Spring naar bijdragen

Redactie

Members
  • Aantal bijdragen

    297
  • Geregistreerd

  • Laatst bezocht

Berichten geplaatst door Redactie

  1. De bijbel is al eeuwen een bestseller. Vertaald in honderden talen wordt de bijbel over de hele wereld gelezen. Het Oude Testament wordt algemeen geaccepteerd, zij het dat sommige mensen de deuterocanonieke boeken er wel bij lezen en anderen niet. Over het Nieuwe Testament is veel meer discussie, vooral onder mensen die de bijbel niet vanzelfsprekend als gezaghebbend accepteren. Voor mij reden genoeg om eens op onderzoek uit te gaan hoe de canon van het Nieuwe Testament tot stand is gekomen.

    Om een beeld te kunnen vormen van de situatie zoals die was aan het begin van onze jaartelling, zou je eigenlijk het Nieuwe Testament in 27 stukjes moeten knippen. Zo logisch als het nu lijkt dat die 27 boeken bij elkaar horen, zo onvanzelfsprekend was dat toen. Ik zal eerst even aandacht besteden aan de schrijvers en de tijden van de geschriften die nu in het Nieuwe Testament staan.

    Het evangelie van Mattheüs wordt meestal rond 90 na Christus gedateerd. Hoewel Mattheüs zijn naam niet vermeldt in het evangelie, gaat men er wel vanuit dat hij de schrijver was. Mattheüs was een tollenaar en één van Jezus’ discipelen.
    Het evangelie van Marcus wordt meestal rond 70 na Christus gedateerd. Ook Marcus vermeldt zijn naam niet in zijn evangelie. Marcus was een tolk en vertaler van Petrus. Dit boek was bedoeld voor christenen die niet van Joodse afkomst waren.
    Het evangelie van Lucas wordt tussen 80 en 100 na Christus gedateerd. Lucas noemt zijn naam niet in zijn evangelie, maar hij wordt wel als schrijver erkend. In andere boeken in het Nieuwe Testament wordt Lucas genoemd als metgezel van Paulus, een arts. Lucas schreef ook het boek Handelingen.
    Het evangelie van Johannes wordt gedateerd aan het eind van de eerste eeuw. Het is geschreven door Johannes, een discipel van Jezus. Opvallend is dat Johannes in zijn evangelie naar zichzelf verwijst met de woorden ‘de discipel van wie Jezus hield’. Hij noemt zichzelf niet bij naam.

    Handelingen der apostelen is ook geschreven door Lucas. Dit boek wordt tussen 80 en 100 na Christus gedateerd.

    Na Handelingen volgen de brieven van de apostelen. Deze brieven ontstonden in een zendingssituatie. Nadat Jezus naar de hemel was gegaan en de apostelen de Heilige Geest hadden ontvangen, trokken ze erop uit om het evangelie te verkondigen. Ze stichtten gemeenten in de gebieden rond de Middellandse Zee. Deze gemeenten bezochten ze daarna nog periodiek. Soms hoorden ze van problemen in een gemeente als ze daar niet in de buurt waren. Dan schreven ze een brief. Er zijn vooral veel brieven van Paulus bewaard gebleven.

    Paulus was niet één van de twaalf leerlingen van Jezus, maar werd later bekeerd bij Damascus. (Handelingen 9:1-31) De brieven die hij schreef zijn genoemd naar de gemeenten waar de brief voor bedoeld was. Paulus was de schrijver van Romeinen, 1 en 2 Korinthiërs, Galaten, Efeziërs, Filippenzen, Kollossenzen en 1 en 2 Tessalonicenzen. Verder schreef Paulus twee brieven aan zijn vriend Timoteüs, een brief aan Titus en een brief aan Filemon.

    De schrijver van de brief aan de Hebreeën is niet bekend, maar deze brief ontstond vermoedelijk in het laatste kwart van de eerste eeuw.

    Dan staat er nog een brief van Jakobus in de bijbel. Deze Jakobus was waarschijnlijk een broer van Jezus. Sommige uitleggers gaan ervan uit dat de brief inderdaad is geschreven door de broer van Jezus. Andere uitleggers betogen dat iemand de brief gezag wilde verlenen en daarom de naam van de broer van Jezus gebruikte. De brief is gericht aan de hele christenheid.

    Petrus, de discipel van Jezus, schreef twee brieven. De eerste is gericht aan een aantal gemeenten in Klein-Azië. De tweede is niet specifiek aan een gemeente gericht. Het is meer een soort testament: een laatste schrijven van iemand voor zijn dood, met daarin aanbevelingen voor de mensen die hij achterlaat. Het is niet geheel zeker dat 2 Petrus ook daadwerkelijk door Petrus is geschreven.

    Dan staan er nog drie brieven van Johannes in de bijbel. Johannes’ naam wordt niet genoemd, maar de brieven worden wel toegeschreven aan deze apostel.

    Ook Openbaringen wordt toegeschreven aan Johannes. In het boek zelf wordt Johannes als schrijver genoemd. Sommige uitleggers menen dat het de apostel Johannes was, anderen denken meer aan een verder onbekende vroegchristelijke profeet.

    Tot slot is er nog een brief van Judas opgenomen. Vanzelfsprekend gaat het hier niet om Judas, de discipel van Jezus, aangezien hij Jezus verraadde en daarna om het leven kwam. De schrijver van deze brief duidt zichzelf aan als Judas, de broer van Jakobus. Judas en Jakobus worden in de evangeliën genoemd als broers van Jezus. Waarschijnlijk wordt met deze Judas dan ook een broer van Jezus bedoeld. Ook met deze brief is er onduidelijkheid of de brief daadwerkelijk door Judas is geschreven, of dat iemand later de brief met Judas’ naam gezag wilde verlenen.

    De geschriften die in het Nieuwe Testament terecht zijn gekomen, ontstonden allemaal los van elkaar in de vroegchristelijke wereld. Al direct ontstond er een discussie over de autoriteit die verschillende geschriften zouden hebben. Ik vond het erg interessant om te ontdekken dat de erkenning van geschriften al begint in de brieven die in het huidige Nieuwe Testament staan.

    In 1 Timoteüs 5:18 zegt Paulus tegen Timoteüs: “De Schrift zegt immers: ‘U mag een dorsend rund niet muilkorven’ en ‘De arbeider is zijn loon waard’.†Het eerste citeert Paulus uit Deuteronomium 25:4, het tweede uit Lucas 10:7. Hiermee geeft Paulus het evangelie van Lucas net zoveel gezag als het Oude Testament.
    Petrus beveelt de brieven van Paulus aan aan zijn lezers in 2 Petrus 3: ’15 Bedenk dat het geduld van onze Heer uw redding is. Dat heeft ook onze geliefde broeder Paulus u geschreven met de wijsheid die hem is geschonken. 16 Hij schrijft dit overigens in alle brieven waarin hij dit onderwerp ter sprake brengt. Daarin staat een en ander dat moeilijk te begrijpen is en dat door onwetende en onstandvastige mensen, tot hun eigen ondergang, wordt verdraaid; dat doen ze trouwens ook met de overige geschriften.’
    Dit gedeelte uit 2 Petrus is een argument tegen Petrus als de schrijver. Het feit dat de brieven van Paulus worden genoemd, lijkt erop te wijzen dat deze brieven al autoriteit hadden gekregen in de vroege kerk. Sommige uitleggers dateren 2 Petrus dan ook pas in de eerste helft van de tweede eeuw.

    Hoe dan ook, de strijd om de authenticiteit barstte los zodra er geschriften gingen circuleren in de vroege gemeenten. Wordt vervolgd!

  2. Wie volgt er ook het programma Buch in de Bajes? Menno Buch vertoefde twee maanden in een Nederlandse gevangenis en mocht er alles zien en weten. Het resultaat is elke zondag te zien om acht uur ‘s avonds op RTL 4. Je ziet er wat voor werk de gedetineerden moeten doen, wat er gebeurt bij trammelant, hoe de cellen en isoleercellen eruit zien, hoe men ervoor wil zorgen dat drugs buiten de muren blijft en wie die gedetineerden zijn.

    Er worden dus ook gevangenen geïnterviewd, zowel de gewetenloze crimineel als de man met een tragisch verhaal. Het is een fascinerende documentairereeks, omdat we eigenlijk helemaal niet zo’n goed beeld hebben van onze gevangenissen. En het is wel goed om te weten wat daar nu gebeurt. Of zo’n programma daar in het geheel voor kan zorgen is natuurlijk de vraag, maar het heeft mij positief verrast hoe het daar nu aan toegaat.

    De gevangenis waar Buch verbleef blijkt gewoon een humane, streng beveiligde inrichting te zijn met keurige celletjes, ook voor twee personen, en inderdaad geen vrijheid voor de gedetineerden. Zeker geen hotel dus, maar gewoon een beschaafde gevangenis in een beschaafd land. Voor sommigen is dat echter niet genoeg. Die willen gevangenissen waarin mensen niet enkel van hun vrijheid, maar ook van hun menswaardigheid worden beroofd.

    Ik moet bij de discussie over gevangenissen dan weer denken aan het feit dat het bezoeken van gevangenen al eeuwenlang als goede, christelijke deugd wordt gezien. En dat Jesaja profeteerde dat de Messias ook de gevangenen zou vrijlaten. Het christendom lijkt dus op twee gedachten te hinkelen: enerzijds zijn gevangenissen nodig, anderzijds zijn ze niet ideaal en belanden er vaak genoeg ook onschuldige mensen achter de dikke deur.

    Het minste wat we kunnen doen is daarom gevangenen zo humaan mogelijk blijven behandelen en ze enkel de vrijheid te onthouden. Leven zonder vrijheid is al een vrij zware straf. Ook is het goed je te blijven realiseren dat niet alle gevangenen gewetenloze criminelen zijn, maar vaak ook een tragisch verhaal meedragen en misschien vaker dan wij denken berouw. Het blijven mensen, wat voor verschrikkelijks ze ook gedaan hebben.

    Robert

  3. Zit je net een leuk tv-programma te kijken, komt er weer een vloek voorbij. Wat doe je? Zap je door of blijf je kijken? Je luistert naar een liedje op de radio. Het klinkt goed, maar als je naar de tekst luistert, begin je toch te twijfelen. Wat doe je? Zet je iets anders aan of zing je vrolijk mee? Waar ligt jouw grens?

    Jesper (16) zingt graag mee met liedjes. Hij zegt: “Af en toe hoor ik teksten waar ik niet echt blij van word. Dan luister ik dat lied veel minder. Als een lied echt niet door de beugel kan, zet ik het gewoon stop.†Op tv kijkt Jesper graag naar programma’s als Draadstaal en Little Britain. “In deze programma’s wordt soms wel grove taal gebruikt. Maar,†zegt Jesper eerlijk, “als er één keer gevloekt wordt, blijf ik wel kijken. Als er echt om de minuut een vloek komt dan ben ik er snel klaar mee. Dan zap ik even weg.â€

    Iedere dag word je beïnvloed door muziek, beelden, teksten, noem maar op. Dat kan bewust, doordat je zelf iets aanzet, maar ook onbewust, bijvoorbeeld een reclame die je onderweg naar school langs de weg ziet. Maar wat je kijkt of luistert, heb je ook zelf in de hand!

    Probeer dit eens!
    • Luister goed naar de tekst van een liedje. Wat voor invloed heeft dit op jou?
    • Beeld je in of je Jezus zou kunnen uitnodigen om samen met jou naar dat liedje te luisteren of dat ene tv-programma te kijken. Bedenk dus: What Would Jesus Do?
    • Bekijk alles zwart-wit. Het is goed of het is fout. Blijf niet in het grijze gebied hangen van ‘het kan nog wel’. Maak duidelijke keuzes!

  4. Ooit bedacht iemand dat het verstandig was om mensen die tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben geleefd op te delen in goede mensen en foute mensen. Nuances bleken niet nodig, er was geen tussenweg; je was goed of je was fout in de oorlog. Je was een held of een misdadiger. Dat opdelen blijkt vandaag de dag weer pijnlijk duidelijk als de vijftienjarige Auke zijn gedicht over zijn oudoom niet mag voorlezen op 4 mei.

    In het gedicht geeft hij aan hoe zijn oudoom een foute keuze maakte en zich bij de Waffen-SS aansloot. Hij schildert zijn oom menselijk af, als iemand die ook goed kan zijn geweest, en dat past natuurlijk niet in de door ons opgestelde hokjes. Want iemand die bij de SS gaat, kan dat natuurlijk enkel vanuit een foute geest doen. Nog steeds willen we niet horen wat oorlog met mensen doet, dat goed en fout niet altijd zo duidelijk bestaan.

    Ondertussen bidden we zo vroom om wereldvrede en wijzen we elke oorlog af. Want oorlog is fout, oorlog gaat haaks in tegen het goede Evangelie, noem maar op. Maar hoe kunnen we van anderen verwachten dat ze vrede stichten, als we zelf nog steeds geen echte vrede kunnen sluiten met wat hier gebeurd is? Gedichten mogen niet over echte mensen gaan en er mogen ook nog altijd geen Duitsers spreken tijdens zulke herdenkingen.

    Er zijn dan ook op het altijd zo goede internet door het altijd zo goede volk ook harde woorden gekraakt over Auke. Vast en zeker ook door goede mensen die de oorlog nog nooit hebben meegemaakt. Het is om bijna moedeloos van te worden. Het mag duidelijk zijn dat echte vrede niet op papier bestaat, maar enkel in harten kan worden gerealiseerd. En zolang het hart mensen zo hard veroordeelt, is die vrede er nog niet.

    Ooit bedacht iemand dat het verstandig was om mensen die tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben geleefd op te delen in goede mensen en foute mensen. Zolang we dat maar blijven doen, zolang we niet de verhalen achter de keuzes willen horen, zolang blijft de oorlog in onze harten voortwoekeren. Zolang kunnen we niet leren van onze keuzes en maken we zo weer de foute keuzes. Iets wat Auke ons nu juist wilde voorhouden.

    Robert

  5. Er stonden twee Jezussen bij Pilatus: Jezus Barabbas, zoon van de vader (Bar-Abbas), en Jezus, zoon van de Vader. Beiden Jezussen wilden vrijheid voor het joodse volk. De eerste Jezus wilde dat door strijd tegen het Romeins gezag bewerkstellingen, de tweede Jezus door het Kruis. De eerste Jezus staat voor de politieke weg, de tweede Jezus voor de innerlijke weg. De eerste Jezus wilde heersen, de tweede Jezus wilde dienen.

    Het lot van de beide Jezussen lag in de hand van het joodse volk. Zoals bij elk paasfeest wilde Pilatus een gevangene vrijlaten en het joodse volk mocht kiezen wie. Nu speelde Pilatus deze twee Jezussen tegen elkaar uit. De eerste Jezus was al veroordeeld voor moord, de tweede Jezus achtte Pilatus onschuldig. Maar door het volk tussen hen twee te laten kiezen als tussen twee gevangenen, vonniste hij eigenlijk al schuldig.

    Grote of kleine overheid? Veiligheid of privacy? Vrije markt of solidariteit? Allemaal vragen waarop geen eenduidig antwoord te geven is en die niet nodig waren als het kwaad er niet was geweest. Bijna elke ideologie werkt namelijk goed zolang echt alle deelnemers goed zijn en instemmen met het systeem. Zelfs het christendom is dan nog wel te redden. Maar mensen zijn niet louter goed en mensen verschillen erg van denkwijzen.

    Het zal altijd de tragiek van de politiek blijven, dat je altijd te kampen hebt met het kwaad, met het lijden, met de kwetsbare en eigenwijze mens. God zelf bemoeit zich echter ook niet met de politiek; Hij bestuurt geen enkel land en heeft nergens een beleidsnota achtergelaten. Toch laat Hij ons niet helemaal in de steek, want zijn plannen bevinden zich op persoonlijk niveau. Een niveau dat als fundament voor elke politiek mag gelden.

    Het joodse volk koos, de uitslag is ons welbekend. Jezus Barabbas werd vrijgelaten en Jezus, de zoon van de Vader, werd ter dood veroordeeld. De schuldige politiek, in al haar tragiek, blijft men toch altijd weer verkiezen boven de onschuldige innerlijke weg, in al haar eenvoud. En daardoor juist overwint de innerlijke weg, als Jezus vanwege deze keuze naar het kruis wordt geleid om ook voor Jezus Barabbas te sterven.
     

    Robert

  6. Ik ben opgegroeid in het Gelderse Ede, een aardige stad midden op de Bible-Belt. Op Wikipedia kwam ik een lijst tegen van alle kerken in mijn geboorteplaats. Leuk en herkenbaar om het zo allemaal op een rijtje te zien. Ik begon te tellen en kwam uit ergens tussen de 40 en de 50 kerken. En dat op zo’n 70.000 inwoners!

    Van huis uit ben ik een hervormde bonder, zoals dat dan heet. In Ede zijn wel 8 gemeenten van diezelfde stroming. En toch is elke gemeente weer anders. Ik ben opgegroeid in een gemeente die wat betreft liturgie wat tegen de baptisten aanschoof. Niet te streng, maar wel duidelijk in de Bijbelse boodschap.

    Toen ik een jaar of 17 was, vatte ik het plan op om eens wat meer om me heen te kijken, om wat andere kerkgenootschappen te gaan bezoeken. Gewoon om te weten hoe het er in andere kerken aan toe gaat, zodat ik een breder beeld van christelijk Nederland zou krijgen. Nu ging er in de kringen waarin ik mij bewoog het gerucht dat één bepaalde kerk toch wel echt verschrikkelijk streng was. Het verhaal werd wat opgeblazen, maar de boodschap was duidelijk: daar moet je niet wezen. Ik had in die tijd redelijk wat reformatorische vrienden, dus je kon mij niet zo gauw bang maken met een verhaal over een strenge kerk. Ik besloot deze kerk eens van binnen te gaan bekijken. Het was een Oud-Gereformeerde Gemeente. Ik trok een stemmige jurk aan, viste ergens een hoedje vandaan en toog op de fiets naar de kerk. In mn eentje. Wat een belevenis!

    In deze kerk hadden alle mensen een vaste plaats. Er brandde voorin de kerk een lampje. Tien minuten voordat de dienst begon, ging dat lampje uit. Dat was het teken dat bezoekers ook een plaats mochten zoeken. Ik voelde me niet erg welkom. Enigszins ongemakkelijk schoof ik in een bank naast een mevrouw, die meteen een praatje met mij aanknoopte. Waar ik vandaan kwam. Ik vertelde dat ik normaal naar de hervormde kerk ging. Blijkbaar had zij niet helemaal begrepen dat ik eenmalig op bezoek was, want ze sprak meteen haar blijdschap uit over het feit dat ik de weg van de hervormde kerk naar deze kerk had gevonden, net als haar man. Alsof ik van mijn zondige, hervormde pad de weg naar de hemel had ontdekt. Ik liet haar maar in de waan. Ze zou het niet begrepen hebben als ik had uitgelegd dat ik me prima thuis voelde in de hervormde kerk en daar ook niet van plan was weg te gaan, ja sterker dat hervormde mensen ook in de hemel konden komen.

    Toen de dominee begon te praten, begon een lange zit van minstens anderhalf uur, waarin een paar psalmen werden gezongen uit de Oude Berijming (van 1773), die ik overigens zelf wel erg mooi vind. De dominee preekte drie kwartier. Ik heb geen idee meer waar de preek over ging, maar ik weet nog wel dat het me opviel hoe weinig de inhoud van de preek verschilde van de inhoud van preken die ik gewend was. De dominee vertelde hetzelfde evangelie uit dezelfde bijbel. Ik probeerde onder de dienst zo goed mogelijk stil te zitten, te luisteren, niet teveel af te dwalen met mijn gedachten, en vooral de diepgelovige mevrouw naast mij geen aanstoot te geven.

    Toen ik na de dienst naar huis reed, was ik weer een ervaring rijker. Ik hoop dat ik die mevrouw later in de hemel tegen mag komen, en dat ze dan inziet, dat God ook van hervormde christenen houdt.  

    Mieke

    (voor iedereen die de weg kwijt raakt bij hervormd/reformatorisch etc, ik zal in een latere column aandacht besteden aan het hoe en wat van de verschillende protestantse stromingen in Nederland)

  7. Vijf lange jaren is de periode dat Evanescence fans op een nieuw album moesten wachten. Zo’n lange wachttijd zorgt ervoor dat de verwachtingen vooraf hooggespannen zijn. Twee maanden voor de release van het album kwam de band met de single ‘What You Want’ – de reacties onder muziekliefhebbers was gemengd. Er waren mensen die de track echt goed vonden, maar veel mensen labelden het als ‘te poppy’. Wat als ik je vertel dat deze single zelfs een van de meest aansprekende tracks op het album is?

    De sound van ‘Evanescence’ heeft zich nog verder afbewogen van hun succesalbum ‘Fallen’ (2003) dan hun vorige evanescence_-_evanescencecover.jpgalbum ‘Open Door’ (2006) al deed. Symphonische pop met wat symphonische rock op de achtergrond heeft de bovenhand gekregen en gothic rock is slechts een pietluttig element. De voornaamste instrumenten op het nieuwe album zijn het keyboard en de vocalen, met alle twaalf tracks uitmuntend in gevoeligheid. De vocals van Amy Lee staan vol in de spotlight; niet echt verrassend als je weet wat ze eruit kan halen (‘Oceans’). Maar dat zou niet automatisch gelijk moeten staan aan vlakke, onbetekenende composities, saai drumwerk en gitaren die weer in de mix worden geduwd. Alleen ‘End Of The Dream’ en ‘Never Go Back’ lijken heavy te starten, maar in enkele ogenblikken worden de gitaarriffs verruild voor pianospel. Lee zelf mag claimen dat sommige songs (bv. ‘The Other Side’, ‘End Of The Dream’) chunky gitaren en dubbele bass drum bevatten, maar dat is niet wat ik hoor.

    ‘Evanescence’ lijkt aan creatieve bloedarmoede te lijden... en gezien het hoge tempo waarin de band de laatste jaren afgegleden is, vraag ik me hardop af waar dit zal eindigen. Ik raad degenen die de band nog steeds leuk vinden sterk aan te wachten met het kopen van die album: ‘Evanescence’ zal waarschijnlijk snel in de aanbieding zijn.

    Waardering: 2/5

    Track list:

    1. What You Want
    2. Made Of Stone
    3. The Change
    4. My Heart Is Broken
    5. The Other Side
    6. Erase This
    7. Lost In Paradise
    8. Sick
    9. End Of The Dream
    10. Oceans
    11. Never Go back
    12. Swimming Home

    Band:

    Amy Lee – lead vocals, keyboard, harp
    Terry Balsamo – lead guitar
    Troy McLawhorn – rhythm guitar
    Tim McCod – bass guitar
    Will Hunt – drums
     

    Bron: TMR

    Vertaling: Esther

  8. Van 28 april tot 2 mei 2012 is op Strand Nulde het vijftiende Soul Survivor festival. Met man en macht heeft het Soul Survivor kantoor de afgelopen maanden gewerkt aan de voorbereidingen voor het festival, samen met tientallen vrijwilligers. Het Soul Survivor festival is een fenomeen in Nederland. Ieder jaar staat Strand Nulde weer vol met tentjes van jongeren die een verlangen hebben naar God.

    Vijftiende editie
    In 1997 is het allemaal begonnen in nauwe samenwerking met Soul Survivor Engeland. De kenmerken en waarden van Soul Survivor zijn nog dezelfde als toen ze startten. Aanbidding, onderwijs en minitry (werk van de Heilige Geest) vormt de kern van het festival. Lambert Dekkers, voorzitter Soul Surivor: “De afgelopen vijftien jaar is Soul Survivor een inspiratie geweest voor jongeren in hun zoektocht naar wie Jezus is, maar ook een ontdekking hoe je kunt uitstappen in de kracht van de Heilige Geest. We geven veel ruimte aan jongeren om zelf uit te stappen en andere jongeren te trainen. De nieuwe slogan van Soul Survivor 'Samen Jezus Ontmoeten' geeft ons verlangen aan en waarom we met zoveel jongeren samen komen.â€

    Programma
    In de celebrations van Soul Survivor 2012 spreken onder andere Mike Pilavachi (directeur Soul Survivor Engeland), Daniël Hoogteijling en Martin Koornstra. Ook Sven Leeuwestein, sinds januari actief als directeur van Soul Survivor, spreekt tijdens een celebration. In de meer dan 30 seminars spreken vele inspirerende sprekers over allerlei voor jongeren relevante onderwerpen.

    Soul Worship verzorgt onder leiding van Hanne de Vries en Amanda Lock de aanbidding. Voor de avondprogramma’s hebben we onder andere de volgende artiesten: Micha de Jonge, Rogier Pelgrim, Mensenkinderen en Hanne de Vries. Hanne releast op het festival zijn nieuwe album “Face to Faceâ€.

  9. Ik heb deze week even naar de lineup van Flevo zitten kijken. Ik bleef er haken bij een band, waarvan alleen de naam bij me bekend is, maar verder niets: Icon For Hire. Na wat zoeken weet ik dat deze rockband inmiddels sinds 2007 bestaat, en uit Decatur, Illinois komt. Alhoewel er op de cd ' Scripted' 3 mensen op de hoes staan, bestaat de band uit 4 mensen: Leadzangeres Ariel, gitarist Shawn Jump, bassist Josh Kincheloe en drummer Adam Kronshagen. Ze zijn ontdekt door Tooth & Nail, waar ze nog steeds zitten.icon_for_hire_-_scripted.jpg

    Icon For Hire heeft, sinds haar bestaan, 2 EP's (Icon For Hire EP en The Grey EP) en een studioalbum (Scripted) uitgebracht, en deze laatste komt uit augustus 2011. Ik zit deze te beluisteren, en moest eerst denken aan Fireflight. Daar kwam later muziekaal een beetje een RED-gevoel bij, wat ik persoonlijk helemaal niet erg vind. Ondanks deze vergelijking heeft IFH een eigen geluid, waar ik zeer tevreden over ben.  Wat me opvalt is dat de liedjes voor mijn gevoel gemiddeld even lang duren als bij Paramore.

    Het eerste liedje wat ik van ze luisterde, 'Get well', begint tranceachtig. Dat heeft me wel wat verrast, maar het klinkt zeer goed. De tekst van het liedje is al positief(I quit it with the suïcidal recital), dat legt mijn verwachting alleen maar hoger bij de cd. Ik luister verder, en kom bij 'Iodine'. Dit is een liedje waarin je voor een spiegel word gehouden: Je wilt gezond zijn, maar constant als je genezen bent van je kwaaltje(s) val je er weer in terug, al is het alleen maar om het lekkere gevoel van de genezing weer te voelen. Waarom in deze cirkel blijven? Je kunt verder komen!

    Ik ben erg positief over deze band, maar ik zie voor mezelf ook een struikelblokje: Als ik het geheel zo beluister brengt het de puber een beetje in me naar boven. Ze klinken volwassen en puberaal door elkaar. Waarom ik dat een struikelblokje vind? Als ik bijvoorbeeld naar het liedje ' Only a memory' luister, dat gaat over een gebroken relatie. Die zijn er zoveel, oke, maar ik denk dat dit liedje een effect kan hebben als waar men bij 'Get well' voor waarschuwd: Je blijft teveel hangen in het gebroken liefde-scenario, en dat is toch iets tegenstrijdigheid op een album… 

    Als ik een cijfer moet geven, geef ik het een 4/5.

    Tracklist:

    1. Overture
    2. Theatre
    3. Make A Move
    4. Get Well
    5. The Grey
    6. Off With Her Head
    7. Fight
    8. Up In Flames
    9. Iodine
    10. Only a Memory(Pernilla)
    11. Pieces

    Gewoon Paul

  10. Jij bent vrijzinnig, verwijten sommigen mij. Dus waarom zou je je bezig houden met zending? Goede vraag, want ik vind zending ontzettend belangrijk. Niet alleen in het buitenland, ook in Nederland sta ik achter de missie van de EO om mensen op Jezus te wijzen. Daarin kunnen ze bij mij niet gauw te ver gaan, de Grote Jezus Quiz was voor mij genieten.

    Ik onderstreep graag de ethische kant van de leringen van Jezus en Paulus, meer dan de geloofskant van beide. Die is ook belangrijk, maar het jodendom, waar het christendom een belangrijke afsplitsing van is, heeft toch wel heel veel met ethiek. Maar dan? Je hebt Jezus echt niet nodig om mensen te vertellen dat ze aardig moeten zijn tegen elkaar. Of dat je consequent moet zijn: als je daden van anderen afkeurt, dan moet je die zelf ook nalaten. Jezus daarbij betrekken heeft weinig zin.

    Het christendom zou, volgens mij, nooit zo populair geworden zijn als het niet méér was dan een ethische theorie. De blik van de gelovigen was gericht op het hier en nu omdat zij in hun achterhoofd geloofden in een verre toekomst, in de eeuwigheid. Zoals Jakobus terecht verwijst naar Abraham, waarvan de daden tijdens zijn leven voortkwamen uit een geloof in een eeuwige God.

    Bestaat die eeuwigheid ook? Het is net hoe je het ziet, ik neig er voorzichtig naar te denken dat geloven in een leven na de dood redelijk is. Wat ik zeker weet is dat het goede dat ik in dit leven presteer eeuwigheidswaarde heeft, maar dat ook het kwade dat ik doe in de toekomst invloed heeft. Dat geldt vanzelfsprekend ook voor anderen.

    Ik geloof dat niet alleen het bouwen van ziekenhuizen goed is, dat is het natuurlijk wel, maar ik waardeer het juist wanneer mensen vertellen van hun diepste passie voor God en voor Jezus. En voor wat dan ook. Als je gelooft in Jezus is dat belangrijk genoeg om over te praten, hier in Nederland of ver weg. En soms raak je dan iemand met je passie. Dan bidden we een zondaarsgebed en we hebben een bekeerling binnen, toch?

    Iemands enthousiasme kan aanstekelijk zijn, bijvoorbeeld dat van David de Vos -waarvan ik verder niet zoveel moet hebben-, maar alleen dat enthousiasme is slechts eventjes aanstekelijk. Blijvend enthousiasme krijgen anderen als ze jouw enthousiasme verdiept zien door daden. Daden die voortkomen uit geloof, ofwel vertrouwen. Zoals bij Abraham. Zoals de ethische boodschap van Jezus en Paulus. Iemand is pas binnen als hij of zij gepassioneerd geloof kan omzetten in daden, uit vertrouwen. Dat is missie. Dáár ga ik voor.

    Evert Te Winkel

  11. Trouwen kon al op televisie, maar nu kan men ook scheiden op televisie. Daarmee is de levenscyclus bijna rond: van geboorte tot graf kan men bijna alles in de media laten zien. Ziekenhuisbezoek, het bijleggen van ruzies, de geboorte van een kind en nu dus ook de scheiding. Maar ook het gewone, dagelijkse leven wordt vastgelegd op social media, waarop iedereen kan meelezen wanneer je naar de wc moet. Heel interessant.

    Het is nog maar de vraag of het wel zo christelijk is om je privéleven op internet of televisie te gooien. Zeker omdat anonimiteit ook lang niet altijd gewaarborgd is. Nu zijn de gevaren van dat mediagedrag wel bekend, maar er speelt nog iets mee. Je kunt namelijk ook mensen tot aanstoot zijn met je publieke gedrag. Zeker als je uitgebreid een ruzie bespreekt, of een hechte vriendschap. Je naasten komen dan ook ongevraagd in beeld.

    Het vrij collectivistische alles met elkaar delen krijgt dan ineens een grimmige bijsmaak. Het zal vast heel opluchtend zijn om op een forum de ruzies met je ouders te bespreken, maar je ouders kunnen of willen zich niet verdedigen. Je kunt dan wel zeggen dat het anoniem is, maar iedereen krijgt wel een eenzijdig beeld van de ouders. Daarbij is anonimiteit ook maar relatief tegenwoordig, zeker als iemand jou later echt leert kennen.

    Ook kunnen mensen zich heel opgelaten voelen als je zomaar je diepste zieleroerselen aan hen toevertrouwt. Zo voelde ik mij bijzonder ongemakkelijk toen een christelijke jongen mij ongevraagd eens vertelde over zijn verleden met zelfbevrediging. Ik hoef dat allemaal niet te weten; vertel dat liever gewoon aan mensen die je écht kent en die je echt kunnen helpen. Gewoon, uit discretie, om mensen niet voor het blok te zetten.

    Omwille van je naasten en ook van jezelf is het daarom beter om zo weinig mogelijk los te laten over je persoonlijke leven. Je richt dan ook minder de aandacht op jezelf en hebt misschien zelfs meer tijd voor de ander. Zo blijft alles wat van jou is ook echt van jou en blijven je naasten ook buiten schot. Echte problemen kun je bespreken met vertrouwelijke personen en dagelijkse bezigheden, ach, hoe boeiend zijn die nou echt?

    Robert

  12. Van de week bood de Evangelische Omroep haar excuses aan voor de uitzending van de Grote Jezus Quiz. Ze ontdekte dat de humoristische, luchtige toon van het programma in slechte aarde viel bij veel gelovigen. Dat was nu ook weer niet de bedoeling, dus zei ze netjes sorry daarvoor. Of dat voldoende zal zijn, dat moet nog blijken, maar ze zal vast iets heel belangrijks geleerd hebben: humor hoort bij de mens, maar kan heel verkeerd uitpakken.

    Tijdens de opleiding Communicatie leerde ik al dat er niets zo cultureel bepaald en zo lastig inwisselbaar is dan humor. Wat in het ene land geaccepteerd is, is in het andere land absoluut not done. Maar ook binnen de verschillende christelijke culturen zie je dat fenomeen terug. Binnen de ene geloofscultuur kan men zelfs nog lachen om Youp van ’t Heks grappen over het geloof, terwijl men elders Herman Finkers al te ver vindt gaan.

    Met dit fenomeen wordt verschillend omgegaan. De één probeert met iedereen rekening te houden en houdt het allemaal heel braaf, terwijl de ander juist meent dat die grenzen onzinnig zijn en daarom zoveel mogelijk wil shockeren. Als je dat maar doorzet, dan raken mensen inderdaad steeds meer gewend en raakt de geest op den duur afgestompt. Maar ja, braafheid kan ook saai worden en net zo goed afstompend werken.

    Hoe ga je nu hiermee om, als je humor wilt gebruiken? Ten eerste is het belangrijk dat je de ander respecteert in zijn grenzen. Als de ander minder kan hebben dan jij, dan is hij niet meteen bekrompen. Als de ander meer kan hebben, dan is hij niet meteen blasfemisch. Ten tweede moet je erachter komen wat voor de ander bijzonder heilig is in het geloof, zodat je weet waarmee je moet uitkijken. Juist ook als je er zelf heel anders in staat.

    Je bent altijd begrensd binnen de culturen waarin je leeft, ook als je een eigen doelgroep aanspreekt. Je wordt daarom onder meer door de apostel Paulus opgeroepen om geen onnodige aanstoot te geven en op te passen met wat je doet of zegt. Gelukkig is het ook helemaal niet zo belangrijk om altijd leuk gevonden te worden. Zachtmoedigheid en zelfbeheersing zijn belangrijker. Soms dus toch maar die ene geniale grap voor je houden.

    Robert

  13. Het is weer Pasen geweest. We hebben weer stil mogen staan bij het lijden, sterven en opstaan van onze Heiland. Zoals jullie weten, is de datum van dit christelijke feest elk jaar anders. Dat komt omdat de datum van Pasen niet vastligt, maar aan de hand van de maanstand wordt vastgesteld. Pasen is altijd op de eerste zondag na de eerste volle maan na de lente-equinox. Oftewel: eerst moet het lente zijn (vanaf 21 maart), dan moet het volle maan worden, en de zondag daarná is het Pasen. Omdat de maand van de maan korter is dan onze kalendermaand, verschuift deze dag telkens.

    Deze berekening voor de datum van Pasen is al heel oud. Op het concilie van Nicaea, dat gehouden werd van 20 mei tot 19 juni 325, werd dit namelijk vastgesteld. Vanaf 325 viert de kerk al Pasen op de zondag na de eerste volle maan in de lente. Dat is echter niet het enige onderwerp dat op de agenda stond bij dit concilie. Verreweg het belangrijkste onderwerp dat behandeld werd, ging over de vraag of Jezus wel of niet goddelijk is.

    Arius, een priester in Alexandria, beweerde namelijk dat Jezus niet de zoon van God was en dat Hij ook geen goddelijk wezen was. Deze stroming ging heten naar deze priester: het arianisme. Dit fenomeen zorgde voor veel verdeeldheid in de vroegchristelijke kerk. Nu moet ik er even bij vertellen in welke tijd we hier zijn. Het christendom staat in de eerste eeuwen van onze jaartelling nog in de kinderschoenen. Na Pinksteren zijn er in de jaren diverse mensen bezig gegaan om hun belevenissen met Jezus op papier te zetten. In de loop der jaren zijn er zo ontzettend veel geschriften en brieven ontstaan, die in de christelijke kerken worden gebruikt ter lering. Er is nergens nog een officiële christelijke leer vastgelegd. Er is dus ook nog geen manier om te controleren of een bepaalde leer ‘klopt’ of niet. Zo kunnen er gemakkelijk stromingen ontstaan die op fundamentele onderdelen iets anders geloven. Het grootste voorbeeld hiervan in deze tijd is het arianisme.

    Constantijn de Grote was een Romeins keizer en kreeg volgens de overlevering van God een teken in 312 dat hij zou winnen van zijn rivaal-keizer Maxentius als hij het phi-rho teken als vaandel zou voeren. Inderdaad won hij in de slag bij de Milviusbrug. Zo werd hij de enige keizer van het Romeinse Rijk. Hij promootte het christendom en één van de eerste dingen die hij aanpakte was de grootschalige verdeeldheid in de kerk rondom het wel of niet goddelijk zijn van Christus. Hij riep het Concilie van Nicaea bijeen en zette dit punt hoog op de agenda. Het concilie besloot dat het arianisme verworpen moest worden en dat Jezus wel degelijk goddelijk is.

    Sommige mensen beweren op grond van dit concilie dat Jezus nooit meer is geweest dan een mens, een inspirerend mens, die tragisch aan zijn einde is gekomen. Dat Jezus goddelijk is, is immers besloten door keizer Constantijn op het concilie van Nicaea! Die mensen gaan voorbij aan het feit dat er altijd een stroming is geweest die wel geloofde dat Jezus de Zoon van God was. Er was sprake van twee naast elkaar bestaande stromingen, waarvan er één in het ongelijk is gesteld. Overigens bleef het arianisme wel bestaan. Latere keizers hadden er nog regelmatig mee te maken.

    De plaats Nicaea is in de protestantse kerk het meest bekend van de geloofsbelijdenis die werd opgesteld tijdens het concilie. Overigens werd deze belijdenis pas tijdens een later concilie op schrift gesteld. Deze geloofsbelijdenis wordt in sommige kerken nog steeds gelezen en neemt duidelijk stelling in tegen het arianisme:

    Ik geloof in één God de almachtige Vader
    Schepper van hemel en aarde, van al wat zichtbaar en onzichtbaar is.
    En in één Heer, Jezus Christus,
    eniggeboren Zoon van God,
    vóór alle tijden geboren uit de Vader.
    God uit God, licht uit licht, ware God uit de ware God.
    Geboren, niet geschapen, één in wezen met de Vader,
    en door wie alles geschapen is.
    Hij is voor ons, mensen, en omwille van ons heil uit de hemel neergedaald.
    Hij heeft het vlees aangenomen door de heilige Geest uit de Maagd Maria
    en is mens geworden.
    Hij werd voor ons gekruisigd,
    Hij heeft geleden onder Pontius Pilatus en is begraven
    Hij is verrezen op de derde dag, volgens de Schriften.
    Hij is opgevaren ten hemel: zit aan de rechterhand van de Vader.
    Hij zal wederkomen in heerlijkheid om te oordelen levenden en doden
    en aan zijn rijk komt geen einde.

     

    We mogen het met de Byzantijnse christenen mee-belijden: Jezus is voor ons mensen en omwille van ons heil aan het kruis gestorven, maar ook weer opgestaan. Om voor ons de weg vrij te maken naar Gods rijk, waar geen einde aan komt.

    Hallelujah!

    Mieke

  14. Waarom vieren wij eigenlijk elk jaar weer Pasen? Natuurlijk, de rituelen zijn mooi, het gaat om de kern van het geloof en het valt altijd weer mooi samen met de lente. We mogen weer stilstaan bij het laatste Avondmaal, droevig zijn onder het kruis en ons weer verheugen bij de opstanding. Elk jaar weer dezelfde emoties en verhalen, terwijl het de wereld buiten de kerk niets kan schelen. Het leven gaat gewoon door, Pasen of geen Pasen.

    Maar laten we eens heel eerlijk zijn. Is er iemand van ons ooit echt heiliger geworden na het vieren van het paasfeest? Wist iemand na zelfs een hele vastentijd ooit één slechte gewoonte voorgoed uit te bannen? Misschien dat het sporadisch eens gebeurt, maar meestal sijpelt na de paasvreugde het gewone leven weer langzaam maar zeker terug. Waardoor het feest misschien toch weer een lichte teleurstelling oplevert: was dit het nu?

    Het is nog nooit gebeurd dat de hele samenleving echt verbroederde en meer glans kreeg, omdat de Kerk weer het paasfeest vierde. Nee, buiten de kerk merk je enkel aan de eitjes en haasjes in de supermarkt dat er één of ander lentefeest wordt gevierd dat wordt geassocieerd met Pasen. Er gebeurt altijd veel op het paasfeest, maar eigenlijk ook weer niets. Waarom dan elk jaar weer die moeite doen? Wat voor nut heeft het paasfeest dan?

    Misschien moeten we gewoon maar eerlijk zijn: Pasen vier je eigenlijk om dezelfde reden als dat veel mensen de Matthäus-Passion luisteren, namelijk omdat je het mooi vindt. Is dat erg? Nee, integendeel. Het idee dat alles maar nut moet hebben is een erg bekrompen idee. Zeker omdat God ons ook onnodig geschapen heeft. Wij zijn al uit onnut ontstaan, want God schiep ons enkel omdat Hij dat mooi vond. Hij heeft ons niet nodig.

    Het leven heeft weinig méér zin dan het leven zelf, omdat God het Leven is. Dat kan een heel bevrijdende gedachte zijn: het is goed zoals het is. Maar het kan ook een verstikkende gedachte zijn: het is zo zinloos allemaal. Het is maar net hoe je in het leven staat. Misschien dat het paasfeest je wel kan helpen om je op de bevrijdende gedachte te richten. En zo niet, dan houd je er in elk geval een mooi feest aan over. Zalig Pasen.

    Robert

  15. Eigenlijk ben ik helemaal geen blogger. Tenminste, dat is wat ik lange tijd dacht. Een blogger was naar mijn idee net zo iemand als een ‘twitteraar’: iemand die zijn of haar eigen leven buitengewoon interessant vindt en ervan overtuigd is dat anderen dolgraag willen lezen over de bloemetjes, bijtjes, koetjes en kalfjes die diegene elke dag tegenkomt. Gelukkig heb ik mijn standpunt over bloggers inmiddels enigszins kunnen bijstellen, met als gevolg dat ik er nu zelf ook ‘zo eentje’ ben. Toch twijfel ik nog wel of ik wel echt bij de club hoor en ook mijn tweets verdwijnen vaak nog steeds ongeplaatst in de prullenbak. Misschien heb ik toch nog wat moeite met het op waarde schatten van mijn koetjes en kalfjes…

    Van anti-blogger naar [X]ist in Christ-blogger naar Credible-blogger. Een jaar geleden had ik je hoogstwaarschijnlijk met een vriendelijk ‘ja, daaag!’ weggewuifd als je me had verteld dat ik dit zou gaan doen. Eigenlijk ben ik per slot van rekening helemaal geen blogger. Maar ja, ik had je net zo hard weggewuifd als je me had verteld dat ik uiteindelijk toch wel voor een baan als godsdienstdocent zou gaan of als je me had verteld dat ik me er maar op moest voorbereiden dat ik uiteindelijk nog wel eens in Limburg terecht zou kunnen komen. Hetzelfde had trouwens gegolden als je me had willen wijsmaken dat er zoiets als een Polenmeldpunt zou komen dat door onze breed glimlachende minister-president vriendelijk ‘gedoogd’ zou worden of als je me op de mouw had willen spelden dat zoiets als een zogenaamde ‘Arabische lente’ aan duizenden mensen het leven zou gaan kosten terwijl de rest van de wereld dit rustig via de tv aanschouwt.

    Wat ik hiermee wil zeggen? Zowel de ontwikkelingen in ons eigen leventje als de ontwikkelingen op wereldniveau zijn vaak onvoorspelbaar, krijgen soms bizarre wendingen en zijn soms moeilijk te plaatsen. Hoe hard je namelijk ook je best doet om te geloven dat God ons leven leidt en ook de wereld als geheel in Zijn hand heeft, af en toe rijst toch de vraag waarom bepaalde dingen nou juist nu moeten gebeuren en hoe wij Gods aanwezigheid kunnen zien in ons leven en in deze wereld, soms ondanks alle ellende of juist door die ellende heen.

    Eigenlijk ben ik helemaal geen blogger. Toch schrijf ik elke week graag een stukje – eerst voor X[ist] in Christ, nu voor Credible – over Gods betrokkenheid bij deze wereld en ook bij onze kleine leventjes. Ik ben er namelijk van overtuigd dat er meer is dan de ellende die we vaak voorgeschoteld krijgen en dat ook in schijnbaar onbenullige of ongelukkige gebeurtenissen zichtbaar kan worden wie God wil zijn voor ons. Bovendien zijn er natuurlijk ook gewoon nog de mooie dingen, die we soms wel erg gemakkelijk voor lief nemen of zelfs over het hoofd zien.

    Genoeg stof tot schrijven dus, misschien af en toe toch een beetje vergezeld door bloemetjes, bijtjes, koetjes en kalfjes – daar ontkom je nu eenmaal niet aan als blogger…

  16. Het is allemaal onze schuld, die economische crisis. De laatste weken hoorde je dat geluid nog weleens. Doordat wij niet genoeg kopen, houdt de crisis alsmaar stand. Kopen als oplossing voor alle problemen, we kennen dat al van de reclames. Reclame is propaganda voor één boodschap: kopen, kopen, kopen. Maar reclame alleen is niet genoeg. De overheid doet er een schepje bovenop. De crisis, dat is jouw schuld, omdat jij zo nodig moet sparen.

    Van de week las ik hoe grote bedrijven allerlei truukjes verzinnen om zo snel en goedkoop mogelijk mensen te ontslaan. Want zo zijn wij dan ook wel weer. Ook wordt er nog altijd op allerlei belangrijke voorzieningen bezuinigd en worden de boodschappen steeds duurder, waardoor mensen in financiële problemen raken. Dus eerst wordt je inkomen afgenomen, daarnaast wordt alles duurder gemaakt en vervolgens moet je vooral blijven kopen.

    De schuld ligt echter niet bij de gewone man, die vooral slachtoffer lijkt te zijn van de crisis. De schuld ligt bij de meester die gediend wordt, namelijk de geldduivel. Jezus waarschuwde er al voor. Zodra alles om geld gaat draaien, wordt de samenleving liefdeloos en raken belangrijke waarden in verval. De geldduivel eist veel meer dan hij ooit zal teruggeven. Hij probeert je zelfs schuldig te laten voelen als je hem weigert te dienen.

    Geld is een goede dienaar, maar een slechte meester, zo las ik ook laatst. Een mooie spreuk om je op te bezinnen. Toch blijft men het geld dienen, met de economische crisis als zeer welkom excuus. Terwijl de crisis juist ontstaan is door het najagen van het geld. Er zijn daarom andere waarden nodig. Mensen hebben zekerheden nodig waar ze echt op kunnen bouwen. Maar de geldduivel zal die zekerheden nooit geven. Je bent zó je baan kwijt.

    Jezus leert ons ook dat je nooit twee heren kunt dienen. Óf je dient Hem, óf je dient de geldduivel. Je hoeft het geld echter niet meteen de deur uit te doen, maar je mag de geldduivel juist tot dienaar maken. Zodat jij samen met Christus over hém heerst en hij zich tot jou bekeert. Juist in deze economische crisis, waarin de geldduivel mensen extra verleidt, is het van belang dat je de juiste heer dient en dat de meester tot slaaf wordt gemaakt.

    Robert

  17. Heb je wel eens de neiging om de spiegel te vermijden? Wil je het liefst wegsluipen als anderen vertellen wat voor bijzonders ze nu weer hebben gedaan? Of is het gevoel dat je niets kunt voor jou herkenbaar? Lees dan snel verder en ontdek de waarheid over jezelf!

     

    Niet iedereen is altijd even blij met zichzelf. Je bent dus geen uitzondering als je wel eens denkt: “Wat stel ik nu eigenlijk voor?†God denkt (gelukkig!) anders over ons dan we vaak over onszelf denken. Kijk maar wat er in Genesis 1:27 staat: “En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen.†En niet alleen schiep God ons naar Zijn beeld, Hij was daar ook nog eens heel tevreden mee: “En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed†(Genesis 1:31).

     

    Oude man

    Nu denk je misschien: “Ja, God kan wel blij zijn met de schepping in het algemeen, maar als Hij specifiek naar mij kijkt, vindt Hij het vast niets wat Hij ziet.†Wees daar maar niet te zeker van. God heeft een bedoeling met jouw bestaan, ook als je vindt dat je niets waard bent. Denk eens aan het verhaal van Mozes. Hij werd opgevoed als een prins aan het Egyptische hof, maar nadat hij moest vluchten hoedde hij veertig jaar de schapen van zijn schoonvader. Uiteindelijk was hij een oude man. Hij zal vast hebben gedacht dat zijn leven voorbij was en dat hij nooit wat zinnigs had gedaan. En toen… toen kwam God. God had een opdracht voor hem: het volk Israël bevrijden uit slavernij.

     

    Excuus

    Mozes was niet erg happy met zijn opdracht. Lees Exodus 3 en 4 er maar eens op na. Mozes verzon het ene excuus na het andere: hij vond zichzelf niet goed genoeg en zei dat hij niet gemakkelijk kon praten. God bleef geduldig en probeerde Mozes te helpen. Weet je wanneer Hij pas boos werd? Toen Mozes zei: “Och Heere, zend toch iemand anders†(Genesis 4:13). God wist wat Mozes kon. Hij weet ook wat jij kunt. Zeg dus niet dat jij niet goed genoeg bent. God heeft jou gemaakt. En Hij zag dat het zeer goed was!

     

    Meer info?

    Voor meer info over dit onderwerp kun je terecht op www.chris.nl/jongeren of www.cnct.nl. Als je na wilt praten over dit thema, dan verwijzen we je naar de chatbox van Chris: www.chris.nl. Bellen (0800-63 123 00) of mailen (help@chris.nl) kan natuurlijk ook!

  18. Kutless. Het is over het algemeen bekend dat ze eerst 2 studioalbums maken, daarna een worshipalbum. Van nature zijn ze een rockband, maar dat verzwakt. Ook deze cd is daar een voorbeeld van. Ik ben zelf een groot fan geweest van Kutless, en vooral hun albums 'Sea of faces'(studioalbum), 'Strong tower'(worshipalbum), 'Hearts of the innocent'(studio), ' It is well'(worship) en 'This is christmas' kan ik erg waarderen. 'Believer' is een mix tussen de worshipalbums en de studioalbums.

    Ik zei het net al, Kutless word softer, ik begin licht te neigen de band bij de pop-rockbands in te gaan delen. Deze cd hangt in mijn ogen tussen worship en rocky in. 'If it ends today', 'Need'  en 'Chance of a lifetime'  hebben nog een goed rockgeluid, maar daar houdt het snel op. 'All yours'  en ' Stand' (The way) zie ik als worshipnummers, vooral de laatste doet me een beetje Hillsongachtig klinken. Nummers als 'Even if', 'Carry on' en 'I'm with you' hangen tussen worship- en studioliedjes in, en klinken wel goed. Wat me wel opvalt, 'Hero' neemt qua tekst de zelfde plek in als 'What faith can do' op 'It is well'. Ik zie dat lied dan ook als een paradepaard van dit album, al is het alleen omdat het je als luisteraar opbouwd.

    Muzikaal vind ik het album niet echt verrassend, de teksten zijn echter wel goed. Ikzelf als nog redelijke fan van deze band twijfel nog om de cd aan te schaffen, al denk ik dat de voor de echte Kutlessfan deze cd wel bij de verzameling hoort. Mijn cijfer is 4 Credible vissen.

    Gewoon Paul.

  19. Eenmaal in de sacristie begroeten de pastoor en ik elkaar. Vervolgens loop ik naar de kast waar mijn nu zwarte toog hangt. Ik doe hem aan en daarover de witte superplie. Ondertussen doet de pastoor ook zijn gewaden aan. Zo bereiden we ons voor op de Mis. De Mis, die ik zo vaak heb mogen vieren en nu op dinsdagavond in alle rust als acoliet mag dienen. Op zo’n moment denk ik niet aan alles wat er gebeurd is. Op andere momenten echter des te meer.

    Hoe is het mogelijk dat in een Huis van God vele kinderen niet veilig waren voor nota bene geestelijken? Hoe is het mogelijk dat de berichten steeds erger lijken te worden? Als het ergste nieuws een beetje verwerkt is, dan duikt er plotseling een nog gruwelijker verhaal op. De toon is gezet, de beerput gaat steeds iets verder open. Hoeveel moet je als gelovige kunnen verdragen? Waar was God al die tijd? Waar was zijn almachtige bescherming?

    Na het stil gebed spreekt de pastoor het kruisteken en een kort gebed uit, maken we een buiging richting het kruisbeeld en begeven we ons in miniprocessie naar het kerkzaaltje. Ik doe de deur open, de mensen gaan staan en we begeven ons naar het altaar, waar we weer een buiging maken. God beschermt de Mis wel en zo ook de Leer. Een Leer die prachtig is, maar voor velen aan geloofwaardigheid inboet door alles wat er toen en nu gebeurt.

    De Kerk is een ziekenhuis, geen hotel, dus de zonde is juist daar als een verterende ziekte te vinden. Maar als zelfs de geneesheren zo ernstig aangetast zijn door deze ziekte, hoe kunnen zij dan nog de gelovigen genezen? Gelukkig blijft het Gods werk, niet dat van mensen, en gaat het genezende werk toch gewoon door. Genezend werk, omdat mensen zo ongelooflijk veel kapotmaken. God beschermt zijn genezende werk echter daarvoor.

    Na de lezingen, korte preek en de voorbeden reik ik de pastoor eerst de miskelk aan en daarna de kannetjes met wijn en water. Brood en wijn, die straks Lichaam en Bloed van Christus zullen worden. Christus komt in ons midden, zoals dat elk uur altijd wel ergens in de wereld gebeurt. Vaak zouden we wel willen dat Hij ingrijpt, maar blijkbaar verdient onze vrije wil de meeste bescherming. Daarom blijf ik toch maar in alle rust de Mis dienen.

    Robert

  20. Hij richtte een verzetsleger op en ontvoerde daarvoor kinderen. Joseph Kony uit Oeganda. Afgelopen week was hij in het nieuws vanwege een documentaire over hem op het internet. Kinderen dwong hij te vechten, te doden en te plunderen. Ook Robert M. was in het nieuws, omdat zijn rechtszaak begonnen is. Hij wordt verdacht van het misbruiken van meer dan vijftig kinderen en soms ook baby’s in verschillende kinderopvangcentra.

    Het is huiveringwekkend om te zien hoe gretig sommige mensen de kwetsbare positie van kinderen misbruiken voor hun eigen gewin. Vooral ook omdat je kinderen echt alles kunt wijsmaken. Je kunt ze opvoeden tot prachtige, pure christenen, maar ook tot prachtige, pure nazi’s. Maar ook in het dagelijks leven hebben we eigenlijk maar weinig op met hun kwetsbaarheid. Ze moeten maar snel volwassen worden, al vroeg voor zichzelf opkomen.

    Niet dat kinderen zelf daarin zo onschuldig zijn. Op elke school wordt er volop getreiterd en worden zwakkere kinderen uitgestoten. Maar in plaats van de pestkoppen aan te pakken, moet het slachtoffer zelf feitelijk het probleem oplossen. Die moet harder worden, voor zichzelf opkomen, zich niet zo kwetsbaar opstellen. Kinderen leren zo al vroeg dat kwetsbaarheid eigenlijk niet de juiste weg zou zijn, dat je geen zwakte moet tonen.

    God heeft ons broos geschapen, maar wij willen dat niet zijn. Wij bedekken liever onze naaktheid. Dus alles wat echt kwetsbaar is, vernietigen wij liever, of wij maken er misbruik van. Op ernstig strafrechtelijk gebied, maar ook op kleinere schaal. Het is de meest hardnekkige oerzonde van de mens en de reden van de afstand tussen God en mens en tussen mensen onderling. Echte liefde vereist naaktheid, maar wij kiezen eerder voor onszelf.

    Het kruis is daarom voor velen een aanstoot, omdat God niet weerloos en naakt zou kunnen zijn. Het past niet in ons beeld van een sterke, stoere en harde God. En daarom mogen mensen liever ook niet zo zijn. Dat zie je ook terug in de politiek: de integere Job Cohen moet het veld ruimen, terwijl de grove Geert Wilders mag blijven. Maar niet door kracht of geweld wordt vrede gesticht, maar door Gods Geest. In al zijn kwetsbaarheid.

    Robert

  21. Zij vond scheikunde vrij saai, maar de proefjes die de leraar deed vond ze wel erg leuk. Nu heeft hij een grote, spectaculaire proef aangekondigd en daar is ze erg nieuwsgierig naar. Ze let daarom goed op tijdens de les, zoals ze altijd al deed, praat niet door de leraar heen en heeft ook haar huiswerk gemaakt. Toch gaat de proef niet door, want drie andere klasgenoten zaten voortdurend te keten en de leraar heeft daar nu schoon genoeg van. Het wordt een saaie les.

    Hij heeft altijd geprobeerd verstandig met zijn geld om te gaan. In al die jaren dat hij een bankrekening heeft, heeft hij nooit rood gestaan. Hij redde zich prima met de studiefinanciering en weet zijn gezin nu te onderhouden met zijn werk. Toch redt hij het nu nog maar nét, want een aantal grote instellingen hebben er een zooitje van gemaakt, zodat door de economische crisis hij hard geraakt wordt door de bezuinigingen. Hij staat nu bijna rood.

    Zo zijn er talrijke voorbeelden te vinden waarin de goeden worden gestraft en de slechten relatief vrijuit gaan. Die klasgenoten werden niet erg gestraft met de saaie les, want ze hadden toch al genoeg lol met elkaar. Die grote instellingen worden niet erg gestraft met de bezuinigingen, want zij hebben toch al geld zat. Het zijn juist zij die onschuldig zijn, die worden gestraft met een saaie les of met bezuinigingen. De goeden moeten onder de kwaden lijden.

    Aan dit gegeven is men zo gewend, dat niemand er meer van opkijkt. Terwijl het in feite volstrekt immoreel is en een directe overwinning van het kwade. Door dit mechanisme kunnen de onschuldigen gefrustreerd raken en menen dat het blijkbaar niet uitmaakt of je goed doet of niet, zolang de ander maar genoeg kwaad doet. We roepen zo graag dat ieder zelf verantwoordelijk is voor de eigen daden, maar dat blijkt nogal eens vies tegen te vallen.

    Hoe anders werkt God gelukkig. Bij Hem overwint het goede áltijd en hoeven de goeden nóóít onder de kwaden te lijden. Al was jij de enige goede op een totaal verdorven aarde, dan nog zou Hij alles doen wat Hij gedaan heeft en zou Hij zijn Kerk het juiste Evangelie laten verkondigen. Hij nodigt jou daarom ook uit om eens geheel anders te zijn daarin. Of je nu leraar bent of politicus. Laat voor de verandering de kwaden maar eens onder de kwaden lijden.

    Robert

  22. Soms lijkt het onmogelijk om iemand die wel wat hulp kan gebruiken ook echt te helpen. Je hebt het te druk (school, bijbaantje, kerk) of je denkt dat je het niet kunt (‘ben ik daar wel geschikt voor?’). Misschien voel je je dan ook wel eens schuldig omdat je iemand niet helpt; als christen hoor je de ander toch te helpen…?

    Inderdaad: de Bijbel is er heel duidelijk over. Als christen hoor jij je naaste te helpen. De bekendste Bijbeltekst hierover staat in Matteüs. In hoofdstuk 22 zegt Jezus: “Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het grote en eerste gebod. Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf†(vers 37-39). En waarom heb je de naaste lief? Hierom: “Wij hebben lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad†(1 Johannes 4:19).

    Voorbeelden
    Het kan ook zo zijn dat je wel graag iemand wilt helpen, maar dat je niet weet hoe. Gelukkig is de Bijbel daar ook heel helder over. Verderop in Matteüs geeft Jezus een aantal duidelijke voorbeelden: “Want Ik heb honger geleden en gij hebt Mij te eten gegeven. Ik heb dorst geleden en gij hebt Mij te drinken gegeven, Ik ben een vreemdeling geweest en gij hebt Mij gehuisvest, naakt en gij hebt Mij gekleed, ziek en gij hebt Mij bezocht; Ik ben in de gevangenis geweest en gij zijt tot Mij gekomen†(Matteüs 25:35-36).

    In de praktijk
    Leuk natuurlijk al die Bijbelteksten, maar… wat kun je daar nu concreet mee? Een heleboel! Speel bijvoorbeeld eens een potje rummicub met je eenzame buurvrouw of ga een stukje lopen met een bejaarde. De kleding die je toch nooit aanhebt kun je weggeven en de knuffels die al jaren achter het schot liggen kun je doneren aan een kindertehuis. Daar maak je een hoop kindjes blij mee! Naast praktische hulp bieden, kun je natuurlijk ook voor mensen bidden. Geen idee voor wie? Dat is niet zo moeilijk. Iedereen kan jouw gebed gebruiken. Daar kun je dus vandaag nog mee aan de slag!

    Stichting HIP
    Wil je graag iemand helpen, maar weet je niet waar je moet beginnen? Of zie je het niet zitten om zomaar een bejaardentehuis binnen te stappen met de mededeling dat je ‘even mensen rond komt rijden?’. Kijk dan eens op de site van Stichting HIP (Hulp in de Praktijk). Via www.stichtinghip.nl vind je vast een klus die bij jou past!

  23. Het mooie van het bestuderen van de bijbel en de theologie is deze onze eigen ideeën steeds opnieuw omver gooit, om slechts soms plaats te maken voor nieuwe. Zoals Paulus zegt (Brief aan de Romeinen, hoofdstuk 12): “…word het hervormd door de vernieuwing van uw denken.†Door te denken, beter: door onze ervaringen te overdenken, bouwen wij een beeld van de werkelijk op, en door ons beeld van de werkelijkheid te overdenken breken wij ons beeld van de werkelijkheid weer af. Of wij bevestigen dit beeld, dan hebben we vaak een buitenstaander nodig om ons te helpen ons beeld van de werkelijkheid af te breken.

    Denken, ook ons denken, is eenzijdig. Mijn ervaring is niet die van jullie, de kennis die ik in mijn korte leven heb opgebouwd is anders dan de kennis die jullie hebben opgebouwd. Mijn toren van Babel, een teken van de grootsheid van mijn denken, is een andere toren dan jullie toren van Babel, een teken van de grootsheid van jullie denken. En deze verschillende torens van Babel leveren samen een enorme spraakverwarring op, zodat wij elkaar niet meer begrijpen.

    Door debat ruziën mensen over zaken waarin zij van mening verschillen. Dat doe ik regelmatig met anderen, dat gebeurt vooral ook op een forum zoals dat van Credible. Soms gaat dat vriendelijker, soms minder vriendelijk. Onbegrip speelt vaak een rol. De verschillen tussen Jezus en de Farizeeën, om maar een voorbeeld te noemen, waren niet zo fundamenteel als wij wel denken, de theologische opvattingen van Jezus zelf lagen waarschijnlijk dichterbij die van de Farizeeën dan bij de moderne christelijke opvattingen. Toch ruziede Jezus regelmatig en zeer fel met de Farizeeën, waarbij hij grove bewoordingen als ‘kinderen van de duivel’ gebruikte, of ‘witgekalkte graven’. Ondertussen prijzen wij vaak de zachtmoedigheid van Jezus, ook ik.

    Ons begrip van hoe Jezus in die tijd leefde, studeerde en lesgaf is vaak beperkt tot het romantische plaatje dat via kinderbijbel, zondagschool en de verhalen in de kerk tot ons gekomen is. Naarmate wij verder studeren in de bijbel en in wat we door de theologie leren, wordt steeds meer van dat romantische plaatje afgebroken. Vaak lukt dat niet alleen. Het is eenvoudiger om een Babylonische spraakverwarring te creëren, dan om de woorden te vinden om begrip te kweken. Vaak zorgen woorden alleen maar voor meer onbegrip. Dit zien we in de debatten van Jezus met de Farizeeën en de Sadduceeën, dat zien we in dat megalomane debat van Job met zijn vrienden, waarin de vrienden van Job stelselmatig de christelijke clichés aanvoeren, terwijl Job met gestrekt been God verwijten maakt. Ook in de politiek zien we dit iedere dag terug. Als journalist weet ik als geen ander hoe groot de impact van woorden ten kwade kan zijn, en hoe klein deze is als het op goed aankomt.  Juist als journalist moet ik mijn eigen ideeën steeds tussen haakjes zetten.

    Het is zo gemakkelijk om te horen wat ik wil horen. Het is ook zo gemakkelijk om in wat iemand zegt mijn eigen ideeën over deze persoon weerspiegeld te zien. En dat doe ik bij de bijbel vaak ook. De grote vraag is hoe ik kan luisteren naar wat de bijbel echt te zeggen heeft. Dat kan alleen als ik mijn eigen ideeën ondergeschikt maak aan de bijbel. Ook mijn ideeën over de feilbaarheid hiervan. En steeds opnieuw gooi ik mijn ideeën over de bijbel en over wat in de bijbel staat omver. En lang niet altijd komen daar ideeën bij. Hoe meer ik weet over de bijbel, hoe dommer ik word.

    Evert Te Winkel

  24. Geen vrolijke dag vandaag. Een meisje pleegde zelfmoord, zo las ik, omdat ze de eigen bijdrage voor psychische hulp niet kon betalen. Daardoor vroeg ze geen hulp meer aan. En vandaag gaat er een kliniek open die mensen wil helpen bij euthanasie als de huisarts dat weigert. De Levenseindekliniek, opgericht door de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde. Het doet mij weer stilstaan bij de waarde van het leven.

    Ook in mijn buurt pleegde een tijd geleden een meisje met psychische problemen uiteindelijk zelfmoord. Pijnlijk detail is dat zij christelijk was. Nu kende ik dat meisje niet zo goed, zag haar maar enkele keren, maar het raakte me wel. Leer je eerst heel vroom dat Gods liefde je nergens brengt waar Gods genade je niet kan dragen, en dan krijg je dit. Blijkbaar is het leven niet in zo’n simpel spreukje te vangen. Vrome spreuken hebben niet altijd gelijk.

    Zeventig mensen willen zich laten inschrijven voor die kliniek. De NVVE zelf heeft 130.000 leden. Mensen die zelf eruit willen stappen als het lijden te zwaar wordt. Kan lijden dan te zwaar zijn? De vrome in mij zegt dat met Jezus geen enkel lijden te zwaar zou moeten zijn, maar dan denk ik weer aan dat christelijke meisje. En ze zal wel niet de enige christen zijn die zichzelf van het leven heeft beroofd. Vrome mensen hebben niet altijd gelijk.

    Het is maar een vreemd iets, het leven. Je krijgt het zomaar in de schoot geworpen, zonder dat je erom vraagt, en je mag het niet beëindigen. Dat is aan God, zo zegt men, maar God laat het nogal eens op een drama uitlopen. De meest verschrikkelijke ziekten of ongevallen worden daarvoor uit de kast getrokken. Geen wonder dat veel mensen daarop niet zitten te wachten en liever maar zelf een waardig einde aan het leven willen regisseren.

    Of God nu zelf mensen ziek maakt of niet, dat is een punt van discussie, maar Hij laat het wel toe. Ook bij zijn kinderen. Blijkt dat de uitspraak dat zijn juk zacht is en zijn last licht, veel ruimer geïnterpreteerd moet worden. Daarvoor moet je je dan eerst aan het lijden overgeven, of voldoende geloven om ervan te genezen. Met soms als enige troost de hemel. Voor dat christelijke meisje was zelfs die troost echter niet meer genoeg. Moge zij rusten in vrede.

    Robert

  25. Christenen kijken vaak veel te veel naar namen en persoonlijkheden. Neem Paulus. Er is een groep christenen die grote moeite heeft met Paulus, en dan doel ik nog niet eens specifiek op de Jehova’s Getuigen, maar de meeste christenen zijn het erover eens dat als er een canon behoort te zijn, de brieven van Paulus daarin horen.

    Onder wetenschappers is er een tamelijk serieus dispuut over het auteurschap van Paulus van een aantal brieven, waarin zeven brieven als echt brieven van Paulus worden gezien en de rest als zogenaamde pseudepigrafen, brieven die niet door Paulus geschreven zijn, maar waarvan de auteur wel beweerde dat deze door Paulus geschreven zijn om deze meer status te geven. Er is dus niet nieuws onder de zon, ook in de eerste eeuwen na Christus werd er al naar persoonlijkheden gekeken. Denk daarbij ook aan de vroeger wijdverspreide evangeliën van Thomas, Judas, Petrus en vele anderen, waarvan wij weten dat deze niet door een van deze personen geschreven is.

    Maakt het eigenlijk iets uit? Als we er vanuit gaan dat het juist is dat de zeven brieven aan de Romeinen, de eerste en tweede aan de Kortintiërs, aan de Galaten, de Filippenzen, de eerste aan de Thessalonicenzen en die aan Filemon inderdaad door Paulus geschreven zijn en de rest van de brieven niet. Verandert het iets? Stel dat we in het evangelie van Johannes bijna geen woorden van Jezus zelf tegenkomen, zoals wel beweerd wordt.

    Het evangelie van Johannes heeft veel invloed gehad op de ontwikkeling van het christendom en is ook nu nog voor veel christenen het favoriete evangelie. Deze tekst is geschreven door iemand binnen de vroege christelijke gemeenschap en werd het geschrift daar ook als belangrijk gezien. Anders gezegd: de teksten kregen binnen die groep gezag. Deze teksten hebben ook binnen het huidige christendom gezag, ook onder gelovigen die in dit opzicht de ‘wetenschappelijke consensus’ volgen.

    De canon is niet zomaar uit de lucht komen vallen. Er heeft een ontwikkeling plaatsgevonden binnen een groep mensen. En binnen die ontwikkeling, die wij meestal ‘christendom’ noemen, hebben die boeken gezag. Zo heeft Romeinen hoofdstuk 7 , over de zwakte van de mens en de kracht van God, mij, als christen enorm geholpen toen ik worstelde met mijn ontluikende seksualiteit. Filippenzen 1:21hielp me weer toen mijn broer kanker had, en ik mij daar zeer ernstig zorgen om maakte. Ja, de Geest werkt er doorheen, maar ik kan het ontvangen omdat ik binnen deze ontwikkeling (of: traditie) zit. Daardoor spreken deze woorden tot mij.

    Net zoals de woorden van een predikant tot mij kunnen spreken, woorden die voor mij betekenis krijgen. Niet alleen van een predikant, ook die van een vriend, een familielid of zelfs van dat kleine meisje dat aan haar moeder vraagt of ik misschien ‘een meisje ben’. Ik glimlach dan stilletjes voor me uit en vraag me af of ik niet eens naar de kapper moet. Het raakt me en heeft betekenis.

    Het is niet zo belangrijk wie nu precies wat geschreven heeft. Gezag bestaat niet op zichzelf, maar ontstaat door het toekennen van gezag door de lezer. De vraag is nooit: Hebben deze woorden gezag? De vraag is: Hebben deze woorden gezag over mij? Daarbij maakt het niet zoveel uit of Paulus of Johannes de aan hen toegeschreven boeken wel of niet hebben geschreven. Een schrijver meer of minder maakt voor de bijbel niets uit. Voor de schrijvers overigens ook niet, geen van hen is vandaag nog in leven, zoveel weten we wel. Ik zie er dan ook weinig in om hen nu nog te gaan verheerlijken. Over doden niets dan goeds.

    Evert Te Winkel

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid