Spring naar bijdragen

Redactie

Members
  • Aantal bijdragen

    297
  • Geregistreerd

  • Laatst bezocht

Berichten geplaatst door Redactie

  1. Reusachtige iron farm in Minecraft (zeer technisch verhaal)

    Ja, Minecraft weer. In dat spel en in de gemeenschap eromheen gebeuren nu eenmaal ontzettend veel dingen die je ook in het gewone leven tegenkomt. En dat is echt fascinerend om te zien. Op dit moment bijvoorbeeld is er op een groot forum over dat spel een discussie gaande over dit soort enorme structuren, over of dat misbruik is van de mechanismen binnen het spel of gewoon een slimme en inventieve manier van spelen.

    Binnen vooral het orthodoxe jodendom geldt de regel dat aan elke Torahrol de hele gemeenschap van de synagoge geschreven moet hebben. Omdat echter lang niet iedereen zo mooi kan kalligraferen, hebben ze speciale schrijvers die de hele rol vervaardigen, op één letter na. Van de laatste letter tekenen ze enkel de contouren, waarna in een plechtige ceremonie in de synagoge elke bezoeker een klein streepje binnen die letter zet.

    Volgens de Nederlandse wet behoort een gemeente elk verzoek om informatie in te willigen. Als je dus iets wil weten over een stuk beleid, een vergunning of een bepaalde procedure, dan kun je een formulier insturen en dan zoekt de gemeente dat voor je op. Nu was er eens een man die het ergens niet mee eens was en zijn gemeente daarom dagelijks bestookte met vele, vele aanvragen. Die allemaal afgehandeld moesten worden.

    Zo kun je verschillende voorbeelden tegenkomen van mensen die zonder ook maar een wet of gebod te overtreden, toch vrij creatief ermee lijken om te gaan, vanuit verschillende motieven. Creatief omgaan met mechanismen, geboden of wetten hoeft echter niet meteen verkeerd te zijn; soms moet het zelfs omwille van de liefde. Het hoeft ook lang niet altijd tegen de beoogde bedoeling van het mechanisme of de regel in te gaan.

    Het wordt alleen een ander verhaal als het gebruik ten koste gaat van andere mensen, als het enkel uit egoïsme wordt gedaan. Want uiteindelijk moet de liefde leidend zijn in wat je ook doet. Liefde voor het spel, liefde voor Gods woord, liefde voor de mensen die voor jou werken. Hoe je ook met sommige regels omgaat, je bedoeling ermee moet minimaal net zo goed zijn, of liever nog beter, dan de beoogde bedoeling van de regel.

    Robert

  2. Vuurwerk oudejaarsavond

    Het blijft elk jaar toch een beetje een terugkerend dilemma: het afsteken van vuurwerk door gewone mensen als jij en ik. Veel mensen vinden dat ontzettend gaaf om te doen en de oudejaarsnacht is daardoor in feite het enige echte straatfeest dat we in Nederland kennen. Waar mensen klokslag twaalf uit hun huizen de straat opgaan om de buren een gelukkig nieuwjaar te wensen en samen een authentiek spektakel te creëren.

    Wanneer alleen professionele bedrijven vuurwerk zouden mogen afsteken, dan is dat straatgebeuren natuurlijk voor een deel verdwenen. Mensen blijven dan thuis, of ze staan al te wachten op de plaats waar het gebeurt. De straten zijn verder dan leeg en stil. Daarbij zou dit dan wederom iets zijn wat uitsluitend in handen valt van grote bedrijven, net zoals met zoveel leuke en mooie dingen gebeurt. Mensen lijken dan niets meer zelf te kunnen.

    Dat laatste blijkt echter voor een deel wel bewaarheid te worden, elk jaar weer. Stunters die onverstandig met het vuur omgaan en daardoor letsel oplopen of zelfs overlijden, hulpverleners die worden mishandeld terwijl zij toch echt heel goed werk doen en zelfs dieren die worden gedood met vuurwerk op onbeschrijflijk wrede wijzen. Dit is dus hoe sommige mensen echt zijn, als ze zich niet meer beheersen, als de beschaving wegvalt.

    Als je iets echt heel erg leuk of mooi vindt, dan kan het erg moeilijk zijn om de andere kant van de medaille te bezien en die kant serieus mee te wegen in je kijk erop. Er zijn heel veel uitstekende argumenten voor een vuurwerkverbod, maar toch zitten veel mensen daar niet op te wachten. Hun argument? Traditie, gezelligheid en het idee dat de goeden niet onder de kwaden behoren te lijden. Wat uiteraard een zeer terecht idee is.

    Toch geloof ik wel dat God je vraagt om niet enkel vanuit de eigen verlangens te leven en om altijd kritisch en serieus te overwegen of jouw leefwijze of tradities geen onnodige schade toebrengen aan mens en dier. Dat betekent niet dat je alle leuke en lekkere dingen zou moeten afschaffen of aan commerciële bedrijven zou moeten overlaten. Maar het kan je wel aanzetten tot creatief denken en die leuke dingen misschien zelfs verrijken.

    Robert

  3. Eenzaam loopt hij door de straten, op zoek naar een plaats waar hij samen met de mensen kerst kan vieren. Daar zag hij licht branden in een kerk. Snel ging hij daarheen, maar bij de deur al werd hij tegengehouden. “Sorry, meneer, u komt er niet in. U hoort niet bij kerst.†Wat droevig ging hij daarom maar verder en zag verderop nog een kerk. Maar ook daar werd hij tegengehouden. “Nee meneer, u bent een belediging voor het kerstfeest.â€

    Het zal je maar gezegd worden. Maar hij was dat al wel gewend. Niet iedereen kon zijn aanwezigheid waarderen. En ook dit jaar werd hij in elke kerk geweigerd. Hij vroeg zich alleen af waarom. Het enige wat hij deed was proberen een glimlach op het gezicht van zowel kinderen als volwassenen te krijgen. Meer niet. Hijzelf vond dat wel een mooie kerstgedachte: ter ere van het Kindje de kinderen bemoedigen en warmte geven. Maar ja.

    Het kon niet de commercie zijn, zo bedacht hij. Immers, hij zag toch zowel gelovigen als niet-gelovigen massaal naar winkel, slager en supermarkt gaan om veel te veel geschenken, versieringen en eten te kopen. Vaak zelfs zonder zich echt te bekommeren om duurzaamheid en diervriendelijkheid. Dus dat betekende dan toch dat de kerken helemaal niet zoveel problemen zouden moeten hebben met de commercie, of in elk geval hun gelovigen niet.

    Misschien kwam het wel omdat ze hier al een ander kinderfeest kenden, zodat zijn aanwezigheid gewoon teveel was. Maar toch zag hij in vele winkels zijn beeltenis en werd hij in verschillende huizen toch wel verwelkomd. En die andere kindervriend werd toch veel meer bediscussieerd dan hij. Dus dat kon het ook niet echt wezen. Wat is het dan toch dat ook veel gelovigen daaraan meedoen, maar hem toch de toegang weigeren?

    Hij besloot daar echter niet over te treuren, hij kende de mens al wel langer dan vandaag. Het enige wat hij hoopte, was dat ook de gelovigen toch iets van zijn werk zouden overnemen. Namelijk het laten glimlachen van kinderen en mensen die wel een bemoediging kunnen gebruiken. Door een simpel geschenk, een mooi woord of gewoon door er voor hen te zijn. Want hij wist uit ervaring hoeveel harten je daarmee al kunt openen.

    Robert

  4. Scéne uit de film Séraphine

    Ze was een hele eenvoudige vrouw, die elke dag schilderde. Ze maakte mooie schilderijen, volgens haarzelf opgedragen door haar engelbewaarder, maar deed dat puur voor haarzelf. Het schilderen bracht haar troost, het gaf haar leven zin. Ze hoefde niet beroemd te worden, ze hoefde geen erkenning voor haar mooie schilderkunst. Ze wilde gewoon schilderen en zich vooral laten inspireren door de natuur. Daar was ze dan ook graag.

    Uiteindelijk werd ze ontdekt, zoals men dat noemt, en alles veranderde. Ze begon meer geld te verdienen, zodanig dat ze meer woonruimte kon kopen en haar schilderijen ook groter werden. Maar door ontwikkelingen ging ze zich vreemder gedragen, zeker voor die tijd. Uiteindelijk kwam ze terecht in een gesticht, waar ze geen verfkwast meer aanraakte. Niet omdat dat niet mocht, maar ze kon het niet meer. De inspiratie was verdwenen.

    Dit waargebeurde verhaal laat een typisch patroon zien dat je ook nog weleens in kerken tegenkomt. Iemand kan bijvoorbeeld prachtig zingen en doet dat ook vol overgave in de eigen parochie of gemeente, diegene wordt dan ontdekt en vervolgens overgehaald om ook voor andere gemeenten te zingen. Want met zo'n talent kun je immers vele mensen bereiken met het evangelie en wie wil dat nu niet? Zo laat hij zich dan overtuigen.

    Hij wordt vervolgens langzaam maar zeker meegesleept in een leven vol reizen, optredens en roem. Sommigen kunnen daar prima mee omgaan, maar anderen verliezen zo toch hun onschuld. Welke onschuld? De onschuld van gewoon willen zingen om het zingen. Zonder roem en zonder vermoeidheid door het vele werk. Gewoon in je eentje, met misschien een paar toehoorders, als een bijzondere vorm van gebed, van meditatie.

    Als je een groot talent hebt, hoef je niet altijd vele mensen ermee te bereiken. Al zing je als een engel of schilder je de meest prachtige kunstwerken, ook al zou je inderdaad misschien duizenden mensen kunnen bereiken, dan nog betekent dat niet dat de weg van roem ook jouw weg moet zijn. Want uiteindelijk is er maar één publiek dat er echt toe doet, en dat is God met zijn engelen. En die luisteren of kijken altijd naar je, waar je ook bent.

    Robert

  5. Hij was enorm verheugd en trots toen hij zijn eerste en enige kind kreeg. De bevalling verliep voorspoedig, hij kon met vrouw en kind al snel weer naar huis en het jongetje was een rustige, gezonde baby. De baby groeide op tot een kleuter en de kleuter tot een kind. Hij zorgde er met zijn vrouw voor dat het hem aan niets ontbrak. Hij stuurde hem naar een goede school en hij bracht zodra zijn werk het toeliet veel tijd met hem door.

    Hij leerde hem om voor zichzelf op te komen, om alle kansen te pakken die voor hem lagen en ook te genieten van de goede dingen in het leven. Zo leefde hij samen met zijn vrouw een gelukkig en tevreden bestaan. Tot die ene dag, toen alles veranderde. Zijn zoon was eens met een vriend naar een kerk gegaan en nu wilde hij ook christen worden. Dat kwam niet helemaal uit de lucht vallen; al langer dacht hij over dit soort onderwerpen na.

    Dat zinde hem niet erg, want hij kende de verhalen van zijn vader nog heel goed. Hij ondervroeg zijn zoon daarom over zijn besluit, zei dat hij hier niet achter kon staan, probeerde hem te waarschuwen, maar zijn zoon leek erg vastberaden. En zei dat hij het mooi zou vinden als zijn vader en moeder met hem mee zouden gaan daarin. Vanaf dat moment kwam er meer afstand tussen vader en zoon, kwamen er steeds meer felle discussies tussen hen.

    Uiteindelijk ging hij toch met hem mee naar zijn doopdienst, gewoon, omdat het wel zijn zoon was. De dienst sprak hem voor geen meter aan en hij raakte geschokt toen zijn zoon op het podium vertelde over zijn bekering. Hij sprak zeer negatief over het leven vóór zijn bekering, zei dat hij toen als het ware dood was, maar dat hij nu eindelijk het echte leven had gevonden. Dit was voor hem de druppel en hij liep toen zeer verontwaardigd de kerk uit.

    Al die jaren probeerde hij hem met de beste wil en met alle liefde tot een goede jongen op te voeden en nu werd dat alles openlijk als slecht en immoreel bestempeld. Was dat nu die jongen die zo gelukkig met hem opgroeide? Soms spraken ze elkaar nog wel en probeerde zijn zoon hem te overtuigen van het evangelie, maar dat wees hij altijd af. Hij besefte zich steeds meer dat hij hem was kwijtgeraakt. En dat hij hem nu erg miste.

    Robert

  6. Niet alle gebeden worden verhoord. De bijbel noemt veel beloften van gebedsverhoring, maar de praktijk lijkt daarmee niet in overeenstemming. Er zijn veel mensen teleurgesteld, omdat het uitblijven van een antwoord zo opvatten dat bijvoorbeeld God geen belangstelling zou hebben, dat God niet betrouwbaar zou zijn of zelfs dat Hij niet bestaat.

    Hoe kan het dat de Bijbel spreekt over een God Die alles kan, Die het beste met ons voorheeft, en toch niet altijd helpt?

    Er is zelfs een Opwekkingslied over geschreven: Soms brengt God de storm tot stilte, soms leidt Hij ons er doorheen (Opwekking 729). Is hier een Bijbelse grond voor, en wat kunnen we hier in de praktijk mee? Laten we lezen Jesaja 43:1 en 2 (uit de Herziene Statenvertaling):

    1 Maar nu, zo zegt de HEERE,
    uw Schepper, Jakob, uw Formeerder, Israël:
    Wees niet bevreesd, want Ik heb u verlost,
    Ik heb u bij uw naam geroepen, u bent van Mij.
    2 Wanneer u zult gaan door het water, Ik zal bij u zijn,
    door rivieren, zij zullen u niet overspoelen.
    Wanneer u door het vuur zult gaan, zult u niet verbranden,
    geen vlam zal u aansteken.

    Deze woorden zijn gericht aan het volk Israël. Bij het schrijven van deze Bijbelstudie ga ik er vanuit dat God op dezelfde manier om gaat met Zijn kinderen in onze tijd, als indertijd met Zijn volk. Dat doe ik op basis van Hebr. 13:8, waarin staat dat God gisteren, heden en tot in eeuwigheid dezelfde is. Daarom mogen deze teksten gelden voor iedereen die door Jezus Christus Zijn eigendom geworden is.

    Geroepen en Zijn eigendom
    Het uitgangspunt, dat onze angst voor problemen en onze onzekerheid over de toekomst kan wegnemen, is het feit dat we Gods eigendom geworden zijn. Hij is allereerst natuurlijk onze Schepper. Daar komt bij dat, wanneer we het offer van Jezus Christus hebben aangenomen, Hij ook onze Verlosser is, net als in vers 1 van onze tekst. Wij hebben dan Zijn Naam aangeroepen (een ieder die de Naam des Heren aanroept zal behouden worden). Het is mooi om te lezen dat dit vers spreekt over God, Die ons eerst geroepen heeft. En daarom zegt Hij: u bent van Mij.

    Een paar vragen:
    - Hoe ervaar je dit: "We zijn het eigendom van God"?
    - Is dit benauwend, of juist bevrijdend?
    - Kunnen we het accepteren niet meer van onszelf te zijn? Overzien we de gevolgen daarvan?

    Soms is Zijn aanwezigheid het antwoord
    Deze door God mogelijk gemaakte relatie, namelijk geroepen en gered te zijn, zorgt er niet voor dat we nooit meer problemen of zorgen zullen hebben. Wel belooft de Heer dat Hij altijd bij ons zal zijn. Vers twee van Jesaja 43 zegt, dat als we door het water gaan, Hij bij ons is met Zijn aanwezigheid. En wanneer we door kolkende rivieren moeten gaan zullen we niet overspoeld worden. Oftewel,  geen moeite zal boven ons hoofd uitstijgen, ons overmeesteren of ons te veel blijken te zijn (vergelijk 1 Korintiërs 10:13). Koning David schrijft iets vergelijkbaars in Psalm 138:3. Hij noemt daarin dat Gods antwoord te vinden is in de kracht, waarmee Hij ons bemoedigt.

    Er zijn moeiten die niet binnen een week oplossen. Er zijn er zelfs die jaren duren, of nooit opgelost worden.
    - Kunnen we dat accepteren, of maakt ons dat opstandig of boos? Heb je zoiets wel eens ervaren?
    - Geeft het troost dat God wel altijd aanwezig is? Of denk je juist: Waarom doet Hij dan niets?
    - Heb je wel eens ervaren dat Hij je bemoedigt zonder het probleem op te lossen?

    Soms is Zijn ingrijpen het antwoord
    De tweede helft van vers 2 uit Jesaja 43 spreekt van een wonder; een ingrijpen van God dat normaal gesproken niet zou gebeuren. Wanneer u door het vuur zult gaan, zult u niet verbranden. Ook dit komt voor. Wonderen gebeuren nog steeds. Mensen die door vuur, door zware beproeving, door dodelijke ziekte bedreigd worden, en daar niet door worden aangetast. Door een Goddelijk ingrijpen blijven zij bewaard.

    Wanneer God kiest voor ingrijpen met een wonder, of wanneer God in de moeite bemoedigt met Zijn aanwezigheid, wordt ons niet verteld. Denk aan Opwekking 729. Soms verdwijnt de storm, maar soms moeten we er doorheen. We weten wel dat God er elke dag weer is en ons oproept om niet bevreesd of bezorgd te zijn. Hij is er. Altijd.

    Nog een paar vragen tot slot:
    - Heb je wel eens een wonder meegemaakt?
    - Als dat wonder niet gebeurd zou zijn, wat zou dat gedaan hebben met je relatie met God?
    - Als je nog nooit een wonder (van verlossing) hebt meegemaakt, zou je dat willen, en waarom?

     

    Steven Verhorst - ZijnWoord.nl

  7. Aflevering van het Sinterklaasjournaal

    Je kunt zijn reis richting Nederland precies volgen. Alle avonturen die hij daar meemaakt, kun je van dag tot dag volgen in een speciaal journaal. Je weet al wat voor Pieten er rondlopen en welke taken ze zoal vervullen. Ook is het nog bekend waar hij en zijn Pieten logeren gedurende zijn verblijf hier en het zal me niets verbazen als we straks ook nog te weten krijgen hoe zijn basis in Spanje eruit ziet en hoe hij precies al die daken beklimt tijdens de nachten.

    Ooit was hij een geheimzinnige goedheiligman, die je eigenlijk nergens anders zag dan op school en misschien ook thuis. Er was geen intocht, er waren geen commerciële massafeesten en al helemaal geen Sinterklaasjournaals. Het Sinterklaasfeest was vooral heel mysterieus en spannend, vooral omdat het lang niet altijd vanzelfsprekend was dat je ook echt een cadeautje in je schoen vond en niet een roe. Zo was het vooral toch meer een huisfeest.

    Waar is het mysterie gebleven? Ook in de kerk moet de eredienst het liefst laagdrempelig zijn en ik heb ook al bijbelstudies gezien die grossierden in eenvoudige schemaatjes en puntsgewijze samenvattingen. Maar hoe minder mysterie je toelaat, hoe minder ruimte er is. Want het wordt steeds moeilijker om je eigen verhaal over de Sint te vertellen, als je steeds rekening moet houden met wat het Sinterklaasjournaal nu weer bedacht heeft.

    De basis van het christelijke geloof is nog altijd het mysterie. De Drie-eenheid, het Offer, de twee naturen van Christus: we begrijpen ze niet en kunnen ze enkel in beelden duiden. Heel de Schrift is vooral een collectie van beelden waarin men de geheimzinnige relatie tussen God en mens probeert te vatten.

    Het mysterie biedt ruimte voor kunst, muziek, cultuur, vervoering, liefde. Op de bodem van de ongewisse, duistere afgrond vinden we God zelf. Het mysterie kan echter ook pijn doen, als je maar geen antwoord krijgt op je brandende vragen. Of als de gegeven antwoorden maar niet lijken te voldoen, niet lijken te troosten. Het mysterie is en blijft echter zelf het antwoord, hoe moeilijk ook. En God vraagt je om het mysterie lief te hebben, te omarmen. Want zij schept ruimte voor je eigen verhaal, je eigen pijn. Daar is geen Godjournaal voor nodig, laat staan allerlei bijbelse schemaatjes.

    Robert

  8. De duizendpoot kon zo mooi dansen, dat alle dieren in het bos toekeken als hij zijn dansen liet zien. De mol was echter zo jaloers op zijn prachtige dans, dat hij een list verzon. Hij vroeg op een dag aan de duizendpoot hoe hij nu precies danste, hoe de passen nu exact gingen. De duizendpoot begon daar vervolgens over na te denken. Hij nam in zijn hoofd de dans voor zich en probeerde elke beweging en elke pas die hij maakte te reconstrueren.

    Je wordt geacht om bewust je keuzes te maken, waarbij je de voordelen en nadelen afweegt en zo diep nadenkt over wat je wil. Het blijkt echter dat wij een systeem in onze hersenen hebben, waarbij ons bewuste denken slechts een krakkemikkig rekenmachientje lijkt te zijn. Het onderbewustzijn denkt namelijk ook voortdurend met je mee en is ook vele miljoenen jaren ouder en daardoor vele malen efficiënter en intelligenter dan het bewustzijn.

    Je hoeft dus niet steeds over elke keuze na te denken. Verdiep je eenmaal grondig in de mogelijkheden, ga daarna wat anders doen, slaap er letterlijk een nachtje over en na enige tijd geeft het onderbewustzijn je zomaar het antwoord. Want dat werkt constant door, ook als je moe of hongerig bent. In feite leven veel mensen al deels onbewust. Wie heel intensief werkt of zich laat meevoeren door muziek, denkt ook niet steeds bewust na.

    Als het inderdaad mogelijk is om zo te profiteren van het onbewuste, dan kan dat veel rust en vrijheid geven. Het dagelijks lezen van de Schrift kan dan bijvoorbeeld veel laagdrempeliger worden. Gewoon rustig steeds een kort stuk lezen en daarna het onderbewuste laten werken, zonder uitgebreide meditaties. Nadenken wordt dan misschien veel meer luisteren, vooral omdat je het onderbewuste niet zelf kunt sturen. Je kunt haar enkel voeden.

    Hoe ging die dans nu ook alweer? Zette hij eerst pootje 665 over pootje 667, of eerst pootje 332 naast pootje 333, of was het nu andersom? Uiteindelijk moest hij met een diepe zucht erkennen dat hij de mol geen fatsoenlijk antwoord kon geven. Deze vond dat gelukkig niet zo erg. Maar de volgende dag, toen de duizendpoot weer wilde dansen, wist hij niet meer hoe het moest. Wat hij ook probeerde, het lukte niet meer. De mol was in zijn list geslaagd.

    Robert

  9. Ontploffende atoombom

    Zie hier de enorme macht en kracht van de mens. Een onvoorstelbaar vuur van vernietiging grijpt om zich heen en ontziet niets of niemand. Mensen, huizen, dieren en complete steden verdampen letterlijk in de helse hitte en laten niets anders achter dan een kale, geblakerde vlakte waar men vele jaren niet meer kan komen zonder door de straling vernield te worden. De mens is in staat de aarde vele tientallen malen compleet te vernietigen.

    We hebben macht, heel veel macht. Of je nu gelooft dat deze ons door God gegeven is of niet, je zult moeten erkennen dat we deze macht hebben. En dat we haar zullen moeten beheersen, willen we niet onszelf en de schepping onherstelbaar beschadigen. We kunnen niet zonder meer onze driften volgen. Want zij mogen dan wel gelijken op die van de dieren, ze oefenen veel meer invloed uit en hebben ook veel meer verstrekkende gevolgen.

    Daarom roept het geloof je op tot boetedoening, versterving en matigheid. Niet om je te treiteren, maar om je driften te temmen en ten goede te keren. De schepping helpt je daarbij met een mooi systeem: elk geneugte kost je iets. En hoe meer voldoening iets oplevert, hoe meer het je kost. Van veel eten krijg je overgewicht, van seks krijg je kinderen, oorlog levert ook jouzelf ellende op, etc. Zo leer je vanzelf wel je driften te temperen.

    Het is een uniek en zeer delicaat systeem waar zo’n beetje het hele geloof op is gebaseerd. Het gaat dan ook mis als je die koppeling probeert te verbreken, zodat je alleen de voldoening probeert na te streven zonder het offer dat er normaal bij hoort te willen brengen. Iets wat normaal heel goed is, kan zich dan tegen jou keren en veel kwaad berokkenen. Het is echter wel een heel moeilijk systeem, waar men dan ook niet graag over preekt.

    Zie hier de enorme macht en kracht van de mens. Een onvoorstelbaar vuur van vernietiging grijpt om zich heen en ontziet Hem in het geheel niet. Hijzelf brengt het ultieme Offer door niet mensen, huizen, dieren en complete steden te vernietigen, maar zichzelf, God de Zoon. Hij gebruikt zijn oneindige macht ten goede en krijgt er ook oneindig veel voor terug, namelijk gemeenschap met jou. Wat ben jij bereid te geven voor het echte geluk?

    Robert

  10. 1361d1376667094-eu-headlight-vs-us-headlight-europe_from_space-dedbb.jpg

    Europa bij nacht

    Nee, het is niet zo heel moeilijk om Nederland te herkennen in deze afbeelding. Er is welhaast geen enkel echt donker plekje te vinden in ons land daar. Er zijn in Nederland misschien maar twee of drie plekken waar het echt donker is. Waar je niet het schijnsel van stadslicht in de hemel ziet en waar je geen lichtbronnen in de verte ziet. Plaatsen waar je ontdekt dat de hemel veel meer sterren heeft dan die drie of vijf die je normaal ziet.

    Het duister is altijd al mysterieus en angstaanjagend voor de mens geweest, maar nu weten we het wel op heel effectieve wijze te verjagen. Met alle gevolgen van dien, want de mens heeft wel degelijk regelmatig echte, diepe duisternis nodig. God schiep het licht, maar Hij verjoeg de nacht niet. Met dikke gordijnen probeert men dan toch duisternis te zoeken in de slaapkamer, maar de echte, ongenaakbare duisternis blijft uit.

    De mens heeft duisternis nodig om zich te kunnen verbergen, om rust te vinden. In het heilige der heilige van de oudtestamentische tempel was het ook donker. De hogepriester zag er niets, ook al niet door de wierook die hij er moest branden. Vele visioenen en godsspraken werden in de nacht gegeven en veel belangrijke bijbelse gebeurtenissen gebeurden ook ’s nachts of in het duister. In het duister van de nacht wordt de hemel geopend.

    Johannes van het Kruis schreef ook over de nacht van het kruis. De nacht, waarin je niets van God ervaart, waarin je geen mooie gedachten meer hebt, maar enkel een leegte ervaart en een hevige dorst naar Hem. Hoe een tegenstelling met de moderne christen, die juist veelal de ervaring zoekt en zo de nacht wil ontwijken, haar zelfs als zwakheid ziet. Maar God verjoeg de nacht niet. Zij mag een plaats hebben in elke gelovige, net als de dag.

    In veel slotkloosters wordt dan ook ’s nachts gebeden. Het is vaak het mooiste gebed van de dag. Geen drukte, geen meedogenloos daglicht, geen reppende fora en facebooks. Geen afleidende ervaringen of brandende gevoelens. Maar enkel stilte en leegte. Enkel verborgenheid en diepe rust. Enkel Gods liefde, die alle ervaringen te boven gaat. Het heilige der heiligen staat wagenwijd voor je open. Durf jij de nacht in te gaan en haar te beminnen?

    Robert

  11. Er is een bekend verhaal dat gaat over twee zussen, Martha en Maria. In dit Bijbelverhaal zit Maria aan de voeten van de Here Jezus te luisteren naar Zijn onderwijs, terwijl Martha zich uitslooft en de gasten bedient en werkt aan de maaltijd. Op basis hiervan wordt vaak gezegd: Er zijn nou eenmaal Martha-christenen en er zijn Maria-christenen. Weer anderen zeggen: Karakters verschillen; ik ben meer een doener, een ander meer een bidder.

    De Here Jezus leert ons hier misschien wel een heel andere les. Het gaat niet om het één of het ander, om rusten óf werken, maar om de juiste balans tussen allebei.

    Laten we het verhaal lezen. Het staat in Lucas 10:38-42 (pak je Bijbel er even bij). Het volgende haal ik er even uit (vers 39 en 40, HSV-vertaling).

    39 En zij had een zuster die Maria heette, die ook aan de voeten van Jezus zat en naar Zijn woord luisterde. 40 Maar Martha was druk bezig met bedienen. Nadat zij erbij was komen staan, zei zij: Heere, trekt U het Zich niet aan dat mijn zuster mij alleen laat bedienen? Zeg toch tegen haar dat zij mij helpt.

    Werken als Martha
    Martha had de Here Jezus zelf uitgenodigd. Komt u in mijn huis? Dan krijgt u eten, kunt u even uitrusten misschien. Uw volgelingen mogen ook meekomen. Het was een mooi gebaar om gastvrijheid te tonen. En het bleef niet bij een gebaar. Martha werkte hard om dit allemaal waar te maken. Ze deed dat voor de Here Jezus en voor de discipelen die bij Hem waren. Ze dacht misschien wel dat ze hiermee de Heer blij maakte. Of dat het zo hoorde.

    Haar zus Maria liet Martha in de steek, vond Martha. Die werkte niet mee maar zat daar maar, aan de voeten van de Here Jezus. Misschien wilde Martha daar ook wel graag zitten, maar kon ze dat niet, omdat er zoveel te doen was. Geen tijd. Daarom vroeg ze de Heer om Maria ook aan het werk te zetten.

    Helaas slaat ze de plank helemaal mis. Ze werkt maar leert de Here Jezus niet kennen. Ze wacht niet op instructies. Ze denkt aan en werkt aan voeding voor het lichaam maar vergeet wellicht de voeding voor haar geest, voor haar geloofsleven.

    Als we werken voor de Heer zonder eerst aan Zijn voeten te hebben gezeten, als we doen zonder eerst te horen, dan werken we naar eigen inzicht. Onze eigen plannen worden dan misschien belangrijker dan de gedachten van de Heer.

    Een paar vragen tussendoor:
    - Mag je eigen plannen hebben?
    - Mag je dingen op je eigen manier doen?
    - Hoe kun je voorkomen dat je geestelijk te weinig voeding krijgt en uitgeput raakt?

    Luisteren als Maria
    Maria is niet lui. zoals haar zus misschien denkt. Ze luistert zeer actief naar het woord van haar Heer. Vanuit de voeding die ze daar ontvangt, aan de voeten van de Here Jezus, kan ze straks aan het werk. De leiding en inzichten, de liefde en blijdschap die ze ontvangt van de Heer zullen haar helpen om haar werk te doen naar Zijn wil. Ze luistert om zich te laten vullen, leiden en De Here Jezus zal Maria niet lastigvallen. Ze heeft het goede deel gekozen (de juiste volgorde ontdekt) en dat zal niet van haar worden afgenomen.

    Nog wat vragen:
    - Moet je altijd eerst bidden voor je iets doen?
    - Klopt het dan niet, dat sommigen meer bidders zijn, en anderen mee doeners?
    - Wat is voor jou persoonlijk een goede balans tussen “samen zijn met Jezus†en “werken voor Hem�

    Altijd luisteren
    Wat Martha doet, vat de Here Jezus samen met "bezorgd zijn en zich druk maken over veel dingen" (vers 41). Hij vertelt haar dat Maria het goede deel gekozen heeft. Ze zit aan Zijn voeten en voedt zich met Zijn woorden. Wanneer je eerst rust vindt aan de voeten van Christus, kun je in die rust ook voor Hem werken. Dan is er geen drukte en zorg.

    Hoeven we dan niet te dienen en te werken in Gods Koninkrijk? Jawel; de opdracht van de Heer om Hem te gehoorzamen en te dienen is duidelijk genoeg (zie Johannes 14:15). Maar ons doen moet uit het horen voortvloeien. Dan zal ons doen vol zijn van Gods leven en Zijn liefde en mag het door Zijn leiding vrucht dragen.

    Laatste vragen:
    - Kijk eens goed naar alles wat je doet voor God. Is daar iets bij dat onder de noemer valt “Je druk maken�
    - Kan het  zijn dat zorg en drukte om Gods werk je er soms van weerhouden om dicht bij Hem te zijn?
    - Wat is voor jou fijn of goed aan een poos stil zijn aan de voeten van de Here Jezus?

    Het gaat niet om de keus tussen Martha of Maria, maar om een leven van dienst, dichtbij Jezus.

    Steven Verhorst - ZijnWoord.nl

  12. Je krijgt een mooie baan aangeboden en neemt deze dan ook aan. Het werk is prachtig, zo lijkt het, maar meteen de eerste dag geeft je chef je al een pittige opdracht. Hij geeft je een boek van zo’n honderdtwintig bladzijden en vraagt je om deze uit te lezen. Dat vind je prima, maar hij zegt er wel bij dat je het boek morgen al uitgelezen moet hebben. En je moet er ook je eigen commentaar bij geleverd hebben, het liefst zo onderbouwd mogelijk.

    Het is echter geen gemakkelijk boek. Het staat bomvol vaak tegenstrijdige informatie en het springt van de hak op de tak. Mocht het je echter toch lukken om het uit te krijgen en er een gedegen reactie op te schrijven, dan geeft je chef morgen nog zo’n boek. Met weer de opdracht het de volgende dag uit te lezen en te becommentariëren. En zo krijg je elke dag een boek, terwijl je ook gewoon moet blijven werken. Een boek niet uitlezen betekent ontslag.

    Hoe lang denk je dat het zal duren voordat je helemaal gek wordt van de stress en de uitputting? Toch is dit iets wat veel mensen dagelijks doen, met zichzelf als de chef. Per dag, zo hoorde ik eens, krijgen we namelijk ongeveer honderdtwintig pagina’s aan informatie binnen. Door televisie, internet en haar social media, reclameborden, gesprekken, verkeersborden, boeken, etc. Geen wonder dat zoveel mensen gestrest raken en weinig echte rust vinden.

    Het reformatorisch dagblad houdt elke zondag een sympathieke actie: ze gooit dan de website dicht vanwege de zondagsrust. Sommigen vinden dat nogal bekrompen, maar ik begrijp het wel. Eén dag even geen nieuws, geen social media, geen reclame, maar enkel bezig zijn met gebed, Schrift en de mensen om je heen. Even één dag complete rust, verstoken van al die “belangrijke†informatie. Het kan nog weleens heel gezond zijn.

    Sowieso is het goed om eens kritisch te overwegen welke informatie je nu echt nodig hebt. In feite hoef je alleen maar hetgeen te weten wat jou direct persoonlijk raakt. Je hoeft niet elk nieuwsfeitje en ook zeker niet elke opinie te weten, laat staan overal een mening over te hebben. Dat boek kan echt zeker meer dan de helft dunner. Heb je zomaar ineens veel meer tijd over voor echt belangrijke zaken. Voor het dagelijks gebed bijvoorbeeld.

    Robert

  13. Hans-Memling-Laatste-Oordeel-Drieluik-ce

    Ik vrees het oordeel. Dat is tegenwoordig niet heel populair om te zeggen. Veel christenen gaan er toch vanuit dat God vooral liefde en barmhartigheid is en dat Hij uiteindelijk je niet zomaar in de hel zal doen zakken. Maar ik vrees het oordeel. Ik vrees zijn majesteit, zijn pure, doordringende rechtvaardigheid, zijn absolute goedheid. Ik vrees het verblindende Licht dat mij zal doorboren en streng zal oordelen over mijn daden.

    God is een verterend vuur, een schrikwekkende Rechter, een machtige Vorst der Wrake die zijn vijanden vermorzeld en die alle zonden vergeldt zoals men nog nooit heeft gezien. Reiniging zal uitsluitend geschieden door het machtige vuur heen, door een gruwelijke pijn en verwoesting waarvan zelfs de meest rechtvaardigen nog zullen beven van angst. Hoe zou ik dan overeind kunnen blijven in al mijn zwakheid, in al mijn kwaadheid?

    Als ik weleens zeg dat ik soms bang ben in de hel te belanden, dan komt men altijd met troostende, sussende woorden. Of men vermaant zelfs op lieve toon dat ik onzin spreek. Dus daarom zeg ik het maar niet meer, behalve hier dan nu. Want ik vraag me werkelijk af of mijn angst wel zo onterecht is. Er lijkt in elk geval niet veel ruimte meer te zijn binnen veel parochies en kerken voor dit soort gevoelens, voor deze vreze des Heren.

    Die angst heeft dan ook veel kapotgemaakt, vooral als alléén die angst werd gepredikt en niet ook de barmhartigheid en liefde van Christus. En toch, ik vrees het oordeel. Ik vrees het moment dat ik bevend sta voor de Troon en zoveel pure goedheid mijn zicht omstraalt, dat het als een tweesnijdend zwaard mijn ziel verscheurd en laat delen in het diepe Lijden van Zijne Majesteit. Wat zal er in vredesnaam nog van mij overblijven?

    Al mijn woorden hier, al mijn gedachten, al mijn doen en laten… wat zullen ze baten als mijn daden gewogen worden en het rechtvaardige vonnis zal worden geveld? Hoeveel tranen zullen er vloeien als de pure Liefde heel mijn diepste binnenste openbaart en juist vanwege die liefde een razende, wraakzuchtige en allesverzengende haat tegen de zonde in mij zal koesteren? Gelukkig kan ik ook altijd vertrouwen op zijn barmhartigheid.

    Robert

     

  14. Je staat in de kledingzaak te twijfelen tussen twee kledingstukken. Plotseling staat er een man naast je en hij zegt dat je die kleren niet moet kopen, omdat je al genoeg kleding hebt en dit daarom ernstige verspilling zou zijn van geld en grondstoffen. Grote kans dat je hem wegwuift en meent dat hij zich niet zomaar met jou moet bemoeien. Maar wat nu als die man Jezus zelf zou zijn die jou toespreekt? Grote kans dat je de kleding dan alsnog laat hangen.

    Is dat dan eigenlijk niet heel vreemd? Als een gewone man jou iets goeds opdraagt, dan ben je vooral heel kritisch op hem, maar als Jezus het zou doen, dan heeft Hij ineens volkomen gelijk. Als een vegetariër op de vleeswarenafdeling mensen aanspreekt, dan halen ook veel gelovigen bij wijze van spreken nog een extra biefstuk omdat hij zo irritant is, maar als Jezus daar zou staan, dan zou er ineens een gelovige run ontstaan naar de groentenafdeling.

    Toen Jezus tegen de rijke man zei dat hij zijn spullen moest verkopen, ging hij bedroefd heen. Hij had nog geen echte redenen om in Hem meer te zien dan een rabbi, maar hij wist al heel goed dat Jezus terecht zo sprak. Daarvoor had hij geen goddelijke autoriteit nodig, maar enkel deze voor hem gewone rabbi. Hij luisterde naar het goede, vond Jezus niet meteen zo’n irritante, bemoeizuchtige spreker, maar was bedroefd dat hij zo zwak van geest was.

    Veel gelovigen baseren zich op hoe zij de Schrift lezen of op hoe zij de Kerk verstaan. En daar is niets mis mee. Maar het goede is niet uitsluitend gebonden daaraan. De geboden dienen als richtingaanwijzers voor het gesprek met je geweten, meer niet. In de Schrift en ook in de Kerk leer je dan ook over gelovigen die met God discussieerden, die niet genoegen namen met het idee dat iets alleen goed zou zijn als God het opdraagt.

    Toen aan het begin van deze column die man jou opdroeg die kleding te laten hangen, had hij volkomen gelijk als je inderdaad al voldoende kleding hebt hangen. Genoeg mensen die deze kleding wél echt nodig hebben. Als je echter meent dat die man verkeerd zat, dan is het enkel te hopen dat Jezus jou niet hetzelfde zal opdragen ooit. Want dan zegt Hij dus blijkbaar ook iets verkeerd. Ga daarom liever maar bedroefd heen van die man.

    Robert

  15. Er is een bekend verhaal dat gaat over twee zussen, Martha en Maria. In dit Bijbelverhaal zit Maria aan de voeten van de Here Jezus te luisteren naar Zijn onderwijs, terwijl Martha zich uitslooft en de gasten bedient en werkt aan de maaltijd. Op basis hiervan wordt vaak gezegd: Er zijn nou eenmaal Martha-christenen en er zijn Maria-christenen. Weer anderen zeggen: Karakters verschillen; ik ben meer een doener, een ander meer een bidder.

    De Here Jezus leert ons hier misschien wel een heel andere les. Het gaat niet om het één of het ander, om rusten óf werken, maar om de juiste balans tussen allebei. Laten we het verhaal lezen. Het staat in Lucas 10:38-42 (pak je Bijbel er even bij). Het volgende haal ik er even uit (vers 39 en 40, HSV-vertaling).

    39 En zij had een zuster die Maria heette, die ook aan de voeten van Jezus zat en naar Zijn woord luisterde. 40 Maar Martha was druk bezig met bedienen. Nadat zij erbij was komen staan, zei zij: Heere, trekt U het Zich niet aan dat mijn zuster mij alleen laat bedienen? Zeg toch tegen haar dat zij mij helpt.

    Werken als Martha
    Martha had de Here Jezus zelf uitgenodigd. Komt u in mijn huis? Dan krijgt u eten, kunt u even uitrusten misschien. Uw volgelingen mogen ook meekomen. Het was een mooi gebaar om gastvrijheid te tonen. En het bleef niet bij een gebaar. Martha werkte hard om dit allemaal waar te maken. Ze deed dat voor de Here Jezus en voor de discipelen die bij Hem waren. Ze dacht misschien wel dat ze hiermee de Heer blij maakte. Of dat het zo hoorde.

    Haar zus Maria liet Martha in de steek, vond Martha. Die werkte niet mee maar zat daar maar, aan de voeten van de Here Jezus. Misschien wilde Martha daar ook wel graag zitten, maar kon ze dat niet, omdat er zoveel te doen was. Geen tijd. Daarom vroeg ze de Heer om Maria ook aan het werk te zetten.

    Helaas slaat ze de plank helemaal mis. Ze werkt maar leert de Here Jezus niet kennen. Ze wacht niet op instructies. Ze denkt aan en werkt aan voeding voor het lichaam maar vergeet wellicht de voeding voor haar geest, voor haar geloofsleven.

    Als we werken voor de Heer zonder eerst aan Zijn voeten te hebben gezeten, als we doen zonder eerst te horen, dan werken we naar eigen inzicht. Onze eigen plannen worden dan misschien belangrijker dan de gedachten van de Heer.

    Een paar vragen tussendoor:
    - Mag je eigen plannen hebben?
    - Mag je dingen op je eigen manier doen?
    - Hoe kun je voorkomen dat je geestelijk te weinig voeding krijgt en uitgeput raakt?

    Luisteren als Maria
    Maria is niet lui. zoals haar zus misschien denkt. Ze luistert zeer actief naar het woord van haar Heer. Vanuit de voeding die ze daar ontvangt, aan de voeten van de Here Jezus, kan ze straks aan het werk. De leiding en inzichten, de liefde en blijdschap die ze ontvangt van de Heer zullen haar helpen om haar werk te doen naar Zijn wil. Ze luistert om zich te laten vullen, leiden en

    De Here Jezus zal Maria niet lastigvallen. Ze heeft het goede deel gekozen (de juiste volgorde ontdekt) en dat zal niet van haar worden afgenomen.

    Nog wat vragen:
    - Moet je altijd eerst bidden voor je iets doen?
    - Klopt het dan niet, dat sommigen meer bidders zijn, en anderen mee doeners?
    - Wat is voor jou persoonlijk een goede balans tussen “samen zijn met Jezus†en “werken voor Hem�

    Altijd luisteren
    Wat Martha doet, vat de Here Jezus samen met "bezorgd zijn en zich druk maken over veel dingen" (vers 41). Hij vertelt haar dat Maria het goede deel gekozen heeft. Ze zit aan Zijn voeten en voedt zich met Zijn woorden. Wanneer je eerst rust vindt aan de voeten van Christus, kun je in die rust ook voor Hem werken. Dan is er geen drukte en zorg.

    Hoeven we dan niet te dienen en te werken in Gods Koninkrijk? Jawel; de opdracht van de Heer om Hem te gehoorzamen en te dienen is duidelijk genoeg (zie Johannes 14:15). Maar ons doen moet uit het horen voortvloeien. Dan zal ons doen vol zijn van Gods leven en Zijn liefde en mag het door Zijn leiding vrucht dragen.

    Laatste vragen:
    - Kijk eens goed naar alles wat je doet voor God. Is daar iets bij dat onder de noemer valt “Je druk maken�
    - Kan het  zijn dat zorg en drukte om Gods werk je er soms van weerhouden om dicht bij Hem te zijn?
    - Wat is voor jou fijn of goed aan een poos stil zijn aan de voeten van de Here Jezus?

    Het gaat niet om de keus tussen Martha of Maria, maar om een leven van dienst, dichtbij Jezus.

    Steven Verhorst - ZijnWoord.nl

  16. Zal het ooit genoeg zijn? Toen YouTube nog maar net begon, haalde ze haar inkomen uit advertenties op de pagina’s rondom de filmpjes. De filmpjes zelf kon je dus redelijk ongestoord bekijken. Maar op een gegeven moment begonnen er ook ín de filmpjes kleine advertentiebalkjes te verschijnen. Je kon ze wel wegklikken, en het was ook maar één balkje per filmpje, maar ze verschenen nooit meteen aan het begin. Dat bleek echter niet genoeg.

    Al snel kwamen er ook advertenties vóór het filmpje. Sommigen kon je na vijf seconden wegklikken, maar een aantal ook niet. En daar zaten rustig filmpjes van een halve minuut tussen. Bij lange filmpjes kreeg je soms zelfs de keuze: of een reclamefilmpje van een paar minuten kijken, of nu een kort reclamefilmpje en tijdens het filmpje nog een. Al snel verscheen de reclame ook aan het einde van de filmpjes. Dat bleek echter niet genoeg.

    Sinds enige tijd kun je de aantekeningen niet meer uitzetten, dus die irritante tekstballonnetjes waar filmpjesmakers vooral SUBSCRIBE!!! mee roepen. En het werd al meteen snel duidelijk waarom YouTube die optie uitzette. Juist, reclameballonnetjes. Nu zijn de aantekeningen wel wegklikbaar gemaakt, maar zo blijf je aan het klikken tijdens het kijken. Zal dit dan genoeg zijn? Ik vrees het niet. Er is namelijk nooit genoeg reclame.

    Bij het voetbal waren de reclameborden langs de velden ook niet genoeg. Ze moesten zodra het kon om de zoveel tellen andere advertenties tonen en er moesten ook virtuele reclameborden ín het veld staan, naast de doelen, enkel op televisie zichtbaar. Dat alles wordt goedgepraat omdat het immers gratis diensten zijn. Dus dan moet je al die propaganda voor het adagium KOPEN!!! gewoon maar dulden. Want het is nooit, nooit genoeg.

    Het is een bekende truuk die vele bedrijven toepassen. Eerst een gratis dienst oprichten dat heel fijn en prettig werkt, je klanten daarna er zo afhankelijk mogelijk van maken en vervolgens ze opschepen met steeds meer reclame. Interessante vraag is dan of je wel zo kritiekloos moet meewerken aan de verspreiding van propaganda dat nauwelijks christelijk te noemen is. Maar ja, het is soms wel erg moeilijk om van zulke diensten los te komen.

    Robert

  17. Paper_450x450.jpg

    Een vel papier

    Gewoon een vel papier, meer niet. Niet echt een bijzondere afbeelding dus, zul je zeggen. Toch zie je hier een fascinerend en zeer waardevol product. Om dit vel papier te maken, zo glad en van zo’n goede kwaliteit, heb je zeer verfijnde technieken en geavanceerde machines nodig. In feite is het gewoonweg een echt topproduct, het resultaat van eeuwenlange ontwikkeling, van vele eeuwen nadenken, uitproberen en risico’s nemen.

    Toch zul je waarschijnlijk niet heel zorgvuldig omgaan met het vele papier dat je in huis hebt. Het kost immers weinig geld. Dit vel papier is zo goedkoop, dat je het niet eens los kunt krijgen. Je krijgt het in een bundel heleboel meer vellen, voor een of twee euro. Dus is het in onze ogen weinig waard en kan het gewoon net zo gemakkelijk de prullenbak in als er een krasje of vlekje opkomt. Zo gaan we immers met alle “bulkproducten†om.

    Vreemd eigenlijk, dat we zo geneigd zijn om alles naar economische waarden te beoordelen. Zelfs de moraal moet er vaak aan geloven. Bedrijven mogen verdraaien, manipuleren en belangrijke zaken verzwijgen als ze er geld voor betalen. Loterijen mogen hebzucht aanjagen en onze hang ergens bij te willen horen schaamteloos uitbuiten als ze grote geldbedragen weggeven. Dictators mogen aanblijven als er anders handelsbelangen in het spel zijn.

    Gewoon een vel papier, meer niet. Economisch is dit ene velletje misschien niet zoveel waard, maar misschien moeten we dit papiertje eens anders beoordelen. Misschien moeten we producten, bedrijven en mensen eens beoordelen naar hun eigenschappen, hun doen en laten. De verhoudingen kunnen dan zomaar heel anders liggen. Dan blijkt dit papiertje misschien wel heel kostbaar en heel mooi te zijn. Strak wit, stevig, gemakkelijk beschrijfbaar.

    Dan blijken heel veel leugens en bedrog misschien wel heel kwaadaardig te zijn, ook als ze verpakt zijn in reclamespotjes of in kapperlectuur. Dan blijken de zieke, zwakke en arme mensen, die nu vooral als kostenpost worden gezien, misschien wel hele mooie mensen en veel investeringen waard te zijn. Dan blijkt misschien zelfs die kapotgeslagen man aan een ruwhouten kruis ons te kunnen redden van die kille, economische kijk op alles.

    Robert

  18. Over iemand die stopte met de Postcode Loterij

    Dag, Gaston, wat is er aan de hand? Ach, heeft mijn buurt de dagelijkse straatprijs gewonnen? Dat is oprecht geweldig mooi voor mijn buren. En nu komt u ook mij de straatprijs uitreiken? Natuurlijk niet, want ik heb geen loten. Maar wat doet u dan aan mijn deur? Komt u het er mij nog extra inwrijven dat ik loten had moeten kopen? Misschien doet u dat niet, maar ik kan u verzekeren dat ik nu geen goede verliezer ben. Ik heb namelijk niet verloren.

    Want eigenlijk gebeurt hier nu iets heel vreemds, Gaston. Ik heb niets gedaan, ik leef gewoon mijn dagelijkse leven hier en zie ook geen enkele reden om me daar bezorgd over te voelen. En toch wilt u dat ik me vervelend voel, omdat de hele buurt hier nu feest viert en ik daarin buitengesloten ben. Maar dit is echter niet mijn schuld. Ja, u zegt nu wel terecht dat ik geen loten heb gekocht, maar wie heeft mij dan precies in deze situatie gebracht?

    Kijk, uw loterij had er ook voor kunnen kiezen om gewoon lotnummers uit te schrijven die nergens aan gerelateerd zijn. Maar dat heeft zij niet gedaan. Zij koos ervoor om postcodes als lotnummers vast te stellen. Zodat ik nu toch meedoe aan uw loterij, terwijl ik geen lot heb gekocht. En waarom heeft zij dat zo gedaan, denkt u? Ik bedoel, voor haar goede doelen is dat helemaal niet nodig, ze kan ook op andere manieren geld binnenhalen.

    Ze doet dat puur om ervoor te zorgen dat mensen maar loten kopen en nog belangrijker, ook de rest van hun leven lid blijven. Dit doet ze door een bepaalde groepsdruk op te leggen, omdat niemand buiten de boot wil vallen, en door haar systeem heel ingewikkeld te maken met zegels, enveloppen, subloterijen, etc. Zodat ervan afkomen erg moeilijk is, ook al vanwege de ingepeperde angst dat ze zullen winnen zodra ze zich uitschrijven.

    Ik vind het dan ook tragisch dat zo’n aardige man als u zich voor zo’n organisatie laat gebruiken. Een organisatie die angst, hebzucht en gewetenswroeging vanwege de goede doelen inzet om zieltjes te winnen. Vroeger hadden we daar onze kerken voor, maar nu hebben we daar blijkbaar uw loterij voor. Ik kan u daarom alleen aanraden om nu hiermee te stoppen en al uw geld, tijd en energie te besteden aan wat echt goed en juist is.

    Robert

  19. Scénes met Annie uit film Misery (sommigen zijn wat heftig)

    Als de romanschrijver Paul Sheldon na een zwaar ongeluk weer bij bewustzijn komt in het huis van Anna, weet hij een paar dingen al snel zeker: zijn benen zijn helemaal verbrijzeld, hij is helemaal afhankelijk van de zorg van Anna, zij heeft dan ook niet het plan de ambulance te bellen en zij is een maniakale fan van zijn boeken met een psychopathische geest. Kortom, hij bevindt zich diep in de problemen, zonder mogelijkheid te vluchten.

    Uiteraard laat de film en vooral ook het boek tot in detail weten om wat voor het problemen precies gaat. Als Paul iets zegt of doet wat Anna niet zint, bijvoorbeeld in zijn nieuwste manuscript de hoofdpersoon uit de romanreeks Misery laten sterven, dan laat ze hem dat op goed pijnlijke wijze weten. En dat gaat steeds verder, in het boek nog gruwelijker dan in de film. Maar eigenlijk voelde ik ook vooral medelijden met Anna.

    Zulke mensen als zij bestaan namelijk echt en daar zitten ook moordenaars en verkrachters tussen. Het ontstemt mij dan een beetje hoe ongelooflijk vergiftigd een menselijke geest kan raken. Was Anna gezond en wel geweest, dan was ze ongetwijfeld een hele lieve, aarde en meelevende vrouw geweest. Maar haar ziekte verstoorde alles. Meestal raakt een menselijke geest zo vergiftigd door een afschuwelijke gebeurtenis in het verleden.

    In het boek Paaz vertelt de schrijfster over haar periode in een Paaz-afdeling, op zowel humoristische als ontroerende wijze. En ook daarin lees je over patiënten die zo vergiftigd zijn geraakt door bijvoorbeeld seksueel misbruik, dat ze echt heel hard moeten vechten tegen hun geest om überhaupt geen zelfmoord te hoeven plegen. Dat gevecht wordt niet altijd gewonnen. Zelfs christenen met zo’n ziekte winnen het gevecht niet altijd.

    Soms vraag ik me dan weleens af wat God nu met zulke mensen wil. Mensen die afschuwelijke gedachten hebben, die soms ook uitvoeren, door een gif zo sterk en zo allesverterend, dat het alle menswaardigheid in hen berooft. Hoe kun je nu deze mensen bereiken? Als we werkelijk geloven dat God iedereen wil redden en niemand te zwaar beproefd, dan moet er voor deze mensen dus ook een uitweg zijn, nog bij leven. Maar hoe dan?

    Robert

  20. Laatst las ik een bijzonder inspirerend artikel op de site van de Volkskrant. We proberen al vele jaren allerlei vormen van ontwikkelingshulp te verrichten, maar eigenlijk met weinig succes. Totdat er initiatieven opkwamen die iets heel simpels deden: ze gaven de echt arme mensen gewoon geld. Meer niet. De mensen kregen een eenmalige gift of maandelijkse, kleine uitkering, zonder voorwaarden en zelfs zonder het terug te hoeven betalen.

    En het bleek ook beter te werken. De mensen gingen ook vrij verstandig met het geld om. Ze kochten betere materialen voor hun werk, stuurden hun kinderen naar school en wisten vaker uit de armoede te ontsnappen. Er waren eigenlijk maar weinig mensen die er misbruik van maakten. Is dat niet verbazingwekkend en mooi om te horen? Wij zijn zo gewend om te denken in termen als misbruik en wantrouwen, maar het hoeft dus niet altijd.

    We verzinnen de meest ingewikkelde procedures en projecten om onze samenleving te verbeteren, maar ik geloof dat er niets belangrijker en essentiëler is dan vertrouwen. Echt vertrouwen. Vertrouwen in de thuiszorgmedewerkster, dat deze zich heus wel aan het rooster zal houden en geen tijd zal verspillen. In de arts, dat deze echt wel zijn best doet om je te helpen. In de leraar, dat deze echt met hart en ziel goed onderwijs zal geven.

    Door die cashprojecten werden de mensen geen ideologie of systeem opgelegd. Ze hadden alle vrijheid in wat ze wilden doen en hoe ze hun leven wilden opbouwen. Zo werden ze erkend in hun menselijke waardigheid, in hun manier van leven. Net zoals in de Schrift de slaven van de landeigenaar zelf mochten bepalen hoe ze de gekregen talenten zouden besteden en hij toch geen geld verloor. Wat een geweldige erkenning is dat!

    Is controle dan slecht? Nee, natuurlijk niet, want misbruik zal er altijd blijven, hoewel dus veel minder dan wij altijd denken. Maar wat kan echt vertrouwen toch heerlijk bevrijdend zijn en het leven ook zoveel eenvoudiger maken. Wat kan het toch enorm veel geld en energie schelen als we erop vertrouwen dat mensen echt wel willen werken en hun werk goed zullen doen. Mensen zullen daardoor juist graag het vertrouwen waarmaken.

    Robert

  21. De Here Jezus spreekt zomaar opeens over een paar musjes. Wanneer de Here Jezus midden in een verhaal zit over oordeel - wees bang voor Hem Die zowel lichaam als ziel verloren kan laten gaan - en over het belijden van de Naam van God, begint Hij opeens over die musjes. Daarmee illustreert Hij waarom wij niet bang hoeven te zijn.

    Twee musjes kosten een penning, en voor twee penning krijg je er vijf. Vijf halen, vier betalen. En toch…

    Geen enkele mus valt van het dak, zonder dat God erbij is. God vergeet zelfs de vijfde mus niet.

    Er staat in Lucas 12:6-7 (HSV-vertaling):
    "6 Worden niet vijf musjes voor twee penninkjes verkocht? En niet een van die is bij God vergeten. 7 Ja, ook de haren van uw hoofd zijn alle geteld. Wees dan niet bevreesd: u gaat veel musjes te boven."

    Niets is toevallig
    In Matteüs 10:29 staat over de musjes dat twee stuks een penning kosten, en dat "... niet een van die zal op de aarde vallen buiten uw Vader om". Er gebeurt niets wat God niet weet. Ook niet in jouw leven. Er gebeurt niets wat Hem ontgaat. Er gebeuren zelfs geen dingen met een musje zonder dat God daar bij is.

    En wij zijn voor God belangrijker dan veel musjes, zegt Christus. In ons leven gebeurt niets waar God niet bij is. Niets waar Hij niet alles van weet. Niets.

    God is bij alles betrokken
    Onze God, Die in dit gedeelte in Matteüs "de Vader" wordt genoemd, weet zelfs hoeveel haren we op ons hoofd hebben. Zijn betrokkenheid gaat echter nog veel verder dan dit. Veel verder dan wij ons kunnen voorstellen. Hij is niet alleen betrokken bij gewone alledaagse dingen, maar vooral ook bij ons geestelijk welzijn, onze oude gewoonten, onze verborgen zonden, of ons diep verdriet.

    Belangrijker dan een mus of het aantal haren op ons hoofd, is onze geestelijke groei. God, onze Vader, is diep betrokken bij het proces waardoor wij Hem beter gaan begrijpen en wij zelf meer op Zijn Zoon Jezus gaan lijken.

    Niet bang zijn
    Dat onze Vader alles weet, er altijd bij is, en diep betrokken is met ons leven, kan een troost zijn voor zieken, eenzamen en mensen met een groot verdriet. Maar voor anderen kan het iets zijn om bang voor te zijn.
    Het vers hiervoor (zie Lucas 12:5) zegt, dat wie God niet erkent, redenen heeft om heel bang voor Hem te zijn. Wie Hem oprecht wil volgen hoeft echter niet bang te zijn, want in Zijn betrokkenheid zal God vóór ons zijn (zie ook vers 8).

    En dan is niets, van wat ons overkomt, toevallig. In alles is Hij betrokken met ons. Laten we open staan voor Zijn inmenging in ons leven. We zijn immers oneindig veel meer waard dan die vijfde mus. In Zijn handen zijn we veilig.
     

    Steven Verhorst - ZijnWoord.nl

  22. Rondleiding huis van Minecraft-speler

    Nee, ik wil hier geen reclame maken voor het spel Minecraft. Maar hier laat een (Engels sprekende) speler zien wat hij gebouwd en ontworpen heeft in het spel. In de speelmodus survival, dus alle blokken en materialen heeft hij zelf gedolven, gevonden of gemaakt. Zoals je ziet is zijn ondergrondse basis enorm groot, heeft hij vrijwel alle processen geautomatiseerd en exploiteert hij op handige wijze alle gevaren die het spel te bieden heeft.

    Ik vind het fascinerend om te zien hoe enorm veel creativiteit er bij veel mensen vrijkomt door zo’n simpel spelletje als Minecraft. Van replica’s op ware grootte van kathedralen tot echt werkende CPU’s ter grootte van vele voetbalvelden, alles blijkt ineens mogelijk te zijn. Maar net zoveel spelers leven een eenvoudig leven in het spel en proberen er de uitdagingen te voltooien en de verschillende gevaren op vernuftige wijze tot handigheden te maken.

    Het spel lijkt ook een diepgeworteld verlangen van veel mensen boven te halen. Namelijk het verlangen naar een vreedzaam, ongestoord leven waarin je je eigen huis bouwt, je eigen voedsel verbouwt en leeft van wat de natuur je geeft. En waarin gevaren ten goede kunnen worden gekeerd, of in elk geval kunnen worden ontweken als je wil. Waar je alle vrijheid en ruimte hebt om met de middelen die je hebt creatief om te gaan.

    Interessante vraag is dan waarom wij alleen maar zo kunnen leven als er een scherm tussen ons en de omgeving staat. Waarom we spelletjes nodig hebben om te tuinieren, om simpele apparaten uit te vinden, zelfs ook om te sporten en om gevaren te accepteren. Is dat omdat die spellen nu eenmaal veel eenvoudiger en vrijblijvender zijn, of omdat wij het echte leven te ingewikkeld hebben gemaakt, zonder echt ruimte voor fouten en risico’s?

    Er zijn nog altijd volkeren die, wars van al onze technologie, eenvoudig in en met de natuur leven en op creatieve wijze omgaan met de gevaren daar. Sommigen hebben daar bewust voor gekozen, zoals de Amish, anderen hebben nooit anders gekend. Het is niet goed om deze mensen en hun leefwijze te idealiseren, maar het zou me niets verbazen als Minecraft uiting is van een verlangen die onze Schepper in onze harten heeft gelegd.

    Robert

  23. Trailer Fight Club

    De spullen die jij bezit, zullen jou bezitten. Zelfverwezenlijking is zelfbevrediging. Je bent pas vrij als je niets te verliezen hebt. De oppervlakkig levende protagonist ontmoet in de film Fight Club een charismatische kerel, Tyler, die vanuit dergelijke wijsheden leeft. Door ontwikkelingen trekt hij bij Tyler in en richten ze een club op van mannen die elke zaterdagavond het hart luchten met ouderwetse vechtpartijen van man tot man.

    Tyler schuwt geen pijn of zelfdestructie, integendeel. Hij ziet zelfvernietiging als hoogste goed en heeft felle kritiek op de commerciële, hedonistische leefwijze van veel westerlingen, waarin men het contact met de natuur is kwijtgeraakt en men vooral met zichzelf bezig is. Het gaat echter erg ver als de "fight club" meer wil dan enkel vechten, maar de hele samenleving in anarchie wil onderdompelen om zo alle andere mensen te "bevrijden."

    In een scène wordt Tyler volledig afgetuigd, tot bloedens toe, maar moet hij alleen maar harder lachen en daagt hij de geweldenaars uit verder te gaan, tot bijna het maniakale toe. Uiteindelijk druipen de mannen af. Dat is vrij bijzonder. Het betekent dat het hem dus werkelijk niet uitmaakt wat hem overkomt, dat in feite niets hem meer ongelukkig kan maken, of zelfs kwaad. Pijn ziet hij als een onlosmakelijk deel van het leven, dat mooi is.

    Is dit dan een leefwijze die Christus van jou vraagt? Deels wel. Uiteindelijk wil Hij jou zodanig omvormen, dat alles wat je overkomt, goed of kwaad, je alleen maar sterker en zelfs gelukkiger maakt. Zodat niets of niemand je meer kan scheiden van de liefde van Christus. Uiteindelijk wil Hij dat je alles opgeeft, het échte leven weer hervindt en daardoor niets meer te verliezen zult hebben. En dat vraagt een bittere strijd tegen “het vlees.â€

    Aan een rijke man vroeg Hij al zijn spullen te verkopen en Hem te volgen. Waarschijnlijk zou jij je ook wel drie keer bedenken voordat je die stap zou nemen. Alles opgeven wat mooi en vertrouwd is? Christus geeft daarvoor in de plaats echter geen leven van geweld en het zinloos najagen van masochisme en anarchie. Hij geeft daarvoor in de plaats zichzelf. En hoe meer je opgeeft, hoe meer je jezelf ontziet, hoe meer Christus je krijgt.

    Robert

  24. Van donderdag 15 augustus tot en met zondag 18 augustus was op landgoed Velder in de buurt van Boxtel, de eerste versie van het Flavor Festival, een voortzetting van een christelijk muziekfestival dat jarenlang bekend stond onder de naam Flevo. Vier dagen lang genieten van muziek in allerlei soorten en maten, lezingen, workshops en een heerlijke ongedwongen festivalsfeer.

    Van Flevo naar Flavor

    Een groep van enthousiaste vrijwilligers en oud-Flevo bezoekers besloot na het ter ziele gaan van Flevo dat dit niet het einde mocht zijn van het grootste christelijke muziekfestival van Nederland. Zij begonnen met het organiseren van het Flavor Festival, met beperkte middelen en een grote dosis enthousiasme en doorzettingsvermogen. In het nadenken over dit festival ging men terug tot wat de kern was van het organiseren van een festival en naarmate er meer aanmeldingen kwamen, werd er op die basis steeds verder voortgebouwd.

    En het resultaat mag er zijn! Het festival is kleiner geworden, wat het een veel gezelligere en bijna knusse sfeer geeft. Zo staan de tenten op de camping letterlijk op een paar meter afstand van het festivalterrein. De podia zijn veel kleiner geworden, wat maakt dat je heel dicht bij de artiesten in de buurt kunt komen. En gezegd moet ook worden dat de meeste artiesten van Flavor veel beter tot hun recht komen op een klein podium dan op de grote podia die Flevo hiervoor had, podia waarop een aantal bands soms leek te verdrinken. De hekken zijn grotendeels verdwenen, douchen is weer gratis en terrein is gezellig en overzichtelijk.

    Het programma

    Op het hoofdpodium waren een groot aantal artiesten te zien met een historie op het oude Flevo. Zo was op vrijdagavond The Violet Burning één van de headliners, oude veteranen die nog steeds als geen ander weten hoe ze een intense rauwe maar ook intieme rockshow moeten neerzetten. Zaterdagmiddag was het podium voor Rachel Louïse, een singer-songwriter die je met haar prachtige stem laat wegdromen en met haar soms wat zweverige charisma ook heel de tent mee weet te krijgen.

    Flavor was echter ook ‘Volkoren’, een Nederlands label dat haar eigen podium kreeg. Volkoren betekent aan de ene kant prachtige luistermuziek met intelligente teksten, waar je het liefst nog met een kopje thee op de grond naar zou luisteren.  Aan de andere kant is Volkoren snoeiharde metal en hardcore. Allebei voor de liefhebbers, een gulden middenweg doen ze niet aan. Minder geslaagd leek echter de opzet om veel deejays naar Flavor te halen, het bleef soms angstvallig leeg wanneer een aantal deejays hun set draaiden.

    Flavor is echter ook de grens opzoeken tussen waar kerk en muziek elkaar raken. Dat betekent aan de ene kant dat er Taizé-vieringen zijn, waar de rust wordt gezocht, om daar God te vinden. Maar dat betekent ook een loudtugy. Een viering met keiharde dubstep en drum ’n bass, waarbij de muziek elke gedachte overstemt terwijl ondertussen een niet aflatende stroom van christelijke teksten naar binnen wordt gepompt.

    En Flavor is lezingen over de gamification van het geloof, heilige huisjes in het christendom, de hel, journalistiek en  C.S. Lewis. Het zijn workshops songwriting, streetbeats, zumba en gospelzingen. Het is de presentatie van de straatbijbel en het homo-ontbijt. Teveel om op te noemen eigenlijk.

    Ik zit ondertussen tussen weer thuis. Mijn spieren zijn stram, mijn stem is schor en mijn hoofd voelt nog steeds verdoofd. Ik heb genoten en ben er volgend jaar zeker weer terug te vinden!

    Eli7

  25. Van donderdag 15 augustus tot en met zondag 18 augustus was op landgoed Velder in de buurt van Boxtel, de eerste versie van het Flavor Festival, een voortzetting van een christelijk muziekfestival dat jarenlang bekend stond onder de naam Flevo. Vier dagen lang genieten van muziek in allerlei soorten en maten, lezingen, workshops en een heerlijke ongedwongen festivalsfeer.

    Van Flevo naar Flavor

    Een groep van enthousiaste vrijwilligers en oud-Flevo bezoekers besloot na het ter ziele gaan van Flevo dat dit niet het einde mocht zijn van het grootste christelijke muziekfestival van Nederland. Zij begonnen met het organiseren van het Flavor Festival, met beperkte middelen en een grote dosis enthousiasme en doorzettingsvermogen. In het nadenken over dit festival ging men terug tot wat de kern was van het organiseren van een festival en naarmate er meer aanmeldingen kwamen, werd er op die basis steeds verder voortgebouwd.

    En het resultaat mag er zijn! Het festival is kleiner geworden, wat het een veel gezelligere en bijna knusse sfeer geeft. Zo staan de tenten op de camping letterlijk op een paar meter afstand van het festivalterrein. De podia zijn veel kleiner geworden, wat maakt dat je heel dicht bij de artiesten in de buurt kunt komen. En gezegd moet ook worden dat de meeste artiesten van Flavor veel beter tot hun recht komen op een klein podium dan op de grote podia die Flevo hiervoor had, podia waarop een aantal bands soms leek te verdrinken. De hekken zijn grotendeels verdwenen, douchen is weer gratis en terrein is gezellig en overzichtelijk.

    Het programma

    Op het hoofdpodium waren een groot aantal artiesten te zien met een historie op het oude Flevo. Zo was op vrijdagavond The Violet Burning één van de headliners, oude veteranen die nog steeds als geen ander weten hoe ze een intense rauwe maar ook intieme rockshow moeten neerzetten. Zaterdagmiddag was het podium voor Rachel Louïse, een singer-songwriter die je met haar prachtige stem laat wegdromen en met haar soms wat zweverige charisma ook heel de tent mee weet te krijgen.

    Flavor was echter ook ‘Volkoren’, een Nederlands label dat haar eigen podium kreeg. Volkoren betekent aan de ene kant prachtige luistermuziek met intelligente teksten, waar je het liefst nog met een kopje thee op de grond naar zou luisteren.  Aan de andere kant is Volkoren snoeiharde metal en hardcore. Allebei voor de liefhebbers, een gulden middenweg doen ze niet aan. Minder geslaagd leek echter de opzet om veel deejays naar Flavor te halen, het bleef soms angstvallig leeg wanneer een aantal deejays hun set draaiden.

    Flavor is echter ook de grens opzoeken tussen waar kerk en muziek elkaar raken. Dat betekent aan de ene kant dat er Taizé-vieringen zijn, waar de rust wordt gezocht, om daar God te vinden. Maar dat betekent ook een loudtugy. Een viering met keiharde dubstep en drum ’n bass, waarbij de muziek elke gedachte overstemt terwijl ondertussen een niet aflatende stroom van christelijke teksten naar binnen wordt gepompt.

    En Flavor is lezingen over de gamification van het geloof, heilige huisjes in het christendom, de hel, journalistiek en  C.S. Lewis. Het zijn workshops songwriting, streetbeats, zumba en gospelzingen. Het is de presentatie van de straatbijbel en het homo-ontbijt. Teveel om op te noemen eigenlijk.

    Ik zit ondertussen tussen weer thuis. Mijn spieren zijn stram, mijn stem is schor en mijn hoofd voelt nog steeds verdoofd. Ik heb genoten en ben er volgend jaar zeker weer terug te vinden!

    Eli7

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid