Spring naar bijdragen

vredestichter

Members
  • Aantal bijdragen

    865
  • Geregistreerd

  • Laatst bezocht

Berichten geplaatst door vredestichter

  1. ik bedoel volwassen worden als Net zoals Jezus dat was, zoals hij sprak en deed  zijn leven op aarde 

    zoals jij en ik bedoelt zijn als zonen , niet als zeurende en klagende baby's maar volwassen

    maar een voorbeeld om te leven in relatie met God  naar de mensen die dit nog niet begrijpen 

    geweldig toch

  2. Deze nog even voor jou sjako 

    in jes 60

    1 De Heer zegt: "Sta op, Jeruzalem, kom in het licht. Het stralende licht van de Heer zal op je schijnen. Zijn zon gaat over je op. 2 De aarde en de volken zullen in het donker liggen. Maar op jou zal het licht van de Heer schijnen. Iedereen zal zien dat zijn stralende macht en majesteit bij je is. 3 De volken en hun koningen zullen naar dat licht toe komen dat op jullie schijnt.

    en zie je jezelf, en de kerk, zijn koninklijke familie nu op aarde  stel je jezelf eens voor 

    jij bent die stad op een berg,wij zijn dat, zijn schitterende bruid, jij bent het licht in de duisternis, dus sta op en schitter 

     

    en bedenk dan waar nederland door heen is gegaan en waar we nu zijn, mn moeder van 88 zat gister een potje te rummicuppen met haar zus van 93 een buurvrouw van 91 en een vriendin van 90 woont op zichzelf met alle welvaart waar ze 100 jaar geleden nog niet eens van droomde 

    3 minuten geleden zei TTC:

    Geen probleem, stellen ons wel de vraag of dit nog van deze tijd is : "Krijg veel kinderen, zodat er heel veel mensen komen. Ga over de hele aarde wonen en heers over de aarde"

    dat is maar net hoe je het bekijkt, het woord heers betekent ongeveer zoiets van heerschappij voeren als iets wat positief is, ik geef toe dat er nog behoorlijk wat dingen op zn kopstaan maar dat betekend niet dat dit kan veranderen 

    als je de mens als kroon van de schepping zie, als zijn kinderen regeren met god op aarde zijn er nog behoorlijk wat dingen die niet in de goede verhouding staan 

    zoals het bedoeld was en gaat worden, als ik alleen alleen al aan planten denk die over de mens regeren , tabak, heroïne cocaïne en nog veel meer vb zijn de planten soms ons nog de baas  

    maar geloof me hier gaat verandering in komen 

    de kerk gaat opstaan ( zijn kinderen) en we draaien de boel weer terug  zoals het bedoeld is 

  3. 17 uur geleden zei sjako:

     

    @vredestichter Ik heb toch grote bezwaren tegen jou visie. Hoe verklaar je bijv Jesaja 2:2 En het moet geschieden in het laatst der dagen [dat] de berg van het huis van Jehovah stevig bevestigd zal worden boven de top der bergen, en hij zal stellig verheven worden boven de heuvels; en daarheen moeten alle natiën stromen

    en vers 4 En zij zullen hun zwaarden tot ploegscharen moeten smeden en hun speren tot snoeimessen. Natie zal tegen natie geen zwaard opheffen, ook zullen zij de oorlog niet meer leren.

    Er staat hier duidelijk dat alle natiën naar de ware aanbidding zullen trekken. Niet enkel de natiën die toentertijd van Jezus bekend waren, maar alle natiën. Bovendien zouden ze hun zwaarden omsmeden tot snoeimessen  en de oorlog niet meer leven. 

    Als dit moet slaan op de Christenen van na de 2e komst (volgens jou) dan kan dat gewoon niet kloppen. Er is nooit zoveel geweld geweest denk ik. Vervolging, kruistochten, (wereld)oorlogen tussen zogenaamde Christelijke naties.

     

    Hee Sjako bedankt voor je reaktie en droom s met met mee God wilde een relatie met de mens toch vanaf het begin op deze aarde de tuin toch, hij wandelde met hen en hij sprak met hen en er staat in het begin (genesis) En God zei: "Laten We mensen maken, mensen die op Ons lijken. Ze zullen heel erg op Ons lijken. Ze moeten zorgen voor de vissen in de zee, de vogels in de lucht, het vee, de kruipende dieren en voor de hele aarde." 27 En God maakte de mens. Hij maakte hem zó, dat hij heel veel op Hem leek. De mens leek heel erg op Hem. Hij maakte een man en een vrouw. 28 God zegende hen en zei tegen hen: "Krijg veel kinderen, zodat er heel veel mensen komen. Ga over de hele aarde wonen en heers over de aarde. Zorg voor de vissen in de zee, de vogels in de lucht en de kruipende dieren. 29 Jullie mogen eten van alle planten, bomen en vruchten. 30 Maar alle grote dieren, alle vogels en alle kruipende dieren mogen van het gras eten." Dat gebeurde. 31 En God keek naar alles wat Hij gemaakt had en het was heel goed.

    sjako dat is het plan van God (was het, is het, en blijft het)

    de hele wereld was toen ook nog niet onderworpen maar was wel de bedoeling toch, dit is een proces het huis van God (wij dus) is bevestigd in die dagen, 

    wij zijn toch nu die tempel wijn nu toch hemel burgers en zoals paulus het zegt wel op deze wereld  maar niet van deze wereld , zou het zo kunnen zijn dat vanaf die periode het heel klein begonnen is (denk aan het vb van dat mosterd zaadje , en dat klein beetje gist ) wat jezus zelf gebruikt, hoe het gaat worden, van klein naar groot, zijn koninkrijk gaat uitbreiden en wij gaan heersen 

    ik kijk misschien iets positiever naar de aarde dan jij en de toekomst daarvan 

    maar mijn vader en dit betere verbond  met zijn zoon (anders dan dat met mozes en adam) kan niet falen 

    wat de duivel ook om zich heen schreeuwt op onze media, ik bedenk de dingen die boven zijn, en met zijn ogen naar deze aarde en de mensen die daarop wonen, vol geloof en hoop en liefde 

    10 minuten geleden zei TTC:

    Ter correctie, je reageert op een bericht van Violist. Maar wat mijn vader betreft, die zei altijd dat logisch boerenverstand betrekkelijk zeldzaam is. :)

    okay ik zit er nog geen week op sorry, even wennen hoe dit allemaal werkt, maar bedankt voor de opmerking.

  4. 4 uur geleden zei TTC:

    Ik weet niet of de schepping daar op zit te wachten. Wat ik wel constateer is dat de welvaart de afgelopen 2000 jaar voor de meeste mensen wel is waar  is toegenomen maar ik denk niet dat dat het doel van een God is. De verlangt meer naastenliefde en daar zijn we geen cm mee opgeschoten. Ik denk zelfs dat dat alleen maar minder gaat worden. Zodra de welvaart in een land toeneemt lijkt de afgunst en ontevredenheid ook toe te nemen. Geestelijke armoede. Ik begrijp daarom niet waar je het op baseert dat de mensheid vanaf 70 nC steeds dichter bij God gekomen is. Ik wil wel geloven dat het een gevoel bij jou is wat jij en jullie gemeenschap persoonlijk zo ervaren maar dat geldt dus zeker niet wereldwijd en heeft dan ook geen goddelijke betekenis in de zin van een vervulde profetie. 

    Hallo TTC hier kan ik wat mee, en ben erg blij met je reactie, als je gaat beseffen dat juist Jezus als eerste God als een vader voorstelt (papa) zijn vader, onze vader 

    krijg je juist begrip (mits je een liefdevolle vader heb gehad) dat juist een vader wil dat het jou wel gaat (welvaart) niet alleen geestelijk maar ook op alle andere terreinen, een vader wil dit normaliter voor zijn kinderen naast een hele goede persoonlijke relatie blijdschap, vrede, gezondheid, goed onderwijs veiligheid dat wil zelfs een aardse vader toch?

    Bij mensen die jezus kennen daardoor een lieve vader en de beste vriend ooit de Heilige Geest  ben je zowieso dankbaar, mensen zonder met die vader, zijn als wezen in een weeshuis veel of weinig, altijd op zoek naar meer over het algemeen niet erg blij en gelukkig .

    het klopt dus wat je zegt (in onze gemeenschap ) wij noemen dat koninklijke familie hebben wij dus een heel ander perspectief, niet meer langer wezen, maar nu zijn we zonen thuis gekomen in een familie dromen met pa plannen maken om deze wereld te veranderen 

    wij zijn licht in de duisternis en het zout (in de soep) op aarde  va n 12 volgelingen na nu al meer dan 2.000,000,000.- 

    het klopt ook ttc dat we ons niet altijd gedragen als zonen soms een beetje als wees, maar we zijn het wel !!

    durf jij hem al jou vader te noemen ??

  5. 8 minuten geleden zei Gaitema:

    Eén ding weten we echter wel zeker: of Hij nu morgen of over duizend jaar komt, het oordeel wacht sowieso elk mens binnen nu en meestal honderd jaar en je weet niet wanneer je zult sterven. Dus is het belangrijker om nu een goed en liefdevol leven te leiden, in vrede met God, jezelf, je naasten en de schepping. Voor al het andere zal God wel zorgen; aan jou de taak om met Hem samen te werken in het uitbreiden van zijn Rijk, dat zowel binnen in jou is als overal om jou heen.

    Hallo Gaitema 

    het is probleem is echter dat jou cultuur achtergrond dus duidelijk niet toestaat om er anders na te kijken (Eén ding weten we echter wel zeker)  ik constateerde toen ik besefte dat jezus al reeds is gekomen (tweede wederkomst 70 jaar na zijn geboorte ) wij nu hemel burgers zijn, hij in ons woont, bij ons is, ik al reeds veroordeelt (met christus) ben gestorven en begraven en opgestaan ben, besefte daardoor ik dus niet meer veroordeelt wordt, het dus duidelijk op dat punt dus niet eens ben met jou stelling , het geeft aan dat jij het dus niet zeker weet. 

    het laatste deel van je betoog, zijn we meer in overeenstemming, uit breiden van zijn rijk op aarde, een verschil uit te maken, hemel op aarde te zijn, een heilige natie een koninklijk geslacht priesters zijner eigendom. 

    daar is waar de schepping op zit te wachtten, Zonen en dochters van Papa God.

    dus Ga ervoor

  6. Er zijn de laatste tijd, en er komen binnenkort heel veel boeken uit, om ons inzicht te geven in welke tijd we leven, en wat ze denken wat de bijbel hier over zegt, het is weer een heel actueel onderwerp bij heel veel gelovige, maar ook bij anders gelovige

    voor mij is het is het de vraag hoe zie je God, hoe ziet God jou, hoe zie jij de wereld, en hoe zij jij de toekomst, vaak zie je aan de reactie van mensen hoe zij dus God zien 

    welke bril heb jij op ( en ik besef dat dit ook bij mij nog in ontwikkeling is  ha ha )

     

     

  7. Een van de grote problemen van het preterisme is dat het een variant is van de aloude ‘vervangings-’ en ‘vergeestelijkingstheologie’, waarvan we nu eindelijk een beetje verlost begonnen te raken.

    Ik denk dat meneer Ouweneel  zich hier duidelijk in vergist  Het futurisme wat hij aanhangt is een snel opkomende beweging geweest eind 1800 door een aantal televisie dominee's aangewakkerd  en films zoals left behind hebben daar ook nog een schepje boven op gedaan, maar helaas voor hem, is Dhr ouweneel niet op de hoogte wat zich op dit moment afspeelt wereld wijd dat deze wat mijn aangaat (grote) dwaling misschien wel de grootste van de afgelopen eeuw in de evangelische wereld zienderogen afneemt , en de waarheid  en dus de plaats van zijn gemeente terug komt.

    Deze theologie houdt in: de Kerk is het ‘geestelijk Israël’, alle profetieën voor Israël worden vergeestelijkt (zeg maar gerust: weggeredeneerd) en op de Kerk toegepast. De huidige gebeurtenissen rond de staat Israël hebben zogenaamd ‘niets met de profetieën te maken’, want die zijn allemaal in 70 n.C. vervuld. Er is totaal geen zicht op wat God in de huidige eindtijd aan het doen is. Er is niets om naar uit te kijken (behalve dan sterven en naar de hemel gaan).

    dit is zo in tegenspraak met wat een preterist gelooft , over deze tijd en onze toekomst op aarde en het geeft hiermee juist aan dat Dhr ouweneel hier de plank volledig misslaat , en totaal niet begrijpt waar het over gaat.

    Er zijn geen specifieke beloften voor Israël meer, er komt geen opstanding van alle gestorvenen (gelovig en ongelovig), er komt zelfs geen ‘nieuwe hemel en nieuwe aarde’. De Kerk heeft dat zogenaamd eeuwenlang allemaal fout gezien; de preteristen hebben nu het ware licht ontvangen. Maar het is helemaal geen licht, want voor hun theorie moeten zij honderden profetieën vergeestelijken, verbasteren of gewoon negeren. 

    Dit is wel de meest grappige, en ook de meest onkundige reactie die ik de afgelopen weken heb gehoord , juist de kerk zag het jaren Goed , hadden juist  een visie om deze aarde in te nemen , een koninkrijk te vestigen op aarde , tot een aantal dwaalprofeten ergens in 1800 dromen en beelden kregen hoe het zat , (met als gevolg het futurisme waar hij in gelooft), de grootste geloofshelden in de geschiedenis waren geen futuristen maar geloofden in een koninkrijk op aarde , plan a van God, wat hij in genesis gezegd had tegen adam en eva  heers over de aarde en breidt uit over de gehele aarde, is nog steeds de bedoeling, en zal niet falen.

    en wat hij bedoeld met vergeestelijke of verbasteren, of negeren heb geen flauw idee , wel grappig 

  8. 6 uur geleden zei violist:

    Het preternisme is ontstaan toen de rk-kerk door de reformatie onder druk kwam te staan las ik deze week. Een Jezuïet wilde wat anders en bedacht toen dat Jezus 2de komst al had plaats gevonden in het jaar 68 na C.  Er hebben meer vreemde christelijke afsplitsingen plaatsgevonden en voor allen geldt dat bij elke nieuwe leer wel een aantal bijbelteksten te vinden zijn die de afwijkende visie rechtvaardigt. Als je maar lang genoeg in de bijbel zoekt. Alleen in Nederland zijn er al tientallen christelijke stromingen die allemaal hun gelijk op bijbelteksten baseren.

    Zo ook met de preteristen.

    Willem Ouweneel zegt het volgende over hen:

     

    https://cip.nl/61835-vond-jezus-wederkomst-al-in-het-jaar-70-plaats/SB8BBFBZBX1xah1OGktKdBUU

    Nu ben ik zeker geen fan van Willem Ouweneel maar ik wil hier alleen maar mee aantonen dat elke christen op basis van de bijbel gelijk denkt te hebben. Naar mijn idee zitten ze er allemaal naast, bijbelteksten zijn door verschillende mensen lang geleden geschreven. Ze hadden er allemaal hun eigen bedoeling mee. Een westerse selectie van die teksten aan elkaar rijgen en er een godsdienst van maken heeft daarom naar mijn idee niets met de God uit te bijbel te maken. Maar blijkbaar zijn er voor elke visie wel mensen te vinden en voila, weer een nieuw stroming erbij.

     

     

  9. 21 uur geleden zei Sanne69:

    Er zijn meer mensen die daar zo over denken. Als je echter Openbaring 1:1 leest, dan zie je dat er melding van gemaakt wordt dat de gebeurtenissen die besproken zullen worden toen nog in de toekomst lagen. En het boek Openbaring is opgeschreven na Jezus hemelvaart. Ook kunnen we in de Bijbel terugvinden dat Jezus na zijn hemelvaart aan Gods rechterhand moest wachten totdat God zijn vijanden als zijn voetbank zou maken. - Zie Hebr.10:13. Volgens Opb.12 is dus eerst de hemel gereinigd. 

    (studie door anne salemons  zoekdewaarheid.nl)

     

    Hallo Sanne 69 zou jij openstaan om is uit te zoeken of dit inderdaad zo is, heel veel theologen zijn hier dus helemaal niet over eens, ik wil je duidelijk maken aan de hand van de bijbel zelf, om te bewijzen dat de bijbel wat mijn aangaat ( behoorlijk uitgebreid)  dit is ontzettend belangrijk (ook openbaringen) voor de grote verdrukking is geschreven (70 n chr) bij deze

    Degenen die vasthouden aan de “late datum,” gaan er vanuit dat het boek Openbaring geschreven is in de tijd van Domitianus Caesar (AD 95-96). Deze datum wordt bepaald door de volgende uitspraak van Irenaeus (140 AD tot 202 AD), zoals geciteerd door Eusebius, de kerkhistoricus, in 325: “Wij zullen ons echter niet blootstellen aan het risico om een definitieve uitspraak te doen over de naam van de Antichrist, want als het nodig was dat zijn naam duidelijk moet worden onthuld in deze huidige tijd, dan zou het aangekondigd zijn door hem die de openbaring ontving. Want het is nog niet erg lang geleden dat hij gezien is, bijna in onze tijd, aan het einde van Domitianus regering.”

    Er zijn een paar dingen die hier opvallen. Ten eerste, de uitspraak is geciteerd door Eusebius en komt van Irenaeus. Deze Irenaeus was hier zelf geen getuige van. Hij verwees hierbij naar Polycarpus, die zou vermoedelijk Johannes hebben gekend. Er zijn hier dus drie mensen bij betrokken, van elkaar gescheiden door drie eeuwen. Simpel gezegd, van horen-zeggen. Ten tweede, het belangrijkste deel van het citaat – “het is nog niet erg lang geleden dat hij gezien is,” – is dubbelzinnig. Het kan zijn dat Openbaring niet gezien is, maar ook dat Johannes nog niet lang geleden gezien is. En dan is nog maar de vraag over welke Johannes het gaat.

    Deze verklaring, inclusief al deze onzekerheden, is het enigste bewijs dat gebruikt word om de “late datum” theorie te ondersteunen. Het werd van generatie op generatie doorverteld, zonder dit echt te onderzoeken in het licht van het boek Openbaring zelf. De late datering is aan ons doorgegeven op dezelfde manier zoals het ook werd doorgegeven aan Eusebius, … door overlevering, door traditie dus … en traditie is niet de manier om de Schrift te interpreteren. En dan nu…..

    De Vroege Datum Theorie

    Waar kunnen we naar toe gaan om bewijs te vinden voor de datering van Openbaring? De interne gegevens die het boek zelf aandraagt! Door bewijsmateriaal uit het boek Openbaring zelf zullen we aantonen dat het boek werd geschreven vóór de verwoesting van Jeruzalem in het jaar 70.

    1.       Johannes moet opnieuw profeteren

    Het eerste punt ter overweging in het voordeel van de vroege datum is het feit dat Johannes in Openbaring 10:11 werd verteld dat hij “moet wederom profeteren voor vele volken, en natiën, en talen, en koningen”. Als openbaring in 95-96 NC geschreven zou zijn, zou Johannes ouder dan 90 jaar geweest moeten zijn en zou het voor hem erg moeilijk zijn geweest om te reizen naar de verschillende “naties en … vele koningen” om daar te prediken. Echter, met een Openbaring eerder geschreven, zou Johannes begin jaren ’60 geweest kunnen zijn en op die leeftijd zou hij beter hebben kunnen reizen. Bovendien zou Johannes hetzelfde martelaarschap ondergaan die Jezus ook had ondergaan (Marcus 10:39), en wel voor de wederkomst van Jezus (Johannes 21:22).

    2.       De zeven kerken in Azië

    Een ander punt is dat Johannes Openbaring schreef aan een specifieke groep van kerken in Azië (Openbaring 1:4). Het belang van deze verklaring kan niet over het hoofd worden gezien. Er is maar een korte periode geweest waarin er slechts zeven kerken in Azië waren. En dat was in de begin jaren 60 na Christus. De apostel Paulus had negen kerken in dat gebied gesticht, maar er worden slechts zeven in Openbaring genoemd. De reden hiervoor is dat de steden van Kolosse, Hiërapolis en Laodicea allemaal rond 61 na Christus werden vernietigd door een aardbeving. Laodicea werd kort daarna herbouwd, maar de andere twee steden niet. De enigste periode dat er maar zeven kerken in Azië waren, was tijdens de vijf jaar voor het begin van de Romeinse-Joodse oorlog.

    Van bijzonder belang is de boodschap aan de kerk van Philadelphia (Openbaring 3:7-13). In vers 10 en 11, vertelde Christus aan Johannes om hun te informeren dat er “binnenkort een ure der verzoeking over de gehele wereld zou komen,” dat wil zeggen over het Romeinse Rijk. Christus vertelde hen dat Hij spoedig zou komen en dat ze moesten standhouden. De reden dat dit belangrijk is (naast het feit dat deze boodschap gericht is aan een daadwerkelijke kerk in de eerste eeuw) is dat de eerste vervolging van christenen vond plaats onder Nero Caesar in 64 na Christus. Daarom moet Openbaring geschreven zijn voor die tijd.

    Kerkhistorici puzzelen nog steeds over de lange periode van stilte en inactiviteit van de ware christenen direct na het jaar 70 na Christus, geen geïnspireerde geschriften, geen brieven, geen prediking, geen schrijven tegen valse leraars etc. Bovendien, als Johannes toen geleefd zou hebben zou hij zeker geschreven hebben over de verwoesting van Jeruzalem die toen al plaats had gevonden. Ze omschrijven deze periode ook wel als de “donkere en onbekende periode”. De geschiedenis vertelt ons niet wat er gebeurde met de zeven gemeenten in Azië, maar de stilte en de afwezigheid van de ware christenen na 70 na Christus toont aan er iets belangrijks gebeurd moest zijn waardoor ze van de aardbodem waren verdwenen. Er was niet alleen een stilte – ze waren er gewoon niet meer. De brieven aan de zeven gemeenten geven hier veel duidelijkheid over. Christus waarschuwde hen over wat er zou gebeuren als ze zich niet bekeerden. Hun kandelaars  zouden worden weggenomen. Paulus toonde aan in zijn laatste brief die hij schreef net voor de vervolging door Nero, “dat allen in Azië zich van mij hebben afgekeerd” (2 Timoteüs 1:15). In plaats dat ze zich bekeerden en gered zouden worden voor de grote verdrukking, keerden ze zich af van Christus en zijn apostelen en gingen ze weer terug naar het Judaïsme en het heidendom. Er ging een generatie over heen voordat er weer christenen op het wereldtoneel verschenen.

    3.       De tempel stond nog

    Een van de meest overtuigende bewijzen dat Openbaring werd geschreven voordat Jeruzalem werd verwoest, is het feit dat de Joodse tempel er nog stond!

    Openbaring 11:1-2, “En mij werd een riet gegeven, een staf gelijk: en de engel stond en zeide: Sta op en meet de tempel Gods en het altaar, en degenen die daarin aanbidden. Maar laat de voorhof die buiten de tempel is, erbuiten, en meet die niet, want het is aan de heidenen gegeven: en zij zullen de heilige stad vertreden twee en veertig maanden lang”.

    Hoe weten we dat dit de tempel was uit de eerste eeuw en niet een ergens in de toekomst? Ten eerste, er is geen enkel vers in heel de Bijbel die spreekt van een nieuw te bouwen Joodse Tempel, niet één. Dat alleen al zou voldoende bewijs zijn. Maar ook komt deze tekstpassage overeen met Lucas 21:20-24. Merk op dat Jezus tegen de discipelen zei, dat zij deze gebeurtenis zou zien. Zij hadden Hem gevraagd naar hun tempel (vers 5), en Jezus vertelde hen dat deze zou worden vernietigd voordat hun generatie voorbijgegaan zou zijn (vers 32). En kijk wat Jezus zei in vers 24, “en Jeruzalem zal door de heidenen vertrapt worden.” En Dit is hetzelfde wat Jezus aan Johannes vertelde in Openbaring 11:2. Aangezien de generatie van de discipelen allang overleden is, moet Openbaring geschreven zijn voordat Jeruzalem in het jaar 70 NC door de heidenen onder de voet werd gelopen (vertrapt).

    4.       De stammen van de aarde

    De meeste Bijbelleraars beschouwen Openbaring 1:7 als het thema van het boek:

    “Ziet, Hij komt met de wolken en elk oog zal Hem zien, ook degenen, die Hem doorstoken hebben; en alle stammen van de aarde zullen over Hem weeklagen. Ja, Amen.. ”

    Meeste christenen denken aan de 2de komst: fysieke verschijning op een wit paard (Openbaring 19:11), schiet door de lucht als een bliksem (Mattheüs 24:27) en elk oog zal dat zien. Maar klopt dat wel? Laten we daarom tekst met tekst vergelijken. Openbaring 1:7 verwijst naar Zacharia 12:10-11:

    “Ik zal over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem uitgieten de Geest der genade en der gebeden; zij zullen Mij aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over Hem een rouwklacht aanheffen als de rouwklacht over een enig zoon, ja, zij zullen over Hem bitter leed dragen als het leed om een eerstgeborene. Te dien dage zal in Jeruzalem de rouwklacht groot zijn….”

    Het “huis van David” verwijst naar de Joden onder het oude verbond. Dus de rouwklacht en bitter weeklagen in Jeruzalem kan alleen maar te maken hebben met de eerste eeuw verwoesting van Jeruzalem en de tempel. In Mattheüs 24:30 refereerde Jezus ook naar Zacharia 12:10-11:

    ”en dan zullen alle geslachten der aarde wenen (weeklagen dus), en zij zullen de Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels met grote kracht en heerlijkheid”. Onmiddellijk na de referentie naar Zacharia’s profetie bevestigt Jezus de vervulling ervan in Mattheüs 24:34: “Voorwaar, Ik zeg u, dit geslacht (niet ras) zal geenszins voorbij gaan, voordat dit alles is geschied”.

    Alle geslachten (of stammen) der aarde, daar  worden de stammen van het land Israël mee bedoelt. Het is overduidelijk dat Zacharia 12:10-11, aangehaald in Mattheüs 24:30 betrekking heeft op gebeurtenissen in de eerste eeuw na Christus. Dus wanneer we deze referentie weer zien opdagen in Openbaring 1:7, dan kan de timing van de vervulling van dit vers niet ter discussie staan: dit vers refereert naar gebeurtenissen in de eerste eeuw, wat ook duidelijk wordt bevestigd in de eerste drie verzen van Openbaring. Terug naar vers 7:

    “Zie, Hij komt met de wolken en elk oog zal Hem zien, ook zij, die Hem doorstoken hebben….”

    Zoals gezegd, dit heeft te maken met Zacharia 12:10, maar dit verwijst ook naar Jezus staande voor de raad: “van nu aan zult gij de Zoon des mensen zien, gezeten aan de rechterhand van de macht en komende op de wolken des hemels.” (Mattheüs 26:63).

    De hogepriester en consorten wisten heel goed wat Jezus bedoelde, dat Jezus zich identificeerde met Daniel 7:13 en zichzelf een Mensenzoon noemde. Zij kenden de oudtestamentische, metaforische, apocalyptische geschriften als geen ander. Het antwoord was dan ook godslastering in de ogen van de Joden want zij wisten, dat alleen God of de Zoon van God op de wolken kon komen. Maar Jezus bedoelde hier niet dat ze Hem in werkelijkheid zouden zien komen op de wolken, nee, Hij identificeert zich eenvoudig als “de Christus”, m.a.w. ze zouden dan onmiddellijk begrijpen dat Hij de Christus was. Jezus kwam in oordeel, op wolken, net als Zijn Vader ook vaak deed in het OT wanneer Hij zijn oordeel en wraak aankondigde tegen Israël en andere volken (zie bv Jesaja 19:1, Ezechiël 30:3-4). Jezus gebruikte “ogen” als een metafoor voor verstand, begrijpen, net als bijvoorbeeld “ziende zullen zij niet zien” en “maar uw ogen zijn zalig omdat zij zien” (Mattheüs 13:13-17). Het betreft dus een geestelijk zien, al of niet tijdens hun stervensproces: eindelijk zouden ze zien (begrijpen) dat Hij de Christus was, Jezus die dit allemaal had geprofeteerd in Mattheüs 23.

    Dus het hoofddoel van Openbaring zou de “openbaring” van Jezus aan de natie Israël zijn en de plaats van openbaring zou Jeruzalem zijn. Tenslotte, deze openbaring zou voor zijn voor hen die Hem hebben doorstoken, de Joden. En niet de Joden ergens in de toekomst, maar de tijdgenoten van Jezus. Die generatie was vernietigd door de Romeinse legers 70 na Christus. Daarom moet het boek openbaring geschreven zijn voor die gebeurtenis.

    5.       De vrouw

    Het volgende waar we naar gaan kijken is “de vrouw” gevonden in de hoofdstukken 17 en 18 van Openbaring. Johannes schreef dat hij een “vrouw dronken van het bloed der heiligen, en van het bloed der getuigen van Jezus” zag (17:6). En “op haar voorhoofd was een naam geschreven: het grote Babylon, moeder van de hoeren en van de gruwelen der aarde” (17:05). De engel zei dat “de vrouw” een poëtisch symbool was van “de grote stad” (17:18), en “in haar werd gevonden het bloed der profeten en der heiligen, en van allen die geslacht zijn op de aarde” ( 18:24). Toen schreef Johannes “Wees vrolijk over haar, gij hemel en gij heiligen, en gij apostelen en profeten, want God heeft uw rechtszaak tegen haar berecht ….. Zo zal Babylon met geweld geworpen worden, de grote stad, en zal nooit meer gevonden worden.” ( 18:20,21). Dus wie was deze “vrouw” en deze “grote stad”?

    John geeft ons een aanwijzing in Openbaring 11:8, waar hij schreef, “En hun lijk (zal liggen) op de straat der grote stad, die geestelijk genaamd wordt Sodom en Egypte, alwaar ook hun Here gekruisigd werd.” Net zoals we hierboven zagen verwees Johannes hier naar Jeruzalem uit die tijd. Om dit te bewijzen, laten we eens kijken naar de uitdrukking “Sodom”. Johannes geeft hier een symbolische beschrijving. Het is dus niet de werkelijke naam van de stad, maar het betreft een geestelijke toestand. Als we tekst met tekst vergelijken, dan zien we dat dit een verwijzing is naar Jeruzalem. Zie ook Jesaja, hoofdstuk 1, waar hij het volgende schreef over Jeruzalem, “Hoor de woorden van de Heer, gij oversten van Sodom” (vers 1).  Vanwege de overspelige profeten vergeleek God in Jeremia 23 Jeruzalem en haar inwoners met “ze zijn mij altezamen als Sodom geworden” (Jeremia 23:14).

    Maar hoe zit het met “Egypte”? Nergens in de Bijbel wordt Jeruzalem Egypte genoemd. Echter, het Israël uit de eerste eeuw was in een “uittocht”. En net zoals het oudtestamentische Israël in een uittocht was uit de slavernij van Egypte, was het Nieuwe Testament Israël in een uittocht uit de slavernij van de oude verbondswet. De meest herkenbare tekstpassage die deze “nieuwe exodus” laat zien is in Korinthiërs 10:1-11. Paulus schreef: “Dit is hun (de Joden) overkomen tot een voorbeeld (voor ons), en het is opgetekend ter waarschuwing voor ons (Paulus en de gelovigen), over wie het einde der eeuwen gekomen is”. Zijn contextuele basis voor deze uitspraak was de oude testament uittocht uit de Egyptische slavernij. Hij schreef dat ze door de zee gegaan waren (vers 1), ze manna aten en dronken uit de rots (vers 3-4), ze werden neergeveld in de woestijn (vers 5), afgodendienaars werden (vers 7), de Here verzochten en omkwamen door slangen (vers 9). Dit laat ons zien, dat net als de typebeelden van het Oude Testament en hun bevrijding uit de slavernij, de heiligen in het Nieuwe Testament dezelfde exodus zouden ondergaan. Het enige verschil was dat Paulus’ generatie de realiteit was waar het Oude Testament voorbeeld naar wees.

    Bovendien zei Jezus in Lucas 13:33-34, “Doch Ik moet heden en morgen en de volgende dag reizen, want het gaat niet aan, dat een profeet buiten Jeruzalem omkomt. Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt wie tot u gezonden zijn,”. In het parallel gedeelte in Mattheüs 23:29-37 hield Jezus de Joden verantwoordelijk voor het doden van de profeten en de apostelen. Hij verklaarde dat zij de kinderen van hun vaders waren die ook de profeten hadden gedood. Vervolgens zei Jezus in vers 32, dat zij de zonden die hun vaders waren begonnen zouden voltooien. Maar het meest cruciale bewijs wordt gevonden in vers 35, waar Jezus zei: “opdat over u kome al het rechtvaardige bloed, dat vergoten werd op de aarde,” En daarna zei Hij, “Voorwaar, Ik zeg u: Al deze dingen zullen komen over dit geslacht. Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt, wie tot u gezonden zijn,” (vers 36-37). In beide tekstpassages zei Jezus tegen de Joden van Zijn tijd, dat ze schuldig waren aan “al het rechtvaardige bloed dat vergoten is op de aarde” (zie ook Handelingen 7:51-52).

    Sinds beide tekstpassages gaan over dezelfde misdaad en hetzelfde vonnis, moet de “grote stad” in Openbaring het Jeruzalem zijn van de generatie van Jezus. Wat ook weer bewijst dat Openbaring geschreven moet zijn vóór Jeruzalem verwoest werd in het jaar 70 na Christus.

    6.       De zesde Koning

    Tot nu toe hebben we gezien dat Openbaring gaat over de openbaring van Jezus aan het Israël van de eerste eeuw. Zoals hierboven opgemerkt, “de vrouw” die Johannes zag was Jeruzalem uit de eerste eeuw. De “koningen” waren de heersers van de toenmalige wereld in de dagen van  Johannes, ofwel het Romeinse Rijk. En wanneer we naar de interne bewijsvoering kijken, vinden we daar ook een duidelijk aanwijzing met betrekking tot de datering en wel in Openbaring 17:10, “Ook zijn het zeven koningen: vijf ervan zijn gevallen, een is er nog en de andere is nog niet gekomen, en wanneer hij komt moet hij nog een korte tijd blijven”.

    Deze testpassage, die spreekt van een lijn van heersers, vertelt ons precies hoeveel heersers er al geweest zijn, en waarvan er één op dat moment regeerde en dat de volgende maar een korte tijd zou regeren. Kijk maar eens hoe dit precies overeenkomt met Keizer Nero en het Romeinse Rijk in de eerste eeuw. De regeringsperiodes van de eerste zeven Romeinse Keizers zijn als volgt:

    “Vijf ervan zijn gevallen…” Julius Ceasar (49 – 44 VC), Augustus (27 VC – 14 NC), Tiberius (14 – 37 NC), Caligula ( 37 – 41 NC), en Claudius (41 – 54 NC)

    “een is er nog…” Nero (54 – 68 NC)

    “en de andere is nog niet gekomen,…” Galba (Juni 68 – Januari 69 NC, een 6 maanden regeringsperiode)

    Hier vinden we de wrede onderdrukkers van de christenen (door wiens hand Petrus en Paulus werden gemarteld), en die door God gebruikt werden om de Joden te oordelen. Nero was aan de macht en hij gaf het bevel aan Vespasianus om Jeruzalem te vernietigen. Dit was de zesde koning, en hieruit blijkt zonder enige twijfel dat Openbaring vóór de Romeins/Joodse oorlog geschreven moet zijn. Historisch gezien, is Nero degene die een vervolging tegen de christenen opzette die zijn weerga niet had. Ook de verbanning van Johannes naar Patmos was het resultaat van de geweldige onderdrukking van Nero. De apostel Paulus werd gemarteld en vervolgens onthoofd door de bezeten keizer Nero in Rome in het jaar 67. De apostel Petrus, die ondersteboven werd gekruisigd, was een ander slachtoffer van Nero.

    7.       Het lied van Mozes

    Voor iedereen die vertrouwd is met de wet van Mozes en de Joodse traditie, zal Openbaring 15:2,3 bekend in de oren klinken. Het zegt dat deze martelaren “die de overwinning hadden van het Beest” het “lied van Mozes” Zongen.

    De Joden moesten dit lied te zingen om zichzelf te herinneren aan wat hun zou overkomen “in de laatste dagen” (Deuteronomium 31:29). Het lied spreekt over “hun einde” – de Joden (vers 20), en de details van hun vernietiging door een verterend “vuur” (vers 22), “honger” (vers 24), “plaag” (vers 24) en “bitter verderf” (vers 24). God noemt hen een “verkeerd en vals geslacht” (vers 5 en 20), en zegt dat Hij “wraak zou nemen” op hen en dat Hij “zijn volk zou rechtvaardigen” (respectievelijk vers 41 en 36). Waarom zouden christelijke martelaren van de 21ste eeuw dit lied over de Romeinen zingen, als het lied moest verwijzen naar de Joden in de eerste eeuw?

    Zijn dit niet dezelfde martelaren die al eerder riep, “Tot hoelang, o Heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt gij ons bloed niet aan hen, die op de aarde wonen.” (Openbaring 6:10)? Aan wie werd al het “bloed van de rechtvaardige” martelaren  toegerekend? De Joodse generatie uit de eerste eeuw “opdat van dit geslacht afgeëist wordt bloed van al de profeten” (zie Mattheüs 23:35 en Lucas 11:50). Het waren de christenen die hun geloof in Jezus hadden vast gehouden, en die ondanks de intense vervolging, “de overwinning hadden van het Beest”! Deze tekstpassage (Openbaring 15:2,3) wijst heel duidelijk naar de volgelingen van Jezus die leefden in de eerste eeuw.

    Openbaring 16:10,11, zegt dat de mensen in het koninkrijk van het Beest “kauwden met hun tong van pijn.” Ze had grote zweren op hun lichamen, samen met andere plagen die over hen waren uitgestort. We weten van Josephus dat de Joden letterlijk op hun tongen kauwden door gebrek aan voedsel tijdens het beleg in van Jeruzalem in 70 na Christus! En, het is interessant dat Josephus zelf het geweld van de Joodse Zeloten (de Joodse verzetsbeweging), op diverse plaatsen een “wild beest” noemt in zijn boek “De Joodse Oorlog”! Dit punt wordt nog meer benadrukt door het feit dat de gehele context van het Lied van Mozes vol verwijzingen zit naar “beesten”, “slangen” en “draken” (zie ook Leviticus 26; Deuteronomium 28-32; Deuteronomium 32:24,33).

    8.       Het vijfde en zesde zegel

    Het 5de zegel: “de zielen van hen, die geslacht waren om het woord van God”, het was Nero die in 64 NC officieel campagne startte om christenen uit te roeien, hij gaf hen de schuld van de brand in Rome. In zijn oorlog (samen met de Joden die heulden met de Romeinen) tegen de gemeente tot zijn dood in 68 NC, vonden in heel het Romeinse rijk miljoenen christenen de dood.

    Openbaring 6:9-11 is hetzelfde motief als de gelijkenis van de onrechtvaardige rechter Lucas 18:6-8, “Zal God dan zijn uitverkorenen geen recht verschaffen, die dag en nacht tot Hem roepen, en laat Hij hen wachten? Ik zeg u, dat Hij hun spoedig recht zal verschaffen. Doch als de Zoon des mensen komt (op handen zijnde komst), zal Hij dan geloof vinden op aarde” (er waren nog maar weinig christenen over, velen gedood en velen teruggekeerd naar het Judaïsme).

    Deze gelijkenis komt direct na Lucas 17 over de “dag van de Zoon des mensen”, waar Hij zijn discipelen vertelde over de gebeurtenissen vlak voor zijn spoedige komst.

    Het 6de zegel: twee jaar na de oorlogsverklaring tegen de christenen, gaf hij de order om Jeruzalem te verwoesten (66 NC), na een opstand tegen van de Joden (Zeloten) tegen de Romeinen.

    In Openbaring 6:12 wordt de uitdrukking zon, maan en sterren als metafoor gebruikt voor Israël, zoals ook zo vaak in het oude testament.

    In het oude testament zijn vele voorbeelden waar de zon verduisterd, de maan in bloed verandert en de sterren naar beneden vallen, waar wegens ontrouw Israël een oordeel van God over hen wordt uitgesproken, en altijd door een ander volk uitgevoerd, in dit geval de Romeinen.

    De vijgeboom geschud (vers 13), betekend zoveel dat een oordeel over Israël word uitgestort.

    “De hemel week terug als een boekrol, die wordt opgerold” (vers 14), dezelfde tekst (en motief) als Hebreeën 1:10-1, het oude verbond dat op het punt stond definitief te verdwijnen.

    In Openbaring 6:16 haalt Jezus de zelfde tekst aan die Hij ook gesproken heeft tegen de dochters van Jeruzalem: “Dan zal men beginnen te zeggen tot de bergen: valt op ons, en tot de heuvelen: bedek ons”. Dit is allemaal gebeurd tijdens het leven van de dochters van Jeruzalem en hun kinderen: “weent over uzelf en over uw kinderen, want zie er komen dagen….etc” (Lucas 23:30). Opnieuw een bewijs dat Openbaring geschreven moet zijn voor 70 na Christus.

    9.       De factor tijd

    Laten we vervolgens de verwachtingen van de auteur, Jezus Christus in overweging nemen. Hij vertelt Johannes dat de vervulling van de profetie binnenkort zou plaatsvinden (Openbaring 1:1,3; 2:16, 3:11; 22:6,7,10,12,20).

    In Openbaring 1:1,3 informeert Johannes zijn lezers (de zeven gemeenten van Azië, vers 4), dat de inhoud van dit boek “weldra moet geschieden.” Let op, dat Johannes schreef niet dat sommige van de gebeurtenissen, of zelfs de meeste van de gebeurtenissen binnenkort moet plaatsvinden. Hij schreef dat alle gebeurtenissen die in Openbaring worden vermeld “weldra moesten geschieden.” Waarom? Waarom moeten die dingen “weldra”  gaan plaats vinden? “Omdat “de tijd nabij was”. Nabij voor wie? Specifiek voor de zeven gemeenten in Azië, en voor de gemeente in de eerste eeuw in het algemeen. Voor wat was tijd nabij? Voor de “De openbaring van Jezus Christus.” Vergeet niet, zoals we hierboven zagen, dit is het belangrijkste doel van Openbaring.

    In Openbaring 22:6, schreef Johannes dat de Here een engel naar Johannes zond “om zijn knechten te tonen, de dingen hetgeen weldra geschieden moet”. ” Hier, aan het eind van het boek Openbaring, registreerde Johannes exact dezelfde boodschap zoals hij dat deed in hoofdstuk 1. Dit benadrukt nogmaals dat alle de gebeurtenissen die in Openbaring waren opgeschreven binnenkort zouden plaatsvinden in de eerste eeuw – niet uitgerekt door de tijd, en zeker niet voor een generatie ergens in de verre toekomst.

    In Openbaring 22:10, zei de engel van de Here tegen Johannes, “Verzegel de woorden van de profetie van dit boek niet, want de tijd is nabij.” Eens te meer hebben we hier het bewijs dat de gebeurtenissen van de Openbaring binnenkort zouden plaatsvinden in de eerste eeuw. En er werd een ander element aan deze waarschuwing toegevoegd. De engel zei tegen Johannes het boek niet te verzegelen. Waarom is dit belangrijk? Om deze vraag te beantwoorden gaan we kijken naar het boek Daniël.

    Nadat Daniël visioenen had ontvangen met betrekking tot zijn volk (Israël), kreeg hij het volgende te horen, “uw volk zal ontkomen, al wie in het boek geschreven wordt bevonden” (Daniël 12:1). Daniel wordt dan verteld hoe zij zouden worden gered – door de opstanding waar sommigen zouden worden beloond met “eeuwig leven”, maar anderen met “eeuwig afgrijzen” (vers 2). Maar dan verteld Daniel iets heel eigenaardigs. In vers 4 werd Daniël werd verteld, “houd de woorden verborgen, en verzegel het boek tot de tijd van het einde”. Let op dat dit vers zegt dat de “tijd van het einde”, en niet het “einde der tijden” (er is veel verschil tussen het “einde van de tijd” en de “tijd van het einde”). Nu moeten we ons afvragen, wiens “tijd van het einde?” Vers 1 vertelde ons dat de betrokken visioenen gaan over het volk van Daniël, het volk Israël dus, en niet de mensheid in het algemeen.

    Vervolgens zag Daniël zag twee engelen praten over de vervulling van alles wat hij gezien had (vers 6). De ene engel vroeg de andere, “Hoe lang toeft het einde van deze wonderbare dingen?” Het antwoord was, “als er een einde komt aan het verbrijzelen van de macht van het heilige volk, dan zullen al deze dingen voleindigt zijn” (vers 7). Maar Daniël begreep niet wat ze bedoelden, dus vroeg hij weer, “wanneer dan”? De engel antwoordde: “Ga heen, Daniël, want deze woorden blijven verborgen en verzegeld tot de tijd van het einde”. Nu we hebben gekeken naar deze tekstpassage, en hoe verhoudt deze zich tot Openbaring 21?

    Wist u dat er slechts één andere plaats in de Bijbel is waar een verzegeld boek wordt genoemd? Openbaring, hoofdstuk 5. Openbaring, is de “opening” van Daniel’s verzegeld boek is! Herinner je, dat de  visioenen van Daniël gaan over de “tijd van het einde”  van Israël, en Openbaring gaat over Gods oordeel over Israël. Ze zijn één en dezelfde. De reden dat dit een directe invloed heeft op Openbaring 21, is dat Daniël werd verteld om zijn boek te verzegelen met betrekking tot het einde, maar Johannes werd verteld zijn boek niet te verzegelen “want de tijd is nabij” (Openbaring 22:10). Het einde van de Oude Verbond Israël was nabij gekomen. “want dit zijn de dagen van vergelding, waarin alles wat geschreven is, in vervulling gaat”, Alles wat geschreven is zou vervuld moeten zijn tegen de tijd dat Jeruzalem viel in het jaar 70 na Christus (zie Lucas 21:20-22). Daarom, omdat Openbaring de “opening” is van Daniëls’ profetie, dan moet het dus vervuld zijn in de zomer van 70 na Christus.

    Onze volgende tijdsverklaring wordt gevonden in Openbaring 21:12. Daar zei Jezus tegen Johannes, “En zie, Ik kom spoedig en Mijn loon is bij Mij, om een ieder te vergelden naar dat zijn werk is”. Merk op dat Jezus niet zei dat “als ik kom, dan kom ik spoedig” Hij zei nadrukkelijk dat Hij spoedig zou komen. Maar Hij zei ook nog iets anders. Hij zei dat Hij iedereen zou belonen naar zijn werken. Nu zijn er mensen die stellen dat dit nog niet is gebeurd. We moeten echter Schrift met Schrift vergelijken, en halen daarbij de volgende tekstpassages aan, Mattheüs 16:27-28, Marcus 8:38-9:1 en Lucas 9:26-27.

    Jezus zei in deze drie verzen precies hetzelfde als Openbaring 21:12. In Openbaring 21, Hij zei dat “Hij zou komen en een ieder zal vergelden naar zijn werken.” In de drie genoemde tekstpassages zijn dit exact dezelfde “komsten” met exact dezelfde “beloningen”. Maar Jezus zei ook in deze drie verzen, “er zijn sommigen onder degenen, die hier staan, die de dood voorzeker niet zullen smaken, voordat zij de Zoon des mensen hebben zien komen in Zijn Koninkrijk”. Let op dat Jezus Zijn komst verbond met het leven van zijn discipelen. Hij zei dat sommige van zijn toehoorders niet zou sterven voordat Hij zou komen. Maar naar wie komt Hij? En wat zal hun loon zijn? Jezus zei dat Hij naar de eerste eeuw generatie van Israël zou komen (Mattheüs 24:34, Marcus 13:30, Lucas 21:32). Daniel vertelde ons dat sommigen zou worden beloond met “eeuwig leven” en sommigen met “eeuwig afgrijzen”. Laten we nu deze twee passages met elkaar vergelijken. Jezus zei dat Hij zou komen en hij iedereen zou belonen naar zijn werken, en dat een deel van de discipelen niet zou sterven voordat ze dit zouden zien gebeuren. En omdat alle discipelen dood zijn, moet Jezus al zijn teruggekeerd en iedereen hebben beloond naar zijn werken. Bovendien, in Openbaring zei Hij hetzelfde, dus daarom moet het allemaal al vervuld zijn!

    10.   Conclusie

    Van zowel externe en interne bewijsvoering van het boek Openbaring is de vroege datum theorie de enigste optie die goed harmonieert met de inhoud van het boek. Ofschoon de late datum theorie veelal geaccepteerd is door de meeste christenen (ook al rust deze theorie op één externe verklaring), het overweldigende bewijs in het boek Openbaring zelf wijst duidelijk naar een vroege datum van schrijven (ongeveer 62 na Christus), de tijd toen Johannes was verbannen naar het eiland Patmos gedurende de vervolging onder Keizer Nero.

    De inscriptie in het boek Openbaring, in de Syrische versie, voor het eerst gepubliceerd door Deuteronomium Dieu in 1627, en daarna in de Londense Polyglot, luidt als volgt: “De openbaring die God gaf aan de heilige Johannes de evangelist op het eiland Patmos, waarheen hij werd verbannen door Nero Caesar.” Eén van de oudste versies van de het nieuwe testament vertelt ons precies wanneer het boek Openbaring was geschreven!

    Dit plaatst het schrijven van het boek Openbaring definitief vóór het jaar 70 na Christus.

     

  10. Jij ook bedankt voor jou toelichting van jou visie, ze hebben daar een naam voor een futurist die gelooft in de dispensatie leer ha ha een mond vol 

    en voor hetgene waar ik in geloof  is de omschrijving particial preterist ha ha mooie termen, zoals jij ze leest de meeste moeten nog gebeuren en ik ze met dus een andere bril zie de meeste al gebeurt zijn 

    maar weet je sjako we zijn kinderen van de allerhoogste , bevrijd, gereinigd en geheiligd, geliefd, en begunstigd, door Jezus onze oudste broer en dat is de kern waar alles om draait  

    zonen en dochters van de allerhoogste  weltruste 

  11. hee Sjako de bruid van Christus zijn gemeente ( anne salamons op zoek naar de waarheid.nl)

    vergeef me voor deze studie die weer niet zo kort is maar wel erg de moeite waard 

    Er zijn heel veel christenen die nog steeds in afwachting zijn van een bruiloftsfeest van God met de kerk ergens in de toekomst. En als dat waar zou zijn, dan zou dat betekenen dat de kerk al 2000 jaar lang verloofd is met Jezus. Dat zou de langste verloving zijn ooit in de geschiedenis van een aanstaand huwelijk. Er klopt iets niet, de timing deugd niet!

    Laten we eens kijken naar de gelijkenis van het bruiloftsfeest die Jezus gaf in Mattheus 22.

    1 En Jezus antwoordde en sprak wederom in gelijkenissen tot hen en zeide: 2 Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een koning, die voor zijn zoon een bruiloft aanrichtte. 3 En hij zond zijn slaven uit om de ter bruiloft genodigden te roepen, doch zij wilden niet komen. 4 Wederom zond hij andere slaven uit, met de boodschap: Zegt de genodigden: Zie, ik heb mijn maaltijd bereid, mijn ossen en gemeste beesten zijn geslacht en alles is gereed; komt tot de bruiloft. 5 Maar zij sloegen er geen acht op en gingen heen, de een naar zijn akker, de ander naar zijn zaken. 6 De overigen grepen zijn slaven, en zij mishandelden en doodden hen. 7En de koning werd toornig, en hij zond zijn legers uit en verdelgde die moordenaars en stak hun stad in brand. 8 Toen zeide hij tot zijn slaven: De bruiloft is wel gereed, maar de genodigden waren het niet waard. 9 Gaat daarom naar de kruispunten der wegen en nodigt allen, die gij aantreft, tot de bruiloft. 10 En die slaven gingen naar de wegen en verzamelden allen, die zij aantroffen, zowel slechten als goeden. En de bruiloftszaal werd vol met hen, die aanlagen.

    11 Toen de koning binnentrad om hen, die aanlagen, te overzien, zag hij daar iemand, die geen bruiloftskleed aanhad. 12 En hij zeide tot hem: Vriend, hoe zijt gij hier gekomen zonder bruiloftskleed? En hij verstomde. 13 Toen zeide de koning tot de bedienden: Bindt hem aan handen en voeten en werpt hem uit in de buitenste duisternis; daar zal het geween zijn en het tandengeknars.

    14 Want velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.

    Deze uitnodiging kwam toen het evangelie voor het eerst aan de Joden werd verkondigd. Maar zij wilden niet komen en verontschuldigden zichzelf. Kijk wat er staat in vers 5,

    Maar zij sloegen er geen acht op en gingen heen, de een naar zijn akker, de ander naar zijn zaken.

    Maar daar bleef het niet bij, ook mishandelden en vermoordden zij de mensen die erop uitgestuurd waren door de koning. Dit is waarom de discipelen en de apostelen in de eerste eeuw werden vervolgd en gemarteld. Zij hoorden hen een boodschap verkondigen die niet in overeenstemming was met hun identiteit die gebaseerd was op de wetten van Mozes. De boodschap, dat het einde van het oude verbond in aantocht was, beviel hen niet. Jezus vertelde hen dat in Mattheus 23,

    31 Gij getuigt dus van uzelf, dat gij zonen zijt van de moordenaars der profeten. 32 Maakt ook gij de maat uwer vaderen vol! 33 Slangen, adderengebroed, hoe zult gij ontkomen aan het oordeel der hel? 34 Daarom, zie, Ik zend tot u profeten en wijzen en schriftgeleerden. Van hen zult gij sommigen doden en kruisigen en van hen zult gij anderen geselen in uw synagogen en vervolgen van stad tot stad, 35 opdat over u kome al het rechtvaardige bloed, dat vergoten werd op de aarde, van het bloed van Abel, de rechtvaardige, tot het bloed van Zacharias, de zoon van Berekja, die gij vermoord hebt tussen het tempelhuis en het altaar. 36 Voorwaar, Ik zeg u: Al deze dingen zullen komen over dit geslacht.

    Toen volgens de gelijkenis de koning het nieuws hoorde, hoe de ondankbare gasten met geweld zijn knechten aanvielen en vermoordden, zond hij zijn legers uit om de moordenaars te vernietigen en hun stad in brand te steken. Het resultaat was dat zijn knechten de straat op gingen om zoveel mogelijk mensen uit te nodigen voor het bruiloftsfeest.

    Deze gelijkenis is reeds vervuld omdat het gaat over gebeurtenissen die betrekking hadden op de Joden. De geschiedenis ondersteunt ons hierbij. Jezus kondigde de verwoesting van Jeruzalem aan door de Romeinse legers. Met de afwijzing van Israël voor de uitnodiging van God om op het bruiloftsfeest te komen ofwel de bruiloft van het Lam en het vermoorden van de heiligen, ging daarmee de profetie van het oordeel dat over de Joden zou komen in vervulling. Omdat zij Jezus afwezen waren zij niet van plan om bij de bruiloft aanwezig te zijn. Maar God gaf hun nog de tijd om zich te bekeren, zelfs toen de heiligen tot God riepen met het verzoek om haast te maken met het oordeel. Dit is wat Johannes in Openbaring er over zegt,

    9 En toen Hij het vijfde zegel opende, zag ik onder het altaar de zielen van hen, die geslacht waren om het woord van God en om het getuigenis, dat zij hadden. 10 En zij riepen met luider stem en zeiden: Tot hoelang, o heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet aan hen, die op de aarde wonen? 11 En aan elk hunner werd een wit gewaad gegeven, en hun werd gezegd, dat zij nog een korte tijd moesten rusten, totdat ook het getal vol zou zijn van hun mededienstknechten en hun broeders, die gedood zouden worden evenals zij (Openbaring 6).

    Openbaring 19 komt hier mee overeen. Nadat de hoer Babylon wordt geoordeeld en neervalt, volgt onmiddellijk de bruiloft van het Lam….

    1 Hierna hoorde ik als een luide stem ener grote schare in de hemel zeggen: Halleluja! Het heil en de heerlijkheid en de macht zijn van onze God, 2 want waarachtig en rechtvaardig zijn zijn oordelen, want Hij heeft de grote hoer geoordeeld, die de aarde met haar hoererij verdierf, en Hij heeft het bloed zijner knechten van haar hand geëist. 7 Laten wij blijde zijn en vreugde bedrijven en Hem de eer geven, want de bruiloft des Lams is gekomen en zijn vrouw heeft zich gereedgemaakt; 8 en haar is gegeven zich met blinkend en smetteloos fijn linnen te kleden, want dit fijne linnen zijn de rechtvaardige daden der heiligen.

    9 En hij zeide tot mij: Schrijf, zalig zij, die genodigd zijn tot het bruiloftsmaal des Lams. En hij zeide tot mij: Dit zijn de waarachtige woorden van God.

    Een niet goed geklede gast – Gedurende het feest in Mattheus 22 zag de koning dat er een man was binnengekomen zonder de juiste bruiloftskleding. Dus hem werd gevraagd hoe hij hier zo was binnengekomen. Hoe zag zijn bruiloftskleed er dan uit?

    Volgens Openbaring 19:7-8 is het bruiloftskleed de “rechtvaardige daden van de heiligen”. En deze rechtvaardiging wordt niet verkregen door de wet. Het is een gratis geschenk die we van God ontvangen. God maakt de mens rechtvaardig door Christus en wel uit genade, door het geloof in het evangelie van Jezus Christus.

    16 Want ik schaam mij het evangelie niet; want het is een kracht Gods tot behoud voor een ieder die gelooft, eerst voor de Jood, maar ook voor de Griek. 17 Want gerechtigheid Gods wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, gelijk geschreven staat: De rechtvaardige zal uit geloof leven (Romeinen 1:16-17).

    Deze man (een Judaïst) probeerde toegang te krijgen tot het feest als een ongelovige, ongewassen en daarom niet gereinigd door het bloed van het Lam.

    “Christen worden” is een uitnodiging tot het feest waarvan het echtpaar reeds een relatie zijn aangegaan en het huwelijkscontract al is ondertekend. De toegang tot het koninkrijk is niet langer gebaseerd op wat jij kan doen voor God, maar door geloof in het volbrachte werk van Jezus wat God overigens in jou uitwerkt. Geloof in Hem kleed ons met Zijn gerechtigheid.

  12. Hallo Foppe 1986 bedankt voor je reactie

    ik heb in mijn speurtocht (of er iets meer zou kunnen zijn tussen hemel en aarde of is er leven naar de dood ) heel veel bestudeerd 

    12 minuten geleden zei Foppe1986:

    andere ideeen (islam, boeddhisme, hindoeisem, atheïsme)

     en kwam zelf tot de conclusie en daardoor op mijn knieën, en een hele speciale ontmoeting dat God echt bestaat en dat hij een zoon heeft die Jezus heet,  toen ben ik me verder gaan verdiepen in wat God door de bijbel me verder nog meer allemaal te zeggen had (heel veel dus ) maar inderdaad God spreekt nu op vele verschillende manieren, en meestal zachtjes in mijn hart, en nu als antwoord op je vraag of al die wetenschappers het niet veel beter weten, ik ken ze niet, en er zijn veel verschillende stemmen , maar een ding weet ik wel 

    ik ken wel De stem van Jezus en daarom volg ik Hem  

  13. Ik begrijp dat jij dit nog niet gezien hebt, maar je zult natuurlijk het wel met me eens zijn dat niets zegt over het feit dat dit overal in de wereld wel of niet gebeurt

    misschien heb je ook nog nooit van roland en heidi baker of leif hetland , randyclark, tb joshua billjohnson hulkhogan en ga zo maar door gehoord er zijn zelf filmpjes van 

    ik heb zelf al twee mensen gesproken die net als lazarus al meerdere dagen dood waren en weer zijn gaan leven God is Goed  zijn gemeente een koninklijke familie steeds krachtiger

     

    en nog even over het koninkrijk ( uit studie anne salamons zoek de waarheid.nl met toestemming ) bij deze 

    Na profetische verwijzing naar de tijd dat Rome de wereld zou regeren in Daniël 2:40, vervolgde Daniël met te zeggen in vers 44, “Maar in de dagen van die koningen (de Caesars zoals Nero), zal de God des Hemels een koninkrijk oprichten, dat in eeuwigheid niet zal te gronde gaan…..”. Wanneer? Gedurende de overheersing van Rome, het bewind die tijdens de eerste eeuw de scepter zwaaide.

    Als we opnieuw spreken over deze zelfde tijdsperiode in Daniël 7:13-22, Daniël zei daar, “Ik bleef toekijken in de nachtgezichten en zie, met de wolken des hemels kwam iemand gelijk een mensenzoon; hij begaf zich tot de Oude van dagen, en men leidde hem voor deze; en hem werd heerschappij gegeven en eer en koninklijke macht, en alle volken, natiën en talen (de Wie) dienden hem. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die niet zal vergaan, en zijn koningschap is een, dat onverderfelijk is (vers 13-14)……… daarna zullen de heiligen des Allerhoogsten het koningschap ontvangen, en zij zullen het koningschap bezitten tot in eeuwigheid, ja, tot in eeuwigheid der eeuwigheden (vers 18)……… Ik zag, dat die hoorn (vermoedelijk Nero) strijd voerde tegen de heiligen en hen overmocht, totdat de Oude van dagen kwam en recht verschaft werd aan de heiligen des Allerhoogsten en de tijd naderde, dat de heiligen het koningschap in bezit kregen (vers 21-22)” Hoe kunnen nu al deze dingen niet wijzen naar de verschrikkelijke tijden die leiden naar het jaar 70 na Christus? Bovendien……..

    Laten we beseffen dat dit Koninkrijk komen moest tijdens het leven van de mensen in Matthëus 16:28 (binnen een tijdsbestek van ongeveer 40 jaar), maar ook.… en let op…. na het midden van de jaren 60 NC, toen Paulus sprak van Jezus’ komst in Zijn Koninkrijk in 2 Timotheüs 4:1 “ Ik betuig u nadrukkelijk voor God en Christus Jezus, die levenden en doden zal oordelen, in Zijn verschijning in Zijn koningschap”, en daarbij de komst van het Koninkrijk in het jaar 70 na Christus als enige logische keus overblijft.

     Conclusie

    Het Koninkrijk van God is een geestelijk Koninkrijk dat in al zijn volheid arriveerde in het jaar 70 na Christus en is het domein van Gods autoriteit over het hart en het leven van de mensen. Het Koninkrijk is hier en nu, en het is hier reeds 2000 jaar en het groeit en het zal blijven doorgroeien.

  14. Je hebt gelijk sjako 

    maar begrippen zoals 1000  of eindtijd of laatste dagen opname verdrukking en noem maar op worden wat mijn aangaat zo vaak uit zijn context gerukt en op elke situatie toegepast van nu dat zo.n studie zeer waardevol kan zijn en je niet van de ene in de andere antichrist rolt  naar het andere beest, of andere doom scenario 

    natuurlijk weer gehaald uit een context die niet van toepassing is op Hitler, Mussolini napoleon de paus de EU en ga zo maar door en aangehaald door een of ander televisie profeet waar iedereen weer achteraan rent , naar de wolken kijkt of de ammagedon nu toch echt wel eens moet gaan beginnen ipv 

    de hemel op aarde te demonstreren zoals God het volgens mij bedoeld heeft 

  15. Sjako als Jezus alle macht heeft zoals hij zelf zij mij is alle macht gegeven zoals in de hemel en ook op de aarde

    en hij openlijk Publiekelijk over satan getriomfeerd  en dit aan iedereen  heeft laten zien  heeft is er dan iemand anders die dat dan ook nog kan hebben 

    toen adam en eva de sleutels dus gezag weggaven ( plan a regeren met hem op aarde) aan de duivel heeft Jezus deze weer terug gepakt en ze aan zijn kerk gegeven 

    nog steeds plan a  dat wij onze autoriteit niet gebruiken  omdat we het evangelie niet begrijpen van het koninkrijk blijft het beperkt, maar de laatste tijd gaat alles in een stroomversnelling luther asusa street genezingen opwekkingen bevrijdingen massa bekeringen  volgen elkaar in een record tempo op

    de laatste 10 jaar zijn er meer dode opgestaan dan de afgelopen 500 jaar 

    zijn bruid krijgt het door wie ze is en zal een heel groot effekt gaan hebben op deze wereld en de duivel krijgt veel te veel aandacht, hij is een loser

    en wij gaan winnen

     

  16. hier is nog een stuk uit de studie van anne salamons (zoek de waarheid .nl)

    die een verhelderend beeld kan geven op daniel en de uitleg daarvan

     Daniëls profetie.

     In Daniël hoofdstuk 9 is een profetie die vijf specifieke dingen voorspelt: het tijdstip van de komst van de Messias, Zijn dood, het einde van het Oude Verbond, de bevestiging van het Nieuwe Verbond en de komende verwoesting van Jeruzalem. We beginnen met vers 24:

    “Zeventig weken zijn bepaald over uw volk en uw heilige stad, om de overtreding te voleindigen, de zonde af te sluiten, de ongerechtigheid te verzoenen, en om eeuwige gerechtigheid te brengen, gezicht en profeet te bezegelen en iets allerheiligst te zalven.” (Daniël 9:24)

    God sprak tegen Israël en gaf hun een periode van 490 jaar van genade om hun de gelegenheid te geven terug te keren van hun wegen. Bijbelleraars zijn het er over eens dat de profetische numerologie laat zien dat de “zeventig weken” in deze tekst overeenkomt met 490 jaar (zie Genesis 29:27; Leviticus 25:8; Numeri 14:34 en Ezechiël 4:4-6).

    In het volgende vers, verklaarde God dat Hij de klok niet onmiddellijk zou starten, maar dat de 490 jaar zou starten wanneer de Koning zei dat Jeruzalem herbouwd moest worden. Hij verklaarde ook in deze tekstpassage in welke periode Zijn Zoon, de Messias, naar Israël zou komen.

    “Weet dan en versta: vanaf het ogenblik, dat het woord uitging om Jeruzalem te herstellen en te herbouwen tot op een gezalfde, een vorst, zijn zeven weken; en tweeënzestig weken lang zal het hersteld en herbouwd blijven, met plein en gracht, maar in de druk der tijden.” (Daniël 9:25)

    Het bevelschrift om Jeruzalem te herbouwen was afgegeven in 457 voor Christus onder Artaxerxes, de koning van Perzië (zie Ezra 7:12-26). Vanaf de tijd dat Artaxerxes dit verklaarde (457 voor Christus) tot 27 na Christus was 483 jaar. In het jaar 27 na Christus kwam Jezus op het toneel (bevestigd in zijn doop) , precies zoals deze profetie voorspeld had. De profetie vervolgt met het voorspellen van de dood van de Messias,

    “En na de tweeënzestig weken (inclusief de vorige 7 weken, totaal 69 weken ofwel 483 jaar)  zal een gezalfde (Jezus) worden uitgeroeid, terwijl er niets tegen hem is;” (Daniël 9:26)

    Nadat de profetie was geëindigd te spreken over de periode van 490 jaar van genade die aan Israël was gegeven (die de juiste datum van de Messias’ komst en Zijn dood profeteerde), spreekt het vervolgens over komende verwoesting van Jeruzalem.

    “en het volk (de rebelse Joden) van een Vorst (Jezus) die komen zal, zal de stad en het heiligdom te gronde richten, maar zijn einde zal zijn in de overstroming (Romeinse legers); en tot het einde (van Jeruzalem) toe zal er strijd zijn: verwoestingen, waartoe vast besloten is.” (Daniël 9:26)

    Nadat dit gedeelte van de profetie neemt God een moment om duidelijkheid te scheppen over de laatste zeven jaar van de periode van 490 jaar van genade. Hij verklaart dat halverwege de laatste zeven jaar de Messias een Nieuw Verbond zal versterken (zie Mattheüs 26:28) en een einde zal maken aan het Oude Verbond met zijn offersysteem.

    “En Hij (Jezus) zal velen het verbond versterken één  week; in de helft van de week zal hij slachtoffer en spijsoffer doen ophouden;” (Daniël 9:27, SV)

    Deze profetie vertelde precies wanneer de Messias zou verschijnen (27 na Christus), en dat de Messias zou sterven, en dat Hij halverwege de laatste zeven jaar van de 490 jaar, een einde zou maken aan het offersysteem. En Jezus deed dit, zoals Hij beloofd had, bij Zijn dood aan het kruis, precies drie en een half jaar na het jaar 27 na Christus.

    Dit brengt ons bij een fascinerend detail van de evangeliën. Toen Petrus Jezus vroeg hoeveel keer hij zijn broeder vergeven moest, daarbij suggererend dat zeven keer wel genoeg zou zijn, antwoordde Jezus dat hij zeventig maal zeven keer, dat is 490 jaar moest vergeven. Jezus verwees hierbij naar de profetie van Daniël en Hij vertelde Petrus op dezelfde manier vergevend te zijn, zoals ook God zijn volk vergaf (zie Mattheüs 18:21).

    Samenvattend: Daniël hoorde de profetie van de periode van 490 jaar van genade die aan zijn volk was gegeven. Hij hoorde dat de 490 jaar zou beginnen wanneer het bevelschrift om Jeruzalem te herbouwen was uitgevaardigd. Nadat de verordening was uitgegeven begon de klok te tikken, en er zou 483 jaar voorbijgaan en daarna zou de Messias verschijnen, wat ook gebeurde in het jaar 27 na Christus, toen Jezus met zijn bediening (na Zijn zalving, de doop) begon. Vervolgens zou de Messias gedurende de laatste zeven jaar van de 490 jaar van genade ter dood gebracht worden en maakte daarmee officieel een einde aan de dierenofferanden. Dit gebeurde in het jaar 30 na Christus. Van de 490 jaar blijven er nu nog drie en een half jaar op de klok over.

    Ongeveer drie en een half jaar na de dood en opstanding van Jezus, werd Stefanus terechtgesteld, onder het toeziend oog van de hogepriester van de synagoge (Handelingen 7:1, 54-60). Dit betekende het einde van Gods genade klok voor Jeruzalem. Niet veel later werd Paulus bekeerd en stuurde God hem naar de heidenen (zie Handelingen 9:1-5), daarna gaf God Petrus een visioen over onreine dieren en stuurde hem vervolgens naar het huis van Cornelius om daar het evangelie te brengen (zie Handelingen 10). Dit completeerde de periode van 490 jaar van genade die God aan zijn volk gegeven had, vanaf toen was het heil niet alleen meer voor de Joden. “God was van meet aan erop bedacht geweest een volk voor zijn naam uit de heidenen te vergaderen” (Handelingen 15:14). De vervallen hut van David weer opgebouwd, “opdat het overige deel van de mensen de Here zoeke” (Handelingen 15:16-17).

     De gruwel der verwoesting

     In Matthëus 23 lezen we van Jezus die in de tempel weeën en oordelen uitsprak over de goddeloze Israëlieten van die dagen. Hij verklaarde hun vernietiging en de verwoesting van Jeruzalem met de tempel. Daarna verwees Jezus in Matthëus 24:15 naar het laatste vers van Daniël 9.

    “Wanneer gij dan de gruwel der verwoesting, waarvan door de profeet Daniël gesproken is, op de heilige plaats ziet staan – wie het leest, geve er acht op – laten dan wie in Judea zijn…,” (Matthëus 24:15)

    Het laatste gedeelte van Daniël 9:27 waar Jezus naar verwees zegt:

     “en op een vleugel van gruwelen zal een verwoester komen, en wel tot aan de voleinding toe, en waartoe vast besloten is, dat zal zich uitstorten over wat woest is.” (Daniël 9:27)

    We zien van wat Jezus zegt in Matthëus 24:15 dat wanneer zijn toehoorders in de eerste eeuw de “gruwel die de verwoesting veroorzaakt” zouden zien , zij naar de bergen in Judea zouden vluchten. Gelukkig vertelde Jezus ons precies wie de “gruwel van de verwoesting” was in de parallel evangelie van Lucas: “Zodra gij nu Jeruzalem omsingeld ziet, weet dan, dat zijn verwoesting nabij is” (Lucas 21:20). Het Romeinse leger die Jeruzalem omsingelde en vervolgens de stad totaal vernietigde was de “gruwel der verwoesting”.

    De profetie van Daniël 9 is hoogst opmerkelijk. Het bevat verbazingwekkende voorspellingen van de komst van Jezus, Zijn dood, het einde van het offersysteem en de bekrachtiging van het Nieuwe Verbond. Maar ook bevatte het de voorspelde verwoesting van Jeruzalem en de tempel. Het is noodzakelijk dat de moderne kerk de gelovigen onderwijst aangaande de verwoesting in 70 na Christus, omdat het een letterlijk voorspeld onderdeel is van het Messiaanse evangelie van Jezus Christus. Ofschoon niet zo plezierig, is het geen goede reden om dit onderwijs buiten beschouwing te laten, want ook het kruis is een geen prettig  verhaal, maar toch is het een centraal onderwerp in de boodschap van elke rechtschapen prediker.

    De verwoesting van Jeruzalem met de tempel en zijn priesterschap  is een belangrijk onderdeel van het evangelie van Jezus Christus. Als je de reikwijdte van de verwoesting van Jeruzalem 70 na Christus niet begrijpt, mis je een groot deel van het verlossingsverhaal van Jezus. De verwoesting van Jeruzalem is nauw verwant met de maagdelijke geboorte, het kruis en de opstanding van Jezus en is een belangrijke onderdeel van het evangelie.

     Een evangelie van veroordeling?

     Het verlossingsverhaal geprofeteerd in het oude testament (zie Daniël 9:24-27) bevatte:

    De komst van de Messias

    De dood van de Messias

    Het einde van het Oude Verbond

    De bekrachtiging van het Nieuwe Verbond

    De komende verwoesting van Jeruzalem

    Het vijfde punt, de verwoesting van Jeruzalem, was de totale verwijdering van het Oude Verbond en de bekrachtiging van het Nieuwe Verbond die in al zijn volheid arriveerde. De meeste christenen hebben nog nooit gehoord over de verwoesting 70 na Christus en dus missen zij een groot gedeelte van de boodschap van verlossing. Dramatisch eigenlijk, je zou dit kunnen vergelijken met iemand die 50 jaar christen is en dan voor het eerste hoort dat Jezus uit een maagd geboren is.

    Door heel Jezus zijn bediening kunnen we de nadruk zien die Jezus legt op de komende verwoesting. Heel Matthëus werkt naar een climax, vanaf Johannes de doper die het oordeel aankondigde (“de bijl die ligt aan de wortel der bomen”) tot aan de beschrijving en de uitvoering daarvan in hoofdstuk 24, bekend als de Olijfberg Rede. In feite is de Olijfberg Rede één van de grootste en zeker de langste geregistreerde profetie van Jezus (Matthëus 24; Marcus 13; Lucas 21). En zoals we hebben gezien is dit het verhaal van Jezus over de verwoesting van Jeruzalem.

    Zoals we eerder zagen, toen Jezus was gezalfd voor zijn bediening haalde Hij Jesaja 61:1-2 aan in Lucas 4:18-19, waar hij het laatste gedeelte van de tekst “en de dag der wrake van onze God” wegliet. Later voltooide hij deze tekstpassage van Jesaja in Lucas 21:21, waar hij de verwoesting van Jeruzalem voorspelde. Drie jaar lang focuste Hij zich hoofdzakelijk op het eerste gedeelte van Zijn missie; daarna verklaarde Hij in Lucas 21:21 zijn laatste gedeelte van zijn Missie, de dag van oordeel over Jeruzalem.

    “De Geest des Heren HEREN is op mij, omdat de HERE mij gezalfd heeft; Hij heeft mij gezonden om een blijde boodschap te brengen aan ootmoedigen, om te verbinden gebrokenen van hart, om voor gevangenen vrijlating uit te roepen en voor gebondenen opening der gevangenis; 2 om uit te roepen een jaar van het welbehagen des HEREN….(dit betreft het tekstgedeelte van Lucas 4:18-19). Vervolgens eindigde Hij met het aanhalen van de tekstpassage uit Jesaja in Lucas 21:22, “en een dag der wrake van onze God;” (Jesaja 61:2), met “en dit zijn de dagen van vergelding, waarin alles wat geschreven is, in vervulling gaat” (Lucas 21:22).

    Jezus sprak hier ook over in de diverse gelijkenissen. Bijvoorbeeld in Matthëus 21:33-46 vertelde Jezus de gelijkenis aan de Farizeeërs waar Hij sprak over de onrechtvaardige pachters en waar God “een kwade dood de kwaden (die de zoon van de heer des huizes hadden gedood) zal doen sterven” en hun Koninkrijk van hun afgenomen zou worden. Even later in Matthëus 22:5-7, waar Hij (Jezus) sprak over een koning die een bruiloft voor zijn zoon aanrichtte en Hij verderop zei dat wanneer de koning zou terugkomen om af te rekenen met hen die zijn slaven hadden gedood, Hij hun stad in brand zou steken, wat een duidelijke referentie is naar de komende verwoesting van Jeruzalem.

    Toen Johannes de Doper profeteerde dat Jezus zou komen, zei hij dat Jezus zou dopen (onderdompelen) met de Heilige Geest en met vuur.

    “Ik doop u met water tot bekering, maar Hij, die na mij komt, is sterker dan ik; ik ben niet waardig Hem zijn schoenen na te dragen; die zal u dopen met de heilige Geest en met vuur.” (Matthëus 3:11)

    De onderdompeling met de Heilige Geest vond plaats met Pinksteren, maar de onderdompeling met vuur vond plaats met de verwoesting van Jeruzalem waarbij de stad tot de grond toe afbrandde. Zoals we straks zullen zien werd dit ook bevestigd door Petrus in Handelingen 2.

    In Matthëus 24 vroegen de discipelen Jezus over het einde van de wereld (einde Mozaïsch tijdperk), en Jezus antwoordde hierop met de uitleg over de komende verwoesting. Drie jaar lang had Hij zijn hand uitgestoken naar Zijn volk, maar “de zijnen hebben Hem niet aangenomen” (Johannes 1:11). Aan het einde van Zijn bediening focuste Hij zich speciaal op de vernietiging van het Oude Verbondssysteem. In Matthëus 22 sprak Hij van een komen om de stad in brand te steken. In Matthëus 23 wijdde Hij het hele hoofdstuk aan de komende wraak tegen religieuze leiders die eindigde met een verklaring dat Hij verlangde hun onder Zijn vleugels te vergaderen, maar “gij hebt niet gewild” (zie Matthëus 23:37). Toen verklaarde Hij dat al het bloed van de Oude Testament profeten in oordeel zou komen over het hoofd van hun generatie (zie Matthëus 23:31-36). Daarna gaf Jezus gedetailleerde antwoorden aan Zijn discipelen aangaande het komende oordeel. Zoals we kunnen zien was de “komende verwoesting” een groot deel van het evangelie van Jezus.

    Op dezelfde manier vinden we aan het einde van het boek Hebreeën een tegenstelling tussen de fysieke aanbidding in het aardse Jeruzalem en de geestelijk aanbidding in het Hemelse Jeruzalem. Aan het einde van deze tegenstelling, zegt de schrijver dat alles dat kan wankelen, ook zal wankelen (een duidelijke verwijzing naar de verwoesting in 70 na Christus) en dat alleen de geestelijke aanbidding overblijft.

    “Toen heeft zijn stem de aarde doen wankelen, doch thans heeft Hij een belofte gegeven, zeggende: Nog eenmaal zal Ik niet slechts de aarde, maar ook de hemel doen beven (een aanhaling uit Haggai 2:6). Dit: nog eenmaal, doelt op een verandering der wankele dingen als van iets, dat slechts geschapen is, opdat blijve, wat niet wankel is. Laten wij derhalve, omdat wij een onwankelbaar koninkrijk ontvangen, dankbaar zijn en hierdoor God vereren op een Hem welbehaaglijke wijze met eerbied en ontzag, want onze God is een verterend vuur.” (Hebreeën 12:26-29).

    Let op de verwijzing naar vuur en specifiek naar de verklaring dat “God een verterend vuur” is. deze tekstpassage was een voorafschaduwing van het feit dat God binnen niet al te lange tijd het aardse aanbiddingssysteem met een verterend vuur zou verbranden!

    Door heel het Nieuwe Testament vinden we dat de eerste gemeenten gefocust waren op de komende verwoesting van Jeruzalem en de tempel. Het was een integraal onderdeel van het Goede Nieuws dat Jezus gebracht had. Dat oordeel zou het eerst beginnen met het huis van God (zie 1 Petrus 4:17). God zou Zijn huis schoonwassen en Zijn geestelijk Koninkrijk in al zijn volheid bekrachtigen bij de definitieve verwijdering van de vorige instelling. De eerste gemeenten verwezen naar deze komende gebeurtenis als de “laatste dagen”, het “einde van de eeuwen”, “einde der wereld” en de “dag van oordeel”. Ook voor hun was dit een belangrijk onderdeel voor het interpreteren van de boodschap van Jezus en was het de gedachtegang van de eerste gemeenten.

    Het einde van de wereld/eeuwen

    Matthëus 13:39 – de oogst is de voleinding der wereld.

    Matthëus 13:40 – zo zal het gaan bij de voleinding der wereld.

    Matthëus 13:94 – zo zal het gaan bij de voleinding der wereld.

    Matthëus 24:3 – en wat is het teken van uw komst en de voleinding der wereld?

    Hebreeën 9:26 – maar thans is Hij éénmaal, bij de voleinding der eeuwen verschenen.

    1 Korinthiërs 10:11 over wie het einde der eeuwen gekomen is.

    Het einde

    Matthëus 10:22 – maar wie volhardt tot het einde, zal behouden worden.

    Matthëus 24:6 – Maar het nog is het einde niet gekomen.

    Matthëus 24:13 – maar wie volhardt tot het einde, die zal behouden worden.

    Matthëus 24 14 – en dan zal het einde gekomen zijn.

    1 Korinthiërs 1:8 – Hij zal u ook bevestigen tot het einde toe.

    Hebreeën 3:6 – waarin wij roemen tot het einde.

    Hebreeën 3:14 – tot het einde onverwrikt vasthouden.

    Hebreeën 6:11 – dat ieder uwer dezelfde ijver blijve betonen….tot het einde toe.

    1 Petrus 4:7 het einde aller dingen is nabij gekomen.

    De laatste tijd, dagen etc.

    1 Timotheüs 4:1 – dat in latere tijden sommigen zullen afvallen van het geloof.

    2 Timotheüs 3:1 – dat er in de laatste dagen zware tijden zullen komen.

    Hebreeën 1:2 – heeft Hij nu in het laatste der dagen tot ons gesproken in de Zoon.

    Jacobus 5:3 – terwijl het de laatste dagen zijn.

    1 Petrus 1:5 – welke gereed ligt om geopenbaard te worden in de laatste tijd.

    1 Petrus 1:20 – doch is bij het einde der tijden geopenbaard ter wille van u.

    2 Petrus 3:3 – dat er in de laatste dagen spotters zullen komen.

    1 Johannes 2:18 – het is het laatste uur.

    Judas 2:18 – aan het einde des tijds zullen er spotters komen.

    De dag des Heren, God, etc.

    2 Petrus 3:12 – vol verwachting u spoedende naar de komst van de dag Gods.

    1 Thessalonicenzen 5:2 – dat de dag des Heren zo komt, als een dief in de nacht.

    1 Korinthiërs 1:8 – zodat gij onberispelijk zult zijn op de dag van onze Here Jezus Christus.

    1 Korinthiërs 5:5 – opdat zijn geest behouden worde in de dag des Heren.

    2 Korinthiërs 1:14 – evenals gij de onze (roem zijn) op de dag des Heren.

    Handelingen 2:20 – voordat de grote en doorluchtige dag des Heren komt.

    Judas 6 – voor het oordeel van de grote dag.

    Romeinen 2:5 – hoopt gij uw toorn op tegen de dag des toorns.

    Het “einde van de eeuwen”, “het einde”, “de laatste tijd”, “de laatste dagen”, “de dag des Heren” zijn zeer specifieke verwijzingen naar de dagen tussen Jezus’ profetie van Matthëus 24 en zijn vervulling in het jaar 70 na Christus. Dit waren de “laatste dagen” van het Judaïsme, van het Oude Verbondssysteem,  de laatste dagen van Jeruzalem met zijn tempel. Er zijn velen die niet begrijpen dat de Oude Verbondseeuw eindigde met deze verwoesting  70 na Christus terwijl heel het Nieuwe Testament daarover spreekt. Wij leven nu in een nieuw Koninkrijk, een Koninkrijk dat eeuwig is, en die groeit en zonder einde is (meer hierover wat later).

    De doop van de Heilige Geest waarover Johannes de Doper profeteerde, vond plaats op de dag van het Pinksterfeest in Handelingen 2. Bij dat evenement sprak Petrus specifiek over een toekomstige doop in vuur: de verwoesting van Jeruzalem.

    “maar dit is het, waarvan gesproken is door de profeet Joël (zie Joël 2:28-32): En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouderen zullen dromen dromen: ja, zelfs op mijn dienstknechten en mijn dienstmaagden zal Ik in die dagen van mijn Geest uitstorten en zij zullen profeteren. En Ik zal wonderen geven in de hemel boven en tekenen op de aarde beneden: bloed en vuur en rookwalm. De zon zal veranderen in duisternis en de maan in bloed, voordat de grote en doorluchtige dag des Heren komt (De komende verwoesting van Jeruzalem). En het zal zijn, dat al wie de naam des Heren aanroept, behouden zal worden.”  (de rest van Joël 2:32 eindigt met: “want op de berg Sion en te Jeruzalem zal ontkoming zijn, zoals de HERE gezegd heeft; en tot de ontkomenen zullen zij behoren, die de HERE zal roepen.”) (Handelingen 2:17-21)

    In deze boodschap, verwees Petrus duidelijk naar dezelfde verwoestende gebeurtenis waarvan Jezus had gesproken in Matthëus 24:29-30. Petrus zei de dag van Pinksteren de vervulling was van deze profetie van Joël en vlak daarop verwees hij naar de komende verwoesting. Petrus zei dat door de uitstorting van de Heilige Geest bevestigd werd dat zij in de laatste dagen leefden en dat het volgende dat zou plaats vinden, de verwoesting van Jeruzalem zou zijn. Toen zei hij dat ieder die de naam des Heren aan zou roepen, gered zou worden, waarbij hij niet alleen verwees naar de redding door Jezus, maar ook naar de eerste eeuw christenen die beschermd zouden worden voor de verwoesting van Jeruzalem.

    Dit brengt een nieuw gezichtspunt naar voren over de gave van het spreken in tongen. Naast de andere voordelen van het spreken in tongen was dit ook een profetisch teken die verwees naar de komende verwoesting van Jeruzalem.

     Spreken in Tongen

     Het idee dat het spreken in tongen een bevestiging van de komende verwoesting van Jeruzalem is, zal voor de meest lezers een nieuw concept zijn. Maar Paulus bevestigde dit idee ook in de eerste brief aan de Korinthiërs:

    “In de wet staat geschreven: Door lieden van een andere taal en door lippen van vreemden zal Ik tot dit volk spreken, en toch zullen zij naar Mij niet luisteren, zegt de Here (een aanhaling uit Jesaja 28:11). Derhalve zijn de tongen een teken niet voor hen, die geloven, maar voor de ongelovigen; de profetie echter is niet voor de ongelovigen, maar voor hen, die geloven.” (1 Korinthiërs 14:21-22)

    Paulus haalt hier Jesaja 28:11 aan, waar hij laat zien dat Jesaja had geprofeteerd over de gave van het spreken in tongen. Wanneer wij de rest van de profetie van Jesaja lezen, kunnen we zien dat hij niet alleen over het spreken in tongen profeteerde, maar ook over de goddeloosheid van de Joden, Jezus’ komst en Gods oordeel over Israël. Hier zijn de 3 tekstgedeeltes uit Jesaja 28 die spreken over deze drie gebeurtenissen:

    1.       Goddeloosheid

     “Zo zal voor hen het woord des HEREN zijn: wet op wet, wet op wet, eis op eis, eis op eis, hier wat, daar wat, opdat zij bij hun gaan achterwaarts struikelen en te pletter vallen, verstrikt en gevangen worden. Daarom, hoort het woord des HEREN, gij spotters, heersers over dit volk in Jeruzalem. Omdat gij zegt: Wij hebben een verbond met de dood gesloten en met het dodenrijk een verdrag gemaakt; wanneer de voortstormende gesel doortrekt, zal hij ons niet bereiken, want wij hebben leugen tot onze schuilplaats gesteld en in bedrog ons verborgen.” (Jesaja 28:13-15)

    2.       Jezus de Hoeksteen

    “daarom, zo zegt de Here HERE: Zie, Ik leg in Sion een steen ten grondslag, een beproefde steen, een kostbare hoeksteen van een vaste grondslag (zie Matthëus 21:42); hij die gelooft, haast niet. En ik zal het recht tot meetsnoer maken en de gerechtigheid tot paslood;” (Jesaja 28:16-17)

    3.       Gods oordeel

    “en de hagel zal de leugenschuilplaats wegvagen en het water zal de toevlucht wegspoelen. Dan zal uw verbond met de dood uitgewist worden en uw verdrag met het dodenrijk zal geen stand houden; wanneer de voortstormende gesel doortrekken zal, dan zult gij daardoor vertrapt worden. Zo dikwijls als hij zal doortrekken, zal hij u grijpen; want morgen aan morgen zal hij doortrekken, bij dag en bij nacht, en het verstaan van de openbaring zal louter verschrikking zijn.” (Jesaja 28:17-19)

    Als we deze uitgebreide tekstpassages in Jesaja 28 lezen, kunnen we duidelijk zien dat de komst van de gave van het spreken in tongen ook een teken was van de komende verwoesting van Jeruzalem.

    Het wonder van Pinksteren was een schokkende boodschap voor Israël. Zij wisten wat dit betekende. Het was een teken van God dat de kostbare Hoeksteen was gekomen en dat Israël Hem had afgewezen tot hun eigen ondergang (Matthëus 21:42-44; 1 Petrus 2:6-8). Het was het teken van oordeel en afkeuring, het sein dat de goddelozen van Jeruzalem op het punt stonden “achterwaarts struikelend te pletter vallen, verstrikt en gevangen genomen te worden” (Jesaja 28:13). De laatste dagen van Israël waren gekomen: de oude eeuw was aan zijn eind gekomen, Jeruzalem zou worden weggevaagd om in een nieuwe vloed plaats te maken voor Gods Nieuwe Schepping. Zoals Paulus zei, de gave van het spreken in tongen was,

    “een teken niet voor hen, die geloven, maar voor de ongelovigen” (1 Korinthiërs 14:22) – (een teken voor de ongelovige Joden voor de naderende ondergang.)

    De eerste gemeente keek vooruit naar de komst van de nieuwe eeuw, het nieuwe Koninkrijk. Zij wisten dat met het zichtbare einde van het Oude Verbondssysteem, de gemeente geopenbaard zou worden als de nieuwe, en ware tempel van God; en het werk waarvoor Jezus zou komen, zou worden volbracht. Dit was een belangrijk onderdeel van de verlossing, en de eerste generatie christenen keken vooruit naar deze gebeurtenis, die in hun eigen leven zou plaats vinden. Gedurende deze periode van wachten en allerlei beproevingen verzekerde de apostel Petrus hun dat zij werden “bewaard in de kracht Gods door het geloof tot de zaligheid (verlossing), welke gereed ligt om geopenbaard te worden in de laatste tijd” (1 Petrus 1:5). Zij stonden op de drempel van nieuwe wereld.

    Dit verhaal laat de grote verschuiving zien die plaats vond tussen het Oude Verbond en het Nieuwe Verbond, te beginnen met de dood en de opstanding van Jezus en met als climax de verwoesting van Jeruzalem en de tempel. Op deze manier ontvingen de vroege gelovigen het vervulde Koninkrijk in hun dagen, en de gemeente heeft sindsdien het Koninkrijk tot verdere bloei gebracht en aan deze opdracht komt geen einde.

     Conclusie

    Daniël 9 profeteerde de exacte periode van:

    De Komst van de Messias

    De dood van de Messias

    Het einde van het Oude Verbond

    Het bekrachtigen van het Nieuwe Verbond

    De komende Verwoesting van Jeruzalem

    De verwoesting van Jeruzalem is onderdeel van de Messiaanse profetie.

    Jezus’ komst dompelde Jeruzalem onder in een doop van vuur.

    Jezus liet het oude systeem wankelen en bracht een onwankelbaar Koninkrijk.

    Voor de eerste gemeente betekende de “laatste dagen” de periode vóór 70 na Christus.

    De komst van de gaven van het spreken in tongen op de dag van Pinksteren was tevens een bevestiging van de komende verwoesting van Jeruzalem.

    “Hem zij de heerlijkheid in de gemeente en in Christus Jezus tot in alle geslachten, van eeuwigheid tot eeuwigheid! Amen” (Efeziërs 3:21)

  17. nog even over het 1000 jaar fenomeen 

    Wist je dat de uitdrukking “duizendjarige rijk van Christus” niet voorkomt in de bijbel?

    Ook zul je nergens in de bijbel de frase “duizend jaar regeren” tegenkomen. Wel komen we de passage “duizend jaar heersen” tegen in Openbaring 20, de verzen 4 en 6. Daarom is niet goed om op deze symbolische passage een heel systeem van opvattingen over het einde van de tijden en de status van het koninkrijk op te bouwen. Helemaal wanneer deze uitlegging in strijd is met andere duidelijke passages uit de bijbel.

    Openbaring 20:3-8 is het enige gedeelte in de hele bijbel, dat de zogenaamde premillennialisten hebben als de basis voor de “duizend jaar regeren.”, en dit heeft geleid tot diverse eindtijd variaties!

    Ten eerste moet worden opgemerkt dat de Schrift niet spreekt van “de duizendjarige regering van Christus . “ Openbaring 20:4 zegt: “… en ik zag de zielen van hen die onthoofd waren om het getuigenis van Jezus en om het woord van God, … en zij leefden en heersten als koningen met Christus, duizend jaren. “ Het is niet Christus die 1000 jaar regeert, maar gelovigen die gedood werden, die regeren duizend jaar met Christus.

    Christus is niet het onderwerp. Openbaring 20:4 gaat niet over hoe lang Jezus zal regeren, maar hoe lang anderen zullen regeren met Jezus. En dat is een groot verschil.

    Er zijn een aantal dingen die niet genoemd wordt in Openbaring 20:

    Ten eerste, is het geen melding van de tweede komst van Christus.

    Ten tweede, wordt er niet gesproken over een regeren op aarde.

    Ten derde, spreekt deze passage niet van een lichamelijke opstanding.

    Ten vierde, er wordt niet gesproken van Christus op aarde.

    En ten vijfde, het gaat niet ons, maar “zij” leefden en heersten als koningen met Christus, duizend jaren.

    Wie zijn de “zij” die leefden en heersten als koningen met Christus? De zielen van hen die onthoofd waren om het getuigenis van Jezus. In een eerder hoofdstuk van dit zelfde boek Openbaringen, hoofdstuk 6:9-1, is het beeld van de zielen van de martelaren onder het altaar, die waren geslacht (gedood) om het woord van God. Hier zitten de martelaren op de tronen, Gods oordeel is onvermijdelijk gekomen. De overwinning kwam in de geestelijke wereld (niet de fysieke) tot stand, en God verzegelde hun overwinning. Deze passage spreekt alleen van de “doden” die regeren met Christus, deze passage spreekt niet over diegenen die “leven” en zullen regeren met Christus.

    De passage vermeldt ook de eerste opstanding, in scherp contrast met de tweede dood. Het punt is niet dat de rechtvaardige duizend jaar over de goddelozen gaat regeren, een fysieke heerschappij op aarde, maar dat werk van Jezus Christus, waarvoor de martelaren stierven gezegevierd heeft. De macht van het kwaad is voor eeuwig gebroken. God heeft overwonnen.

    Deze passage zegt niets over de komst van Jezus naar deze aarde waar Hij een wereldse koninkrijk in Jeruzalem zal oprichten – dit is allemaal fictie en is geboren uit leerstellingen van de mens en niet uit de heilige schrift.

    Openbaring 20:4, “… en zij leefden en heersten als koningen met Christus, duizend jaren.”

    Dit is waar de uitdrukking “1000 jaar regeren” vandaan komt. Het juiste gebruik zou worden beperkt tot wat Johannes beschrijft op dit punt. De zogenaamde “premillennialisten” geloven dat ze de wereldse overwinnaars zullen zijn met Christus, wanneer Hij komt om duizend jaar op deze aarde regeren, maar Paulus zegt dat “wij meer dan overwinnaars zijn door Hem die ons heeft liefgehad”, nu! En dit is de essentie van wat Johannes in het boek Openbaring ons probeert duidelijk te maken. Er is geen reden om onderscheid te maken tussen deze twee regeringen. Er is geen reden om te geloven (anders dan ongeduld of ontevredenheid met Gods plan voor ons) dat er iets beters komt op deze aarde, dan nu hier met Hem regeren in Zijn koninkrijk.

    In Openbaring 20:6, is de eerste opstanding duidelijk van toepassing op die in Christus gestorven zijn, die leefden en heersten als koningen met Christus, over een fictieve periode “1000-jaar” in afwachting op het laatste oordeel en de algehele opstanding van de rechtvaardigen en goddelozen. De tweede dood is de ultieme dood van de verlorenen die dat zullen ervaren tijdens dat oordeel, de eerste dood is dus een fysieke dood. Bij de heiligen en ware gelovigen die de eerste dood fysiek ervaren, heeft de tweede dood geen macht.

    Terwijl de hoofd strekking van Openbaring 20:6 is, dat de rechtvaardige doden samen met Christus leven en regeren, is er geen reden om aan te nemen dat wij op deze aarde niet mee regeren. Een van de grote nadelen van de “premillennialisten” is dat, in hun zoektocht naar een toekomstig, werelds koninkrijk, zij niet de zegeningen van het regeren met Christus in hun leven ervaren.

    Laten we nu schrift met schrift gaan vergelijken om de “duizend jaar” te kunnen interpreteren. In de bijbel, wordt het woord “duizend” wanneer het  naar tijd verwijst, altijd symbolisch gebruikt om een vooraf door God bepaalde tijd aan te geven. In andere gevallen wordt het altijd symbolisch gebruikt om een groot aantal mensen of dingen aan te geven. In ieder geval kan niemand in de volgende gevallen het getal “duizend” letterlijk interpreteren:

    Personen of Dingen

    Job 9:3, “Indien Hij met hem wilde gaan rechten, niet één op duizend zou hij Hem kunnen antwoorden.”

    Psalmen 50:10, “Want Mij behoort al het gedierte van het woud, de beesten op duizend bergen.”

    Prediker 7:28, “….een man uit duizend heb ik gevonden, maar een vrouw onder die allen heb ik niet gevonden.”

    Hooglied 4:4, “….waar er duizend schilden hangen, allemaal schilden van helden.”

    Daniël 5:1, “De koning Belsazar maakte een grote maaltijd voor zijn duizend geweldigen, en hij dronk wijn voor die duizend.”

    Daniël 7:10, “….duizendmaal duizenden dienden Hem, en tien duizendmaal tien duizenden stonden voor Hem.”

    Dagen, Jaren, en Generaties

    Deuteronomium 7:9, “….die het verbond en de goedertierenheid houdt jegens hen die ….en Zijn geboden houden tot in duizend geslachten;”

    1 Kronieken 16:15, “Gedenk voor immer aan zijn verbond, het woord, dat Hij gebood aan een duizend geslachten;”

    Psalmen 84:10, “Want een dag in Uw voorhoven is beter dan duizend.”

    Psalmen 90:4, “Want duizend jaren zijn in Uw ogen als de dag van gisteren, wanneer hij voorbijgegaan is,”

    Psalmen 105:8, “Hij gedenkt voor eeuwig aan Zijn verbond, het woord, dat Hij gebood aan duizend geslachten.”

    Prediker 6:6, “Ja, al leefde hij tweemaal duizend jaar, maar hij genoot het goede niet: gaat niet alles naar één plaats?”

    2 Peter 3:8, “….één dag bij de Here is als duizend jaar, en een duizend jaar als één dag.”

    Het zal duidelijk zijn uit bovenstaande verzen, dat elke keer als het woord “duizend” in de bijbel voorkomt, dit niet letterlijk genomen moet worden maar symbolisch gezien moet worden voor een compleetheid, een bepaald aantal of een bepaalde periode. Waarom is dan als we naar het boek Openbaring gaan(het meest symbolische boek van allemaal), dat vele christenen deze periode “duizend jaar” letterlijke interpreteren? Vooral wanneer er geen Schriftuurlijk gezag is om dit te doen?

    . De waarheid is dat Christus niet duizend jaar zal regeren ergens in de nabije toekomst, maar dat Christus nu regeert, en zal blijven regeren, voor eeuwig. We hoeven niet te wachten op Zijn Koninkrijk ergens in de toekomst, voordat Hij zal gaan heersen over ons leven, want het Koninkrijk van Christus is hier en nu, en Hij verlangt dat we nu met Hem heersen, of we dat nu erkennen of niet!

  18. Hallo Sjako je schrijft heel veel dingen die ik wel heel anders lees  interpreteer maar ik vind het wel heel interessant, hoe jij ze opgepakt hebt en begrijpt, tis maar welke bril je opzet 

    dat laatste voorbeeld  in daniel  hoofd de babeloniers (nebucanezer) goud naar beneden zilver de meden en de perzen dan de grieken koper en dan wat jij bedoelt met ijzer vermengd met leem de romeinen dit is volgens mij ook weer allemaal geschiedenis want de feiten zijn dat tijdens de geboorte van jezus wat daniel zag als een steen die rolde naar beneden die tegen de voeten aanbotsten en dit omver wierp. volgens mij heel duidelijk geschiedenis 

    ten tijde van Jezus de romeinen de baas waren,die op dat moment door tien koningen het romeinse rijk regeerde eerst geheel door een man en later (de voeten ) toen die vermenging door toen 10 onderkoningen (namen zo niet bij de hand ha ha ) is op te zoeken 

    Dit koningrijk is omvergehaald en de steen groeide over de hele wereld 

    zijn gemeente groeit nog steeds en de steen (jezus)  zal zichtbaar worden over de gehele aarde 

     

    Hallo Sjako bij deze  nog een studie over Mattheüs 24 we denken er dus echt heel anders over zal met de bril (filter te maken hebben) hoe we God zien, Hoe hij ons ziet, en daarom hoe we de wereld zien , en de  toekomst van deze wereld en die van jou zelf 

    De tekenen van de terugkomst van Jezus:

    Jezus vertelde zijn eerste eeuw discipelen over de geprofeteerde beëindiging van het oude verbondsvolk Israel, over gebeurtenissen die in hun nabije toekomst zouden plaatsvinden…..

    Jezus ging (zojuist) de (eerste eeuw Hebreeuwse door Herodes gemaakte) tempel uit en vertrok. En zijn (eerste eeuw) discipelen kwamen tot Hem om Hem te wijzen op de gebouwen van de tempel (waar ze naar keken).

    En Hij antwoordde hen (zijn eerste eeuw discipelen) en zeide tot hen, “Ziet gij dit alles niet (nu, met je eigen ogen)? Voorwaar, Ik zeg u (mijn eerste eeuw discipelen), er zal hier (in het eerste eeuw Jeruzalem) geen (tempel)steen op de andere gelaten worden, die niet zal worden afgebroken (gebeurde op 10 Augustus in het jaar 70 jaar na Christus).”

    Toen Hij op de Olijfberg gezeten was (later die dag), kwamen zijn discipelen alleen tot Hem en zeiden: zeg ons, wanneer zal dat geschieden (de stenen van de tempel die afgebroken zouden worden etc.), en wat is het teken van uw komst (in oordeel) en van de voleinding van de wereld (oude verbondssysteem)? ( daarom moest de Hebreeuwse tempel worden vernietigd – de wet, het priesterschap, de offeranden, de feesten, etc.)”

    En Jezus antwoordde en zeide tot hen, “zie toe, dat niemand u verleide! (de eerste eeuw discipelen – hoe konden ZIJ “DAT ZIEN” als Jezus niet direct tot HUN sprak??).

    Want velen zullen komen onder mijn naam en zeggen: ‘Ik ben de Christus’, en zij zullen velen verleiden (vervuld – zie in Handelingen 5:36; 8:9; 2 Petrus 2; 1 Johannes 17:18,19).

    Ook zult gij horen van oorlogen en van geruchten van oorlogen. Ziet toe, weest niet verontrust; want dat moet geschieden, maar het einde is het nog niet (er is maar één einde, de verwoesting van de tempel – de Mozaische eeuw).

    Want volk zal opstaan tegen volk, en koninkrijk tegen koninkrijk, en er zullen nu hier, dan daar, hongersnoden en aardbevingen zijn (vervuld – Handelingen 11:28; 16:26; –  er waren vele gedocumenteerde  aardbevingen in die tijd in die gebieden – Babylon, Smyrna, Greece, Loadicea, Kreta, Miletos, Samos, Rome, Judea etc. – zie Josephus boek “De Joodse Oorlog” en Philips Schaff’s “De Historie van de kerk).

    Doch dat alles is het begin der weeën (de weeën van de geboorte van een nieuwe verbondsgemeente en de dood van het oude verbondsvolk).

    Dan zullen zij u overleveren aan verdrukking en zij zullen u doden, en gij zult door alle volken gehaat worden om mijn Naams wil (vervuld – Romeinen 5:3; 8:35; 12:12; Efeziërs 3:13; 1 Tessalonicenzen 1:6; Hebreeën 10:33; Openbaring 1:9; 2:9).

    En dan zullen velen ten val komen en zij zullen elkander overleveren en elkander haten (vervuld – Handelingen 4:3; 17; 5:40; 7:54-60; 8:1; 9:1; 12:1-3; 14:19; 26:6; 2 Tessalonicenzen 2; 1 Johannes 2:11).

    En vele valse profeten zullen opstaan en velen zullen zij verleiden (1 Petrus 2:1 ev).

    En omdat de wetsverachting toeneemt, zal de liefde van de meesten verkillen (2 Timoteüs 1:15; 4:10, 16; 1 Johannes 2:17 e.v.).

    Maar wie volhardt tot het einde (er is maar één einde, de verwoesting van de tempel – de Mozaische eeuw), die zal behouden worden.

    En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld (“wereld” = “wereld van Judaïsme”, zie Lucas 2:1-3; Johannes 12:19; 18:20) gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken (zoals verspreid was door heel het oude Romeinse Rijk – Romeinen 1:8; 10:18; Kolossenzen 1:6, 23; Handelingen 11:28 etc.), en dan zal het einde gekomen zijn (is maar één einde, de verwoesting van de tempel – de Mozaische eeuw – de Joden (Gods verbondsvolk) kregen de kans om Jezus aan te nemen als hun Messias, voor de definitieve verwoesting van het oude verbondssysteem).

    Wanneer gij (mijn eerste eeuw discipelen) dan de gruwel der verwoesting (Lucas 21:20), waarvan door de profeet Daniël gesproken is, op de heilige plaats ziet staan (met je eigen ogen) – wie het leest, geve er acht op (begrijpt het) – laten dan wie in Judea zijn,

     vluchten naar de bergen (Zacharia 14:5). ( In Lucas 21 vertelt Jezus zijn discipelen dat ze moeten “vluchten naar de bergen” wanneer zij de Romeinse legers Jeruzalem zien omsingelen – dit is de gruwel der verwoesting waar Daniël over sprak in Daniël 9:27 – Daniël zei dat het einde zou komen op het tijdstip dat het vierde beest over Israel zou heersen (voorstellende het oude Rome) – en dat was de reden waarom Jezus zijn eerste eeuw discipelen vertelde dat het einde nabij was, precies zoals Daniël voorspeld had).

    Wie (op dat tijdstip) op het dak is (een oud Palestijns gebruik en architectuur), ga niet naar beneden om zijn huisraad mede te nemen,

    en wie in het veld is (vroegere agrarische samenleving), kere niet terug om zijn kleed (kleding uit die tijd) mede te nemen.

    Wee de zwangeren en de zogenden in die dagen.

    Bidt (mijn eerste eeuw discipelen), dat uw vlucht niet in de winter valle en niet op een sabbat (een oud Joods gebruik – de joden in die tijd mochten niet op de sabbat reizen – ze waren bang dat de autoriteiten hun tegen hielden om te “vluchten”).

    Want er zal dan een grote verdrukking zijn (de gebeurtenissen in het boek Openbaring), zoals die niet geweest is van het begin van de (Hebreeuwse) wereld tot nu toe (die tijd) en ook nooit meer wezen zal (omdat de Joodse natie – als Gods verbondsvolk – zou ophouden te bestaan).

    En indien die dagen niet ingekort werden, zou geen (Hebreeuws) vlees behouden worden; doch ter wille van de uitverkorenen (de christenen – de geredden) zullen die dagen worden ingekort (gelimiteerd in aantal – 1 Korintiërs 7:29-30; Openbaring 11:1 ev).

    Indien (in die tijd) dan iemand tot u (de eerste eeuw discipelen) zegt: zie, hier is de Christus, of: hier, gelooft het niet (Jezus zei niet , “let op, Ik spreek niet tot jullie discipelen die op dit moment naar mij luisteren – maar ik spreek over de mensen die over een paar duizend jaar in Palestina zullen leven – jullie zijn er dan al lang niet meer  – dus schrijf dit op zodat anderen er profijt van zullen hebben. Dit klopt natuurlijk niet, Hij beantwoord hun directe vragen m.b.t. tot het einde).

    Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen doen (vervuld – Handelingen 5:37; 21:38), zodat zij, ware het mogelijk, ook de uitverkorenen (geredde Joden – valse Messiassen zouden de heidenen (de Grieken, Romeinen, Babyloniërs etc.) niet verleiden, want zij hadden niets op met de Joodse religie).

    Zie, Ik heb het u voorzegd (waar zouden de eerste eeuw Joodse discipelen zich druk om maken als Jezus hun van te voren zou waarschuwen over eindtijd gebeurtenissen die helemaal niet voor hun bedoeld waren? Jezus sprak natuurlijk tegen hun, “Ik heb het je nu verteld, dus bereid je voor.” Het ging over een einde die hen zou overkomen – niet ons). Merk op, dat Jezus Zijn komst associeert met dode lichamen en verwoestingen (oorlogen, hongersnoden, aardbevingen etc. – zie Openbaring 6)!

    Indien men dan tot u (mijn eerste eeuw discipelen) zegt: zie: Hij is in de woestijn (Hij is gekomen), ga er niet heen; zie, Hij is in de binnenkamer (van de tempel), gelooft het niet.

    Want gelijk de bliksem komt van het oosten en licht tot het westen, zo zal de komst van de Zoon des mensen zijn (het zal overduidelijk zijn – Openbaring 11:19).

    Waar het aas is (het dode volk Israel), daar zullen de arenden (het symbool van het Romeinse leger was een arend) zich vergaderen (ze verslinden).

    Terstond na de verdrukking (christenen en Joodse vervolging) dier dagen (40 jaar later) zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar glans niet geven en de sterren  (beeld van Israel, zie de droom van Jozef, Genesis 37:9-10) zullen van de hemel vallen (Israel als Gods verbondsvolk – zal eens en voor altijd verdelgd worden – zie Deuteronomium 32:19 ev) en de machten van de hemelen zullen wankelen (op dezelfde manier zoals God ook het oude Babylon verwoeste – Jesaja 13:1-11; en Egypte – Jesaja 19:1 ev etc.).

    En dan zal het teken (indicatie) van de Zoon des mensen (de bekrachtiging van het nieuwe verbondskoninkrijk – Daniël 7) verschijnen in de hemel (kijk wat er plaats vindt “in de hemel” in de tijd van Daniël 7) en dan zullen alle (12 Hebreeuwse) stammen van de aarde (heilige land) zich op de borst slaan (omdat ze de Messias hebben afgewezen) en zij (en niemand anders) zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid (Daniël 7:13-14; Zacharia 12:10; Mattheüs 26:64; – de eerste eeuw Hebreeuwse Hogepriester zou deze gebeurtenis zien – dit was de vervulling van een oude Hebreeuwse profetie – dat betrof de oude natie Israel, aan het einde van zijn wettische verbondssysteem, het einde van het Judaïsme).

    En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen Zijn (Joodse) uitverkorenen verzamelen (opname – daarom vluchten ze naar de bergen van Perea – Mattheüs 24:16) uit de vier windstreken (oud testamentische uitdrukking voor het beloofde land van Israel), van het ene uiterste van de hemelen tot het andere (zie Daniël 12).

    Leert dan van de vijgeboom deze les: wanneer zijn hout reeds week wordt en de bladeren doet uitspruiten, weet gij daaraan, dat de zomer nabij is (in de dezelfde versie van de gelijkenis in Lucas zegt Jezus, “let op de vijgeboom en al de bomen” – in meervoud dus. Jezus bedoeld meer de eigenschappen van de bomen dan dat Hij doelde op het opnieuw ontstaan van de staat Israel in 1948 – als Hij dat wel zou bedoelen – dan zouden er een veelvoud aan Israëls “bomen” moet zijn. Daarnaast, het huidige Israel is ver verwijdert van de 12 verbondsstammen – die door God verworpen zijn als Zijn representatieve volk en verwoest in de eerste eeuw (Mattheüs 21:43).

    Zo moet ook gij (mijn eerste eeuw discipelen), wanneer gij dit (wat ik zojuist allemaal gezegd heb, inclusief de komst van de Zoon des mensen, om de uitverkorenen van Israel te redden van de toekomstige goddelijke toorn)  alles (niet gedeeltelijk) ziet (met je eigen ogen), (dan moet je) weten, dat het nabij is, voor de deur (vervuld – Jacobus 5:9).

    Voorwaar, Ik zeg u (God liegt niet), dit (huidige) geslacht (van de Israëlieten – Mattheüs 11:16; 12:41-45; 23:36; Handelingen 2:40; Hebreeën 3:10) zal geenszins voorbij gaan (eindigen), voordat DIT ALLES geschiedt.

    De hemel en aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbij gaan (metaforisch voor het oude verbondssysteem en volk – Jesaja 1:1; 51:15,16; Openbaring 20:11 (oude verbond voorbijgaan); 21:1 (nieuwe verbond gekomen)).

    Doch van die (juiste) dag (van 24 uur) en van die ure (60 minuten duur – toen het tempel systeem werd vernietigd etc. – herinner je dat dit de vraag van de discipelen was – Mattheüs 24:3) weet niemand, ook de engelen van de hemel niet, maar de Vader alleen (Markus voegt er aan toe, “ook de Zoon niet”. Jezus, als God, legde al zijn Goddelijke voorrechten af, en één daarvan was zijn alwetendheid).

    Want zoals het was in de dagen van Noach, zo zal de komst (in oordeel) van de Zoon des mensen zijn (zoals een lokale vloed van goddelijk oordeel over Gods vijanden – zie Daniël 9:26 – Lucas in zijn versie (Lucas 17:29,30) spreekt van een lokaal oordeel zoals die van Sodom en Gomorra).

    Want zoals zij (de generatie van Noach) in die dagen voor de zondvloed (het komende oordeel) waren, etende en drinkende, huwen en ten huwelijk gevende (ze leefden zoals gebruikelijk), tot op de dag (en uur), waarop Noach in de ark ging (niemand dan God wist wanneer dat zou gebeuren),

    en zij niets bemerkten (van wat er zou gebeuren), eer de zondvloed kwam EN HEN ALLEN WEGNAM (ze stierven allemaal ), zo zal ook (op dezelfde manier) de komst van de Zoon de mensen zijn (en zo gebeurde het ook).

    Dan (ten tijde van het oordeel over het overspelige Israel) zullen er twee in het veld zijn, één zal aangenomen worden (om te werken, als slaaf gevangen genomen door de Romeinen – en zo gebeurde het 70 na Christus) en één zal achtergelaten worden (gedood – zie vers 39);

    twee (Hebreeuwse) vrouwen ( herinner je – Jezus sprak deze dingen niet tegen de niet-Joden) zullen aan het malen (koren) zijn met de molen (volgens oud agrarische gebruik), één zal aangenomen worden, en één zal achtergelaten (gedood) worden.

    Waakt dan, want gij (mijn eerste eeuw discipelen) weet niet, op welke dag uw Here komt (in oordeel – “net als in de dagen van Noach” – Jezus richtte niet Zijn een eigen menselijke Koninkrijk op, toch? Kijk ook naar het oordeel dat over Sodom en Gomorra kwam).

    Maar weet dit (mijn eerste eeuw discipelen): als de heer des huizes geweten had, in welke nachtwaak de dief zou komen, hij zou gewaakt hebben en in zijn huis niet hebben laten inbreken (dus zorg dat je klaar bent).

    Daarom, weest ook gij bereid, want op een uur, dat gij het niet verwacht, komt de Zoon des mensen (als een dief – dus vergeet niet voorzorgsmaatregelen te nemen en bereidt je op tijd voor).

    Wie is dan (onder jullie) de trouwe en verstandige slaaf, die de heer over zijn dienstvolk (Israel) gesteld heeft om hun op tijd (het is nu de tijd) hun voedsel (het evangelie van de waarheid) te geven?

    Zalig de slaaf, die zijn heer bij zijn komst zo bezig zal vinden.

    Voorwaar, Ik zeg u (mijn eerste eeuw discipelen), dat hij (de Zoon des mensen) hem over al zijn bezit zal stellen.

    Maar als die slaaf slecht was, en in zijn hart zou zeggen:

    mijn heer blijft uit (hij komt toch niet), en hij zou beginnen zijn medeslaven (christenen) te slaan (te vervolgen)en met de dronkaards zou eten en drinken (de wettelozen),

    Dan zal de heer van die slaaf komen op een dag, dat hij het niet verwacht, en op een uur,

    dat hij het niet weet (zoals in de dagen van Noach en Sodom en Gomorra), en hij zal hem folteren (afscheiden – doden met het Romeinse zwaard – zie Mattheüs 25:29-30) en hem in het (Hebreeuwse) lot van de huichelaars (Mattheüs 23) doen delen. Daar zal het geween zijn en het tandengeknars (van oordeel – in het overwonnen Jeruzalem 70 jaar na Christus – het was een nachtmerrie – lees het boek van Josephus “De oorlog van de Joden” voor de bloedige details).

    Samenvattend

    Jezus sprak maar van één komst (in oordeel) en die vond plaats in het jaar 70 na Christus. Met betrekking tot het oordeel die van Jezus kwam over Jeruzalem, kijk naar wat Jezus zei:

    “Zodra gij nu Jeruzalem door legerkampen omsingelt ziet, weet dan, dat zijn verwoesting nabij is. Laten dan die in Judea zijn, vluchten naar de bergen, en die binnen de stad zijn, de wijk nemen, en die op het land zijn, er niet binnengaan, want dit zijn de dagen van vergelding, waarin alles wat geschreven is, in vervulling gaat.” (Lucas 21:22-22)

    Jezus zei dat met de verwoesting van Jeruzalem, “alles wat geschreven is, in vervulling gaat”. Alle profetieën waren in het jaar 70 na Christus vervuld. Er is geen toekomstige terugkeer te verwachten en er is geen enkele profetie die nog vervuld moet worden.

    Israel had Jezus gekruisigd en in het openbaar riepen hun eigen oordeel over hun uit: “En al het volk antwoordde en zeide: Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen!” (Mattheüs 27:25) Gods oordeel over Israel 70 na Christus bevestigde hun misdaad, de kruisiging van Jezus. Deze kruisiging was de ergste misdaad in de geschiedenis, dus hun straf was ook de ergste straf in de geschiedenis. Om aan de “grote verdrukking” een andere invulling te geven, bagatelliseer je deze immense misdaad van die generatie.

    De verwoesting van Jeruzalem was veel meer dan de verwoesting van een stad. Jeruzalem en de tempel was het centrum van aanbidding van de ene en waarachtige levende God. Met zijn verwoesting kwam een verbondsverandering definitief tot stand. Gods Koninkrijk was van hun afgenomen, en niet langer zouden de heidenen regeren over het Koninkrijk van God want Zijn Koninkrijk was nu een geestelijk Koninkrijk, niet binnengaan door een fysieke geboorte maar door een geestelijke geboorte. De oude hemel en aarde van het Judaïsme waren vernietigd en de nieuwe hemel en aarde van het Geestelijke Israel werden daar bekrachtigd. Het gaf de “voleinding der eeuwen”, de “laatste  dagen” aan. God had doelbewust de fysieke tempel vernietigd, samen met de genealogische archieven die het nageslacht van Aaron kwalificeerden om als priester te dienen, en de stad Jeruzalem. Het oude systeem van aanbidding was voor altijd voorbij, over en uit.

    De verwoesting van Jeruzalem was niet de uitvoering van zo maar een plaatselijk oordeel, het was een verbondsoordeel, let op wat Jezus zei:

     “opdat over u kome al het rechtvaardig bloed, dat vergoten werd op aarde, van het bloed van Abel, de rechtvaardige, tot het bloed van Zacharias, de zoon van Berekja, die gij vermoord hebt tussen het tempelhuis en het altaar. Voorwaar, Ik zeg u: al deze dingen zullen komen over dit geslacht.” (Mattheüs 23:35)

    Het oordeel over Jeruzalem was niet zo maar een oordeel, het ging helemaal terug to aan Abel. Het bloed van Abel was gerechtvaardigd door Gods oordeel over Jeruzalem. Het was meer dan de val van  een stad, het was de “voleinding der eeuwen”. En dat is waarom Jezus zei dat er een grote verdrukking zal zijn, zoals er niet geweest is van het begin der wereld tot nu toe en ook nooit meer wezen zal.

    Ik vraag je, hoe kan men zeggen dat er in de toekomst een verwoesting van Jeruzalem plaats zal vinden die hetzelfde of nog groter dan die in het jaar 70 na Christus? Jezus zei, dat er zoiets als er geweest is, er nooit meer zal zijn. De grote verdrukking is geweest, ligt achter ons, en is geschiedenis. Met de verwoesting van Jeruzalem kwam de vervulling van alle profetieën. Wij leven in een eeuw van het nieuwe verbond die nooit zal eindigen (Hebreeën 13:20,21), het nieuwe Jeruzalem, de nieuwe hemel en aarde van Openbaring 21 en 22.

    “De God nu des vredes, die onze Here Jezus, de grote herder der schapen door het bloed van een eeuwig verbond heeft teruggebracht uit de doden, bevestige u in alle goed, om zijn wil te doen, terwijl Hij aan ons doe, wat in zijn ogen welbehaaglijk is door Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid” (Hebreeën 13:20,21)

  19. ik begreep Violist dat de topic de eindtijd was , ik zit nog maar een dag op dit forum (eerste sowieso) en begrijp je vraag misschien niet helemaal goed 

    Jezus is de waarheid en in de bijbel kun je heel veel over hem terug vinden, dus het een staat niet los van de ander 

    maar andere kant kun je heel veel bijbel gelezen hebben en nog steeds op zoek zijn, net zoals in de tijd van Jezus er mensen waren (o.a. schriftgeleerden) die zoals hun omschrijving al aangeeft heel religieus waren, maar geen relatie hadden, violist ken je Hem, De Waarheid, Jezus ?

  20. Het feit dat het betere (nieuwe testament) gebeurtenissen beschrijft die in het verleden hebben plaatsgevonden, maakt het niet minder relevant voor ons, uiteindelijk zijn ook de andere historische verhalen in de bijbel zoals de geboorte van Jezus en zijn dood en opstanding voor ons zoveel jaren nog steeds relevant, de bijbel staat vol van relevante verhalen, zelfs al ligt het meeste daarvan niet in de toekomst 

    de relevantie veranderd niet omdat de profetieën  van Jezus al vervult zijn, het tegenovergestelde is waar, we kunnen leven in het geweldige resultaat van al die vervulde profetieën -de wereld van het nieuwe verbond die een deur open heeft staan naar redding , opdat allen binnenkomen.

    En we kunnen ook nog uitkijken naar de vervulling van een paar profetieën die nog steeds in de toekomst liggen waar bijv. staat in openbaringen 21;5 Hij die op de troon zat zei : zie ik maak alles nieuw.

    Dit staat in tegenwoordige tijd God is nog niet klaar, de wereld is nog niet nieuw en perfect, Nee hij is alle dingen nieuw aan het maken en wij hebben de mogelijkheid om samen met hem mee te werken in die uitbreiding van zijn koninkrijk hier op aarde .

    Wij zijn zijn  medearbeiders de bruid van Christus en we zitten met hem op de troon. Zo kunnen we als ambassadeurs op aarde, helpen alle dingen nieuw te maken, dit is een voortdurend en geleidelijk proces dat ons in de toekomst uiteindelijk tot volmaaktheid zal brengen, een punt wat we nog niet bereikt hebben.

  21. Als je het punt neemt in de tijd waarin Jezus geboren is, hebben we denk ik op alle punten vooruitgang geboekt, wat bedoel ik hiermee de progressie die wij als christenen gemaakt hebben wereldwijd, maar ook 2000 ned geschiedenis, bijv. de middeleeuwen, gemiddelde leeftijd 40, ziekte, godsdienst, slaven, vrouwen onderdrukking, oorlogen, onderwijs politiek, occulte, levensstandaard ik denk dat de armste bewoner van jou plaats het nog beter heeft dan toen de allerrijkste, , denk aan wc, tandarts, hygiëne, vervoer, veiligheid en ga zo maar door, ik geloof dat het christendom (al staat het nog maar in de kinderschoenen) werkelijk heeft bijgedragen op alle vlakken 

    de grote namen schilders, muziekschrijvers, uitvinders, rechtstaat voorbeelden, vrijheidsstrijders, mensen die streden voor gelijke rechtten vrouwen en mensen, zijn meestal christenen geweest 

    ik geef toe religie staat haaks op relatie en op  passie en begreep de veranderingen meestal niet, maar mensen met een relatie met God hebben ervoor gezorgd dat we nu in een land wonen waarin ik niet terug wil naar enig moment in de geschiedenis (afgelopen 2000 jaar) dan ook, dus ben er erg dankbaar voor, okay er zijn nog reuzen te verslaan, maar dit is het beloofde land, en dit moeten we innemen  

    ik geloof dat Nederland wacht zucht en kreunt naar het openbaar worden van de zonen en dochters van God (  hele schepping trouwens) en niet naar een kerk die denkt dat ze opgenomen gaan worden en Jezus ze red van een grote verdrukking, wat volgens mij een van de grootste demonische leugens is geweest van de afgelopen eeuw

  22. Ik denk als je dus in de bijbel over de laatste dagen of over het einde vd wereld  of eeuw gesproken wordt het in bijna alle gevallen gaat over 70 jaar na christus, als je de geschiedenis leest wat er daar gebeurt is pffff

    precies wat Jezus zelf duidelijk aangeeft in Matheus 24  (markus ,luc) trouwens ook een afsluiting van het oude mozaische verbond alle evangeliën en andere boeken van de bijbel zijn voor die periode geschreven  

    de tijd waarin we nu leven is de tijd van het koninkrijk, wij die samen in de hemel met christus regeren op aarde "koning der koningen" en daar komt geen einde aan, en zal alleen maar mooier worden 

    zijn bruid gaat steeds meer stralen en de weeshuizen vol met christenen, zullen koninklijke families worden, met zonen en dochters  die dezelfde dingen gaan doen zoals onze oudste broer Jezus het ons heeft voortgedaan 

    ik geloof in Jezus zijn belofte wat de ontwikkeling van het koninkrijk aangaat  het voorbeeld wat hij gebruikt o.a. is een heel klein zaadje van een mosterd boom en de ontwikkeling daarvan gestadig maar uiteindelijk uitgroeiend tot een enorme boom  

    en dat zie ik ook in de geschiedenis terug we zijn dus onderweg naar iets heel moois 

    dus geen opname maar inname van deze wereld 

     

×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid