Spring naar bijdragen

Tekst deze week: 1 Korintiërs 10


Aanbevolen berichten

Ik ben de laatste tijd echt niet goed in teksten op tijd posten he. bloos.gif

Maar goed, hier is dus de bijbeltekst van de week, een dagje te laat maar dat zien we dan maar door de vingers.

Hoofdstuk 10

Het voorbeeld van Israël

[1] Vergeet dit nooit, broeders en zusters: onze vaderen* verbleven allemaal onder de wolk en trokken allemaal door de zee; [2] zij zijn allemaal in Mozes gedoopt door de wolk en de zee; [3] zij aten allemaal hetzelfde geestelijk voedsel* [4] en dronken allemaal dezelfde geestelijke drank*, want zij dronken uit een geestelijke rots* die met hen meetrok, en die rots was Christus. [5] Maar in de meesten van hen heeft God geen welgevallen gehad; immers, zij werden in de woestijn geveld.

[6] Voor ons zijn deze gebeurtenissen een les* om niet naar het kwade te verlangen, zoals zij deden. [7] Dien geen afgoden, zoals sommigen van hen gedaan hebben. Het schriftwoord zegt: Het volk ging zitten om te eten en te drinken, en stond op om te spelen. [8] Laten wij geen ontucht plegen, zoals sommigen van hen: op één dag vielen er drieëntwintigduizend doden. [9] En laten wij de Heer* niet tarten, zoals sommigen van hen gedaan hebben: slangen brachten hen om. [10] En mopper niet tegen God, zoals sommigen van hen gemopperd hebben: de verderver bracht hen om.

[11] Wat hun overkwam is voor ons een voorbeeld; het werd te boek gesteld als een waarschuwing, omdat het einde* der tijden op ons afkomt. [12] Daarom, wie meent te staan, moet oppassen dat hij niet valt. [13] U hebt nog geen enkele beproeving doorstaan die de menselijke maat overschrijdt. God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u boven uw krachten beproefd wordt. Mét de beproeving bepaalt Hij ook de uitkomst, zodat u haar kunt doorstaan.

Heidense offermaaltijden

[14] Houd u dus ver, geliefden, van afgoderij. [15] Ik spreek tot verstandige mensen: vorm uw eigen oordeel over wat ik ga zeggen. [16] De beker van de zegening, die wij zegenen, geeft ons gemeenschap met het bloed van Christus. En het brood dat wij breken, geeft ons gemeenschap met het lichaam van Christus. [17] Omdat het één brood is, vormen wij allen tezamen één lichaam, want allemaal hebben wij deel aan het ene brood. [18] Kijk ook naar het Joodse* volk: zij die de offers nuttigen, hebben bij hen immers deel aan het altaar.

[19] Ik zeg niet dat offervlees iets bijzonders is, of dat een afgod iets te betekenen heeft. [20] Maar wel dat de heidenen offers opdragen aan demonen en niet* aan God; en ik wil niet dat u gemeenschap aangaat met de demonen. [21] U kunt niet uit de beker van de Heer drinken én uit de beker van de demonen; u kunt niet deelhebben aan de tafel van de Heer én aan de tafel van de demonen. [22] Of willen wij de Heer uitdagen? Zijn wij soms sterker dan Hij?

[23] ‘Alles* is geoorloofd.’ Ja, maar niet alles is heilzaam. ‘Alles mág.’ Ja, maar niet alles is opbouwend. [24] Laat niemand zijn eigen voordeel zoeken maar dat van anderen. [25] Alles* wat in de vleeshal wordt verkocht mag u eten, zonder uit gewetensbezwaar navraag te doen. [26] Want aan de Heer behoort de aarde en al wat zij bevat. [27] Wanneer een ongelovige u uitnodigt en u besluit te gaan, eet dan gerust alles wat u wordt voorgezet, zonder uit gewetensbezwaar navraag te doen. [28] Maar als iemand* u zegt: ‘Dit is aan de goden gewijd vlees’*, eet er dan niet van, ter wille van degene die u er opmerkzaam op maakte, en omwille van het geweten. [29] Ik bedoel nu niet uw eigen geweten, maar dat van die ander. Want waarom zou ik mijn vrijheid onderwerpen aan het oordeel van andermans geweten? [30] Als ik onder dankzegging iets gebruik, hoe kan iets waarvoor ik God dank zeg mij dan worden kwalijk genomen?

[31] Of u dus eet of drinkt, of wat dan ook doet, doe alles tot eer van God. [32] Geef geen aanstoot, noch aan Joden noch aan Grieken noch aan Gods kerk. [33] Ook ik tracht allen zoveel mogelijk ter wille te zijn, en zoek niet mijn eigen voordeel, maar dat van anderen, opdat allen gered worden.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Waarom zegt 1 Korinthiërs 10:8 dat er op één dag 23.000 Israëlieten vielen wegens het bedrijven van hoererij, terwijl Numeri 25:9 een aantal van 24.000 vermeldt?

Verschillende tijdperken dus verschillende wiskundige manieren om af te ronden?

Link naar bericht
Deel via andere websites

Quote:

Waarom zegt 1 Korinthiërs 10:8 dat er op één dag 23.000 Israëlieten vielen wegens het bedrijven van hoererij, terwijl Numeri 25:9 een aantal van 24.000 vermeldt?

het was een plaag, een ziekte. Paulus heeft het over sterfgevallen (23 duizend) op één dag, Numeri heeft het alleen over het totaal aantal doden (24 duizend) maar geeft niet aan over hoeveel tijd dat gerekend is. Het is niet onaannemelijk dat er één piekdag was (van 23 duizend) en dat er de dagen daarna nog wat meer mensen overleden zijn.

Link naar bericht
Deel via andere websites
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid