cobybryant 0 Geplaatst 7 januari 2013 Rapport Share Geplaatst 7 januari 2013 Mijn broer heeft het net allemaal overgetypt, want het wordt weer uitgegeven (uit 1874 van M.S. Bromet) Ik kan alleen geen Word-bestand toevoegen. Ik pluk er wel wat uit, het is een beeetje lang en in oud Nederlandsch en de Hebreeuwse letters zijn weggevallen: Even offtopic, ik dacht dat die letters weggevallen waren, maar het blijkt dat het hem gewoon niet lukte. Hij heeft geprobeerd om uit een Hebreeuwse Bijbel het woord te kopieren en erin te plakken, maar dat lukte niet, want dat gaat natuurlijk van rechts naar links en dan kreeg hij het in spiegelbeeld. Heeft iemand hier enig idee hoe je dat kunt doen als je al die letters niet uit kunt zoeken? Link naar bericht Deel via andere websites
Ken Yehuwdiy 0 Geplaatst 7 januari 2013 Rapport Share Geplaatst 7 januari 2013 Natuurlijk, de meeste commentaren zullen ongetwijfeld Zeroebabel als de צמח (spruit) duiden. Maar ik denk dat de overeenkomsten en details interesant zouden kunnen zijn. Dat ben ik roerend met je eens, maar toen ik in 2009 dezelfde link legde tussen Zerubbabel en de Messias werd ik gelyncht door een christelijke academicus! Best vreemd nietwaar? Link naar bericht Deel via andere websites
St. Ignatius 48 Geplaatst 7 januari 2013 Rapport Share Geplaatst 7 januari 2013 Hoi St. Ignatius,Ik had zelf eigenlijk ook Ecclesiastes Rabbah 1:28 in gedachten. Ik heb dit overigens uit een engelstalige bron: "Rabbi Berekiah said in the name of Rabbi Isaac: 'As the first redeemer [Moses] was, so shall the latter redeemer [the messiah] be...' . Mozes en de messias worden inderdaad vaak met elkaar vergeleken, vooral vanwege hun vergelijkbare functie, handelingen en ook omdat Sjiloh uit Genesis 49:10 ("de scepter zal niet wijken van Jehoedah totdat Sjiloh komt") messiaans geinterpreteerd kan worden, waarbij zelfs de gematria overeenkomt (in de variant waar Sjiloh met een ×” wordt geschreven): Sjiloh= sjin (300) + Jod (10) + Lamed (30) + heh (5) = 345 Mozes/Mosjeh = Mem (40) + sjin (300) + heh (5) = 345 Een ander detail dat misschien interessant i.v.m. Mattheus 2, is dat Sjilo ook betekent "geschenken aan hem" (dezelfde Hebreeuwse letters, maar gespeld als Sjaj-lo), wat een citaat is uit Psalm 76:11[12], waar staat "breng geschenken aan Hem (שי ל...) ..., Die gevreesd is bij de koningen van de aarde" ... Zeker weten. Dat geldt ook andersom: Christelijke commentaren die voor Joden interessant zijn. Zelfs de Tenach kan voor interessante verrassingen zorgen. In m'n aantekeningen op Zacheriah 3:8 staat bijv.: "Luister toch, hogepriester Jozua, u en uw vrienden die vóór u zitten, – zij zijn immers een wonderteken – want zie, Ik ga Mijn Knecht, de spruit (צמח), doen komen. Want zie, wat betreft de steen die Ik voor Jozua neergelegd heb, op die ene steen zullen zeven ogen zijn. Zie, Ik zal er zijn gravering in aanbrengen, spreekt JHWH van de legermachten. Ik zal de ongerechtigheid van dit land op één dag wegnemen" (Zacheriah 3:8). Het Targoem vervangt צמח (spruit) ook nog eens met משיח (messias), en Ibn Ezra meldt dat צמח een gelijke getalswaarde heeft als Menachem (×ž× ×—×), wat "trooster" betekent: צ (90) + מ (40) + ×— (8) = 138 מ (40) + × (50) + ×— (8) + 40 (×) = 138. Menachem (trooster) is een naam voor de messias (zie bijv. Babylonische Talmoed Sanhedrien 99b). Waarom concentreert deze tekst zich op de figuur Jozua? Waarom niet op Zeroebabel, de Davidische nakomeling en gouverneur? En in Zacheriah 6:9-15 is het deze hogepriester - Jozua - die wordt gekroond. Dat is nog vreemder, want alleen koningen werden gekroond; een hogepriester wordt niet gekroond. Maar hier staat dat de hogepriester Jozua wordt gekroond met de woorden: "Neem zilver en goud en maak kronen, en zet die op het hoofd van de hogepriester Jozua, de zoon van Jozadak en zeg tegen hem: Zo zegt JHWH van de legermachten: zie, een man – zijn naam is spruit (צמח) – zal uit zijn plaats opkomen, en hij zal de tempel van JHWH bouwen. Ja, hÃj zal de tempel van JHWH bouwen, hÃj zal met majesteit bekleed zijn, hij zal zitten en heersen op zijn troon. Hij zal priester zijn op zijn troon; tussen die beiden zal vredesberaad plaatsvinden." En wat het voor een Christen wellicht nog interessanter maakt, is dat deze koning-hogepriester de naam יהושוע draagt, wat in de Septuaginta wordt vertaald als ἰησοῦ, de exacte naam van Jezus in het NT. In de Tenach is יהושוע de koning en hogepriester en in het NT is יהושוע ook de koning en hogepriester. Natuurlijk, de meeste commentaren zullen ongetwijfeld Zeroebabel als de צמח (spruit) duiden. Maar ik denk dat de overeenkomsten en details interesant zouden kunnen zijn. Dit is interessant, want wat er in Gen 49:10 staat, komt in een aangepaste vorm ook voor in de Qumran geschriften (4Q252 5 I, 1–4). Dat zou dus betekenen dat die gemeenschap óók een (geestelijke) voortzetting van het Davidisch verbond verwachtten (4Q174 III, 10–12) . En dat dat dus een vrij gangbare opvatting was. (Overigens is de laatste tekst een midrasj op 2 Sam. 7:11-14). Dat haakt dan weer mooi aan bij je uitleg over de 'spruit'. In dat laatste geschrift wordt nl. een link gelegd met het Davidisch verbond en de eschatologische 'spruit' van David. (Amos 9:11, Jer. 23:5, Jer 33:15) en het door jou eerder genoemde Zach. 3:8. De zoon van David zal de Zoon van God zijn en die worden messiaanse eigenschappen toebedeeld. Ik probeer dus even al jouw voorbeelden met elkaar te verbinden binnen het Davidisch verbond. De kenmerken van dat verbond begint m.i. al bij Adam. Zoals ik het heb begrepen zijn vanaf Adam de rollen van God's zoon, priesterschap en koningschap met elkaar verbonden in diverse verbonden (correct me if I'm wrong). Als de wereld gelijk staat aan de Tempel, en de Tuin van Eden een typologie van het Heilige der Heiligen, dan bekleed Adam alle drie die rollen: - zoon van God (Lucas 3:38) - koningschapsgezag (Gen. 1:28) - priesterrol (Gen. 2:15) Hetzelfde zie je dan met Israel, als eerstgeboren zoon Ex. 4:22-23 en Israel's priesterschap Ex. 19:6. Zowel Adam als Israel verliezen deze door God verleende privileges. De eerste door het eten van het fruit, de tweede door het aanbidden van het gouden kalf. Het priesterschap wordt dan toegewezen aan de Levieten, maar dit wordt pas weer in het Davidisch verbond hersteld. In die zin las ik ook jouw opmerking over het kronen van Jozua als Hogepriester. Het is alweer een tijd geleden dat ik Zecharia heb gelezen, dus daar zou ik me dan nog eens in moeten verdiepen... Link naar bericht Deel via andere websites
Chaim 157 Geplaatst 19 januari 2013 Rapport Share Geplaatst 19 januari 2013 Hoi St. Ignatius, Ook binnen het Jodendom is een messiaanse uitleg van Genesis 49:10 een veel voorkomende. Maar ik ben benieuwd – zeker in verband met dit topic - hoe de messiaanse lezing van de contextuele betekenis (p'sjat) wordt verklaart. Midrasj verandert het woord שילה ("Sjiloh") in שלו ("Sjello" = van hem), brengt een kunstmatige scheiding aan tussen het eerste deel en het tweede deel van het woord Sjiloh: שַ××™ en לוֹ, en verandert שילה (Sjiloh) in שליה (Sjiljah = "klein kind"), of in שִ×לְיַת (Sjiljat = "nageboorte"), etc. Midrasj heeft niet als maatstaf in te gaan op de contextuele betekenis van het gebruikte citaat; midrasj past citaten toe. De contextuele betekenis wordt in het Jodendom "p'sjat" genoemd. Persoonlijk denk ik dat de p'sjat maar 1 uitleg accepteert van Genesis 49:10: koning Saul. Het was tijdens deze koning dat de scepter en het koninkrijk aantoonbaar tijdelijk uit Jehoedah's handen viel en in Benjamin's handen terechtkwam. De plaats Sjiloh ( שִ×ילֹה, שִ×לֹה, שִ×ילוֹ en שִ×לוֹ), waar het Tabernakel stond en 369 jaar bleef, lag/ligt zo'n 30 kilometer ten noorden van Jeruzalem. De Hebreeuwse tekst zegt dat de scepter in Jehoedah's handen zal blijven en de heersersstaf tussen zijn voeten, totdat "hij/het naar Sjiloh komt" of "totdat Sjiloh komt". (De Vulgaat maakt overigens een grappige leesfout, waarbij שלוה - een mogelijke schrijfwijze van "Sjiloh"- werd gelezen als שלוח ("boodschapper"). En ik kan de LXX vertaling niet verklaren, tenzij men bij de vertaling naar het Grieks de letters Jod (×™) en de Heh (×”) over het hoofd heeft gezien). De scepter behoort nu de stam Jehoedah toe. Dat is bijna altijd zo geweest; zelfs tijdens de ballingschappen en nu (tijden waarin er feitelijk geen koning op de troon zat). Maar de scepter heeft de stam Jehoedah daadwerkelijk verlaten toen koning Saul - een Benjamiet - aan de macht kwam. Hij regeerde bovendien toen het Tabernakel in Sjiloh stond. De scepter heeft Jehoedah reeds verlaten toen hij naar Sjiloh kwam naar wie de mensen luisterden. Hiermee werd vervuld dat "de scepter van Jehoedah niet zal wijken, en evenmin de heersersstaf van tussen zijn voeten, totdat (עד ×›×™) hij naar Silo komt, en hem zullen de (עַמִּֽי×) mensen/volken gehoorzamen." Ik ben benieuwd hoe jij de letterlijke vervulling van dit vers ziet, want we hebben m.i. te maken met een situatie waarin de scepter aantoonbaar reeds tijdelijk niet meer in handen was van de stam Jehoedah. Biedt de p'sjat nog een alternatieve uitleg? Link naar bericht Deel via andere websites
Aanbevolen berichten