) De Heer Jezus wilde dat de Vader Hem onder de zondelast der mensheid vandaan zou halen, daartoe rekende ook Hij Zijn schuldenaren hun zonden niet aan.
    Koning Jezus leefde als rechtvaardige en stierf als rechtvaardige en op grond hiervan kon de Vader Hem uit de dood regenereren.
    Het tweede gedeelte
    Dit gedeelte begint aan het eind van de eerste dag, op vrijdag vanaf omstreeks het negende uur als de Heer Jezus sterft en Zijn lichaam aflegt, wat overigens niet tot ontbinding overgaat:
    ‘Ik stel mij de HERE bestendig voor ogen; omdat Hij aan mijn rechterhand staat, wankel ik niet. Daarom verheugt zich mijn hart en juicht mijn ziel, zelfs mijn vlees zal in veiligheid wonen; want Gij geeft mijn ziel niet prijs aan het dodenrijk, noch laat Gij uw gunstgenoot de groeve zien. Gij maakt mij het pad des levens bekend; overvloed van vreugde is bij uw aangezicht, liefelijkheid is in uw rechterhand, voor eeuwig.’ (Ps.16:8-11) Terwijl de Heer Jezus lichamelijk sterft geeft Hij Zijn geest over aan Zijn Vader en Deze verlost Zijn Zoon onmiddellijk van de doodsmachten door Hem in Zijn Handen, dat is de Kracht van de Heilige Geest, op te nemen en Zijn heerlijkheid weder op Hem te leggen. (Matt.12:18) Voor de omstanders is het nu voorbij. Het is afgelopen met Jezus, Hij is gestorven. Nu is Hij dood. Terwijl Hij in feite, verborgen voor de ogen van de ongeestelijke mensenmassa, juist uit Zijn lijden is verlost en de heerlijkheid en het Koningschap van de Allerhoogste opnieuw heeft ontvangen. Dit is het moment waarop de apostel Petrus duidde toen hij schreef:
    ‘Want ook Christus is eenmaal om de zonden gestorven als rechtvaardige voor onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen: Hij, die gedood is naar het vlees, maar levend gemaakt naar de geest, in welke Hij ook heengegaan is en gepredikt heeft aan de geesten in de gevangenis’ (1Petr.3:18,19) De ongeestelijke omstanders daarentegen hebben er geen idee van dat de Heer Jezus met Zijn sterven, naar de geest juist tot opstanding is gekomen. De menigte denkt nu pas dat Hij dood is, Zijn ontzielde lichaam is voor iedereen het bewijs.
    Het is daarbij opmerkelijk en zeer heugelijk te lezen dat ten tijde van Jezus’ sterven er direct vele lichamen van ontslapen heiligen werden opgewekt. Dit betekent dat de Vader deze reeds gestorven gelovigen opnieuw van een lichaam kon voorzien doordat deze mensen, vanwege de overwinning van Jezus Christus over de dood, ook uit de gevangenschap van het dodenrijk werden bevrijd. Ditmaal echter ontvingen zij van God een ander en beter lichaam dan het oude lichaam dat zij ooit hadden.
    Zij ontvingen van Hem een onsterfelijk lichaam zoals ook Mozes en Elia die hebben, waarmee zij zich niet alleen in de zichtbare wereld maar ook in de hemelen kunnen bewegen. (Matt.27:52) De volgende zin van hetzelfde hoofdstuk verklaart dit moment dan ook terecht als Jezus’ opstanding, terwijl Zijn lichaam evenwel nog aan het kruis hangt!
    Jozef van Arimetea neemt vervolgens Zijn lijk van het kruis en legt het in een nieuw graf, dat hij uit een rots heeft laten uithouwen. Ook Jezus’ volgelingen zien aanvankelijk niet op Zijn geestelijke opstanding maar denken nu Hij is gestorven dat alles voorbij is. Zonder zich te herinneren wat hun Meester hen van te voren over Zijn opstanding had gezegd, waren zij na Zijn executie verslagen over Zijn ‘dood’ achtergebleven. (Marc.9:31en16:10,11) Terwijl men de rouw over Hem bedrijft, gaat Jezus als machtige Koning de hemelen door en predikt Zijn overwinning over de dood aan de gestorvenen in het dodenrijk, de ‘gevangenis’. Halleluja, eeuwige glorie voor Jahweh God!
    Vanaf vrijdag omstreeks ‘het negende uur’ en de nacht van vrijdag op zaterdag, de Joods rustdag, is Jezus lichamelijk in het graf maar naar de inwendige mens reeds levend gemaakt en heeft Hij Zijn Koningschap reeds gepredikt in de hades.
    Dag 3 – Zaterdagavond en de nacht van zaterdag op zondag.
    Dan de nacht van zaterdag op zondag, de dag waarop de Heer Jezus opnieuw lichamelijk verschijnt. Zijn opstanding uit de dood en Zijn terugkeer uit het dodenrijk zijn daarmee voltooid. De Heer Jezus heeft zo door de hemelen door te gaan ook hen, die ten tijde van het Oude Testament de hoop op Jahweh’s redding hadden vastgehouden, van het dodenrijk gered. Hij is daarmee niet alleen voor ons maar ook voor hen de grond van hun opstanding geworden. Voor alle zekerheid hadden de Joden het graf waarin het lichaam van de Heer Jezus was gelegd van buitenaf met een rotsblok verzegeld.
    Volgens de Joodse Sadduceeën gold dood is dood, maar bij Jezus wist je het maar nooit. Zou ook dit woord van Hem, dat Hij de opstanding is, blijken waar te zijn? Immers zelfs de Romeinse hoofdman en zij die bij hem waren om de Heer Jezus te bewaken, waren door Zijn sterven tot de conclusie gekomen dat dit mens waarlijk een Zoon van God was. (Matt.28:54)
    Doordat de Heer Jezus de pijn des doods heeft doorstaan en toen als ‘Mens Gods’ het dodenrijk is doorgegaan, is er uit Hem leven voortgekomen dat voortaan immuun is voor sterven of dood. De apostel schreef ‘Want wij weten dat Christus, eenmaal uit de doden opgewekt, niet meer sterft: de dood heeft geen macht meer over Hem.’ (Rom.6:9) De Heer Jezus kan niet meer doodgaan en ieder mens die in Hem gelooft en Zijn woord aanvaart, diens ‘verborgen mens des harten’ gaat eveneens over van de dood in het eeuwige leven. Deze mens gaat in de hemel dan eveneens opstaan! Wanneer de Vader vervolgens de tijd in vervulling doet gaan, zullen er zelfs vele leden van Christus zijn van wie ook het fysieke lichaam niet zal sterven, door hun allerheiligst geloof in Jahweh; God van levenden. Zij behouden dus hun aanvankelijk sterfelijke lichaam, tot het moment waarop dit door de Kracht Gods onvergankelijkheid aandoet. (1Kor.15:53,54) Het totale tijdsbestek dat Jezus  in de   dood en het dodenrijk was, is dan als volgt:
    Van donderdag op vrijdag, van vrijdag op zaterdag en van zaterdag op zondag, dus drie dagen en drie nachten. Dit is in overeenstemming met wat de Heer Jezus had voorzegd:
    ‘Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven.’ (Matt.12:40) Om tot de juiste voorstelling en telling van dagen en nachten te komen, volgen wij de telling zoals die is Genesis is aangegeven, ‘Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag.’ (Gen.1:5) Hieruit kunnen we concluderen dat een mens dood kan zijn ook al ziet hij er ogenschijnlijk nog levend uit en kan hij beschikken over zijn fysieke lichaam. Naar zijn inwendige mens is hij dan echter in het klimaat van de dood en hebben zijn doodsvijanden hem afgesneden van het hemels Koninkrijk van God. Het tegenovergestelde leidt tot de volgende conclusie; ook al is een mens fysiek dood dan kan hij desondanks in de hemel, naar zijn inwendige mens, toch in leven zijn omdat hij samen is met God en de Kracht en de heerlijkheid van Zijn Koninkrijk in hem aanwezig zijn. (Luk.20:38)
    Toen wij door wedergeboorte de Geest van Christus konden ontvangen, ontsloot de Heilige Meester de toegang tot Zijn eeuwig Koninkrijk omdat Hij de macht heeft het eeuwige leven te geven wie Hij wil. (Joh.17:2) Als wij dan later lichamelijk sterven heeft de Heer Jezus reeds voor ons de toegang tot het dodenrijk afgesloten, waardoor wij heiligen daar nimmer terecht kunnen komen. Jezus onze Heiland hanteert vanwege ons zijn geliefde volgelingen de sleutels van dood en dodenrijk.
    Vol vreugde handelen in opdracht van Jezus de heilige engelen en begeleiden ons als wij sterven en ons fysieke lichaam verlaten, om in de hemelse schuilplaats van de Allerhoogste plaats te nemen. In deze plaats bevindt zich ook de Heer Jezus want waar Hij is daar wil Hij dat ook Zijn volgelingen bij Hem zijn. Wáár Hij ook heengaat, overal zullen wij bij Hem zijn en voor alle eeuwigheden in Zijn nabijheid verblijven. (Opb.14:4) Dit kan de mens die het eigendom van Jahweh is eeuwig volhouden, want de levenskracht van de Heilige Geest is onuitputtelijk!
    Het is overigens niet de bedoeling dat deze steeds groter wordende groep heiligen na hun sterven altoos in deze verheven schuilplaats van God verborgen blijven. Voor de verdere ontknoping van de Apocalyps, heeft de Vader hen nodig om te worden ingezet bij de definitieve ontmanteling van de laatste vijanden.
    De Heer Jezus Christus en zij die tot Zijn Lichaam behoren, zullen met steun van de engelen Gods te zijner tijd ook de rest van de schepping van de dood en het dodenrijk bevrijden. (Opb.20:13) Eens werd door de profeet Jesaja over de Christus geprofeteerd dat Hij voor eeuwig de dood zou vernietigen: ‘God de Heer vernietigt de dood, voor altijd.
    Hij droogt ieders tranen. Overal op aarde herstelt hij zijn volk in ere, het is zijn eigen belofte.’ (Jes.25:8) Een grote troost voor gelovige en oprechte mensen, want het dodenrijk zal uiteindelijk alle mensen die in haar zijn terug moet geven. Op die manier ontvangen zij hun geliefden terug.
    (Het teken van Jona.)
    Jahu
     
     
     
  5. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in Getsemane   
    "Getsemane" is een klein stukje uit een boek dat ik in 2008 heb geschreven.
    Wat de verderver (Apollyon) betreft, die moest gehoorzamen, omdat de Koning der koningen Jezus Christus eraan kwam en de verderver onmogelijk de kracht en het licht van de Heilige God Jezus Christus kan weerstaan!
  6. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in Getsemane   
    Getsemane
    Vlak voordat de Heer Jezus de beek Kidron oversteekt om en met Zijn discipelen de Hof van Getsemane binnen te gaan en wetende dat Hij nu Zijn doodstraf moet ondergaan, spreekt Hij het hogepriesterlijk gebed: ‘Zo sprak Jezus. Toen sloeg Hij Zijn ogen op naar de hemel en Hij zei: ‘Vader, het is tijd: verheerlijk Uw Zoon, dan zal Uw Zoon U verheerlijken. U hebt hem macht gegeven over alle mensen, macht om eeuwig leven te geven aan allen die U hem hebt toevertrouwd. En dit is eeuwig leven: dat de mensen U kennen, U, de enige ware God, en Jezus Christus, die U gezonden hebt. Ik heb U hier op aarde verheerlijkt door het werk te volbrengen dat U mij had opgedragen. Vader, neem mij nu bij U en verheerlijk mij met de glorie die ik had bij U, voor de wereld bestond. Ik heb Uw naam bekendgemaakt aan de mensen die U mij uit de wereld gegeven hebt. Zij waren van U, en U hebt ze mij toevertrouwd. Zij hebben zich aan Uw woorden gehouden, en nu weten zij dat alles wat U mij hebt gegeven, van U komt. Ik heb hun gezegd wat U mij te zeggen gaf, en zij hebben mijn woorden aanvaard; zij weten dat het waar is dat ik van U ben uitgegaan, en zij geloven dat U mij hebt gezonden.’ (Joh.17:1-8) De Heer Jezus weet dat Zijn Vader Hem niet aan de dood zal overlaten, maar dat Hij Hem zal rehabiliteren en Hem Kracht zal geven om levend het dodenrijk te betreden en om die ook weer te verlaten. ‘Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige de verderving ziet.’ (Ps.16:10)
    Als de Heer Jezus in de handen van zondaars wordt overgeleverd - mensen die de begeerten van de duivel doen en in wie demonen huizen - om veroordeeld te worden, weet Hij tevens dat wanneer alles geheel is volbracht de Vader Hem vanwege Zijn liefde en gehoorzaamheid direct weer van de dood zal verlossen. Dit gebeurde echter niet tijdens Zijn opstanding in de ochtend waarop Maria het graf bezocht, maar veel eerder, terwijl de Heer Jezus nog aan het kruis hangt en Hij Zijn geest in de handen van Zijn Vader beveelt; ‘En Jezus riep met luide stem: ‘Vader, in Uw handen leg ik mijn geest.’ Toen hij dat gezegd had, blies hij de laatste adem uit.’ (Luc.23:46)
    Hieruit komt naar voren dat de Kracht en de heerlijkheid van de Vader weer aan de Heer Jezus gegeven waren en Hij als Christus (Koning door God) en niet als zondeslaaf de hades binnengaat. God was weer met Hem, ook nu Hij dit oude bolwerk van het onzienlijke dodenrijk betreedt. Daar waren de Majesteit en de heerlijkheid van Zijn Vader weder op Hem, waarmee de dood van de Heer Jezus in twee gedeelten uiteen valt.
    Het eerste gedeelte
    Dag 1 – Donderdagavond en de nacht van donderdag op vrijdag.
    Als de Heer Jezus in Getsemane gevangen wordt genomen, omdat vanuit de hemelse gewesten de doodsmachten met toestemming van God toegang tot Hem krijgen, voelt Hij in lichaam en ziel de pijn en de angst vanwege de zonde- en ziektemachten die Hem nu in hun macht hebben gekregen.
    Deze verachtelijke schepsels hadden voor het eerst toegang tot Jezus’ leven en konden hun klimaat en hun duisternis op Hem leggen, iets wat de Heer Jezus nog nooit had gekend omdat Hij nimmer had gezondigd. Als de boze geesten op de Heer Jezus kunnen raken, voltrekt zich synchroon daaraan Zijn gevangenneming, de lichamelijke pijniging vanwege de slaag der Joden, en de geseling door de soldaten van Pilatus.
    Tijdens deze persoonsgerichte strafexpeditie waarin Jezus zeer zwaar werd mishandeld, kon niet meer worden opgemaakt dat het hier om Zijne koninklijke Hoogheid Zelf ging, omdat Hij zo was toegetakeld. (Joh.19:5) Om aan te geven in wat voor ontredderde staat Jezus verkeerde, werd de gegeselde en vernederde Koning met de woorden ‘Zie de mens’ door Pilatus aan Zijn volksgenoten getoond. De Vader had Zijn Zoon Jezus in de macht van de boze geesten gegeven, vergelijkbaar met wat Hij ooit met Job deed. (Job 2:7) De zielensmart die in de Hof was begonnen vanwege de ‘last’ der demonen, openbaart zich direct daarna in hevige lichamelijke pijn die Hem door zondaren werd toegebracht. Dit keer echter mocht satan tot het uiterste gaan en ook het leven van de Rechtvaardige nemen, indien hij dacht Hem daarmee definitief uit te kunnen schakelen.
    Bij Zijn gevangenneming begint voor Jezus het ondergaan van de dood. Jesaja schreef dat Hij Zijn leven vanwege de zonden van vele overtreders heeft uitgegoten in de dood. (Jes.53:12) Om aanschouwelijk te maken van wat er gedurende de tijd die de Heer Jezus aan het kruis hangt in de ‘lucht’ gebeurt, verdwijnt tijdens de climax vanaf het 6e tot het 9e uur zelfs het daglicht en komt er duisternis op aarde. Toen de Heer Jezus vanwege de folteringen lichamelijk helemaal was gesloopt en zo verzwakt dat Hij door uitputting ging sterven, had Hij zichzelf helemaal ontledigd. (Fil.2:7) Geen enkele pretentie of inbreng restte Hem meer, Hij was door Zijn geloof volkomen aangewezen op verlossing door de Kracht van God. Wat de Heer Jezus echter bij het afleggen van de heerlijkheid Gods was gebleven, was Zijn eigen natuur. Hij was nog steeds de Zoon van God, volkomen rechtvaardig. Omwille van ons had Hij de Kracht Gods afgelegd en Zichzelf ontledigd, nu bleef in Hem het ‘zwakke van God’ over; de mens uit God geboren. Dit zwakke van God was ook toen sterker dan de mensen. (1Kor.1:25) Zijn zwakheid wordt door Zijn hemelse Vader direct met Kracht beantwoord, want de Allerhoogste komt Zijn Zoon Jezus te hulp en geeft Hem Zijn kostbare leven terug. Het Koninklijke gebod dat de Heer Jezus ons in de Evangeliën meedeelde ‘Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand’ ‘en uw naaste liefhebben als uzelf.’, daarvan gaf Hijzelf het ultieme voorbeeld door deze geboden ondanks alle pijnigingen, beiden te vervullen. (Matt.22:37-39) De vele wreedheden die op Hem als ‘Geplaagde’ neerkwamen konden bij de Heer Jezus niet bewerken dat Hij de liefde voor Zijn Vader ging verzaken. Deze Zoon van God hield in tegenstelling tot Adam wél de geboden van Zijn Vader en kwam niet als ongehoorzame maar als liefdevolle en gehoorzame Zoon in de dood. Door rechtvaardig te blijven toonde de Heer Jezus inderdaad dat Hij macht had om Zijn leven af te leggen en het vervolgens weer op te nemen.
    Ondanks alle smaad en mishandeling bleef Jezus geloven dat Zijn Vader voor uitredding zou zorgdragen, Hij immers kende Zijn Vader en hield aan Zijn belofte vast. De Heer Jezus is daarmee het Grote Licht dat schijnt in de duisternis en in het rijk van de dood, en de duisternis heeft ondanks deze felle pogingen Hem niet vast kunnen houden. (Joh.1:5).
    Door Jezus’ getuigen van de Waarheid, Zijn prediking en Zijn werken, bescheen Hij allen in Israël die geestelijk in de dood gezeten waren (Luc.1:79). Bij Zijn sterven op Golgota ging Het Licht ook de hades binnen, waar Hij als eerste en laatste levende verbleef om er Zijn Evangelie van de overwinning over zonde en satan te brengen. God betrad de hades om er Zijn eigendom op te komen eisen; de goedwillende zielen die er tegen hun wil moesten verblijven. Het dodenrijk knapte bij deze onderneming van Jezus letterlijk uit zijn voegen, de dorpels moesten worden opgerekt anders kon de Grote Koning met Zijn engelenleger er niet naar binnen! (Ps.24:7) De Heer Jezus kreeg door Zijn sterven de mogelijkheid om ook in het dodenrijk Zijn overwinning te proclameren.
    Zoals Paulus vermeldt voerde de Heer Jezus vanuit de hades krijgsgevangen mede naar de hoge, deze zielen hadden geprobeerd zich tijdens hun leven zo goed mogelijk aan de wet te houden en zochten in hun bestaan Gods wil te doen. (Ef.4:8) Nu werden zij door Hem in vrijheid gesteld en mochten met Jezus mee richting het paradijs. Dit gold eveneens voor de ex-crimineel aan het kruis, want ook hij geloofde dat Heer Jezus Koning was. (Luc.23:42) Zijn geloof en zijn bede aan de Heer Jezus Christus rechtvaardigde deze man op de valreep voor zijn sterven, en zodoende kon de Heer ook hem meenemen uit de dood.
    In tijdsbestek uitgerekend is dit vanaf donderdagavond, nadat de Heer Jezus met Zijn discipelen het laatste avondmaal heeft gebruikt en Hij samen met hen in Getsemane is aangekomen. In deze tuin, die aan de voet van de Olijfberg is gelegen, nadert Jezus de pijn des doods.
    Deze pijn is daarom zo bijzonder hevig omdat Hij de zondelast van de hele mensheid op Zich heeft genomen terwijl de straf, die zonder uitzondering op al deze zonden moet volgen, nu aan Hem met de dood wordt uitbetaald. (Luc.22:44) Ik merk op dat het zinloos is om een ander willekeurig mens die, al is het slechts één maal, de boze heeft gehoorzaamd als losprijs aan te bieden om gekruisigd te worden. In een zondaar zit geen waarde om voor een dergelijk hoge schuld te betalen, hoogstens voor zijn eigen schuld en daar betaalt hij met zijn leven voor.
    Dan komt de nacht van donderdag op vrijdag, waarin Hij geslagen, gespuugd en bespot wordt. In deze eerste avond en nacht verblijft de Heer Jezus in het klimaat van de dood! Zoals de profeet Jona in de parabel door een grote vis werd opgeslokt en het daglicht moest ontberen, zo werd onze Heer Jezus door de duisternis der demonen opgeslokt. (Jona 1:17) Vervolgens vrijdag de hele dag, tot het negende uur. Vrijdag is de dag dat de Heer aan het kruis werd geslagen en daaraan stierf. Omdat aan het eind van deze dag de Joodse sabbat begint, moest vanwege reinigingsvoorschriften de Heer Jezus vóór zonsondergang van het kruis worden gehaald en begraven. Gedurende deze hele periode heeft Hij van de Majesteit en de Kracht van de Allerhoogste geen gebruik gemaakt, staan de scharen heilige engelen de Heer Jezus voor het eerst in Zijn leven niet meer ten dienste en zal Hem Zijn vleselijke lichaam met geweld worden afgenomen. Dit alles was Jezus vooraf bekend en desondanks wilde Hij dat de wil van Zijn Vader zou prevaleren boven Zijn persoonlijk welzijn. (Joh.12:27-33) Met het ondergaan van de gruwelijke last de dood, vanaf Getsemane tot en met het kruis, komt de Heer Jezus in Zijn stervensfase. Dit was er een van geestelijke benauwenis en angst, van bespotting en vernedering, van lichamelijke pijniging en tenslotte Zijn sterven. De Vader had Hem overgegeven in de handen van Zijn vijanden, zowel in de hemel als op aarde. Jezus getuigt daarvan tegenover de overpriesters en hoofdlieden van de Joodse tempel met de woorden: ‘Terwijl Ik dagelijks bij u was in de tempel, hebt gij geen hand naar Mij uitgestoken. Maar dit is uw ure en de macht der duisternis.’ (Luc.22:53) Uit liefde voor Zijn Vader en uit liefde voor hen die Hem volgen - en nog gaan volgen - zag Hij niet op de smart van Zijn eigen dood maar blikte Hij vooruit op de vreugde van een grote schare verloste mensen, die door Zijn offer eveneens met de Heilige Geest gedoopt konden worden. (Jes.53:10b) Als de Heer Jezus sterft, verlaat Hij de pijn en de ellende van het klimaat van de dood en treedt Hij als Gods Koning het rijk van de dood binnen, om ook deze machthebber te onttronen. Jezus Christus nam dus niet slechts de sleutel van de dood in ontvangst, vanwege het feit dat Hij tijdens Zijn martelingen niet één maal zondigde maar rechtvaardig de wil van God bleef doen. Nu Hij in de hemelse gewesten het rijk van de dood of hades betreedt, neemt Hij ook daarvan de sleutel in bezit. De Heer Jezus kwam dan ook niet als een overweldigde, een gevangen zondeslaaf het domein van Apollyon binnen, maar als de grote Koning die Hij is met al Zijn superioriteit en macht. Eenmaal in de hades vordert Hij de zielen van de rechtvaardigen, die ooit in de oude tijd waren gestorven. De verderver (Apollyon) die nimmer een gevangene had laten gaan (dood was dood), werd nu door Koning Jezus bevolen zijn kerkers open te stellen. Het is voor het eerst dat een Levende, dus iemand zonder zonde in het dodenrijk verschijnt.
    Deze necropolis was hier logischerwijze ook niet op berekend, vandaar dat haar bewakers vragen ‘Wie is toch de Koning der ere? Waarop Gods engelenlegers antwoorden: ‘Jahweh, sterk en geweldig, Jahweh, geweldig in de strijd.’ (Ps.24:8) Daarna zal er ook geen rechtvaardig mens meer in dit dodenrijk terechtkomen, want wie in de Heer Jezus Christus gelooft is waarlijk gerechtvaardigd en onze Heer zegt Zelf dat wie in Hem gelooft zal leven ook al is hij gestorven, dus gescheiden van zijn lichaam. (Joh.11:25) Jezus Christus kan als Overwinnaar terecht zeggen dat Hij ook deze beide sleutels heeft, van de dood en van het dodenrijk. (Opb.1:18) Let wel: vanaf het begin van de eerste lijdensdag op donderdagavond in de Hof van Getsemane, aanhoudend tot aan vrijdag het negende uur als de Heer Jezus sterft aan het kruis, lukt het satan in deze periode van agressie en pijniging niet één keer om Jezus aan te zetten iets tegen de wil van Zijn Vader te doen. Hiervan getuigen tal van Jezus’ reacties, bijvoorbeeld als Hij in de Hof door een man uit Zijn eigen kring wordt verraden, dan raakt Hij niet gefrustreerd of wraakzuchtig maar noemt deze verrader ‘vriend’. (Matt. 26:50) Zo ook als Hij vervolgens door gewapende mannen gevangen wordt genomen en het daarbij tot een schermutseling komt, raakt Hij het afgeslagen oor van Malchus, één van de agressors aan en geneest hem. (Luc. 22:51) Hij weet dat als Hij Zijn Vader daarom zou vragen, Deze Hem twaalf legioenen engelen ter beschikking zal stellen, doch Hij bidt daar niet om maar laat de soldaten begaan.
    Ook als Koning Jezus daarna aan de hogepriester Kajafas en de Joodse Schriftgeleerden wordt voorgeleid, door wie Hij in het gezicht wordt gespuwd en met vuisten wordt geslagen, slaat Hij niet terug en dreigt Hij hen evenmin maar laat het daarbij en geeft Hij alles over aan God, van wie Hij weet dat Die juist zal oordelen. (1Petr.2:23) Deze loochening en miskenning van Jezus’ goedheid en dat Hij van geboorte Gods Zoon is, gebeurde door de Joodse elite in de avond en nacht van donderdag op vrijdag.
    Dag 2 – Vrijdagavond en de nacht van vrijdag op zaterdag.
    Zonder dat de Heer Jezus aan slaap of nachtrust is toegekomen, wordt Hij vrijdagmorgen al vroeg door de overpriesters en oudsten van het Joodse volk geboeid en overgedragen aan de Romeinse stadhouder Pilatus, met de intentie dat deze Hem tot de doodstraf zal veroordelen. Nadat Pilatus de Heer Jezus heeft bevraagd waar men Hem van beschuldigd, komt de stadhouder tot de conclusie dat hij in deze mens geen enkele schuld kan vinden waar de doodstraf op staat.
    Pilatus probeert dan ook vanaf dat moment om de Heer Jezus los te laten, doch de Joden schreeuwden ‘Weg met Hem! Kruisig Hem!’ Uiteindelijk, als Pilatus niet onder hun aanhoudend verzoek Hem te kruisigen vandaan kan, laat hij de Heer Jezus geselen en geeft hij Hem aan hen over om gekruisigd te worden. (Joh.19:15,16) Als de Heer Jezus door de gehele afdeling der Romeinse soldaten is bespot en geslagen, voeren zij Hem af naar de Schedelplaats Golgota, waar zij Hem in de loop van vrijdag (op het derde) uur kruisigen. Terwijl de Heer Jezus al aan het kruis hangt en Hij voor de Joden geen enkele bedreiging meer vormt, gaan zij toch nog door Hem te bespotten. Terwijl zij er eigenlijk van overtuigd kunnen zijn dat zij deze hun godsdienstvijand hebben overwonnen, gaan zij nochtans door Hem te kleineren en proberen Hem wanhopig te maken. Tot op het laatste moment spreekt satan zo door vele mensen heen om de Heer Jezus Zijn geloof en vertrouwen in God af te nemen. (Marc.11:22) Als de Heer Jezus onder hevige pijnen zijn laatste stervensuren doorbrengt, lezen we de reacties van de omstanders: ‘En de voorbijgangers spraken lastertaal tegen Hem, schudden hun hoofd en zeiden: Ha, Gij, die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, red Uzelf, kom af van het kruis!  Evenzo spotten de overpriesters onder elkander samen met de Schriftgeleerden, en zij zeiden: Anderen heeft Hij gered, Zichzelf kan Hij niet redden. Laat de Christus, de Koning van Israël, nu afkomen van het kruis, dat wij het zien en geloven. Ook die met Hem gekruisigd waren beschimpten Hem.’ (Marc.15:29-32) Het antwoord van de Heer Jezus op het onwaardig spreken en handelen der ongelovige mensen is dat Hij voor hen bidt met de woorden ‘Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen’ (Luc.23:34) Hij blijft rechtvaardig, Hij blijft vol liefde voor Gods gebod en liefdevol jegens Zijn naasten en Hij zondigt niet.
    Tijdens de tijd dat de satan over de Heer Jezus kon heersen, zette deze alles op alles om de Meester ook maar één enkele keer zover te brengen dat Hij ongehoorzaam aan Zijn Vader wordt, om Hem dan zo, vanwege deze ongehoorzaamheid aan God, in zijn dienst te brengen. Zoals bekend kan de mens die door de zonde eenmaal in satans diens treedt, niet meer opstaan uit het dodenrijk. Dit was de misrekening geweest die de duivel had gemaakt toen God hem het voorstel had gedaan om Zijn Zoon de enige Rechtvaardige mens als losprijs voor alle onrechtvaardige mensen te ruilen. (Matt.20:28) De duivel kon niet geloven dat de mens Jezus zo goed en rechtvaardig was en van dermate kwaliteit, dat ook wanneer de Sterke arm van Zijn Vader Hem had verlaten en het gruwelijke geweld der demonenlegers op Hem losbarstte, de Heer Jezus ondanks dat dezelfde dus rechtvaardig en goed zou blijven. De duivel had iedereen ten val kunnen brengen, ieder mens was vroeg of laat in zijn dienst gekomen en was de goede God ongehoorzaam geworden. Ook bij deze mens Jezus zou het hem lukken! Dit was de redenering van de duivel. Maar de satan is niet bij machte om de hoog verheven gedachten van de Allerhoogste God te doorgronden en hij had er geen rekening mee gehouden dat een mens uit God geboren kan worden. Want ieder mens die uit God geboren is zondigt niet, en op die mens heeft de boze geen vat. (1Joh.5:18) De satan had tijdens het leven van de Heer Jezus voortdurend geprobeerd Hem te verleiden en Hem zodoende in zijn dienst te stellen, want in wiens dienst men zich vrijwillig stelt die moet men gehoorzamen. (2Petr.2:10) Vanwege de ‘Almachtige Kracht uit de hoge’ had de Heer Jezus altijd de aanvallen en listen van de duivel weten te pareren. Nu de geestelijke en lichamelijke bescherming rond Jezus was opgeheven, had de duivel vrije toegang tot de Uitverkorene.
    Wat hem door middel van leugen en verleiding bij de Heer Jezus niet was gelukt zou hem dit keer door bruut geweld wel lukken, indien hij Jezus maar eenmaal in zijn macht had en Hem kon vermoorden!
    De duivel dacht dat hij van ieder mens een zondaar kon maken, dus ook van deze uit God geboren Zoon des mensen. Bij de gehele mensheid was hem dat gelukt, bij allen die uit een vrouw waren geboren, ja zelfs bij de mens die in begin door God Zelf was geschapen. (Gen.1:27) Die eerste mens die God al scheppende tot stand had gebracht was ook Gods zoon. (Luc.3:38) Dat satan bij deze ‘tweede’ mens wederom met een Zoon van God te maken kreeg was dus niet zo bijzonder, het was hem al eerder gelukt om een zoon van Jahweh God ten val te brengen. Als het hem ook dit keer zou lukken om deze ‘nieuwe’ Zoon tot ongehoorzaamheid aan Zijn Vader te brengen - indien de Zoon de Vader niet boven álles lief had -, dan zou de Heer Jezus ook Zelf een zondeschuld maken en was het herstelplan van de Vader voor altijd verloren. De duivel zette hiertoe vanaf Getsemane tot en met Golgota, door middel van verraad, hoon, bespotting, vernedering, haat en geweld, alles op alles!
    De haat die satan jegens zijn Schepper heeft en Wiens evenbeeld hij nu al jaren in Zijn Zoon Jezus had gezien, kon hij op Golgota eindelijk in alle hevigheid tonen en ten uitvoer brengen. De duivel moest ook deze nieuwe hemelse mens aan zichzelf onderdanig maken. De kans om dit te doen liet hij zich niet ontnemen en nu de Allerhoogste hem had toegestaan om Zijn Zoon te doden in ruil voor zondaars, moest deze bezeten machtswellusteling hiervan gebruik maken. Hij meende dat hij de Heer Jezus in deze martelperiode tot ongehoorzaamheid en dus liefdeloosheid kon pressen, om Hem vervolgens te vermoorden. Daarmee zou hij dan de waardevolste en belangrijkste Persoon voor altijd hebben geëlimineerd, waardoor hij de macht over de wereld zou behouden. Als deze Jezus eenmaal was uitgeschakeld, zou God niets meer kunnen doen om hem nog zijn verworven rijk te ontnemen. Jezus, die zijn werkterrein en territorium was binnengedrongen zou bezwijken, waardoor de heerschappij over de aarde en de mensen erop voor altijd van satan zou blijven.
    Ditmaal wordt de Heer Jezus onder pressie gezet om te doen wat de boze in het begin van de evangeliën aanvankelijk met listige woorden probeerde, bijvoorbeeld toen de verzoeker zei: ‘Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dan, dat deze stenen broden worden.’ (Matt.4:3) Jezus zou door te gehoorzamen dienstbaar aan satan zijn geworden. Uiteindelijk als de Heer Jezus Zijn taak helemaal gaat volbrengen en Hij reeds aan het kruis hangt, zijn er verschillende mensen die Hem bespotten en openlijk in twijfel trekken of Hij inderdaad de waarachtige Zoon van God is. Zelfs op de valreep probeert de boze nog om de Heer Jezus uit de dienst van Zijn Vader te brengen, door het lijden niet volledig te ondergaan maar van lichamelijk sterven af te zien: ‘Gij, die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, red Uzelf, indien Gij Gods Zoon zijt, en kom af van het kruis!’ (Matt.27:40) Deze mensen werden door de duivel geïnspireerd, die zo probeerde door de mond van zondaren heen om de Heer Jezus te ontmoedigen en Hem Zijn geloof af te nemen, dat Zijn Vader voor een uitkomst zou zorgen; ook al moest die uitkomst dwars door de dood heen tevoorschijn komen!
    Denk in dit verband ook aan het geloof van Abraham, die geloofde dat hij zijn zoon Izaäk terug zou krijgen, ook als dat betekende dat die eerst zou sterven. (Hebr.11:18b) Indien de Heer Jezus Zijn lijdensweg niet geheel ten einde zou gegaan zijn door ergens voortijdig een einde aan de martelingen te maken en Zijn Vader om hulp van de heilige engelen te vragen, dan zou Hij de wil van de Allerhoogste niet geheel volbracht hebben. Doch de Heer Jezus hield tot en met Zijn sterven vol en deed de wil van Zijn Vader, ongeacht de gevolgen voor Zijn eigen leven. Bij aanvang van Zijn lijden bad de Heer Jezus daar in Getsemane over: ‘Abba, Vader, alles is U mogelijk, neem deze beker van Mij weg. Doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt.’ (Marc.14:36) Jezus geloofde dat de Vader altijd trouw blijft aan hetgeen Hij heeft gesproken, ook op dit punt kende de Heer Jezus de Schrift. (Ps.16:10,11) De macht van de duivel was niet voldoende om Jezus Christus tegen de wil van Zijn Vader te laten spreken of te handelen. De Meester had gezegd ‘want met het oordeel, waarmede gij oordeelt, zult gij geoordeeld worden, en met de maat, waarmede gij meet, zal u gemeten worden.’ (Matt.7:2) De Heer Jezus wilde dat de Vader Hem onder de zondelast der mensheid vandaan zou halen, daartoe rekende ook Hij Zijn schuldenaren hun zonden niet aan.
    Koning Jezus leefde als rechtvaardige en stierf als rechtvaardige en op grond hiervan kon de Vader Hem uit de dood regenereren.
    Het tweede gedeelte
    Dit gedeelte begint aan het eind van de eerste dag, op vrijdag vanaf omstreeks het negende uur als de Heer Jezus sterft en Zijn lichaam aflegt, wat overigens niet tot ontbinding overgaat:
    ‘Ik stel mij de HERE bestendig voor ogen; omdat Hij aan mijn rechterhand staat, wankel ik niet. Daarom verheugt zich mijn hart en juicht mijn ziel, zelfs mijn vlees zal in veiligheid wonen; want Gij geeft mijn ziel niet prijs aan het dodenrijk, noch laat Gij uw gunstgenoot de groeve zien. Gij maakt mij het pad des levens bekend; overvloed van vreugde is bij uw aangezicht, liefelijkheid is in uw rechterhand, voor eeuwig.’ (Ps.16:8-11) Terwijl de Heer Jezus lichamelijk sterft geeft Hij Zijn geest over aan Zijn Vader en Deze verlost Zijn Zoon onmiddellijk van de doodsmachten door Hem in Zijn Handen, dat is de Kracht van de Heilige Geest, op te nemen en Zijn heerlijkheid weder op Hem te leggen. (Matt.12:18) Voor de omstanders is het nu voorbij. Het is afgelopen met Jezus, Hij is gestorven. Nu is Hij dood. Terwijl Hij in feite, verborgen voor de ogen van de ongeestelijke mensenmassa, juist uit Zijn lijden is verlost en de heerlijkheid en het Koningschap van de Allerhoogste opnieuw heeft ontvangen. Dit is het moment waarop de apostel Petrus duidde toen hij schreef:
    ‘Want ook Christus is eenmaal om de zonden gestorven als rechtvaardige voor onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen: Hij, die gedood is naar het vlees, maar levend gemaakt naar de geest, in welke Hij ook heengegaan is en gepredikt heeft aan de geesten in de gevangenis’ (1Petr.3:18,19) De ongeestelijke omstanders daarentegen hebben er geen idee van dat de Heer Jezus met Zijn sterven, naar de geest juist tot opstanding is gekomen. De menigte denkt nu pas dat Hij dood is, Zijn ontzielde lichaam is voor iedereen het bewijs.
    Het is daarbij opmerkelijk en zeer heugelijk te lezen dat ten tijde van Jezus’ sterven er direct vele lichamen van ontslapen heiligen werden opgewekt. Dit betekent dat de Vader deze reeds gestorven gelovigen opnieuw van een lichaam kon voorzien doordat deze mensen, vanwege de overwinning van Jezus Christus over de dood, ook uit de gevangenschap van het dodenrijk werden bevrijd. Ditmaal echter ontvingen zij van God een ander en beter lichaam dan het oude lichaam dat zij ooit hadden.
    Zij ontvingen van Hem een onsterfelijk lichaam zoals ook Mozes en Elia die hebben, waarmee zij zich niet alleen in de zichtbare wereld maar ook in de hemelen kunnen bewegen. (Matt.27:52) De volgende zin van hetzelfde hoofdstuk verklaart dit moment dan ook terecht als Jezus’ opstanding, terwijl Zijn lichaam evenwel nog aan het kruis hangt!
    Jozef van Arimetea neemt vervolgens Zijn lijk van het kruis en legt het in een nieuw graf, dat hij uit een rots heeft laten uithouwen. Ook Jezus’ volgelingen zien aanvankelijk niet op Zijn geestelijke opstanding maar denken nu Hij is gestorven dat alles voorbij is. Zonder zich te herinneren wat hun Meester hen van te voren over Zijn opstanding had gezegd, waren zij na Zijn executie verslagen over Zijn ‘dood’ achtergebleven. (Marc.9:31en16:10,11) Terwijl men de rouw over Hem bedrijft, gaat Jezus als machtige Koning de hemelen door en predikt Zijn overwinning over de dood aan de gestorvenen in het dodenrijk, de ‘gevangenis’. Halleluja, eeuwige glorie voor Jahweh God!
    Vanaf vrijdag omstreeks ‘het negende uur’ en de nacht van vrijdag op zaterdag, de Joods rustdag, is Jezus lichamelijk in het graf maar naar de inwendige mens reeds levend gemaakt en heeft Hij Zijn Koningschap reeds gepredikt in de hades.
    Dag 3 – Zaterdagavond en de nacht van zaterdag op zondag.
    Dan de nacht van zaterdag op zondag, de dag waarop de Heer Jezus opnieuw lichamelijk verschijnt. Zijn opstanding uit de dood en Zijn terugkeer uit het dodenrijk zijn daarmee voltooid. De Heer Jezus heeft zo door de hemelen door te gaan ook hen, die ten tijde van het Oude Testament de hoop op Jahweh’s redding hadden vastgehouden, van het dodenrijk gered. Hij is daarmee niet alleen voor ons maar ook voor hen de grond van hun opstanding geworden. Voor alle zekerheid hadden de Joden het graf waarin het lichaam van de Heer Jezus was gelegd van buitenaf met een rotsblok verzegeld.
    Volgens de Joodse Sadduceeën gold dood is dood, maar bij Jezus wist je het maar nooit. Zou ook dit woord van Hem, dat Hij de opstanding is, blijken waar te zijn? Immers zelfs de Romeinse hoofdman en zij die bij hem waren om de Heer Jezus te bewaken, waren door Zijn sterven tot de conclusie gekomen dat dit mens waarlijk een Zoon van God was. (Matt.28:54)
    Doordat de Heer Jezus de pijn des doods heeft doorstaan en toen als ‘Mens Gods’ het dodenrijk is doorgegaan, is er uit Hem leven voortgekomen dat voortaan immuun is voor sterven of dood. De apostel schreef ‘Want wij weten dat Christus, eenmaal uit de doden opgewekt, niet meer sterft: de dood heeft geen macht meer over Hem.’ (Rom.6:9) De Heer Jezus kan niet meer doodgaan en ieder mens die in Hem gelooft en Zijn woord aanvaart, diens ‘verborgen mens des harten’ gaat eveneens over van de dood in het eeuwige leven. Deze mens gaat in de hemel dan eveneens opstaan! Wanneer de Vader vervolgens de tijd in vervulling doet gaan, zullen er zelfs vele leden van Christus zijn van wie ook het fysieke lichaam niet zal sterven, door hun allerheiligst geloof in Jahweh; God van levenden. Zij behouden dus hun aanvankelijk sterfelijke lichaam, tot het moment waarop dit door de Kracht Gods onvergankelijkheid aandoet. (1Kor.15:53,54) Het totale tijdsbestek dat Jezus  in de   dood en het dodenrijk was, is dan als volgt:
    Van donderdag op vrijdag, van vrijdag op zaterdag en van zaterdag op zondag, dus drie dagen en drie nachten. Dit is in overeenstemming met wat de Heer Jezus had voorzegd:
    ‘Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven.’ (Matt.12:40) Om tot de juiste voorstelling en telling van dagen en nachten te komen, volgen wij de telling zoals die is Genesis is aangegeven, ‘Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag.’ (Gen.1:5) Hieruit kunnen we concluderen dat een mens dood kan zijn ook al ziet hij er ogenschijnlijk nog levend uit en kan hij beschikken over zijn fysieke lichaam. Naar zijn inwendige mens is hij dan echter in het klimaat van de dood en hebben zijn doodsvijanden hem afgesneden van het hemels Koninkrijk van God. Het tegenovergestelde leidt tot de volgende conclusie; ook al is een mens fysiek dood dan kan hij desondanks in de hemel, naar zijn inwendige mens, toch in leven zijn omdat hij samen is met God en de Kracht en de heerlijkheid van Zijn Koninkrijk in hem aanwezig zijn. (Luk.20:38)
    Toen wij door wedergeboorte de Geest van Christus konden ontvangen, ontsloot de Heilige Meester de toegang tot Zijn eeuwig Koninkrijk omdat Hij de macht heeft het eeuwige leven te geven wie Hij wil. (Joh.17:2) Als wij dan later lichamelijk sterven heeft de Heer Jezus reeds voor ons de toegang tot het dodenrijk afgesloten, waardoor wij heiligen daar nimmer terecht kunnen komen. Jezus onze Heiland hanteert vanwege ons zijn geliefde volgelingen de sleutels van dood en dodenrijk.
    Vol vreugde handelen in opdracht van Jezus de heilige engelen en begeleiden ons als wij sterven en ons fysieke lichaam verlaten, om in de hemelse schuilplaats van de Allerhoogste plaats te nemen. In deze plaats bevindt zich ook de Heer Jezus want waar Hij is daar wil Hij dat ook Zijn volgelingen bij Hem zijn. Wáár Hij ook heengaat, overal zullen wij bij Hem zijn en voor alle eeuwigheden in Zijn nabijheid verblijven. (Opb.14:4) Dit kan de mens die het eigendom van Jahweh is eeuwig volhouden, want de levenskracht van de Heilige Geest is onuitputtelijk!
    Het is overigens niet de bedoeling dat deze steeds groter wordende groep heiligen na hun sterven altoos in deze verheven schuilplaats van God verborgen blijven. Voor de verdere ontknoping van de Apocalyps, heeft de Vader hen nodig om te worden ingezet bij de definitieve ontmanteling van de laatste vijanden.
    De Heer Jezus Christus en zij die tot Zijn Lichaam behoren, zullen met steun van de engelen Gods te zijner tijd ook de rest van de schepping van de dood en het dodenrijk bevrijden. (Opb.20:13) Eens werd door de profeet Jesaja over de Christus geprofeteerd dat Hij voor eeuwig de dood zou vernietigen: ‘God de Heer vernietigt de dood, voor altijd.
    Hij droogt ieders tranen. Overal op aarde herstelt hij zijn volk in ere, het is zijn eigen belofte.’ (Jes.25:8) Een grote troost voor gelovige en oprechte mensen, want het dodenrijk zal uiteindelijk alle mensen die in haar zijn terug moet geven. Op die manier ontvangen zij hun geliefden terug.
    (Het teken van Jona.)
    Jahu
     
     
     
  7. Like
    Jahu reageerde op Breuk in JEZUS is CHRISTUS   
    Filippenzen 2:9 Daarom heeft God Hem ook bovenmate verhoogd en heeft Hem een Naam geschonken boven alle naam,
    10. opdat in de Naam van Jezus zich zou buigen elke knie van hen die in de hemel, en die op de aarde, en die onder de aarde zijn,
    11. en elke tong zou belijden dat Jezus Christus de Heere is, tot heerlijkheid van God de Vader.
     
    Psalm 97:7 Beschaamd moeten zijn allen die beelden dienen en zich op de afgoden beroemen.
            Buig u voor Hem neer, alle goden.
    8. Sion heeft het gehoord en zich verblijd, de dochters van Juda hebben zich verheugd
            vanwege Uw oordelen, HEERE.
    9. Want U, HEERE, bent de Allerhoogste over de hele aarde,
        U bent zeer hoog verheven boven alle goden.
    (Jezus die de dingen doet die aan God worden toegeschreven)
    Handelingen 7:59 En zij stenigden Stefanus, terwijl deze Jezus aanriep en zei: Heere Jezus, ontvang mijn geest.
    60. En terwijl hij op de knieën viel, riep hij met luide stem: Heere, reken hun deze zonde niet toe! En toen hij dat gezegd had, ontsliep hij.
    1 Korinthe 1:2 aan de gemeente van God die in Korinthe is, aan de geheiligden in Christus Jezus, geroepen heiligen, met allen die de Naam van onze Heere Jezus Christus aanroepen, in elke plaats, zowel hun als onze Heere:
    3. genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus.
    Ga zelf verder op onderzoek:
    https://www.pthu.nl/bijbelblog/2015/08/hoe-kunnen-we-de-drie-eenheid-van-vader-zoon-en-geest-uitleggen-op-basis-van-bijbelteksten/
    https://wachttorenkijker.wimdegoeij.nl/jehova-getuigen-aanbidden-here-jezus-christus-niet/
    Wim de Goeij (ex-JG):
    Het Griekse woord “prosekunhsan” of (pro·skuʹne·o) wordt op een aantal plaatsen in de NWT vertaald met “aanbidden”. Maar alle teksten waar dit woord in voorkomt en die betrekking hebben op de Here Jezus, op aarde en ná Zijn opstanding, worden vertaald met “hulde”. Het WTG wil de Here Jezus Christus niet aanbidden. Daarom is men krampachtig bezig geweest om hun eigen vertaling aan te passen ten einde dit te “ondersteunen”. Op hun website staat dit artikel, onder de direct al misleidende titels “De zienswijze van de bijbel” “Is het juist om Jezus te aanbidden?“ Want wat volgt is niet de zienswijze van de Bijbel, maar die van het wachttorengenootschap. Kijk het maar na. Het is belangrijk om dit goed in gedachten te houden. Weet dat de geponeerde stellingen niet van God afkomstig zijn.
  8. Like
    Jahu reageerde op Breuk in JEZUS is CHRISTUS   
    Mattheüs 2:11 En toen zij in het huis kwamen, vonden zij het Kind met Maria, Zijn moeder, en zij vielen neer en aanbaden Het. Zij openden hun schatkisten en brachten Hem geschenken: goud en wierook en mirre.  (NB. Als vooruitblik naar het aanbidden door de heidenen)

    Mattheüs 28:9 Toen zij weggingen om het aan Zijn discipelen bekend te maken, zie, Jezus kwam hun tegemoet en zei: Wees gegroet! Zij gingen naar Hem toe, grepen Zijn voeten en aanbaden Hem.
    17. En toen zij Hem zagen, aanbaden zij Hem, maar sommigen twijfelden.
    Lukas 24:52 En zij aanbaden Hem en keerden terug naar Jeruzalem met grote blijdschap.
    Openbaring 5:6 En ik zag, en zie: te midden van de troon en van de vier dieren en te midden van de ouderlingen stond een Lam als geslacht, met zeven hoorns en zeven ogen. Dat zijn de zeven Geesten van God, die uitgezonden zijn over heel de aarde.
    8. En toen Het de boekrol genomen had, wierpen de vier dieren en de vierentwintig ouderlingen zich vóór het Lam neer. Zij hadden elk een citer en gouden schalen vol reukwerk. Dit zijn de gebeden van de heiligen.
    12. En zij zeiden met luide stem: Het Lam Dat geslacht is, is het waard om de kracht te ontvangen, en rijkdom, wijsheid, sterkte, eer, heerlijkheid en dankzegging.
    13. En elk schepsel dat in de hemel, op de aarde, onder de aarde en op de zee is, en alles wat daarin is, hoorde ik zeggen: Aan Hem Die op de troon zit, en aan het Lam zij de dankzegging, de eer, de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid.
    14. En de vier dieren zeiden: Amen. En de vierentwintig ouderlingen wierpen zich neer en aanbaden Hem Die leeft in alle eeuwigheid.

    Mattheüs 14:33 Zij die in het schip waren, kwamen Hem aanbidden en zeiden: Werkelijk, U bent de Zoon van God!
    Hebreeën 1:2 Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft.
    6. En wanneer Hij vervolgens de Eerstgeborene in de wereld brengt, zegt Hij: En laten alle engelen van God Hem aanbidden.
    8. maar tegen de Zoon zegt Hij: Uw troon, o God, bestaat in alle eeuwigheid. De scepter van Uw koninkrijk is een scepter van het recht.
    13. En tegen wie van de engelen heeft Hij ooit gezegd: Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden neergelegd heb als een voetbank voor Uw voeten?
  9. Like
    Jahu reageerde op Fundamenteel in Alfa en Oméga   
    Het is tot mijn vaststelling gekomen dat wij wel graag over Jezus praten, maar Hem niet volgen. En dat geloven in Hem nog niet volgen betekent. Onze schermtijd bewijst het in vergelijking met onze leestijd in de Bijbel.
  10. Like
    Jahu reageerde op Flawless victory in Alfa en Oméga   
    Je hebt  onderweg van je woestijn je afgod gemaakt. Wat een dor godsbeeld. De extremiteit van een negatieve theologie.
  11. Like
    Jahu reageerde op Breuk in Alfa en Oméga   
    Het gaat er juist om dat deze specifieke God zich openbaart in Israël en in Jezus. Juist in de tijd gebeurt dit.  
    Johannes 1:14 En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (hier staat getabernakeld met een verwijzing naar de TeNaCh).
    Naardense bijbel      
    Johannes 1:9-12,14
    het waarachtige licht dat iedere mens verlicht, is geweest komende tot de wereld.    
    In de wereld is het geweest en de wereld is erdoor geworden, en de wereld heeft hem niet herkend;    
    tot het zijne is hij gekomen en de zijnen hebben hem niet aangenomen;    
    maar zovelen hem hebben aangenomen, hun heeft hij de volmacht gegeven kinderen van God te worden,- 
    zij die geloven in zijn naam;    
    Het spreken is vlees-en-bloed geworden en heeft bij ons zijn tent opgeslagen;
     
  12. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in Zoon van David   
    Koning David dichtte Psalm 110.
    "Een psalm van David. De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken: Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden gezet zal hebben tot een voetbank Uwer voeten." (Ps.110:1)
    Al in het eerste vers van het Nieuwe Testament wordt de Heer Jezus Christus de ‘Zoon van David’ genoemd. (Mat.1:1)
    En vervolgens lezen we dat de Heer Jezus 28 geslachten na David werd geboren.
    Dit resulteerde in de vraag die de Heer Jezus Christus aan de Farizeën stelde: 'Indien Hem dan David noemt zijn Heere, hoe is Hij zijn Zoon?' (Mat.22:45)
    Uiteraard is hierop maar één antwoord mogelijk namelijk dat God ‘in het vlees’ is gekomen, dat wil zeggen dat Hij werd geboren als een mens. (1Joh.4:3)
    De Joodse Sadduceeërs en Farizeeërs wilden niet erkennen dat God toen in hun midden was, evenmin als de (OT) Joden van tegenwoordig dat willen. Unitaristen zoals Joden, Moslims en Jehova Getuigen ontkennen dat de Heer Jezus de waarachtige God is. Deze groepen verwerpen daarmee de leer van Jezus Christus en Zijn apostelen, dus het Nieuwe Testament.
    Maar van de Joden staat in Mattheüs dat niemand Hem een woord kon antwoorden, noch dat iemand Hem van dien dag aan iets meer durfde vragen. (v46) Dat kunnen in onze tijd de Joden, de Moslims en de Jehova Getuigen dus ook niet, omdat zij Hem niet als de waarachtige God aanbidden! Het is zoals Paulus schreef, het tegenwoordige Jeruzalem (OT Joden) en de slavin Hagar (Moslims) staan op één lijn. (Gal.4:25) En wat dat betreft zijn de Jehova Getuigen erbij gaan staan!
  13. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in Alfa en Oméga   
    Alfa en Oméga
    ‘Ik ben de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.’ (Opb.1:8)
    Dat de Heer Jezus Christus de waarachtige God en het eeuwige is, roept in de discussie veel weerstand op bij unitaristen zoals bv. de Jehova Getuigen.
    Maar dat Hij de waarachtige God is hangt allerminst af van wat forumleden van Hem vinden of schrijven, doorslaggevend is wat de Heilige Schrift van de Heer Jezus zegt.
    Bij lastige onderwerpen valt steeds op dat wij er verstandig aan doen om ons zoveel mogelijk te baseren op wat in de Schrift staat. Met andere woorden, de Schrift zelf de Schrift laten verklaren is het meest ideaal, want die is nog steeds verheven boven onze persoonlijke mening.
    In het aangehaalde Bijbelvers uit Openbaring 1, is het ‘de Heere’ Zelf Die zegt: ‘Ik ben de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde’. Hij is de Almachtige God, Die is, en Die was, en Die komen zal.
    Deze ene zin uit de Schrift bevat veel belangrijke informatie voor ons:
    1e  Hij is de Almachtige.
    2e  Hij Zelf spreekt tot ons.
    3e  Hij zegt: ‘Ik ben de Alfa en Oméga’.
    4e  Hij wordt geïdentificeerd met ‘Die is’, en Die was, en Die komen zal. (Ego Eimi)
    Maar wie is de Almachtige, en hoe is Zijn Naam? Om dan nu deze vraag niet zomaar naar eigen voorkeur te beantwoorden maar de Schrift met de Schrift zelf te verklaren, is het voldoende om in het boek Openbaring te blijven. In hoofdstuk 22 is opnieuw de Almachtige aan het woord en wordt Opb.1:8 bijna letterlijk door Hem herhaald:
    ‘Ik ben de Alfa, en de Oméga, het Begin en het Einde; de Eerste en de Laatste.’ (Opb.22:13)
    Er kan immers maar één ‘de Alfa en Oméga’, zijn en er kan ook maar één ‘het Begin en het Einde’ zijn, en dat is de Heere de Almachtige Zelf.
    De Spreker gaat door en in vers 16 wordt door Hem het onweerlegbare antwoord gegeven op de vraag wie de Almachtige is: ‘Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om ulieden deze dingen te getuigen in de Gemeenten. Ik ben de Wortel en het geslacht Davids, de blinkende Morgenster.’ (Opb.22:16)
    De Heer Jezus Christus is volgens het boek Openbaring de Almachtige God.
     
     
  14. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in Eén God, één Naam, Jezus Christus.   
    Toen ik in januari met dit topic begon, Eén God, één Naam, Jezus Christus, heb ik er direct bij gezet: "Er is maar één God en Zijn Naam is Jezus Christus."
    Ik ging ervan uit dat hierin ook gelezen zou worden, dat God één Persoon is. Eén Persoon met een Geest, met een Lichaam, en met een Naam. Dit is volgens uw Bijbel van toepassing op de Heer Jezus Christus: Zijn Geest is de Heilige Geest, Zijn Lichaam is volgens verkondiging uit de hemel Heilig (Luk.1:35), en Zijn Naam is de Enige Naam door wie een mens behouden kan blijven, er is geen andere Naam! (Han.4:12)
    Ik kijk er best van op dat dit voor een aantal lezers zoveel moeite geeft, maar de Bijbel is duidelijk: Jezus Christus is de ware God. Amen.
    Onlangs las ik op de laatste bladzij van de Bijbel: 
    "En hij zeide tot mij: Deze woorden zijn getrouw en waarachtig; en de Heere, de God der heilige profeten, heeft Zijn engel gezonden, om Zijn dienstknechten te tonen, hetgeen haast moet geschieden." (Opb.22:6)
    Ietsje verder, in vers 16 staat dan dit:
    'Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om ulieden deze dingen te getuigen in de Gemeenten. Ik ben de Wortel en het geslacht Davids, de blinkende Morgenster.' (Opb.22:16)
    De "Heere" is de God der heilige profeten, Hij heeft Zijn engel gezonden. In vers 16 noemt Hij Zijn Naam: 'Ik Jezus heb Mijn engel gezonden'. De Allerhoogste is Eén en Zijn Naam is Jezus, tot en met de laatste bladzijde!
  15. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in JEZUS is CHRISTUS   
    Wat u hier zegt is onjuist. En dat kunnen wij eenvoudig  vaststellen indien wij, net als de Joden in Beréa deden, zelf nalezen wat er feitelijk in de Schrift staat. (Han.17:11)
    Nergens staat in de Schrift dat de Heer Jezus Christus werd geschapen. Hij is geen schepsel, maar Hij werd geboren, dat is wezenlijk anders. Waarom weet ik dat heel zeker? De Heer Jezus Christus wordt in de oudste codex van de heilige Schrift geïdentificeerd als de 'Eniggeboren God', en niet als de "Eniggeschapen god"! (Joh.1:18)
    Dit Bijbelvers is uniek en geeft duidelijk het verschil aan tussen de zonen van God. 
    De engelen zijn van de eerste tot en met de laatste geschapen wezens. (Gen.1:1) Ook de mens Adam en zijn vrouw Eva werden geschapen. De hemel en de aarde, de engelen en de mens, zij zijn het 'maaksel' van de Allerhoogste dat Hij als 'werk' tot stand heeft gebracht. Daarom geeft vers 2 dit zo nadrukkelijk weer:
    "Als nu God op den zevenden dag volbracht had Zijn werk, dat Hij gemaakt had, heeft Hij gerust op den zevenden dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had." (Gen.2:2)
    De Heer Jezus Christus daarentegen wordt genoemd 'het Woord van God', en door het Woord van God is alles gemaakt.
    "Door het Woord des HEEREN zijn de hemelen gemaakt, en door den Geest Zijns monds al hun heir." (Ps.33:6)
    De Heer Jezus is Zelf geen onderdeel van Zijn schepping, maar door Hem werd alles gemaakt. (Ps.33:6)
    "Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is." (Joh.1:3)
    Vandaar dat Joh.1:18 het absoluut unieke van de Heer Jezus Christus aangeeft. Hij is de 'Eniggeboren Zoon' van God, Die door Zijn geboorte uit de Heilige Geest, Zelf ook God is. (1Kor.15:47 SV)
    Evenals de eerste zwangerschap van Maria ook absoluut uniek is geweest. Zij is de enige vrouw ooit in wie de Heilige Geest Zijn Zoon heeft 'verwekt'.
  16. Like
    Jahu ontving een reactie van Thinkfree in JEZUS is CHRISTUS   
    Wat u hier zegt is onjuist. En dat kunnen wij eenvoudig  vaststellen indien wij, net als de Joden in Beréa deden, zelf nalezen wat er feitelijk in de Schrift staat. (Han.17:11)
    Nergens staat in de Schrift dat de Heer Jezus Christus werd geschapen. Hij is geen schepsel, maar Hij werd geboren, dat is wezenlijk anders. Waarom weet ik dat heel zeker? De Heer Jezus Christus wordt in de oudste codex van de heilige Schrift geïdentificeerd als de 'Eniggeboren God', en niet als de "Eniggeschapen god"! (Joh.1:18)
    Dit Bijbelvers is uniek en geeft duidelijk het verschil aan tussen de zonen van God. 
    De engelen zijn van de eerste tot en met de laatste geschapen wezens. (Gen.1:1) Ook de mens Adam en zijn vrouw Eva werden geschapen. De hemel en de aarde, de engelen en de mens, zij zijn het 'maaksel' van de Allerhoogste dat Hij als 'werk' tot stand heeft gebracht. Daarom geeft vers 2 dit zo nadrukkelijk weer:
    "Als nu God op den zevenden dag volbracht had Zijn werk, dat Hij gemaakt had, heeft Hij gerust op den zevenden dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had." (Gen.2:2)
    De Heer Jezus Christus daarentegen wordt genoemd 'het Woord van God', en door het Woord van God is alles gemaakt.
    "Door het Woord des HEEREN zijn de hemelen gemaakt, en door den Geest Zijns monds al hun heir." (Ps.33:6)
    De Heer Jezus is Zelf geen onderdeel van Zijn schepping, maar door Hem werd alles gemaakt. (Ps.33:6)
    "Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is." (Joh.1:3)
    Vandaar dat Joh.1:18 het absoluut unieke van de Heer Jezus Christus aangeeft. Hij is de 'Eniggeboren Zoon' van God, Die door Zijn geboorte uit de Heilige Geest, Zelf ook God is. (1Kor.15:47 SV)
    Evenals de eerste zwangerschap van Maria ook absoluut uniek is geweest. Zij is de enige vrouw ooit in wie de Heilige Geest Zijn Zoon heeft 'verwekt'.
  17. Like
    Jahu reageerde op Monachos in JEZUS is CHRISTUS   
    Het is 'jouw' mening (bezittelijk voornaamwoord, geen persoonlijk voornaamwoord). Ik ben geen nieuwe forumgebruiker, je verwart me met iemand anders. Meningen worden op een forum zelden gevraagd, meestal gewoon gegeven. Het zou opmerkelijk zijn als forumgebruikers pas zouden reageren als daar expliciet om werd gevraagd. Je kunt erg slecht tegen kritiek. Als feedback jou niet bevalt ga je gelijk dreigen. Ook nu weer. Je begint despotische trekjes te vertonen. Volgens mij wil je ook helemaal geen moderators erbij als dat mogelijk zou zijn want dat zou jouw alleenheerschappij op dit forum aantasten.
  18. Like
    Jahu reageerde op Dat beloof ik in JEZUS is CHRISTUS   
    Met deze opmerking laat je zien dat je de Triniteit gedachte niet begrijpt. Je beschrijving van de drie past daar niet in. Als je het niet begrijpt, kun je er volgens mij ook geen gefundeerde vragen of kritiek op hebben.
    Discussies als deze kunnen alleen een vruchtbaar resultaat hebben als mensen bereid zijn om werkelijk naar elkaar te luisteren en elkaar te begrijpen; dat is hier niet het geval omdat het om een fundamenteel geloofsstandpunt betreft. Mensen zouden hun fundamentele godsbeeld moeten veranderen en dat gaat niet gebeuren. Ik zie hier zelfs voorbij komen dat men de andere partij ervan probeert te overtuigen dat hij een andere god aanhangt, terwijl het toch duidelijk om dezelfde god uit dezelfde bijbel gaat. Dan is het onbegrip toch wel erg groot en gaat men inderdaad nooit tot elkaar komen. Dat is wat @Monachos hiervoor probeerde duidelijk te maken.
  19. Like
    Jahu reageerde op Breuk in Eén God, één Naam, Jezus Christus.   
    Ik word altijd een beetje kriegelig als mensen beweren dat de bijbel ondubbelzinnig is.    
    Men gebruikt (misbruikt) de bijbel vooral om hun beperkte idee over de bijbel te promoten i.p.v. met verschillende teksten (niet een tekst uit de context) iets te onderbouwen.  
     
    Je hebt al de eenheid onderschreven tussen God (van de bijbel) van Israël, de Geest die uitgestort is en Christus Jezus.  
    Ik kan zeker meegaan in de bewering dat er een groeiproces in de christelijke gemeentes te zien is.  
    Marcus’ nog voorzichtig (hoewel het daar ook aanwezig is, dat Jezus namens (in eenheid/als gevolmachtigde) deze God optreedt.  Johannes is m.i. volkomen duidelijk over die eenheid.  
    Jezus doet de werken van God, Wie Jezus ziet, ziet God de vader.  
    Alle evangeliën benoemen Jezus als Heer (als verwijzing naar Adonai en als tegenover de keizer).  
     
    Een beetje slap blijven hangen in dat God geen 3 personen is, dat is totaal oninteressant.  Net of de evangelisten niet wisten, dat Jezus geen wandelde God was en dat ze dachten dat de hemel leeg was. De opgestane Jezus wordt m.i. wel aanbeden of in volledige verbondenheid (eenheid met God) beschreven. Hoe kan hij anders de Geest van God geven en de evangelist laat in de woorden van Thomas er totaal geen onduidelijkheid meer over.
    Johannes 20:22 En nadat Hij dit gezegd had, blies Hij op hen en zei tegen hen: Ontvang de Heilige Geest.
    28. En Thomas antwoordde en zei tegen Hem: Mijn Heere en mijn God!
    Mattheüs 28:16 En de elf discipelen zijn naar Galilea gegaan, naar de berg waar Jezus hen ontboden had.
    17. En toen zij Hem zagen, aanbaden zij Hem, maar sommigen twijfelden.
    18. En Jezus kwam naar hen toe, sprak met hen en zei: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde.
    Jezus heeft alle macht in de hemel gekregen (heeft hij God onttroond?).  
     
    Helaas voor de JG en de gnostici: de bijbel heeft het over een volkomen eenheid tussen God, Jezus en Geest.  
    Laat dan maar eens zien dat die eenheid ontkend wordt?
  20. Like
    Jahu reageerde op Fundamenteel in JEZUS is CHRISTUS   
    Dualiteit = Tammuz = matriarchaat.
    In de triniteit vinden wij De Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Het patriarchaat.
    Alleen is deze tijd nog gekker dan alle tijden daarvoor. Want occultisten die Tammuz vereerden, vereerden nog de vruchtbaarheid en de vrouw als moeder. Vandaag ervaren wij een aanval op de vruchtbaarheid en wordt het steeds moeilijker om moeder te zijn. Laat staan als gezin met 1 loon rondkomen en vrouw aan de haard. Ik zeg niet dat vrouwen dit verplicht moeten doen, maar de optie mag niet economisch tegen gewerkt worden. Terwijl er een hier een nakend tekort aan kinderopvang is en de overheid zich wel op andere terreinen steeds meer komt moeien.
  21. Like
    Jahu reageerde op Fundamenteel in Hoi, ik ben Bila   
    Iemand komt geloof zoeken en u zoekt weer een deur om ons geloof in diskrediet te brengen.
    waarom heeft u geen problemen met christenen polariseren maar ziet u wel overal polarisatie eens we over de schade van genderideologie spreken?
    Welk religie is de grootste jodenhater Petra? Waar zien wij vandaag jodenhaat spelen? Durft u dat ook benoemen? Of moet je telkens terug in tijd reizen om ons geloof aan te vallen zodat je vandaag blind kan blijven leven?
  22. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in JEZUS is CHRISTUS   
    Is het niet gewoon een eenvoudige vraag die tot nadenken dient, in plaats van een berisping?
    'Wat noemt gij Mij goed?' (Mar.19:18)
    Zeg eens sjako, waarom noemt u mij goed? - Heb ik u nu berispt, nee toch?
  23. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in JEZUS is CHRISTUS   
    Zie de heerlijkheid, zie de glorie, zie de kracht en de wijsheid van de Almachtige God! Hij schiep de hemel met al zijn 'heir' (H6635 tsâbâ' tsebâ'âh), een 'dienstbaar' leger van engelen'. (Gen.2:1)
    Vervolgens schiep Hij de aarde als afschaduwing van die hemelse realiteit waarin de mens de belangrijkste positie inneemt, omdat de mens daarin het beeld van God moest vertegenwoordigen. De hemel is verheven boven de aarde, en haar heerschappij ook. De mens krijgt heerschappij op aarde, als beeld van Gods heerschappij in de hemel. De mens uit de aarde, werd tevens machthebber over heel de aarde en over alle dieren. (Gen.1:26)
    Maar om helemaal aan Gods beeld en aan Zijn gelijkenis te beantwoorden, moest de mens ook machthebber in de hemel worden, en juist daartoe plaatste zijn Vader hem in de Hof van Eden. Nergens op de aarde, dan alleen in Gods Hof staat de Boom van eeuwig leven. En het mensenpaar wilde wel geestelijke kennis opdoen, want Eva zag daar een boom die 'begeerlijk was om verstandig te maken', maar dat was niet de goede boom. (Gen.3:6) Door zich te 'bekwamen' in de hemelse dingen, via een boom (weg) die God had verboden, verloor het mensenpaar hun positie en hun leven! (Luk.4:6)
    Maar de Heer Jezus Christus is de ware Weg, de waarachtige God en het eeuwige leven, en wij mogen tot Hem gaan en van Hem 'eten'. De mensen die dat doen bekwamen zich ook over de hemelse dingen, maar nu staan zij bij de goede Boom en krijgen kennis van God.
    Welke mensen? Alle mensen die de Zoon Jezus Christus kussen en Hem liefhebben en aanbidden. (Ps.2:12) Het zal een ontelbare schare worden uit alle volken en alle natieën en van alle tijden, in wie de Heilige God alles en in allen is geworden.
     
  24. Like
    Jahu ontving een reactie van Flawless victory in JEZUS is CHRISTUS   
    Ik denk vanwege Genesis 1:26 dat het juist wel de bedoeling van de Schepper was dat de mens ook in de hemel zou heersen, want Hij sprak:
    En God zeide: 'Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis'.
    Als een mens is 'geworden' naar Zijn gelijkenis dus net als Hij, dan zal die mens dus ook in de hemel heersen. Hoe lang? Zolang de waarachtige God Jezus Christus heerst in de hemel en op de aarde, zal Zijn Gemeente van wedergeboren mensen dat ook doen, in de hemel en op de aarde. Want waar Hij is, daar wil Hij ook dat Zijn Gemeente bij Hem is.
  25. Like
    Jahu reageerde op Robert Frans in JEZUS is CHRISTUS   
    ‘Wees vruchtbaar en word talrijk, bevolk de aarde en breng haar onder je gezag: heers over de vissen van de zee, over de vogels van de hemel en over alle dieren die op de aarde rondkruipen.’
    -Genesis 1,28; NBV21
    'De dieren die in het wild leven, de vogels van de hemel, de dieren die op de aardbodem rondkruipen en de vissen van de zee zullen ontzag en angst voor jullie voelen – ze zijn in jullie macht.'
    -Genesis 9,2; NBV21
    Gecombineerd met de Bijbelteksten die @Jahu citeert, kunnen we dus redelijkerwijs concluderen dat de mens thans heerst over de aarde en de verloste mens zal blijven heersen over de nieuwe hemel en aarde. Het rentmeesterschap dat we opgelegd kregen, zal dan eindelijk alsnog ten volle tot haar bestemming komen. En zoals er in Genesis geen sprake is van een speciale klasse van heersers, maar de gehele mensheid de opdracht tot heersen kreeg, zo zal dat op de nieuwe hemel en aarde ook zijn.
    Uiteraard is er ook een geestelijke dimensie, die zo mogelijk nog belangrijker is: we zullen er heersen over onze eigen natuur en geest en er volmaakt vrij zijn, omdat alles wat we daar willen altijd en zonder uitzondering naar Gods wil zal zijn. We kunnen daar dus als het ware doen waar we maar zin in hebben, zonder te zondigen. Dat vraagt een zelfbeheersing en verbondenheid met God die hier maar weinigen bereiken, maar dat daar net zo natuurlijk is als ademen.
    Ook zullen we er heersen over elkaar. Niet door het elkaar geven van bevelen en elkaar de maat te nemen, zoals regeringsleiders nu op aarde doen. Maar op de manier zoals Jezus ons voordeed in het Evangelie: door elkaar 'de voeten te wassen',  door elkaar er volmaakt dienstbaar te zijn in liefde. Heersen is bij God altijd dienen, net zoals we al in Genesis ten dienste van de aarde werden gesteld en niet van onszelf. En in het dienen zullen we de grootste eer vinden.
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid