Spring naar bijdragen

Aanbevolen berichten

In 1 kor 1:12 komen we de uitspraak van Paulus tegen:

"Ieder van u schijnt zijn eigen leus te hebben: "Ik ben van Paulus." "Ik van Apollos." "Ik van Kefas." Ik van Christus."

of in de tekst zoals die voor katholieken geldt bij Bijbelstudie: Hoc autem dico quod unusquisque vestrum dicit: “ Ego quidem sum Pauli ”, “ Ego autem Apollo ”, “ Ego vero Cephae ”, “ Ego autem Christi ”,

of in de voor gereformeerden canonieke vertaling: En dit zeg ik, dat een iegelijk van u zegt: Ik ben van Paulus, en ik van Apollos, en ik van Céfas, en ik van Christus.

In de vertaling van het WTG staat er: Ik bedoel dit, dat een ieder van U zegt: „Ik behoor bij Pa̱u̱lus”, „Maar ik bij Apo̱llos”,+ „Maar ik bij Ce̱fas”, „Maar ik bij Christus.” 

 

Boeiender dan wat er exact staat, vind ik de vraag wat het betekent. Maar het boeiendste vind ik te begrijpen hoe anderen tot hun uitleg komen.

Om dat te duiden moet ik eerst aangeven hoe deze tekst in katholieke context valt te verstaan, en wat er mis is met de toelichting die ik vond in de Statenvertaling met toelichting van de Gereformeerde Bijbelstichting. Niets daarvan is bedoeld om te zeggen "wij hebben gelijk, wat zijn de anderen toch een sufferds". Ik probeer alleen zo helder en eerlijk mogelijk te schetsen waar ik mee worstel, en probeer daarbij noch personen, noch overtuigingen, noch de waarheid geweld aan te doen.

 

Voor elke uitleg is het relevant te bedenken wie de genoemde personen zijn in het geloofsleven van de ontvangers van de brief, de toenmalige christenen van Korinthe.

Paulus is niet alleen de schrijver van de brief (tenminste, zo wordt hij voorgesteld), hij is ook degene die de christengemeente van Korinthe gevestigd heeft, kennelijk.

Apollos, zo valt uit de rest van de brief en uit andere bronnen (brief aan Titus bijvoorbeeld) te begrijpen, was een medewerker van Paulus, en iemand die de gemeente van Korinthe tot steun was. Waar Paulus nauwelijks iemand doopte, lijkt het er sterk op dat Apollos wel doopte in Korinthe.

Kefas, dat is Petrus. Die van de 12. Er zijn geen aanwijzingen dat hij in Korinthe is geweest.

Christus, dat is binnen het orthodoxere christendom Jezus. 

Voor de katholieke uitleg is het nodig twee typische stijlfiguren te kennen die bekend zijn in de literaire brief-traditie waarin Paulus' schreef. De ene is een vrij eenvoudige, de hyperbool. Het is gebruikelijk een opsomming op te bouwen van klein, onbelangrijk, naar groot, belangrijk. De andere is bij Paulus heel veel terug te vinden: de valse bescheidenheid. Paulus spreekt met groot gezag en de vanzelfsprekendheid die daar bij hoort, maar tegelijk put hij zich uit in het tonen van zijn nederigheid, zijn onbelangrijkheid, etc.

Verder is het, voor de katholieke uitleg, essentieel de katholieke ecclesiologie een beetje te kennen. In het katholieke kerkverstaan heb je de Kerk van Christus, die zich bevindt in maar niet 100% samenvalt met de RKK (van voor 1054, voor de fijnslijpers). De RKK is het geheel van zichtbare patriarchaten, organisaties, kloosterordes, kerken/bisdommen, parochies, verenigingen, stichtingen, universiteiten, etc. etc., die direct of indirect onder het spirituele gezag van de paus, de opvolger van Petrus dus, vallen. 

Tel dat alles bij elkaar op, en het wordt ineens duidelijk waarom in het rijtje Kefas voorkomt, ook al was die nooit in Korinthe. En waarom Paulus, Appollos en Kefas in hetzelfde rijtje staan als Christus, die toch van een geheel andere categorie is.

De opsomming is geen nevenschikking, maar een opbouw van een hiërarchie: Paulus, de minste, de vals bescheidene voert het rijtje aan. Hij staat voor de net bekeerden die nog nergens bij horen. Appollos staat voor de lokale gemeente, de parochie. Kefas, de paus, staat voor de RKK. En Christus is het ware doel van de ze opsomming, Hij staat voor de Kerk. De scheiding is dus niet nevenschikkend, Paulus wijst (zoals hij overigens vaker doet) op de universaliteit van de Kerk en op de hiërarchie van het kerkelijk leerambt. Kennelijk waren er in Korinthe die zeiden:

"ik geloof wel, maar daar heb ik geen kerk bij nodig" (Paulus-aanhangers)

"de kerk, dat is de lokale gemeente, de mensen die ik ken, met hen vorm ik kerk" (Appollos-aanhangers)

"de kerk, dat is de RKK, de wereldkerk" (Kefas-aanhangers)

maar alleen zij die begrepen dat al je geloven, al je liefde voor je lokale gemeente, al je liefde voor de moederkerk slechts een bijverschijnsel kan zijn van je geloof in de Kerk van Christus, worden bij Christus ingedeeld. Alleen zij hebben de volheid van het geloof.

 

In de uitleg die ik bij de Statenvertaling met commentaar van de Gereformeerde Bijbelstichting vond komt inzicht in de gebruikte stijlfiguren niet voor. De rol van Petrus wordt vanzelfsprekend niet benoemd, want die is puur katholiek/orthodox. Maar wat dan overblijft is een commentaar van het niveau: Paulus en Appollos waren beiden verkondigers, en die gekke korinthiers hadden niet door dat beiden samen werkten. Wat Petrus in dit rijtje doet weten we eigenlijk ook niet, maar ja, hij zal wel op de een of andere manier genoemd zijn. En degenen die "van Christus" zijn, dat waren de eenvoudige en oprechte christenen. De rest deugde dus gewoon niet.

Ik snap dat het voor een gereformeerde club vrijwel onmogelijk is te erkennen dat de Bijbel een vrij duidelijke katholieke visie op Petrus heeft, en dus niet veel verder komt dan "ja, raar wel, dat Petrus genoemd wordt, maar ja, het zal wel". Maar dat dit commentaar zo plat is en zo weinig recht doet aan de literaire tradities en kwaliteiten die fundament zijn onder deze brief, vind ik toch verrassend. Niet het verschil van uitleg of overtuiging, maar het totale gebrek aan diepgang vind ik raar.

 

Uit de online versie van het wtg kan ik helaas niet afleiden hoe de Getuigen deze tekst verstaan, als er al een vast verstaan is natuurlijk, ik weet niet hoe ver dat gaat bij het wtg. Dus als @sjako daar iets over wil en kan vertellen zou dat fijn zijn.

 

Goed, uw reacties, ik zie er naar uit.

Link naar bericht
Deel via andere websites
1 uur geleden zei Flash Gordon:

Ik snap dat het voor een gereformeerde club vrijwel onmogelijk is te erkennen dat de Bijbel een vrij duidelijke katholieke visie op Petrus heeft, en dus niet veel verder komt dan "ja, raar wel, dat Petrus genoemd wordt, maar ja, het zal wel". Maar dat dit commentaar zo plat is en zo weinig recht doet aan de literaire tradities en kwaliteiten die fundament zijn onder deze brief, vind ik toch verrassend. Niet het verschil van uitleg of overtuiging, maar het totale gebrek aan diepgang vind ik raar.

Eerder denk ik dat het voor een gereformeerde club moeilijk is om die op zich vrij duidelijke katholieke visie op Petrus goed te rijmen met een ander uitgangspunt, je noemde het al:

Citaat

Voor elke uitleg is het relevant te bedenken wie de genoemde personen zijn in het geloofsleven van de ontvangers van de brief, de toenmalige christenen van Korinthe.

Voor mij is dat eerder de verklaring voor de afwezigheid van elke hint naar jou uitleg in de (kanttekeningen van de) Statenvertaling. Zou jouw uitleg namelijk in die tijden (van de reformatie) gangbaar zijn geweest, dan zou ik verwacht hebben dat men daar stelling tegen genomen zou hebben ("anachronisme!", of iets dergelijks). Niet dat men hem eenvoudigweg onder het tapijt zou schuiven.

Maar goed: dat was je vraag niet. Die was: hoe leest men in jouw kringen die tekst? Ik heb er twee commentaren voor je bij gepakt. Uit de gereformeerde (preciezer: de neocalvinistische) richting: de Korte Verklaring (dit deel geschreven door Grosheide; 2e druk uit 1954) en het 1 Kor-deel uit het Commentaar op het NT, 3e serie (Dean Anderson, 2008).

Grosheide: "Vers 12 zegt waarin deze twisten (vers 11) bestaan. Ieder lid der gemeente hief een leus aan waardoor men zichzelf voorstelde als de ware christen en de ander veroordeelde. Het is merkwaardig dat Paulus hier, noch later in de brief, te kennen geeft wat de oorzaak der twisten en de reden van het aanheffen van deze leuzen was. Van verschil in leer, beschouwing of levenswijze blijkt nergens iets."

Vervolgens gaat de uitleg hier naar toe, dat men zich eerst beriep op de prediker die men het liefste hoorde (Paulus of Apollos), om vervolgens ("de hoogmoed van de Korinthiers wilde boven Paulus en Apollos uit gaan") zich te beroepen op Petrus, en vervolgens (de 4e groep) op Christus. "En niet dat ze zich naar Christus noemden was verkeerd, maar dat ze de naam van Christus voor zich opeisten en die anderen ontzegden. De zonde in Korinthe is niet enige afwijking in de leer of in het leven, maar het ruzie maken, het zich stellen boven elkander, het voor zich opeisen wat aan de ganse gemeente toekomt. Het is die ernstige, in alle tijden voorkomende ongerechtigheid, het twisten om niets, uit loutere verheffing van zichzelf, welke de apostel bestraft".

De opmerkingen van Dean Anderson wijken hier inhoudelijk niet van af. Ik citeer ze daarom ook niet.

De uitleg van dit vers draait dus niet zozeer over de opsomming van de namen, maar om het "ἕκαστος ὑμῶν λέγει" (het "unusquisque vestrum dicit"): het feit dat ieder gemeentelid zichzelf op een bepaald voetstuk plaatst (Paulus, Apollos, Petrus of zelfs ook maar Christus), alsof Christus gedeeld zou kunnen zijn, en ieder van de anderen (Paulus, Apollos, Petrus) voor hen zou zijn gekruisigd, etc.

Wat ik zo snel niet in die commentaren tegen kwam (als ik de tijd heb blader ik nog even door) is het gegeven dat dezelfde opsomming in het derde hoofdstuk ook nog voor komt, waar hij dezelfde functie lijkt te hebben als in bovenstaande uitleg:

Citaat

 3:21 Niemand van u moet zich daarom laten voorstaan op een ander mens, want álles is van u; 3:22 of het nu Paulus, Apollos of Kefas is, wereld, leven of dood, heden of toekomst – álles is van u. 3:23 Maar u bent van Christus en Christus is van God.

In ieder geval: in de uitleg van 1:12 beriep men zich daar niet op...

De uitleg gaat dus wel iets verder dan het "En degenen die "van Christus" zijn, dat waren de eenvoudige en oprechte christenen. De rest deugde dus gewoon niet." Sterker: die gedachte wordt verworpen. En dat terecht m.i.. Maar dan krijgt ook de gereformeerde terecht een spiegel voorgehouden, met de vraag: en hoe bezie je dan je eigen kerkverband naast de andere kerkverbanden?? Voor mij wordt die tekst dan best "spannend"!

Link naar bericht
Deel via andere websites
1 uur geleden zei Hendrik-NG:

Eerder denk ik dat het voor een gereformeerde club moeilijk is om die op zich vrij duidelijke katholieke visie op Petrus goed te rijmen met een ander uitgangspunt, je noemde het al:

Voor mij is dat eerder de verklaring voor de afwezigheid van elke hint naar jou uitleg in de (kanttekeningen van de) Statenvertaling. Zou jouw uitleg namelijk in die tijden (van de reformatie) gangbaar zijn geweest, dan zou ik verwacht hebben dat men daar stelling tegen genomen zou hebben ("anachronisme!", of iets dergelijks). Niet dat men hem eenvoudigweg onder het tapijt zou schuiven.

Maar goed: dat was je vraag niet. Die was: hoe leest men in jouw kringen die tekst? Ik heb er twee commentaren voor je bij gepakt. Uit de gereformeerde (preciezer: de neocalvinistische) richting: de Korte Verklaring (dit deel geschreven door Grosheide; 2e druk uit 1954) en het 1 Kor-deel uit het Commentaar op het NT, 3e serie (Dean Anderson, 2008).

Grosheide: "Vers 12 zegt waarin deze twisten (vers 11) bestaan. Ieder lid der gemeente hief een leus aan waardoor men zichzelf voorstelde als de ware christen en de ander veroordeelde. Het is merkwaardig dat Paulus hier, noch later in de brief, te kennen geeft wat de oorzaak der twisten en de reden van het aanheffen van deze leuzen was. Van verschil in leer, beschouwing of levenswijze blijkt nergens iets."

Vervolgens gaat de uitleg hier naar toe, dat men zich eerst beriep op de prediker die men het liefste hoorde (Paulus of Apollos), om vervolgens ("de hoogmoed van de Korinthiers wilde boven Paulus en Apollos uit gaan") zich te beroepen op Petrus, en vervolgens (de 4e groep) op Christus. "En niet dat ze zich naar Christus noemden was verkeerd, maar dat ze de naam van Christus voor zich opeisten en die anderen ontzegden. De zonde in Korinthe is niet enige afwijking in de leer of in het leven, maar het ruzie maken, het zich stellen boven elkander, het voor zich opeisen wat aan de ganse gemeente toekomt. Het is die ernstige, in alle tijden voorkomende ongerechtigheid, het twisten om niets, uit loutere verheffing van zichzelf, welke de apostel bestraft".

De opmerkingen van Dean Anderson wijken hier inhoudelijk niet van af. Ik citeer ze daarom ook niet.

De uitleg van dit vers draait dus niet zozeer over de opsomming van de namen, maar om het "ἕκαστος ὑμῶν λέγει" (het "unusquisque vestrum dicit"): het feit dat ieder gemeentelid zichzelf op een bepaald voetstuk plaatst (Paulus, Apollos, Petrus of zelfs ook maar Christus), alsof Christus gedeeld zou kunnen zijn, en ieder van de anderen (Paulus, Apollos, Petrus) voor hen zou zijn gekruisigd, etc.

Wat ik zo snel niet in die commentaren tegen kwam (als ik de tijd heb blader ik nog even door) is het gegeven dat dezelfde opsomming in het derde hoofdstuk ook nog voor komt, waar hij dezelfde functie lijkt te hebben als in bovenstaande uitleg:

In ieder geval: in de uitleg van 1:12 beriep men zich daar niet op...

De uitleg gaat dus wel iets verder dan het "En degenen die "van Christus" zijn, dat waren de eenvoudige en oprechte christenen. De rest deugde dus gewoon niet." Sterker: die gedachte wordt verworpen. En dat terecht m.i.. Maar dan krijgt ook de gereformeerde terecht een spiegel voorgehouden, met de vraag: en hoe bezie je dan je eigen kerkverband naast de andere kerkverbanden?? Voor mij wordt die tekst dan best "spannend"!

Kijk, ik hoopte al dat jij zou reageren :) Dat is al heel wat meer diepgang en samenhang vooral, dan wat ik gevonden heb. Dank daarvoor

Link naar bericht
Deel via andere websites

Ik weet niet of er interesse is voor de baptistische insteek, die ik vanuit mijn baptistenverleden nog wel ken. Dat kan misschien ook een interessant, protestants licht op de zaak geven.

Het bijzondere is namelijk dat binnen het baptisme dit regeltje nog best actueel was, althans, toen ik nog baptist was. Om dat te begrijpen, is het goed om te weten hoe het baptisme in Nederland georganiseerd is.
Baptistengemeenten zijn namelijk in principe zelfstandig en functioneren als verenigingen; ze houden ledenvergaderingen over zowel theologische als huishoudelijke kwesties, beroepen zelf hun voorgangers en kerkeraadsleden en ze bepalen zelf tot op zekere hoogte hoe ze de eredienst vieren en welke eigen tradities ze daarbij aanhouden. Alleen doop en avondmaal zijn aan enige gemeenschappelijke voorschriften gebonden.
Je hebt daarbij gemeenten die aangesloten zijn bij de Unie van Baptistengemeenten in Nederland, maar deze functioneerd meer als een dienstencentrum, die onder meer baptistenvoorgangers opleidt, en heeft dus geen synodale status. Ze kent echter wel de jaarlijke Algemene Vergadering, om de landelijke, bestuurlijke en deels ook theologische koers vast te stellen. Je hebt echter ook gemeenten die daar niet bij horen, de zogenoemde vrije baptistengemeenten, en die zijn dus ook niet gebonden aan de gemeenschappelijke voorschriften en basisbeginselen van de Unie.
Lid van een gemeente wordt je in principe door het doopsel, mits deze geldig is toegediend volgens de beginselen van het baptisme, dus uit eigen vrije wil en door volledige onderdompeling. Het doopsel kan dus ook in een andere kerkgemeenschap worden toegediend, maar dus niet als je als kind gedoopt werd.

Het baptisme koppelt het christen-zijn dus heel direct aan het lid zijn van de plaatselijke gemeente, met alle rechten en verantwoordelijkheden die je er als lid hebt. Aan de andere kant echter erkent het baptisme vrijwel alle andere kerkgemeenschappen, inclusief de katholieke Kerk, als medekerken en hun leden dus ook als broeders en zusters in het geloof, gedoopt of niet gedoopt.
Ze heeft dus een inclusivistische kijk op de Gemeente van Christus: die overstijgt alle kerkmuren en bestaat uit alle ware christenen die binnen hun kerken of gemeenten Christus oprecht proberen na te volgen. Zij ziet zichzelf, nuances daargelaten, dus als één van de gemeenten die zo bijbels mogelijk proberen te leven en niet als de enige of de ware gemeente.

Nochtans blijven mensen mensen, dus ook binnen het baptisme heb je verschillende ideeën, discussies en stromingen. De discussie over de verhouding tussen de plaatselijke en de universele Gemeente werd in mijn tijd dan ook zeker nog wel gevoerd, ook op landelijk niveau. En hier komt Paulus om de hoek kijken.
De "Paulusgangers" hechtten dan vooral veel belang aan de zelfstandigheid en de urgentie van de plaatselijke gemeente, vonden dan ook niet alle kerken even legitiem en wilden ook liever niet teveel bemoeienis van de Unie.
De "Appolosgangers" legden meer de nadruk op het baptisme in het algemeen en haar identiteit binnen het Nederlands kerkelijk landschap; zij zagen het baptisme meestal dan vrij nadrukkelijk ook als het meest bijbels en juist.
De "Petrusgangers" vonden al die kerkmuren maar hinderlijk en waren dus vooral de inclusivistische visie toegedaan; gereformeerden hoefden dan ook niet baptistisch te worden of omgekeerd en men kon dan ook prima samen erediensten houden en het avondmaal vieren.
De "Christusgangers" waren van mening dat kerken en gemeenten helemaal niet nodig waren om Christus na te volgen; Hem alleen is genoeg en al het andere leidt enkel maar van Hem af.

Dit uitte zich dan in discussies over hoe streng de verbintenis doopsel-lidmaatschap zou moeten zijn, of al die voorschriften, plaatselijk of landelijk, werkelijk zo nodig waren, over de moreel die in de gemeente diende te heersen, over hoe ver oecumene diende te gaan, etc. Paulus waarschuwt in zijn brief dus allevier de groepen, niet enkel de eerste drie, en geeft aan dat de Gemeente in alle toonaarden bestaat en elke toon de muziek maakt.
Christus is niet gebonden aan kerken en gemeenten, maar wij hebben ze wel nodig en Hij spreekt wel door hen heen. Zowel de plaatselijke als de universele Gemeente is van belang, zowel de eigen identiteit als die van de ander, maar Christus is degene die dit alles voedt en leidt.
Je mag dus de Gemeente niet afwijzen, je mag niet doen alsof enkel het baptisme het helemaal juist heeft, je mag je niet zomaar losmaken van de plaatselijke gemeenten en je moet altijd voor ogen houden voor wie je het doet. Allevier de lagen zijn nodig en je moet elkaar daarover dus niet in de haren vliegen en je eigen voorkeuren niet als de meest zuivere of bijbelse verkondigen.

Link naar bericht
Deel via andere websites
5 uur geleden zei Hendrik-NG:

De uitleg van dit vers draait dus niet zozeer over de opsomming van de namen, maar om het "ἕκαστος ὑμῶν λέγει" (het "unusquisque vestrum dicit"): het feit dat ieder gemeentelid zichzelf op een bepaald voetstuk plaatst (Paulus, Apollos, Petrus of zelfs ook maar Christus), alsof Christus gedeeld zou kunnen zijn, en ieder van de anderen (Paulus, Apollos, Petrus) voor hen zou zijn gekruisigd, etc.

Wat ik zo snel niet in die commentaren tegen kwam (als ik de tijd heb blader ik nog even door) is het gegeven dat dezelfde opsomming in het derde hoofdstuk ook nog voor komt, waar hij dezelfde functie lijkt te hebben als in bovenstaande uitleg:

In ieder geval: in de uitleg van 1:12 beriep men zich daar niet op...

De uitleg gaat dus wel iets verder dan het "En degenen die "van Christus" zijn, dat waren de eenvoudige en oprechte christenen. De rest deugde dus gewoon niet." Sterker: die gedachte wordt verworpen. En dat terecht m.i.. Maar dan krijgt ook de gereformeerde terecht een spiegel voorgehouden, met de vraag: en hoe bezie je dan je eigen kerkverband naast de andere kerkverbanden?? Voor mij wordt die tekst dan best "spannend"!

Dit is ook de uitleg die ik ken. En wat mij betreft heel terecht wat je zegt in de laatste alinea. Op het niveau van kerkverbanden, maar ook op microniveau in het "aanhangen" van dominees (Of, erger nog, liedbundels. Ja, je maakt wat mee...) 

De essentie is wat mij betreft is dat Christus niet één van de alternatieven is, maar de enige. Als je zegt tot Apollos te behoren, kies je ervoor om tot een mens te behoren, om Christus te zoeken dóór ander en om je door diegene de weg te laten wijzen. Maar een voorganger/dominee/priester/kerkgenootschap kan niet de weg tot Christus zijn. Hij is zelf de weg en Hij laat zich rechtstreeks aan ons kennen. In deze context kwam psalm 146 bij me op: vertrouw niet op mensen maar op de Heer.

FG, jouw uitleg vind ik ook erg interessant! Mooi om een tekst weer eens heel anders te lezen.

Link naar bericht
Deel via andere websites

En dat vind ik dan weer boeiend! Het is voor mij, als katholiek, zo totaal vanzelfsprekend dat de Kerk, het lichaam van Christus, de Schrift, het woord van Christus, en het allerheiligst sacrament, het vlees en bloed van Christus, nodig zijn, onvermijdelijk en onvervangbaar nodig, om tot God te komen. Het idee dat je dat kan zonder de hulp van een mensen is voor mij zo totaal wezensvreemd dat ik merk dat ik je uitleg lichtelijk schokkend vind :+

Link naar bericht
Deel via andere websites
8 minuten geleden zei Flash Gordon:

En dat vind ik dan weer boeiend! Het is voor mij, als katholiek, zo totaal vanzelfsprekend dat de Kerk, het lichaam van Christus, de Schrift, het woord van Christus, en het allerheiligst sacrament, het vlees en bloed van Christus, nodig zijn, onvermijdelijk en onvervangbaar nodig, om tot God te komen. Het idee dat je dat kan zonder de hulp van een mensen is voor mij zo totaal wezensvreemd dat ik merk dat ik je uitleg lichtelijk schokkend vind :+

Ik denk dat wat jij nu omschrijft van een andere orde is dan iets anders is dan het "aanhangen" van een dominee. :) 

De hulp van mensen is nodig, waarom anders een kerk? Alleen uiteindelijk is één specifieke persoon niet de weg tot Christus. 

Link naar bericht
Deel via andere websites
14 minuten geleden zei Naeva:

Ik denk dat wat jij nu omschrijft van een andere orde is dan iets anders is dan het "aanhangen" van een dominee. :) 

De hulp van mensen is nodig, waarom anders een kerk? Alleen uiteindelijk is één specifieke persoon niet de weg tot Christus. 

Je begrijpt, aan dominees hang ik ook niet zo. Maar de Kerk is wel de enige weg tot Christus in mijn geloof. Sterker, het is in onze kerk volkomen vanzelfsprekend dat je een soort geestelijk leidsman hebt, een spirituaal. Dus ja, voor mij is de protestantse zienswijze, die ik natuurlijk wel ken op kennisniveau, op aanvoelen volkomen vreemd.

Link naar bericht
Deel via andere websites
8 uur geleden zei Flash Gordon:

Uit de online versie van het wtg kan ik helaas niet afleiden hoe de Getuigen deze tekst verstaan, als er al een vast verstaan is natuurlijk, ik weet niet hoe ver dat gaat bij het wtg. Dus als @sjako daar iets over wil en kan vertellen zou dat fijn zijn.

Ik ga het voor je uitzoeken.

Een eerste indruk is dat Paulus hier waarschuwde voor verdeeldheid. Blijkbaar werd het evangelie net iets anders uitgelegd door genoemde personen die zich blijkbaar als leiders hebben opgeworpen. Maar Één is de Leider en dat is Jezus Christus. Paulus zegt ook dat ook niet in zijn naam wordt gedoopt maar in Jezus naam. Jezus is het Hoofd van Zijn kerk. 

Het doet me een beetje denken aan de uitspraak van Jezus in mattheus 23:8 ev

8 Maar jullie moeten je geen rabbi laten noemen, want jullie hebben maar één Meester, terwijl jullie allemaal broeders zijn.  9 Noem niemand op aarde je vader, want jullie hebben maar één Vader, die in de hemel is.  10 Laat je ook geen leider noemen, want jullie hebben maar één Leider, de Christus.  11 De grootste onder jullie zal degene zijn die jullie dient.  12 Iedereen die zichzelf verhoogt, zal vernederd worden, en iedereen die zichzelf vernedert, zal verhoogd worden.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Join the conversation

You can post now and register later. If you have an account, sign in now to post with your account.

Gast
Antwoord op deze discussie...

×   Plakken als rijke tekst.   Opmaak herstellen

  Er zijn maximaal 75 emoticons toegestaan.

×   Je link is automatisch geïntegreerd.   In plaats daarvan als link tonen

×   Je voorgaande bijdrage is hersteld.   Tekstverwerker leegmaken

×   Je kunt afbeeldingen niet direct plakken. Upload of voeg afbeeldingen in vanaf URL.

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid