Spring naar bijdragen

naar de kerk in een vreemde taal


Zou jij naar de kerk gaan in een land waar je de taal niet begrijpt?  

  1. 1. Zou jij naar de kerk gaan in een land waar je de taal niet begrijpt?

    • ja (katholiek)
      10
    • nee (katholiek)
      0
    • ja (protestant)
      7
    • nee (protestant)
      2
    • ik ga sowieso niet naar de kerk
      1
    • anders (namelijk?)
      1


Aanbevolen berichten

Quote:

[...]Volgens mij is de hele viering sinds Vaticanum II weer onlosmakelijk met elkaar verbonden dus is er niet een "hoogtepunt binnen het hoogtepunt" wat dan de consecratie zou moeten zijn. (...)

Het Sacrament kan niet losgekoppeld worden van de lezingen (het Woord doet het Teken spreken: aldus JPII).

(...)

Je corrigeert Iriacynthe dus zeer stellig maar ik vraag me af of je het goed ziet.

Al zul je daar ongetwijfeld een boel citaten tegenover kunnen zetten die ik met mijn denken aan het overtreden ben.
smile.gif

Ah, je kent me smile.gif

Maar ik zal aan je impliciete verzoek voldoen en toch enkele citaten geven smile.gif

"De dienst van het Woord en de dienst van de Eucharistie vormen samen één daad van eredienst", om met de woorden van de CKK te spreken (1346).

(1373)

'Christus Jezus (...) is op verscheidene wijzen bij zijn kerk aanwezig: in zijn Woord, in het gebed van zijn Kerk, 'daar waar er twee of drie verenigd zijn in mijn naam' (Mt. 18,20), in de armen, de zieken, de gevangenen (Mt. 25,31-46), in de sacramenten waarvan Hij de bewerker is, in het misoffer en in de persoon van de bedienaar. Hij is echter 'heel bijzonder' aanwezig 'onder de eucharistische gedaanten'.

(1374)

De wijze waarop Christus onder de eucharistische gedaanten aanwezig is, is uniek. (...) In het allerheiligste sacrament van de eucharistie zijn 'het lichaam en bloed van onze Heer Jezus Christus samen met zijn ziel en zijn godheid, en bijgevolg de gehele Christus, waarachtig, werkelijk en wezenlijk tegenwoordig'.'Deze tegenwoordigheid wordt 'werkelijk' genoemd, niet bij wijze van uitsluiting, alsof de andere vormen van tegenwoordigheid niet 'werkelijk' waren, maar bij wijze van uitnemendheid, omdat zij wezenlijk is, en omdat door haar de gehele Christus, God en mens, tegenwoordig gesteld wordt'.

(1377):

De eucharistische tegenwoordigheid van Christus begint op het ogenblik van de consecratie en duurt zolang de eucharistische gedaanten blijven bestaan.

Tot zover de citaten. Dat lijkt me toch niet in tegenspraak met wat ik schreef. Ik schreef: "De consecratie van brood en wijn tot Lichaam en Bloed van Christus in het eucharistisch gebed is het hoogtepunt van de aanwezigheid van de Heer in de eucharistieviering." Dus de Heer is de hele viering aanwezig en het hoogtepunt van die tegenwoordigheid komt tot stand wanneer de gaven worden geconsacreerd. Lijkt me toch een heel kernachtige samenvatting van wat de CKK zegt, of niet?

Quote:

Maar ondanks het feit dat je niet per definitie toelaatbaar tot de communie is het denk ik geen secundair onderdeel van de viering.

Nee, zeker niet secundair. De Kerk beveelt de gelovigen aan op alle zon- en feestdagen de heilige eucharistie te ontvangen (CKK 1389) maar tóch stelt ze het slechts eenmaal per jaar verplicht, 'indien mogelijk in de paastijd, na zich door het sacrament van de verzoening te hebben voorbereid'. Dus of je nu mag zeggen dat de communie (in de betekenis: het te communie kunnen gaan) het 'doel' is van de Eucharistie?

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Misschien een wat zeurderige vraag, maar dient de H. Mis wel één specifiek doel?

Het is geen zeurderige vraag.

In de oude Schoolcatechismus (1948), die geheel in vraag- en antwoordvorm is opgebouwd ('catechismusstijl') stond letterlijk de vraag (nummer 256): "Met welk doel heeft Jesus de H. Eucharistie ingesteld?"

Het antwoord:

Jesus heeft de H. Eucharistie ingesteld, 1. om Zich in het H. Misoffer voortdurend voor ons op te offeren en ons te herinneren aan zijn H. Lijden; 2. om in de H. Communie het voedsel voor het bovennatuurlijk leven van onze ziel te zijn; 3. om altijd onder ons tegenwoordig te zijn. 'Zo dikwijls gij dit Brood eet en de kelk drinkt, verkondigt gij de dood des Heren, totdat Hij wederkomt'. 1 Kor. 11, 26.

Vraag 266: "Met welk doel wordt het H. Misoffer opgedragen?"

Het antwoord:

Het H. Misoffer wordt opgedragen, 1. om God te aanbidden; 2. om Hem voor de ontvangen weldaden te danken; 3. om voor onze zonden en zondestraffen voldoening te geven; 4. om nieuwe genade en weldaden af te smeken.

Eigenlijk komen we dit antwoord in iedere Eucharistie tegen als acclamatie bij het 'Bidt, broeders en zusters...', nadat de gaven zijn bereid: 'Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen, tot lof en eer van zijn Naam, tot welzijn van ons en van heel zijn heilige Kerk.'

N.B.: de formuleringen in de Schoolcatechismus zijn kernachtig omdat de antwoorden op de meeste vragen door kinderen van basisschoolleeftijd, tot begin jaren '60, uit het hoofd moesten worden geleerd. Met deze catechismus begon men in de derde klas (de tegenwoordige groep 5) en de behandeling was concentrisch. Van verschillende hoofdstukken kwamen er elk volgend schooljaar dus vragen bij, waarbij die van vorige leerjaren werden herhaald.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Ah kijk. Alleen zijn dat natuurlijk wel heel andere doelen dan het doel "de communie" of "de consecratie." Deze doelen gaan meer over het verhaal achter de Eucharistie, niet over de feitelijke Liturgie zelf. Of is dat wellicht wat kort door de bocht gezegd?

Zou het zo niet durven zeggen. Heb nog eens gebladerd in die Schoolcatechismus (op internet). Dan is bijv. te lezen: "Het H. Misoffer wordt ingedeeld in de Voormis en de Offermis" en "Tijdens de Voormis bereiden wij ons voor op het Offer door gebed en het luisteren naar Gods Woord." Dus het antwoord ging wel over de misliturgie als geheel, alleen blijkt (naar mijn mening) uit dit antwoord en uit het woord 'voormis' dat wat we nu "Dienst van het Woord' noemen voor het Tweede Vaticaans Concilie van mindere betekenis was dan nu.

Dat is ook af te leiden uit de Schriftlezingencyclus van vóór Vaticanum II: een eenjarige lezingencyclus met maar twee lezingen waarvan één evangelielezing, en waarvan er op zondag nooit een uit het Oude Testament kwam.

Voor Vaticanum II was 'H. Mis' ook de 'algemeen gebruikte' aanduiding. De naam voor het eucharistisch gedeelte was tevens de naam van de viering als geheel. Nu zeggen we officieel eucharistieviering, al wordt in het dagelijks spraakgebruik (hier althans wel) nog altijd de naam 'Mis' gebruikt. Nu zeggen we ook: "De dienst van het Woord en de dienst van de Eucharistie vormen samen één daad van eredienst".

De Schrift heeft na Vaticanum II een grotere betekenis gekregen in de katholieke liturgie, wil ik maar zeggen.

Maar al met al zijn we nu erg off topic geraakt, geloof ik, en da's mijn schuld puh2.gif

Link naar bericht
Deel via andere websites
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid