Spring naar bijdragen

Brieven van Ignatius v. Antiochië


Aanbevolen berichten

Ik heb een boekje gekocht met daarin de zeven brieven die bisschop Ignatius van Antiochië schreef zo omstreeks het jaar 110. Ze geven een mooi beeld weer van de vroege Kerk en haar omstandigheden zo'n 40 tot 60 jaar na het NT. Deze brieven zijn nog niet in de Nederlandse taal op het internet beschikbaar (dat boekje was ook niet heel eenvoudig te verkrijgen trouwens). Willen jullie dat ik ze hier integraal plaats na ze ingescand te hebben?

Link naar bericht
Deel via andere websites

@Mach & Olorin, ja, het is best wat werk, en de ene keer weer meer dan de ander. Maar hier heb ik lol aan. yes.gif Ik ben nu op de helft van de eerste brief, die staat er vanavond wel. knipoog_dicht.gif

@Mohamed, doe es een linkje? bloos.gif

Quote:

Maar mag dat copyright technisch wel? Anders moet dit topic dicht.

Ja, die brieven zijn even vrij als de Bijbel.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Sommigen mensen hebben lol in het lezen van brieven, anderen aan het inscannen van brieven...

Het ene sluit het andere niet uit wijsneus. puh2.gif

Anyway, het is af, het kostte nog verhoudingsgewijs veel werk omdat de scanner 'm niet goed pakt.

Link naar bericht
Deel via andere websites

BRIEF VAN DE HEILIGE IGNATIUS AAN DE KERK VAN EFEZE

GROET

Ignatius die ook Theoforus wordt genoemd, zendt in volmaakte vreugde zeer hartelijke groeten in Christus Jezus aan de kerk van Efeze in Klein-Azië, die het waardig is zalig geprezen te worden; de Kerk die vóór alle eeuwen en tot in alle tijden bestemd is tot onvergankelijke heerlijkheid, onwankelbaar verenigd met en uitverkoren in het waarachtige lijden van Christus (1) door de wil van de Vader en van Jezus Christus, onze God.

LIEFDEBETOON VAN DE KERK TE EFEZE

I. Ik heb in God uw veelgeliefde naam (2) ontvangen, die ge u hebt verworven door uw gerechtigheid volgens het geloof in Christus Jezus, onze Redder; navolgers van God (3) als u bent, opnieuw tot leven gekomen in het bloed van God (4), hebt u het werk dat overeenstemt met uw aard, op een volmaakte wijze tot voltooiing gebracht. Want toen u hoorde, dat ik, geboeid terwille van de gemeenschappelijke Naam en de hoop die wij allen bezitten, uit Syrië werd weggevoerd en vurig verlangde door uw voorbeden het geluk te bereiken (5) te Rome met de wilde dieren te vechten, - en als ik dit geluk bereik zo werkelijk een leerling te kunnen zijn - hebt u zich gehaast mij te komen bezoeken.

Immers in de Naam van God heb ik in de persoon van Onesimus, uw bisschop naar het vlees, wiens liefde onbeschrijflijk is, uw gehele gemeenschap ontvangen. Ik smeek u allen hem lief te hebben in Christus Jezus. En probeert in alles op hem te gelijken. Geprezen zij Hij die u waardig gekeurd heeft zo'n bisschop te hebben!

II. Ik koester het verlangen dat Burrhus, mijn mededienaar, uw diaken naar de wil van God in alles gezegend, bij mij zal blijven tot eer van u en uw bisschop.

Crocus, God en u waardig, die ik ontvangen heb als een beeld van uw liefde, is in elk opzicht mij tot steun geweest; moge de Vader van Jezus Christus hem, evenals Onesimus, Burrhus, Euplus en Fronto

ondersteunen. In hen zag ik uw aller liefde. Zo graag zou ik mij ten allen tijde verheugen in uw aanwezigheid, indien ik dat maar waardig zou zijn. Het zou u passen op alle mogelijke wijzen Jezus Christus te verheerlijken die u verheerlijkt heeft, zodat u allen te zamen, verenigd door eenzelfde gehoorzaamheid, luisterend naar uw bisschop en het priestercollege in alles geheiligd moogt zijn.

NEDERIGHEID

III. Ik geef u geen bevelen, alsof ik een belangrijk mens ben. Want al ben ik geboeid terwille van de Naam (6), toch ben ik nog niet volmaakt in Jezus Christus. Nu pas begin ik leerling te worden en ik spreek tot u die samen mijn leermeesters (7) zijt. Immers ik heb het nodig door u gezalfd te worden (8) met geloof, aanmoediging, volharding en geduld.

AANSPORING TOT GEHOORZAAMHEID AAN HET GEZAG

Maar omdat de liefde mij niet toelaat mij niet uit te spreken tegenover u, heb ik het gewaagd u aan te sporen te leven in overeenstemming met Gods wil, want Jezus Christus, ons leven, zonder wie wij niet kunnen leven, is de uitdrukking van de wil van de Vader, zoals ook de bisschoppen, aangesteld tot de einden van de aarde, de uitdrukking zijn van de wil van Jezus Christus.

EENHEID MET DE BISSCHOP

IV. Zo moet u ook leven volgens de wil van de bisschop, maar dat doet u ook. Want uw terecht als goed bekend staand Godwaardig priestercollege is zo harmonieus met de bisschop verbonden, als de snaren met de citer. Zo bezingt u eenstemmig, gelijkgezind in dezelfde liefde Christus' lof. Maar ook ieder van u afzonderlijk moet een koor worden om harmonisch in eenheid Gods klankkleur (9) over te nemen en met één stem uw loflied te zingen door Jezus Christus voor de Vader. Moge Hij naar u luisteren en door uw goede daden erkennen dat u leden bent van (het Lichaam van) zijn Zoon.

Want het is u tot zegen een vlekkeloze eenheid te zijn, zo immers hebt u altijd deel aan God.

V. Want als ik reeds in zo korte tijd vertrouwd ben geworden met uw bisschop, en dat op een wijze die niet meer op louter menselijk vlak ligt, maar op geestelijk niveau is, hoeveel te meer moet ik u dan gelukkig prijzen die zo één met hem bent als de Kerk met Jezus Christus en Jezus Christus met de Vader om alles te laten overeenstemmen in eenheid.

DWAALLEER

Laat niemand tot een verkeerde voorstelling komen: als iemand de Heer van de Kerk niet ontmoet bij het altaar (10), ontgaat hem het brood van God. (11) Als reeds het gebed van twee zodanige kracht heeft, hoeveel te meer dan dat van de bisschop met zijn gehele kerk?

VERZET TEGEN DE BISSCHOP

Indien iemand niet komt naar de samenkomst van de kerkelijke gemeenschap, is hij reeds trots en heeft over zichzelf een oordeel uitgesproken. Want er staat geschreven: "God weerstaat de trotsen." (12) Laten we er dus voor zorgen ons niet te verzetten tegen de bisschop, want zo blijven we gehoorzaam aan de bisschop.

EERBIED VOOR DE BISSCHOP

VI. En hoe meer iemand ziet dat de bisschop zwijgt (13), hoe meer eerbied hij voor hem moet hebben. Want ieder die de Heer van het huis zendt om zijn huis te besturen, moeten wij ontvangen als de Zender zelf. (14) Want het is duidelijk dat wij de bisschop moeten beschouwen als de Heer zelf. (15)

Overigens, ook Onesimus prijst zeer uw goede discipline in God, hij zegt dat u allen in de waarheid leeft en dat er geen enkele dwaling bij u is, maar dat u alleen naar hém luistert die de waarheid over Jezus Christus verkondigt.

VLUCHT DE DWAALLEERAARS

VII. Want er zijn mensen die met boos bedrog gewoon zijn overal de Naam (van de Heer) te verkondigen, maar met hun daden God loochenen. Zulke mensen moet u ontwijken als wilde dieren. Want het zijn net dolle honden, die geniepig bijten. Weest op uw hoede, de wonden die ze toebrengen, zijn moeilijk te helen.

EEN GENEESHEER, CHRISTUS GOD EN MENS

Er is maar één geneesheer, naar het vlees en naar de geest, geboren en niet geboren, hoewel God toch mens geworden, waarachtig leven in de dood, geboren uit Maria en uit God, eerst aan lijden onderworpen, dan niet meer aan lijden onderhevig, Jezus Christus, onze Heer. (16)

GEEST EN VLEES

VIII. Laat niemand u dan verleiden, trouwens u laat zich niet meeslepen, omdat u geheel en al aan God toebehoort. U leeft werkelijk volgens God, wanneer er geen enkele onenigheid bij u binnengedrongen is, die u zou kunnen kwellen.

Ik ben de geringste onder u (17), en ik geef me ten offer voor uw kerk, Efeziërs, uw kerk die door de eeuwen heen vermaard is. Zij wier bestaan bepaald is door het vlees, kunnen niets doen volgens de Geest, en de geestelijke mensen kunnen de werken naar het vlees niet doen (18), zoals ook het geloof niet de werken van het ongeloof kan doen, noch het ongeloof de werken van het geloof. Maar wat u doet naar het vlees, is ook geestelijk, want u doet alles in Jezus Christus.

GODS TEMPEL BENT U

IX. Ik heb vernomen dat sommigen uit andere plaatsen bij u zijn langs gekomen en een ondeugdelijke leer hebben verkond igd, maar dat u niet hebt toegelaten dat ze het zaad bij u uitstrooiden en dat u uw oren hebt dichtgestopt om het niet op te nemen, als stenen voor de tempel van de Vader, gereedgemaakt voor het bouwwerk van God de Vader en omhooggetrokken door het werktuig van Jezus Christus, het kruis, terwijl u als kabel de Heilige Geest gebruikt. Uw geloof trekt u omhoog en de liefde is de weg die u naar boven draagt, naar God. (19) U bent dus allen als Godsdragers en tempel dragers, Christusdragers en dragers van het heilige (20), tochtgenoten en u bent in alles getooid met Christus' gebod. Daarom ben ik blij, ook omdat ik waardig bevonden werd door mijn brief contact met u te hebben en ik verheug mij met u, dat u in dit nieuwe leven niets anders bemint dan God.

LIEFDE VOOR ALLEN

X. Maar "bidt zonder ophouden" (21) voor de andere mensen. Want ook voor hen is er hoop op berouw, zodat zij tot God zullen komen. Laat hen tenminste door uw levenshouding uw leerlingen worden. Stelt tegenover hun vertoorndheid uw zachtmoedigheid, tegenover hun grootspraak uw bescheidenheid, tegenover hun godslasteringen uw gebeden. Als zij dwalen, weest dan standvastig in het geloof (22), als zij heftig zijn, weest dan kalm en probeert niet te zijn als zij. Laten we hun broeders zijn door onze goedheid en proberen navolgers te zijn van de Heer. (23) Aan wie is meer onrecht gedaan dan aan Hem? Wie werd meer tekort gedaan dan Hem? Wie werd verworpen als Hij? Laat er geen duivelskruid (24) bij u gevonden worden, maar blijft lichamelijk en geestelijk in Jezus Christus in alle goedheid en reinheid.

ZOEKT IN ALLES CHRISTUS

XI. Het is nu het einde der tijden. (25) Laat ons van nu af aan ons schamen en Gods geduld vrezen zodat het ons niet tot oordeel wordt. We moeten óf de komende toorn vrezen (26) of de tegenwoordige genade liefhebben. Slechts als we in Christus Jezus bevonden worden, hebben wij toegang tot het ware leven. Buiten Hem voor Wie ik deze boeien als geestelijke parels draag, heeft niets enige waarde voor u. Moge ik met mijn boeien op uw voorbede, die ik altijd deelachtig zou willen zijn, verrijzen, om aanwezig gevonden te worden in het erfdeel van u, christenen van Efeze, die altijd verenigd zijt gebleven met de apostelen door de macht van Jezus Christus.

XII. Ik weet wie ik ben en aan wie ik schrijf. Ik ben een veroordeelde, u hebt barmhartigheid verkregen. Ik ben in gevaar (27), u bent vast (in geloof en trouw). U bent de toegangsweg voor hen die zijn veroordeeld tot de dood om naar God te gaan (28), u bent met Paulus ingewijd in de mysteriën (29), de geheiligde, die als bloedgetuige stierf en die waardig is zalig genoemd te worden. Ik zou willen aangetroffen worden wandelend in zijn voetsporen, wanneer ik tot God kom. In alle brieven maakt hij (Paulus) melding van u in Christus Jezus. (30)

DANKT GOD

XIII. Probeert vaker samen te komen om God te danken en te loven. (31) Want indien u dikwijls samenkomt worden de machten van satan verslagen en wordt zijn vernietigingswerk ongedaan gemaakt door uw eensgezindheid in het geloof. Niets is beter dan de vrede, zij ontkracht elke strijd van hemelse (32) en aardse machten.

GELOOF EN LIEFDE TEKENEN DE CHRISTENEN

XIV. Niets van dit alles is voor u verborgen, indien u een volmaakt geloof hebt in Jezus Christus en Hem volmaakt liefhebt die het begin en het doeleinde is van het leven. Het begin is het geloof en het einddoel de liefde. (33) Wanneer deze beide één zijn geworden, is deze eenheid God, en al het andere dat een mens tot volmaaktheid kan brengen, volgt vanzelf. Hij die het geloof belijdt, zondigt niet; hij die de liefde heeft, haat niet. "Want aan de vrucht kent men de boom." (34) Zo worden ook zij, die belijden van Christus te zijn, herkend aan hun daden. Want nu gaat het niet alleen om de belijdenis van het geloof maar of iemand tot het einde toe bevonden wordt te handelen uit kracht van het geloof.

ZWIJGEN ZOALS CHRISTUS

XV. Het is beter te zwijgen en te zijn, dan te spreken en niet te zijn. Het is goed anderen te leren als men (zelf) maar doet wat men leert.

Er is maar één Leraar (35), Hij die sprak en het was. (36) En wat Hij zwijgend deed was zijn Vader waardig. Hij die het woord van Jezus in waarheid bezit, kan ook naar zijn zwijgen luisteren, zodat hij volmaakt wordt en handelt door hetgeen hij zegt en gekend wordt door zijn zwijgen. Niets is voor de Heer verborgen, zelfs wat diep in ons verborgen is, is aan Hem bekend.

GODS TEMPEL

Laten we dus alles doen in het bewustzijn dat Hij in ons woont en wij zo zijn tempel zijn (37); laten we weten dat Hij God is in ons. (38) Dit is ook werkelijk zo en als wij Hem oprecht liefhebben, zal Hij voor onze ogen verschijnen.

DWAALLEER LEIDT TOT DE ONDERGANG

XVI. "Maakt uzelf niets wijs", mijn broeders, zij die het huisgezin in het verderf storten, "zullen het koninkrijk Gods niet erven". (39) Indien zij die dit naar het vlees deden, stierven (40), hoeveel eerder dan hij, die door zijn ondeugdelijke leer het geloof in God, waarvoor Jezus Christus de kruisdood onderging, bederft. Hij die zich op deze wijze heeft bezoedeld. zal terechtkomen in het onuitblusbaar vuur en mét hem degene die naar hem luistert.

XVII. De Heer heeft zich het hoofd laten zalven om over de Kerk de geur der onvergankelijkheid (41) te verspreiden. Laat u dus niet zalven door onwelriekende geur van de vorst van deze wereld (42) anders zou hij u kunnen wegvoeren in gevangenschap (ver) van het leven dat u wacht. Waarom worden we niet allen wijs door de kennis van God, Jezus Christus, te aanvaarden? Waarom gaan we in dwaasheid ten onder door de genadegave die de Heer waarachtig heeft gezonden te miskennen?

HET HEIL

XVIII. Ik (43) ben het uitvaagsel van het kruis (44), het kruis dat een aanstoot is voor de ongelovigen (45), maar voor ons heil en eeuwig leven. Waar is de wijze, waar is de mens die altijd redetwist (46), waar is de grootsprekerij van hen die men verstandig noemt?

Want onze God, Jezus Christus, werd volgens het goddelijke heilsplan gedragen in de schoot van Maria en geboren uit Davids zaad (47) en de Heilige Geest. Hij werd geboren en werd gedoopt om het doopwater te reinigen door zijn lijden. (48)

DE HEILSMYSTERIES

XIX. De vorst van deze wereld heeft niets geweten van Maria's maagdelijkheid (49), en het was voor hem verborgen dat zij een kind ter wereld had gebracht, evenmin wist hij iets van de dood van de Heer; drie overal verkondigde mysteries (50) die volbracht werden in Gods stilzwijgen. (51)

HET WONDER DER MENSWORDING

Hoe werden deze mysteries aan de eeuwen geopenbaard? Een ster schitterde aan de hemel, helderder dan de andere sterren en het licht was onuitsprekelijk, en ieder stond verbaasd over deze nieuw verschenen ster en alle andere sterren met de zon en de maan schaarden zich in reidans om deze ster en hij straalde boven hen allen uit. (52) En zij waren ontsteld en (vroegen zich af) waar dat nieuwe, zo ongelijk aan henzelf, vandaan kwam. (53)

Toen werd elke magie uitgedelgd en alle boeien der boosheid werden vernietigd. De onwetendheid werd weggevaagd en de vroegere heerschappijen ten vaL gebracht, toen God in mensengedaante verscheen "opdat ook wij een nieuw leven zouden leiden". (54) Nu ging zich op aarde verwerkelijken, wat bij God reeds was vervuld. Zo kwam alles in beroering, want de vernietiging van de dood werd voorbereid.

GODS HEILSPLAN

XX. Indien Jezus Christus mij op uw voorbede waardig keurt en het zijn wil is, zal ik in de tweede brief (55) die ik van plan ben u te schrijven verder het heilsplan uiteenzetten betreffende de nieuwe mens Jezus Christus. Het is gegrondvest op het geloof in Hem en de liefde tot Hem, op zijn lijden en verrijzenis ...

in het bijzonder indien de Heer mij zal openbaren dat u ieder afzonderlijk en allen samen, in de genade die zijn Naam schenkt, zich verenigt in één geloof en in één Heer, Jezus Christus die naar het vlees is uit het geslacht van David, de zoon van een mens en Zoon van God, om te gehoorzamen aan de bisschop en het priestercollege, in onverdeelde gezindheid, bij het breken van het ene brood, het geneesmiddel van de onsterfelijkheid, tegengif tegen de dood, om ons in Christus te doen leven voor altijd (56)

BESLUIT

XXI. Ik ben uw zoenoffer (57) voor u en voor degenen, die u tot eer van God naar Smyrna hebt gezonden. Vandaar schrijf ik u, ik breng dank aan God en heb Polycarpus lief, zoals ik ook u liefheb. Gedenkt mij, zoals Jezus Christus u gedenkt.

Bidt voor de kerk in Syrië, waarvandaan ik geboeid naar Rome word gevoerd. Want hoewel ik de minste ben onder de gelovigen daar, ben ik toch waardig bevonden (te lijden) tot Gods eer. Vaarwel in God de Vader en in Jezus Christus onze gemeenschappelijke hoop.

(1) Eerste vermelding van Ignatius' geloof in de mensheid van Christus.

(2) Naam = persoon.

(3) Vgl. Ef. 5,1.

(4) Vgl. Hand. 20,28.

(5) Grieks 'epitugchano', een werkwoord dikwijls gebruikt door Ignatius.

(6) Christus.

(7) 'Sundidaskalitès', sommigen vertalen "medeleerlingen". Dit is taalkundig fout, zie 'A patristic Greek Lexicon', p. 1312, maar past ook niet in het geheel.

(8) Vergelijking met de zalving van de atleet vóór de strijd in het stadion.

(9) Klankkleur - chroma

(10) Het altaar is het symbool van de eenheid in Christus.

(11) Vgl. Joh. 6,33.

(12) Spr. 3,34.

(13) Zie commentaar voor het onderwerp "Zwijgen van de bisschop". Vgl. ook Ef. XV,1 en Fil. I,1.

(14) Vgl. Mt. 10,40

(15) Vgl. Lc. 12,42.

(16) Korte geloofsbelijdenis van Ignatius over de waarachtige Godheid en mensheid van Jezus Christus.

(17) Het woord 'peripsèma' dat Ignatius in deze zin gebruikt, komt eenmaal in het Nieuwe Testament voor: 1 Kor. 4,13. De Vulgaat laat het woord onvertaald; in de Willibrordvertaling staat: 'uitvaagsel van de maatschappij' en ook andere moderne vertalingen gebruiken een dergelijke uitdrukking. Het woord maakt echter in het christelijke Grieks een ontwikkeling door en gaat langzamerhand 'zoenoffer' betekenen. Waarschijnlijk bedoelt Ignatius hier nog dat hij zich de minste van allen voelt.

(18) Vgl. 1 Kor. 2,14 en de aantekening bij Rom. 7,5 in de Willibrordvertaling van het Nieuwe Testament.

(19) Het is opgevallen dat Ignatius in X zeer inconsequent redeneert, deze inconsequentie moest gevolgd worden in de vertaling.

(20) Vg1. Hand. 19,24-27. (De Artemis-tempels werden gedragen)

(21) 1 Tess. 5,17.

(22) Kol. 1,23.

(23) 1 Tess. 1,6.

(24) Duivelskruid is voor Ignatius een beeld van de dwaalleer.

(25) De christenen waren overtuigd van de spoedige wederkomst van de Heer.

(26) Vgl. Mt. 3,7.

(27) In gevaar om terug te deinzen voor de marteldood.

(28) Letterlijk: "die meegenomen worden naar God", uit de volgende woorden blijkt dat het gaat om de marteldood.

(29) Vgl. Ef. 1,9: "Want Hij heeft ons zijn geheim raadsbesluit doen kennen"; Ef. 3,3: "De kennis van het geheim"; Fil. 4,1: "Ik ben volledig ingewijd".

(30) Misschien kende Ignatius slechts enkele brieven van Paulus, juist die waarin Efeze vermeld wordt.

(31) "Eis Eucharistian" betekent hier zowel samenkomen voor dankgebed als Eucharistie vieren; het gaat over één samenkomst, maar het dankgebed wordt expliciet vermeld.

(32) "Hemelse machten" zijn hier geen machten van God, maar boze krachten uit het luchtruim, satanische machten.

(33) Vgl. 1 Tim. 1,5.

(34) Mt. 12,33.

(35) Mt. 23,8.

(36) Ps. 33,9; Ps. 148,5.

(37) Vgl. 1 Kor. 3,16; 6,19.

(38) Vgl. Apok. 23,3

(39) Vgl. 1 Kor. 6,9-10. Dwaalleer wordt als geestelijk overspel gezien. Lev. 20,10 zegt dat overspeligen met de dood worden gestraft.

(40) Zie noot (1).

(41) De geur van de onvergankelijkheid is de kennis van God; vgl. Joh. 12,3.

(42) Satan brengt het verderf, dit wordt gesteld tegenover de onvergankelijkheid die Christus brengt.

(43) Letterlijk: Mijn geest.

(44) Ignatius is zich bewust het niet waard te zijn dat Christus voor hem aan het kruis stierf.

(45) 1 Kor. 1,23-24.

(46) 1 Kor. 1,20.

(47) Joh. 7,42; Rom. 1,3; 2 Tim. 2,8.

(48) Niet alleen is het doopwater door Christus gereinigd, maar door het Doopsel delen we ook in zijn lijden.

(49) Eerste getuigenis van de maagdelijke geboorte na Lc. 1,27-34.

(50) Vgl. 1 Kor. 2,7-8; Rom. 16,25; Ef. 3,9-10; Kol. 1,26.

(51) Vgl. Ef. XV; Magn. VIII,2.

(52) De hemellichamen worden dus als bezielde lichamen voorgesteld.

(53) Deze kerstlegende is geïnspireerd op Mt. 2,2 en is ook te vinden in het apocriefe evangelie van Jakobus en bij Clemens van Alexandrië in zijn geschrift 'Excerpta ex Theodoto'.

(54) Letterlijk "tot nieuwheid van leven", vgl. Rom. 6,4.

(55) Deze tweede brief hebben wij niet.

(56) Vgl. Sm. VII,1 en commentaar.

(57) Navolging van Christus; Ignatius geeft zlJn leven voor de broeders; vgl. Sm. X,2; Pol. 11,3; VII,1.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Zeker van die driedelige serie van A.F.J. Klijn? Ik heb daarvan het tweede deel weten te bemachtigen, maar helaas het is inderdaad zeer moeilijk aan te komen...
nosmile.gif

Nee, het komt van de Benedictinessen van Bonheiden. Spotgoedkoop, heel zakelijk weergegeven, maar onder kenners geliefd:

link

Link naar bericht
Deel via andere websites

BRIEF VAN DE HEILIGE IGNATIUS AAN DE KERK VAN MAGNESIA

GROET

Ignatius die ook Theoforus genoemd wordt, groet de kerk te Magnesia aan de Meander, de kerk die gezegend is door de genade van God onze Vader in Jezus Christus onze Verlosser en hij wenst haar grote vreugde in God de Vader en in Jezus Christus.

DE LIEFDE

I. Ik heb vernomen dat uw liefde geheel geordend is volgens de wil van de Vader, ik verheug mij hierover en daarom heb ik besloten tot u het woord te richten in het geloof in Jezus Christus.

DE ERENAAM

II. Nu mij de eer te beurt is gevallen een naam (1) te mogen dragen van goddelijke luister, zing ik gekluisterd in de boeien die ik overal ronddraag tot lof van de kerken en ik bid voor haar vereniging met het vlees en de geest van Jezus Christus, ons eeuwig leven: vereniging in geloof en liefde, waar niets boven gaat, maar in de eerste plaats vereniging met Jezus en de Vader. In Hem kunnen wij alle aanvallen van de vorst van deze wereld weerstaan en ontvluchten en zo tot God geraken.

GEHOORZAAMHEID AAN DE BISSCHOP

Daar ik dus de eer had u te ontmoeten in de persoon van Damas, uw heilige (2) bisschop en de waardige priesters Bassus en Apollonius en mijn mededienaar, de diaken Zotion; mocht ik maar altijd van zijn aanwezigheid genieten, want hij onderwerpt zich aan de bisschop als aan Gods genade en aan het priestercollege als aan de wet van Jezus Christus...(3)

III. U moogt niet profiteren van de leeftijd van uw bisschop maar hem om de macht van Gód de Vader alle eerbied bewijzen. (4) Ik weet overigens dat uw heilige priesters geen misbruik hebben gemaakt van zijn jeugdige leeftijd, die men hem kan aanzien. Maar zij aanvaarden hem als wijze mensen in God en eigenlijk niet hem, maar de Vader van Jezus Christus, aller Bisschop. Uit eerbied voor Hem die ons heeft liefgehad moet u hem zonder enige veinzerij alle eerbied bewijzen. Want als men anders handelt, misleidt men niet de zichtbare bisschop, maar men probeert de onzichtbare Bisschop (God) te bedriegen. Hier gaat het immers niet om mensen (5) maar om God die het verborgene kent.

IV. Wij moeten niet alleen de naam van christen dragen, we moeten het ook werkelijk zijn. Sommigen hebben het steeds over de bisschop, maar ze handelen altijd buiten hem om. Het schijnt me toe, dat deze mensen geen goed geweten hebben, want zij komen niet op wettige wijze samen volgens het gebod (van de Heer). (6)

TWEE WEGEN

V. Want alles heeft een doeleinde en voor ons liggen de beide wegen op gelijke Wijze uitgestrekt: (de weg) naar de dood en (de weg) naar het leven en ieder zal naar zijn eigen plaats gaan. (7)

TWEE MUNTEN

Zo zijn er ook twee munten, die van God en die van de wereld en ieder heeft een ander stempel ingedrukt: de ongelovigen dat van de wereld, maar de gelovigen die in de liefde zijn, is door Jezus Christus het stempel van God de Vader ingedrukt. (8) Indien we niet uit vrije wil voor Hem willen sterven om deel te hebben aan zijn lijden, is zijn leven niet in ons.

EEN ROND DE BISSCHOP, DE PRIESTERS EN DE DIAKENS

VI. Daar ik dus in bovengenoemde personen (9) in het geloof uw gehele kerkgemeenschap heb ontmoet en liefgekregen, vraag ik u dringend: legt u erop toe in alles eensgezind in God te handelen onder leiding van de bisschop die Gods vertegenwoordiger is en van de priesters als plaatsvervangers van het apostelcollege en van de diakens die mij zo dierbaar zijn en aan wie de dienst van Jezus Christus is toevertrouwd, Hij die vóór alle eeuwen bij de Vader was en verschenen is aan het einde der tijden.

LIEFDE

Gedraagt u allen naar Gods voorschriften, eerbiedigt elkander, laat niemand de ander naar het lichaam (alleen) liefhebben, maar hebt elkander lief in Christus. (10) Laat er niets zijn bij u dat aanleiding tot verdeeldheid kan geven, maar bewaart de eenheid met de bisschop en de kerkelijke leiders als beeld van en heenwijzing naar de onvergankelijkheid. (11)

DE BRON VAN EENHEID, JEZUS CHRISTUS

VII. Zoals ook de Heer nooit handelde uit zichzelf (12) en ook niet door de aposteLen buiten de Vader om, met Wie Hij één is, zo moogt u ook nooit handelen buiten de bisschop en de priesters om. Beweert ook nooit dat wat u op eigen gezag doet, goed is, maar doet alles gemeenschappelijk: één gebed, één smeekbede, één geest, één hoop in liefde (13) in de volmaakte vreugde: Jezus Christus die alles te boven gaat.

Haast u en komt allen samen als naar één tempel van God, als rond één altaar, in de ene Heer JezUS Christus, die voortkwam uit de ene Vader, die bij Hem de Ene was en naar Hem is teruggekeerd. (14 )                                                                   

GEEN JUDAISME

VIII. Laat u niet verleiden door een afwijkende leer of de oude, nutteloze fabels. Want als we nu nog volgens de wet leven, dan erkennen we dat we de genade nog niet hebben ontvangen.

DE PROFETEN EN HET HEIL

Want de Godgewijde profeten hebben geleefd volgens Jezus Christus. Daarom werden Zij ook vervolgd. Want zij waren geïnspireerd door zijn genade om de ongelovigen volkomen te overtuigen dat er slechts één God is, die zich heeft geopenbaard door zijn Zoon Jezus Christus, zijn Woord voortgekomen uit de stilte, Hij die altijd gedaan heeft wat de Vader behaagde (15), die Hem had gezonden.

IX. Zij dus die leefden volgens de vroegere heilsorde zijn tot nieuwe hoop gekomen en vierden niet meer de sabbat, maar de dag van de Heer, de dag waarop door de Heer en zijn dood ons leven tot nieuwe bloei is gekomen. Dit wordt door sommigen ontkend, maar toch hebben wij door dit mysterie het geloof ontvangen en daarom houden wij stand om eens erkend te worden als ware leerlingen van Jezus Christus, onze enige Meester. (16)

Hoe zouden wij kunnen leven zonder Hem, want de profeten die zijn leerlingen waren in de geest, verwachtten Hem toch ook als hun Meester? En daarom heeft Hij hen die Hem terecht verwachtten bij zijn komst uit de doden opgewekt. (17)

'CHRISTIANISME'

X. Laten we dus niet onverschillig zijn voor zijn goedheid. Want als Hij zou handelen als wij, zouden wij er niet meer zijn. Laten we Hem daarom volgen en leren leven volgens het 'christianisme'. (18) Want hij die zich met een andere naam noemt dan deze (de naam van christen) is niet van God.

Werpt dus het slechte, verouderde, scherp geworden zuurdeeg weg en verandert u in vers deeg. (19) Laat Hij het zout in uw leven worden (20), zodat niemand van u tot verderf komt, want u zult beoordeeld worden naar de geur die u verspreidt.

JUDAISME

Het is ongerijmd van Jezus Christus te spreken en toch te 'judaïzeren'. (21) Want het 'christianisme' heeft niet in het 'judaïsme' geloofd, maar het 'judaïsme' in het 'christianisme' en daarin (in het christianisme) heeft iedere tong die in God gelooft zich verenigd. (22)

DE MENSHEID VAN CHRISTUS

XI. Het is niet zo, mijn geliefden, dat ik vernomen heb, dat sommigen van u zich zo gedragen, maar als de minste onder u allen wil ik u ervoor behoeden ten prooi te vallen aan de vishaken van het zinloze gepraat. (23) Weest integendeel ten volle overtuigd van de geboorte, het lijden en de verrijzenis ten tijde van de regering van Pontius Pilatus. Dit alles is werkelijk en waar gebeurd en is zeker volbracht door Jezus Christus, onze hoop. (24) Moge niemand van u ooit hiervan (van dit geloof) afwijken!

XII. EENHEID IN CHRISTUS

Mocht ik mij maar in alles over u kunnen verheugen, als ik dat tenminste waard ben. Want hoewel ik geboeid ben, kan ik me toch niet vergelijken met iemand van u, die allen vrij zijt. Ik weet dat u niet opgeblazen bent van trots, want Christus woont in u. U schaamt u eerder, wanneer ik u prijs, zoals er staat geschreven: "Want de rechtvaardige is zijn eigen aanklager." (25)             

XIII. Draagt dus zorg standvastig te zijn in de leer van de Heer en de apostelen, zodat "al wat u doet tot ontplooiing komt" (26) naar lichaam en geest, in geloof en liefde, in de Vader, de Zoon en de Geest, in het begin en het doeleinde (27) met uw zo waardige bisschop en de kostbare geestelijke krans van uw priesters en heilige diakens.

Weest onderdanig aan de bisschop en aan elkaar (28), zoals ook Christus naar het vlees onderdanig was aan de Vader en de apostelen (onderdanig waren) aan Christus, aan de Vader en de Geest, zodat er tegelijkertijd een eenwording zal zijn naar het vlees en naar de geest.

AFSCHEID

XIV. Omdat ik weet dat u vervuld bent met God, heb ik u slechts in weinig woorden aangespoord. Gedenkt mij in uw gebeden dat ik God zal mogen vinden en niet alleen ik, maar ook de kerk in Syrië, waarvan ik het niet waard ben een lid genoemd te worden. Want ik heb uw gebed en uw liefde, samen verenigd in God, nodig opdat Hij door uw kerk de kerk van Syrië waardig zal keuren verkwikt te worden. (29)

XV. U groeten de vertegenwoordigers van de kerk van Efeze die hier in Smyrna, waarvandaan ik u schrijf, tot Gods eer bij mij zijn. Zij hebben mij, zoals u dat deed, in elk opzicht vertroost te zamen met Polycarpus, bisschop van Smyrna.

Ook de andere kerken groeten u tot lof van Jezus Christus.

Vaarwel, verenigd in God door de Geest die onafscheidelijk is, Jezus Christus.

(1) Welke naam: gevangene (vgl. Ef. 3,1; 4,1) of christen?

(2) Letterlijk: Godwaardige.

(3) Hier heeft Ignatius zijn gedachtengang onderbroken, het vervolg is pas in VI.

(4) Uit het volgende blijkt dat de eerbied voor de bisschop in de eerste plaats is voor God; de bisschop bekleedt het ambt als Gods (Christus') vertegenwoordiger op aarde.

(5) Letterlijk 'vlees'.

(6) Vgl. Sm. VIII; het gaat om de wettige Eucharistieviering met de bisschop.

(7) Vgl. Hand. 1,25.

(8) Vgl. Heb. 1,3: Christus is de afstraling van Gods heerlijkheid. (In de NBG-vertaling: afdruk)

(9) Vervolg van hfdst. II.

(10) Echte christelijke liefde is altijd geworteld in Christus, is meer dan gewone aardse liefde, die ontstaat omdat men de ander sympathiek vindt of als mens gaat beminnen.

(11) De onvergankelijkheid is bij uitstek een eigenschap van God, de mens krijgt hieraan slechts deel door Gods genade.

(12) Vgl. Joh. 8,28.

(13) Vgl. Ef. 4,4.

(14) Hier denkt Ignatius weer Johanneisch; vgl. Joh. 8,42; 13,3 enz. 'van de Vader uitgegaan'; bij 'de Ene'; 'Omdat ik niet alleen ben, maar de Vader die Mij gezonden heeft, met Mij is' (Joh. 8,16); 'Dat Ik naar de Vader ga' (Joh. 14,28); 'Jezus keert naar de Vader terug'. (Vgl. Joh. 20,17)

(15) Vgl. Joh. 8,29.

(16) In hoofdstuk IX heeft Ignatius zichzelf voortdurend onderbroken, in de vertaling is daarom de volgorde der woorden soms gewijzigd.

(17) Het gaat hier om de nederdaling ter helle om aan de doden de Blijde Boodschap te verkondigen. Vgl. Petr. 3,19 en verschillende plaatsen in de brieven van Ignatius.

(18) 'Christianisme' is de weergave van het Griekse woord 'christianismos', dat staat tegenover 'judaismos', judaïsme bij Ignatius.

(19) Vgl. 1 Kor. 5,7.

(20) Letterlijk 'inzouten', zout verhindert het bederf.

(21) 'Judaizeren' betekent zich aan de sabbat en de joodse spijswetten houden en geloven in de laat­joodse mythen en genealogieën, waarover ook Paulus schrijft in 1 Tim. 1,3-6.

(22) De christenen worden niet gered door het geloof in de joodse wet, maar de joden worden gered door het geloof in Christus.

(23) Letterlijk: 'ijdele uitspraak', ijdel betekende vroeger 'leeg'. Vgl. Pred. 1,2; vgl. 1 Tim. 1,6.

(24) 1 Tim. 1,1.

(25) Vgl. Spr. 18,17 (LXX).

(26) Ps. 1,3.

(27) Vgl. Ef. 14,1.

(28) Ef 5,21.

(29) Waarschijnlijk is de bedoeling van de zin, dat door het gebed van de kerk van Magnesia God de kerk van Syrië zal verkwikken (letterlijk : bedauwen), maar in feite is de zin zo geconstrueerd dat het lijkt alsof de kerk van Magnesia naar Gods welbehagen de kerk van Syrië zal verkwikken.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Telkens als ik die brieven lees, en tot me doordringt dat hij eigenlijk afscheid neemt voor het martelaarschap... dat laat je toch niet koud...

Quote:

Ignatius had preteristische trekken

'XI. Het is nu het einde der tijden. (25) Laat ons van nu af aan ons schamen en Gods geduld vrezen zodat het ons niet tot oordeel wordt.'

yes.gif Maar geen full preteristische, anders stond er wel; het einde der tijden ligt reedsch achter ons. widegrin.gif

Quote:
Die link plaats ik nog wel ff, heb nu toch weinig tijd, ga op vakantie, groet.

Ok. fijne vakantie. thumbsup.gif

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Maar geen full preteristische, anders stond er wel; het einde der tijden ligt reedsch achter ons.
widegrin.gif
[...]

Mat 16,28       

Voorwaar zeg Ik u: Er zijn sommigen van die hier staan, die de dood niet smaken zullen, totdat zij de Zoon des mensen zullen hebben zien komen in Zijn Koninkrijk.

Hoeft niet. Aangezien Ignatius zijn brieven schreef rond het jaar 110, was het een mogelijkheid geweest dat hij van mening was dat er kinderen bijstonden, die in zijn tijd de dood nog niet hadden gesmaakt. clown.gif

Quote:
Ok. fijne vakantie.
thumbsup.gif

Dank je!

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Mat 16,28
      

Voorwaar zeg Ik u: Er zijn sommigen van die hier staan, die de dood niet smaken zullen, totdat zij de Zoon des mensen zullen hebben zien komen in Zijn Koninkrijk.

Hoeft niet. Aangezien Ignatius zijn brieven schreef rond het jaar 110, was het een mogelijkheid geweest dat hij van mening was dat er kinderen bijstonden, die in zijn tijd de dood nog niet hadden gesmaakt.
clown.gif

Touché. rofl.gif Wat ze ook van je zouden zeggen, creativiteit en inventiviteit kan je niet ontzegt worden. widegrin.gif

Quote:
Dank je!

flower.gifbye.gif

Link naar bericht
Deel via andere websites

BRIEF VAN DE HEILIGE IGNATIUS AAN DE KERK VAN TRALLES

GROET

Ignatius die ook Theoforus genoemd wordt aan de heilige kerk te Tralles in Asia, de kerk die bemind wordt door God, de Vader van Jezus Christus, de uitverkorene en heilige (1), zij die in vrede leeft naar het vlees en in de geest door het lijden van Jezus Christus, onze hoop op de verrijzenis, die ons tot Hem zal voeren. Ik groet haar in de volheid (van de genade) op de wijze van de apostelen en wens haar alle vreugde.

LOF OP DE KERK VAN TRALLES

I. Ik weet dat uw gezindheid vlekkeloos en onwankelbaar is in volharding, niet door inspanning maar van nature, zoals Polybius uw bisschop die volgens de wil van God en Jezus Christus naar mij toegekomen is in Smyrna, en die zich met mij die de boeien draagt in Jezus Christus, verheugt, mij meegedeeld heeft. In hem kan ik uw gehele gemeenschap aanschouwen.

Toen ik dan ook door hem (een bewijs van) uw liefde overeenkomstig (de liefde van) God ontving, heb ik (God) verheerlijkt, omdat ik ondervond, dat u, zoals ik al vernomen had, navolgers van God bent. (2)

GEHOORZAAMHEID AAN DE BISSCHOP

II. Want wanneer u zich onderwerpt aan de bisschop als aan Jezus Christus, lijkt het me toe dat u niet naar de mens leeft, maar naar Jezus Christus, die voor u is gestorven opdat u door het geloof in Zijn dood zoudt ontsnappen.

GEHOORZAAMHEID AAN DE PRIESTERS

Daarom is het noodzakelijk, dat u, zoals u al doet, op geen enkele manier buiten de bisschop om handelt, en u ook onderwerpt aan het priestercollege als aan de apostelen van Jezus Christus, onze hoop, in wie wij zullen zijn, als we zo leven.

DE DIAKENS

Ook is het noodzakelijk dat de diakens, de bedienaars van de mysteries van Jezus Christus, aan iedereen op elke mogelijke wijze, welgevallig zijn.

Want de diakens zijn niet de bedienaren van spijs en drank, maar de dienaren van de Kerk van Jezus Christus. Zij moeten zich dan ook voor aanklachten hoeden als voor vuur.

III. Allen moeten eerbied hebben voor de diakens als voor Jezus Christus, zoals voor de bisschop, als het beeld van de Vader, en voor de priesters als de raad van God en het college van de apostelen. Zonder hen kan men niet spreken van de Kerk. Ik ben overtuigd dat u er ook zo over denkt.

NEDERIGHEID, ZACHTMOEDIGHEID

Want in de persoon van uw bisschop heb ik een beeld van uw liefde ontvangen en dit (beeld) heb ik nog altijd bij mij. Zijn levenshouding op zich is al een grote les en zijn zachtmoedigheid een kracht. Ik denk dat hij ook de niet-gelovigen ontzag inboezemt.

Ik spaar u uit liefde, terwijl ik strenger over dit onderwerp zou kunnen schrijven. Ik heb niet zo'n hoge dunk van mijzelf - want ik ben een veroordeelde - dat ik me zou aanmatigen u bevelen te geven als een apostel.

IGNATIUS DE MYSTICUS

IV. Veel overweeg ik in God, maar ik beperk me, anders zou ik verloren gaan door mijn ijdelheid. Want nu vooral moet ik vrezen en geen aandacht schenken aan hen die mij verwaand (trachten te) maken. (3)

Want zij die zo spreken, geselen mij. Zeker, graag zou ik willen lijden, maar ik weet niet of ik het waard ben. Want de naijver van de duivel wordt niet door velen opgemerkt, maar ik moet er des te meer mee vechten. Daarom heb ik zachtmoedigheid nodig, daardoor wordt de vorst van deze wereld vernietigd.

V. Zou ik u niet kunnen schrijven over de hemelse dingen? Maar ik ben bang dat ik u die nog zo jong bent (4), schade zal berokkenen. En neemt het mij niet kwalijk, ik ben bang dat u niet in staat bent (een krachtiger voedsel) te ontvangen, u zoudt erin stikken. Want ook ik, hoewel ik geboeid ben en in staat hemelse dingen te schouwen en de hiërarchieën der engelen en de heirscharen van de hemelse machten, de zichtbare en de onzichtbare dingen, ben nog maar een leerling. Want veel ontbreekt nog aan ons, opdat God ons niet zal ontbreken. (5)

VERMIJDT DE DWAALLEER

VI. Ik verzoek u dus dringend en niet ik, maar de liefde van Jezus Christus: gebruikt slechts Christelijk voedsel en onthoudt u van alle vreemde gewassen, de dwaalleer.

Want er zijn mensen die om geloofwaardig te schijnen Jezus Christus vermengen met hun eigen leer, zoals mensen die een dodelijk gif toedienen in wijn gemengd met honing. Hij die dat niet weet, neemt (deze wijn) en geniet ervan, maar het is een noodlottig genot, want hij drinkt de dood.

VII. Past op voor dergelijke mensen! En dat kunt u wanneer u zich niet opblaast (in hoogmoed) en u niet afscheidt van onze God, Jezus Christus, de bisschop en de geboden van de apostelen.

Wie binnen het altaar (6) is, is rein. Maar wie niet binnen het altaar is, is niet rein, dat wil zeggen dat hij die buiten de bisschop, het priestercollege en de diakens om handelt, niet rein is van geweten.

VIII.Niet dat ik vernomen heb, dat zoiets bij u voorkomt. Ik waarschuw u echter, miJn geliefden, want ik voorzie de hinderlagen van de duivel. Bekleedt u dus met zachtmoedigheid en herschept u in het geloof, dat is het Lichaam van de Heer en in de liefde, het Bloed van Jezus Christus.

NAASTENLIEFDE

Laat niemand een grief tegen zijn naaste koesteren. Geeft geen kans aan de heidenen zodat door de schuld van enkele dwazen Gods Kerk belasterd wordt: "Want wee hem, door wiens lichtzinnige woorden mijn Naam bespot wordt." (7)

GELOOFSBELIJDENIS

IX. Sluit dus uw oren, wanneer men over iets anders tot u spreekt dan over Jezus Christus, Hij die uit het geslacht van David is, de Zoon van Maria, Hij die werkelijk geboren werd, die werkelijk heeft gegeten en gedronken, die werkelijk werd vervolgd tijdens Pontius Pilatus, werkelijk werd gekruisigd, die werkelijk stierf ten aanschouwen van hen die in de hemelen, op de aarde en onder de aarde zijn.

Hij verrees ook werkelijk uit de doden, opgewekt door zijn Vader, en Hij (de Vader) zal ook ons die geloven naar zijn gelijkenis opwekken in Jezus Christus, buiten wie wij het ware leven niet hebben.

DOKETISME

X. Maar indien enigen, zoals sommige atheïsten, dat wil zeggen ongelovigen, zeggen dat Hij slechts in schijn geleden heeft, lijden zij zelf een schijnleven. Waarom ben ik dan geboeid en waarom smeek ik dan te mogen vechten met de wilde dieren? Dan sterf ik voor niets, en dan spreek ik leugentaal over God. (8)

XI. Vermijdt dus de slechte parasiterende gewassen die dodelijke vruchten voortbrengen. Als iemand ervan proeft, sterft hij terstond. Want dit zijn geen aanplantingen van de Vader. (9)

DE KRUISBOOM

Als ze dit waren, zouden zij blijken takken van het kruis te zijn en zou hun vrucht onbederfelijk zijn. (10) Door zijn kruis roept Christus in zijn lijden u, die zijn leden bent. Het hoofd kan niet afzonderlijk geboren worden zonder leden; God belooft u die eenheid die Hij zelf is.

EENHEID

XII. Ik groet u vanuit Smyrna met de leden van de kerken die met mij zijn en die mij naar ziel en lichaam in alles hebben verkwikt.

Mijn boeien die ik overal met me draag omwille van Jezus Christus, vragen u dringend om tot God te komen. Volhardt in de eensgezindheid en het gemeenschappelijk gebed. Het is passend dat elk van u afzonderlijk en in het bijzonder de priesters, uw bisschop vertroosten tot eer van de Vader van Jezus Christus (11) en van de apostelen.

Mijn innige wens is dat u in liefde naar mij luistert en dat mijn brief geen getuigenis tegen u wordt. Bidt ook voor mij, want ik heb uw liefde in Gods barmhartigheid dringend nodig om het erfdeel dat mij wacht waardig te kunnen worden en niet te worden verworpen.

AFSCHEID

XIII. De liefdesgemeenschappen (12) van Smyrna en Efeze groeten u. Gedenkt in uw gebeden de kerk van Syrië. Ik ben niet waard tot haar te behoren, want ik ben de minste onder allen.

Vaarwel in Jezus Christus, gehoorzaamt aan de bisschop als aan het gebod van de Heer en zo ook aan het priestercollege. Hebt elkaar lief met een onverdeeld hart.

Ik (13) geef mijzelf voor u, en niet alleen nu, maar ook wanneer ik tot God gekomen zal zijn. Nu ben ik nog in gevaar (14), maar de Vader is in Jezus Christus getrouw om mijn en uw gebed te verhoren. Van ganser harte bid ik dat u zonder smet en blaam in Hem bevonden zult worden.

(1) Letterlijk: Godwaardig.

(2) Ef. 5,1

(3) Overal prijst men Ignatius om zijn moed en trouwen offerbereidheid, hij is bang hierdoor hoogmoedig te worden.

(4) Vgl. 1 Kor. 3,1-2.

(5) Als Ignatius zou menen volmaakt te zijn, zou hij hoogmoedig worden en denken Gods genade niet meer nodig te hebben.

(6) Altaar in de betekenis van priesterkoor.

(7) Vgl. Jes. 52,5(LXX).

(8) Vgl. 1 Kor. 15,15.

(9) Vgl. Mt. 15,13.

(10) Waarschijnlijk de eerste keer dat het beeld van de kruisboom voorkomt in de christelijke literatuur.

(11) Of: tot eer van God de Vader en van Jezus Christus.

(12) Of: De liefde van de kerken te Smyrna en Efeze groet u.

(13) Letterlijk: Mijn geest.

(14) Om te bezwijken voor de dreigende martelingen.

Link naar bericht
Deel via andere websites

BRIEF VAN DE HEILIGE IGNATIUS AAN DE KERK VAN ROME

GROET ROME, DE EERSTE VAN DE KERKEN

Ignatius die ook Theoforus wordt genoemd groet in de Naam van Jezus Christus, de Zoon van de Vader, de kerk die erbarming heeft ontvangen door de heerlijkheid van de allerhoogste Vader en van Jezus Christus, zijn enige Zoon; haar die bemind en verlicht wordt door de wil van Hem, die alles wat bestaat gewild heeft, naar het geloof en de liefde voor Jezus Christus onze God; de kerk die het voorzitterschap bekleedt in de streek der Romeinen; de Godwaardige, eerbiedwaardige, zaligprijzing waardige, welslagen waardige, lofwaardige, door haar reinheid waardige kerk, die de eerste is van de liefdesgemeenschap en staat onder de wet van Jezus Christus, die de Naam van de Vader draagt. Aan hen die naar in lichaam en ziel verenigd zijn in al zijn geboden, onwankelbaar vervuld met Gods genade, gereinigd van elke vreemde smet, wens ik in Jezus Christus, onze God, een onverstoorbare vreugde.

LAAT MIJ NAAR GOD GAAN

I. Door mijn gebed heb ik van God de gunst ontvangen uw heilige (1) gezichten te mogen aanschouwen zoals ik talloze malen deze gevraagd heb te mogen ontvangen. Want geboeid in Christus Jezus hoop ik u te mogen begroeten, als het tenminste zijn wil is dat ik waardig gekeurd word om het einddoel te bereiken.

Want het begin is wel goed geordend, als ik tenminste de genade verkrijg ongehinderd het erfdeel te ontvangen dat voor mij is weggelegd. Maar ik ben bang dat uw liefde mij schade zal toebrengen. Het is immers voor u gemakkelijk te doen wat u wilt. Voor mij is het echter moeilijk God te bereiken als u mij niet spaart.

ONTNEEM MIJ HET MARTELAARSCHAP NIET

II. Want ik wil niet dat u aan mensen behaagt, maar aan God zoals u in feite al doet. Want nooit meer zal ik een dergelijke kans hebben om tot God te komen, en als u het stilzwijgen bewaart doet u het beste werk dat u zoudt kunnen doen. Wanneer u het stilzwijgen over mij bewaart, behoor ik tot God, maar als u mijn vlees liefhebt, zal ik opnieuw moeten lopen. (2)

Doet voor mij niets anders dan mij het voorrecht te gunnen als plengoffer aan God te worden opgedragen (3), nu het altaar nog gereed staat. Dan zult u in liefde tot één koor verenigd een lofzang tot de Heer kunnen zingen, omdat God de bisschop van Syrië waardig heeft bevonden te ontbieden van de opgang van de zon (het oosten) om naar haar ondergang (het westen) te reizen. Het is goed te gaan rusten (sterven) ver van de wereld in God om in Hem te verrijzen. (4)

DE WARE DIENSTEN

III. Nooit bent u op iemand afgunstig geweest, maar u hebt anderen onderricht. Daarom wens ik, dat wat u anderen door uw onderricht hebt opgedragen, van kracht blijft.

Vraagt voor mij slechts innerlijke en uiterlijke kracht, zodat het niet bij lege woorden blijft, maar ik werkelijk wil, dat ik niet alleen christen genoemd word, maar inderdaad ook zo ervaren word. Want als ik zo ervaren word, kan ik me ook zo noemen en een (ware) gelovige zijn, wanneer de wereld mij niet meer ziet.

Niet wat zichtbaar is is goed.(5) Want nu onze Heer Jezus Christus bij de Vader is, openbaart Hij zich des te machtiger. Het christendom is immers niet een werk van overreding, maar van macht, wanneer het door de wereld gehaat wordt.                               

GODS TARWE BEN IK

IV. Ik schrijf aan alle kerken en ik druk allen op het hart dat ik uit vrije wil voor God ga sterven, als u het tenminste niet verhindert. Ik smeek u, laat uw genegenheid miJ niet ongelegen komen. Staat mij toch toe voedsel te worden voor wilde dieren want door hen kan ik tot God komen. Ik ben Gods tarwe en ik word vermalen door de tanden van de wilde dieren om zuiver brood van Christus te worden. Hitst de wilde dieren liever op, zodat ze mijn graf worden en niets overlaten van mijn lichaam en ik zo, wanneer ik ontslapen zal zijn, niemand meer tot last ben. Ik zal dan pas in waarheid Christus' leerling zijn, wanneer de wereld mijn lichaam niet meer ziet. Smeekt Christus voor mij dat ik door die werktuigen (de wilde dieren) een offerande voor God word.

Ik beveel u niet zoals Petrus en Paulus. Zij waren apostelen, ik ben een veroordeelde; zij waren vrij, ik ben tot nu toe een slaaf. Maar als ik lijd, zal ik een vrijgelatene zijn van Jezus Christus (6) en in Hem verrijzen als een vrij mens. Nu in ketenen geboeid leer ik niets meer te begeren.

V. Van Syrië tot Rome vecht ik met wilde dieren op het land en op zee, dag en nacht, geketend aan tien luipaarden, dat wil zeggen een afdeling soldaten. Wanneer men hen goed doet, worden ze nog kwaadaardiger. Maar onder hun slechte behandeling word ik nog meer een leerling, maar daarom ga ik nog niet vrijuit. (7) Ik hoop te genieten van de wilde dieren die voor mij gereed worden gehouden en ik bid dat zij snel op mij zullen afkomen. En ik zal ze ophitsen zodat ze mij in de kortste tijd verslinden en dat het niet gaat zoals bij sommigen voor wie ze bangwaren en die ze niet hebben aangeraakt. En aIs ze weerbarstig zijn, zal ik ze dwingen.

Vergeeft me, ik weet wat goed voor mij is. Nu pas begin ik leerling te zijn. Laat geen zichtbaar of onzichtbaar wezen in afgunst mij trachten te verhinderen tot Jezus Christus te komen. Vuur en kruis, horden van wilde dieren, sneden, verscheuring, uiteenrukking, versplintering van de botten, ontwrichting van de ledematen, vermorzeling van het hele lichaam, laat de ergste kwellingen van de duivel maar over mij komen, als ik maar tot Jezus Christus kom.

VERLANGEN NAAR cHRISTUS

VI. Het aantrekkelijke van deze wereld en de koninkrijken van deze voorbijgaande tijd zullen mij niet baten. Voor mij is het beter te sterven en zo tot Jezus Christus te komen dan te heersen over de uiteinden van de aarde. Naar Hem verlang ik die voor ons gestorven is. Hem begeer ik die voor ons is verrezen.

Mijn geboorte is aanstaande. Vergeeft me broeders, verhindert mij niet te leven, verlangt niet dat ik sterf. Offert mij, die naar God verlangt, niet op aan de wereld, verleidt hem niet met het materiële.

Laat mij het zuivere licht ontvangen; wanneer ik daar zal gekomen zijn, zal ik (pas) mens zijn. Staat mij toe mijn God in het lijden na te volgen. Hij in wie God woont, moge begrijpen wat ik verlang, laat hij medelijden met mij hebben, want hij weet wat mij kwelt.

VII. De vorst van deze wereld wil mij wegrukken en het verlangen naar God uit mij wegnemen. Laat niemand van u hem dus helpen, staat liever aan mijn kant, dat is aan Gods kant. Spreekt niet over Jezus Christus, terwijl u verlangt naar de wereld.

NAAR GOD VERLANG IK

Laat er geen afgunst in u wonen. En wanneer ik bij u zal zijn en erom smeek, gelooft mij dan niet; gelooft liever wat ik u schrijf. Want terwijl ik nog leef, schrijf ik u en vraag ik u te mogen sterven. Mijn aardse liefde is gekruisigd en er is in mij geen vuur meer dat de stof bemint. In mij is een levend water (8) dat zacht ruisend zegt: Kom naar de Vader. Ik heb geen smaak meer in bederfelijk voedsel of de genoegens van dit leven. Naar Gods brood verlang ik, het vlees van Jezus Christus, uit Davids zaad, en als drank wil ik zijn bloed, de onvergankelijke liefde.

VIII. Ik wil niet langer leven naar de mens. Dat zal zo zijn als u het ook verlangt. Weest van dezelfde gezindheid opdat God ook in u welbehagen zal hebben. Ik vraag u dit in weinig woorden: gelooft mij, Jezus Christus zal openbaren dat ik de waarheid spreek. Hij is de mond waaruit geen onwaarachtig woord komt en door deze mond heeft de Vader in waarheid gesproken.

Bidt voor mij dat mijn verlangen vervuld wordt. Ik heb u niet geschreven volgens (de gevoelens van) het vlees maar naar Gods inzicht. Als ik zal lijden, zult u mij uw liefde betoond hebben, maar als ik verworpen word, hebt u mij uw haat betoond

IX. Gedenkt in uw gebed de kerk van Syrië die nu in mijn plaats God tot herder heeft. Alleen Jezus Christus zal haar bisschop zijn en uw liefdesgemeenschap.

Maar ik voel mij beschaamd wanneer ik tot haar gerekend word, want ik ben dat niet waardig, ik ben de minste onder hen en een misgeboorte. (9) Maar als ik tot God kom, ben ik uit erbarming iemand geworden.

U groet mijn geest en de liefdesgemeenschap van de kerken die mij ontvangen hebben in naam van Jezus Christus en niet als iemand die toevallig langs komt. En zelfs die kerken die niet aan de weg lagen die ik volgde naar het lichaam, gingen mij voor van stad tot stad.

X. Ik schrijf u dit alles vanuit Smyrna door middel van de Efeziërs die het waard zijn gelukzalig genoemd te worden. Met veel anderen is ook Crocus, wiens naam (10) mij zo dierbaar is, bij mij.

Degenen die mij vooruitgegaan zijn vanuit Syrië naar Rome tot eer van God, kent u, denk ik, allen; laat hun weten dat ik in aantocht ben. Want allen zijn God en u waardig, en het is dus passend dat u hen zo goed mogelijk vertroost.

Ik schrijf u dit alles op de negende dag van de kalender van september. (11) Het ga u goed tot het einde in afwachting van de komst van Jezus Christus.

(1) Letterlijk: Godwaardig.

(2) Over deze tekst zijn moeilijkheden, sommige latere versies zeggen: "als u het stilzwijgen bewaart over mij, word ik een getuigenis voor God, maar wanneer u mijn vlees liefhebt, word ik een stem (ijdele klank)". Ignatius zou dan de woorden 'logos' en 'phonè' gebruikt hebben. P.Th. Camelot, S.C. 10, p. 126-128 is van mening dat dit woordenspel te subtiel is voor Ignatius.

In de tekst die wij hierboven weergeven sluit het gebruik van het woord 'lopen' aan bij Paulus' ge­bruik van dit woord in 1 Kor. 9,24-26.

(3) Vgl. Fil. 2,17 en 2 Tim. 4,6.

(4) Ignatius' woordspeling is moeilijk te vertalen, hij gebruikt voor het ondergaan van de zon hetzelfde woord als voor zijn eigen 'gaan rusten'. Ook 'opgaan' van de zon en verrijzen zijn dezelfde woorden in het Grieks.

(5) Een Grieks handschrift heeft: "Niets wat zichtbaar is, is eeuwig" en voegt er 2 Kor. 4,18 bij.

(6) Vgl. 1 Kor. 7,22.

(7) Vgl. Joh. 4,10; 7,38.

(8) Vgl. 1 Kor. 4,4.

(9) Vgl. 1 Kor. 15,8.

(10) Naam is persoon.

(11) 24 augustus.

Link naar bericht
Deel via andere websites
  • 2 weeks later...

BRIEF VAN DE HEILIGE IGNATIUS AAN DE KERK VAN FILADELFIA

GROET

Ignatius die ook Theoforus heet, groet in het bloed van Jezus Christus de kerk van God de Vader en de Heer Jezus Christus te Filadelfia in Asia, de kerk over wie God zich erbarmd heeft en die bevestigd is in de eensgezindheid van God afkomstig, die zich zonder ophouden verheugt in het lijden van onze Heer en door zijn barmhartigheid geheel en al overtuigd is van zijn verrijzenis.

Deze kerk is voor mij een reden van voortdurende en blijvende vreugde en vooral indien zij verenigd blijft met de bisschop en de priesters en diakens rondom hem aangesteld volgens het besluit van Jezus Christus en naar zijn wil gesterkt en bevestigd door zijn Heilige Geest.

IGNATIUS PRIJST DE BISSCHOP

I. Het is mij van deze bisschop bekend dat hij noch door zichzelf noch door mensen dit ambt waarin hij ten dienste staat van de gemeenschap ontvangen heeft, noch uit eigenwaan, maar door de liefde van God de Vader en de Heer Jezus Christus.

Zijn zachtmoedigheid heeft mij getroffen, door zijn zwijgzaamheid vermag hij meer dan lichtzinnige praters. (1)

Hij is in harmonie met de geboden zoals de citer met zijn snaren. Mijn ziel prijst hem gelukkig om zijn gerichtheid naar God, want ik weet dat deze is naar Gods wil en volmaakt en ik ben er ook van overtuigd dat hij onwankelbaar is en zachtmoedig en in alles een beeld van de goedheid van de levende God.

VERMIJDT ONENIGHEID EN DWAALLEER

II. Vlucht dus als kinderen van het licht der waarheid elke verdeeldheid en verkeerde leer. U moet de herder volgen waar hij is.

Want veel wolven die betrouwbaar (lijken) nemen hen die naar God snellen met boos genot gevangen. Maar bij u hebben ze geen kans omdat u eensgezind bent.

III. Onthoudt u van het schadelijke onkruid; dat laat Christus niet groeien, het is immers niet door de Vader geplant. (2)

Ik heb bij u geen verdeeldheid gevonden, maar een uitzuivering. Want allen die van God en van Jezus Christus zijn, scharen zich aan de kant van de bisschop. En allen die berouw hebben en komen tot de eenheid die de Kerk is, zullen ook aan God behoren om te leven volgens Christus.

"Maakt uzelf niets wijs, mijn broeders", als iemand een scheurmaker volgt, zal hij het koninkrijk Gods niet beërven".(3) Indien iemand een leven leidt overeenkomstig een andere leer, is zijn levenswandel niet overeenkomstig Christus' lijden.             

EEN EUCHARISTIE

IV. Draagt dus zorg aan één Eucharistie deel te nemen. Want er is slechts één Lichaam van onze Heer en één beker om ons te verenigen met zijn bloed, één altaar, zoals er ook slechts één bisschop is (4) met het priestercollege en de diakens, mijn mededienaars. Doet dus alles overeenkomstig Gods wil.

DE BLIJDE BOODSCHAP

V. Mijn broeders, ik vloei over van liefde en met zeer grote vreugde tracht ik u te bevestigen (in het geloof) en eigenlijk niet ik, maar Jezus Christus. Ik ben in boeien om Hem, maar ik ben des te meer bevreesd, want ik ben nog niet volmaakt. Uw gebed zal mij echter voor God vervolmaken, zodat ik het erfdeel zal bereiken dat mij door genade ten deel is gevallen, wanneer ik mijn toevlucht neem tot het Evangelie (5) als tot het vlees van Jezus Christus en tot de apostelen als de priesters van de Kerk.

Laten wij ook de profeten liefhebben, want zij hebben ook het Evangelie verkondigd, op Hem gehoopt en Hem verwacht. Door hun geloof in Hem zijn zij gered. Omdat zij in eenheid bleven met Jezus Christus heeft Hij over hen getuigenis afgelegd dat zij heiligen zijn die liefde en bewondering verdienen. Daarom behoren zij ook tot het Evangelie van onze gemeenschappelijke hoop.

JUDAISME

VI. Indien iemand u het Evangelie uitlegt naar de judaïzerende opvatting, luistert dan niet naar hem. Want het is beter te luisteren naar de uitleg van het christendom door een besnedene dan naar de judaïzerende uitleg van een onbesnedene. Indien ze geen van beiden u spreken over Jezus Christus, zijn ze voor mij grafzuilen en graftomben, waarop slechts de namen van mensen staan geschreven. (6)

EEN IN CHRISTUS

Mijdt dus de kwade praktijken en de listen van de vorst van deze wereld, zodat u niet in het nauw gebracht wordt door zijn bedoelingen en uw liefde verflauwt. Maar weest allen onverdeeld van hart.

Ik dank God dat ik een goed geweten heb aangaande u en dat niemand van u er zich in het geheim of openlijk op kan beroemen, dat ik in kleine of grote dingen hem tot last ben geweest. (7) En allen met wie ik gesproken heb, verzoek ik dit niet op te vatten als getuigenis tegen hen.

GOD VERLICHT DE GEEST VAN IGNATIUS

VII. Al hebben sommigen mij naar de mens(8) willen bedriegen (dit is hun niet gelukt), men kan de geest die van God is, niet bedriegen. Want Hij weet vanwaar Hij komt en waarheen Hij gaat (9) en Hij onderzoekt het verborgene. Midden onder u heb ik uitgeroepen en gezegd met luider stem, de stem van God: Weest trouw aan de bisschop, aan de priesters en de diakens. Sommigen dachten dat ik dit zei omdat ik een voorweten had van de verdeeldheid onder sommigen. Maar Hij om wie ik geboeid ben, is mijn getuige dat ik dit niet wist van een mens.(10) De Geest kondigde mij dit aan in deze woorden: "Handelt niet buiten de bisschop om, bewaart uw lichaam als Gods tempel (11), hebt de eenheid lief, mijdt de verdeelheid, weest navolgers van Jezus Christus, zoals Hij navolger is van zijn Vader. (12)

IGNATIUS IS GESCHAPEN OM DE EENWORDING TE BEVORDEREN

VIII. Ik heb dus zelf alles gedaan (om de eenwording te bevorderen) als een mens geschapen voor de eenwording. Waar verdeeldheid en toorn heersen, woont God niet. Maar de Heer schenkt vergeving aan allen die berouw hebben op voorwaarde dat het berouw hen brengt tot de eenheid met God en de gemeenschap met de bisschop. Ik vertrouw dat God u zal verlossen van alles wat u bindt.

Ik spoor u aan nooit te handelen in een sfeer van twist, maar volgens de leer van Christus. Sommigen heb ik horen zeggen: Als ik het niet in de oorkonden vind (13), geloof ik niet in het Evangelie. En toen ik tot hen zei: Het staat geschreven, antwoordden zij: Dat is de vraag nog. Mijn oorkonde is Jezus Christus, mijn onaantastbare oorkonde is zijn kruis, zijn dood en zijn verrijzenis en het geloof dat Hij mij geschonken heeft. Hierin zou ik door uw voorbede willen gerechtvaardigd worden.

CHRISTUS, DE HOGEPRIESTER

IX. Verheven waren de priesters, maar nog boven hen verheven is de hogepriester, aan wie het allerheiligste is toevertrouwd (14), aan hem alleen zijn Gods geheimen toevertrouwd. (15) Hij is de deur naar de Vader (16), waardoor Abraham en Isaäk en Jakob en de profeten en de apostelen de Kerk binnentreden. Dit alles leidt tot de eenheid in God. (17)

HET EVANGELIE

Maar het Evangelie heeft iets uitzonderlijks: de verschijning van de Redder, onze Heer Jezus Christus, zijn lijden en verrijzenis. De beminde profeten hadden Hem wel aangekondigd, maar het Evangelie is de vervulling van de onvergankelijkheid.

Alles is gelijkelijk goed, als u maar gelooft in de liefde. (18)

VERZOEK EEN DIAKEN NAAR SYRIË TE ZENDEN

X. Nu mij gemeld is dat dank zij uw voorbede en het mededogen dat u hebt in Jezus Christus, de kerk van Antiochië in Syrië weer vrede geniet, is het dus passend dat u als kerk van God een diaken kiest om daar als gezant van God een zending te vervullen en zich met hen samen te verheugen en de Naam te verheerlijken.

Gelukzalig in Jezus Christus die waardig gekeurd zal worden die dienst te verrichten en ook u zult hierdoor verheerlijkt worden.

Als u hiertoe bereid bent, is het voor u niet onmogelijk dit te doen terwille van Gods Naam, zoals ook de kerken die het dichtstbij (Antiochië) zijn gelegen, hebben gedaan, sommige door de bisschop af te vaardigen, andere door priesters en diakens te zenden.

AFSCHEID

Filo, de diaken uit Cilicië, een man die gunstig bekend staat en me nu terzijde staat bij de bediening van het Woord Gods samen met Rheos Agathopous, een uitverkorene die van alles afstand heeft gedaan wat tot zijn levensonderhoud diende om mij te volgen vanaf Syrië, zullen over u getuigenis afleggen - en ik dank God voor u - dat u hen hebt opgenomen, zoals de Heer u heeft opgenomen. (19)

Mogen zij die hen hebben geminacht, vergiffenis ontvangen door de genade van de Heer Jezus Christus.

De liefdesgemeenschap van de broeders in Troas groet U. Ik schrijf u vandaar door middel van Burrhus die de kerken van Efeze en Smyrna bij wijze van eerbetoon mij als geleide hebben meegegeven. De Heer Jezus Christus, op wie zij hun vertrouwen stellen in geest, ziel en lichaam, in het geloof, de liefde en de eensgezindheid zal ook hen eren.

Vaarwel in Jezus Christus, onze gemeenschappelijke hoop.

(1) Vgl. Ef. VI,1; XV,1-2.

(2) Vgl. Mt. 15,13.

(3) Vgl. 1 Kor. 6,9-10.

(4) In elk diocees.

(5) Niet tot een geschreven Evangelie, maar de Blijde Boodschap zoals Christus deze verkondigde.

(6) Zie commentaar.

(7) Vgl. 2 Kor. 11,9; 12,13-14.

(8) Letterlijk: naar het vlees.

(9) Vgl. Joh. 3,8.

(10) Letterlijk: menselijk vlees.

(11) Vgl. 1 Kor. 3,16.

(12) Vgl. 1 Kor. 11,1.

(13) Met de oorkonden wordt het Oude Testament bedoeld, zie ook commentaar.

(14) Vgl. Heb. 9,7.

(15) Het gaat om een vergelijking tussen de hogepriester van het Oude Verbond en de hogepriester van het Nieuwe Verbond, Jezus Christus.

(16) Vgl. Joh. 10,7.

(17) De leer van de apostelen én de leer van de profeten leiden tot de eenheid met God door Christus die de deur is.

(18) 'Alles', Oude en Nieuwe Testament, één door Christus.

(19) Vgl. Mt. 10,40.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Interessant smile.gif

Alleen dit stukje vind ik een beetje dubieus:

VI. En hoe meer iemand ziet dat de bisschop zwijgt (13), hoe meer eerbied hij voor hem moet hebben. Want ieder die de Heer van het huis zendt om zijn huis te besturen, moeten wij ontvangen als de Zender zelf. (14) Want het is duidelijk dat wij de bisschop moeten beschouwen als de Heer zelf. (15)

Maakt duidelijk dat in zijn tijd wel een verschuiving had plaatsgevonden wat betreft de positie van leiders. Een openlijke berisping van een vooraanstaand persoon (vgl Paulus tegenover Petrus in Galaten 2) was blijkbaar niet meer mogelijk. Maar 'k vind het wel mooi hoe bescheiden hij over zichzelf is (net als Paulus).

Link naar bericht
Deel via andere websites

Dank smile.gif

Over dat zwijgen is wel een goede trouwens, de begeleidende uitleg heeft er deze verklaring voor:

"GODS ZWIJGEN EN HET ZWIJGEN VAN DE BISSCHOP

Er is veel geschreven over de betekenis van het 'zwij­gen' van de bisschop. Men diene hier te bedenken dat Ignatius de bisschop ziet als Christus' vertegenwoor­diger op aarde, als de uitdrukking van de gedachte van Christus, die op zijn beurt de uitdrukking van de gedachte van de Vader is. Het gaat om een zwijgen zoals God zwijgt. Gods zwijgen is Gods spreken. In hoofdstukken XV en XIX geeft Ignatius zelf een oplossing: Christus sprak zonder woorden, want Christus is het Woord. En in Gods stilzwijgen voltrekken zich de grote mysteries. Alleen hij die luisterbereid is geworden, gehoorzaam in de letterlij­ke zin van het woord, kan Gods zwijgen verstaan. Een dienaar van Christus, een bisschop, die in waarheid Christus' leerling is, verkondigt al door zijn ZIJN de heilsboodschap.

Het is van belang de brieven, waarin hij spreekt over het zwijgen met elkaar te vergelijken:

"De vorst van deze wereld heeft niets geweten van Maria's maagdelijkheid, zelfs was het voor hem verborgen dat zij een kind ter wereld bracht, evenmin wist hij iets van de dood van de Heer, drie overal verkondigde mysteries die volbracht werden in GODS STILTE." (Ef. XIX)

"Want de Godgewijde profeten hebben geleefd volgens Jezus Christus. Daarom ook werden zij vervolgd, want zij waren geïnspireerd door zijn genade om de ongelovigen geheel en al te over­tuigen dat er slechts één God is, die zich heeft geopenbaard door zijn Zoon Jezus Chris­tus, zijn WOORD, voortgekomen uit de STILTE." (Magn. VIII,2)

"Het is beter te ZWIJGEN en te zijn, dan te spreken en niet te zijn... Er is maar één leraar, immers Hij sprak en het was. En wat Hij in STILZWIJGEN deed, was zijn Vader waar­dig." (Ef. XV,2)

"En hoe meer iemand de bisschop ziet ZWIJGEN, des te meer eerbied moet men voor hem hebben. Want ieder die de Heer van het huis zendt om te besturen, moeten wij ontvangen als de Heer zelf." (Ef. VI, 1)

God is niet alleen het verstaanbare woord dat tot ons komt, Hij is ook de zwijgende, ontoegankelij­ke, onbegrepen en in het duister gehulde grond van ons bestaan. J. Ratzinger ziet ook het zwijgen van God in Christus' uitroep aan het kruis: "Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?" Psalm 22 waarin deze woorden voorkomen eindigt met een lofprijzing. (1)

In het duister van het lijden, in het niet kunnen verstaan van Gods handelen, is Christus het door God gezonden WOORD. Door zijn aanvaarding van het lijden voor ons, weten wij dat geen lijden zinloos is, dat God spreekt, ook wanneer wij zijn woorden niet altijd verstaan. Gods zwijgen is een groot geheimenis, maar wanneer we het zien in het licht van het kruis, wordt het duister doorbroken.

Vergelijkt men de situatie van bisschop Igna­tius met die van de christenen in de zwijgende Kerk van nu, die slechts door zwijgen en zijn hun getuigenis kunnen geven, dan krijgen zijn woorden over Gods zwijgen en het zwijgen van de bisschop, die Gods en Christus' beeld is, een hedendaags aspect. Immers het 'lijkt' slechts alsof God zwijgt, maar Hij spreekt door het zwijgen en zijn van zijn volgelingen.

(1) Vgl. J. RATZINGER, Einführung in das Christentwn, 3de druk, München, 1972, p. 245"

Anyway, het heeft mij ook weer op een spoortje gezet m.b.t. iets anders, dankje. knipoog_dicht.gif

Link naar bericht
Deel via andere websites
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid