Het gaat niet om het uiterlijk!?

[ikbenBen 0]

Maar de HEER zei tegen Samuel: ‘Ga niet af op zijn voorkomen en zijn rijzige gestalte. Ik heb hem afgewezen. Het gaat niet om wat de mens ziet: de mens kijkt naar het uiterlijk, maar de HEER kijkt naar het hart.’ 8 Toen riep Isaï Abinadab en stelde hem aan Samuel voor, maar die zei: ‘Ook hem heeft de HEER niet gekozen.’ 9 Isaï stelde Samma voor, maar weer zei Samuel: ‘Ook hem heeft de HEER niet gekozen.’ 10 Zo stelde Isaï zijn zeven zonen aan Samuel voor, maar telkens zei Samuel dat dit niet degene was die de HEER gekozen had. 11 ‘Zijn dit alle zonen die u hebt?’ vroeg hij. ‘Nee,’ antwoordde Isaï, ‘de jongste is er niet bij, die hoedt de schapen en de geiten.’ Toen zei Samuel tegen Isaï: ‘Laat hem hier komen. We beginnen niet aan de maaltijd voordat hij er is.’ 12 Isaï liet hem halen. Het was een knappe jongen met rossig haar en sprekende ogen. En de HEER zei: ‘Hem moet je zalven. Hij is het.’ 13 Samuel nam de hoorn met olie en zalfde hem te midden van zijn broers. Van toen af aan was David doordrongen van de geest van de HEER. Daarna vertrok Samuel weer naar Rama.

NBV

Maar de HEERE zei tegen Samuel: Kijk niet naar zijn uiterlijk en ook niet naar de hoogte van zijn gestalte, want Ik heb hem verworpen. Het is namelijk niet wat de mens ziet, want de mens ziet aan wat voor ogen is, maar de HEERE ziet het hart aan.

8 Toen riep Isaï Abinadab en hij deed hem voorbij Samuel gaan, maar hij zei: De HEERE heeft ook deze niet uitgekozen.

9 Daarna liet Isaï Samma voorbijgaan, maar hij zei: De HEERE heeft ook deze niet uitgekozen.

10 Zo liet Isaï zijn zeven zonen voorbij Samuel gaan, maar Samuel zei tegen Isaï: De HEERE heeft dezen niet uitgekozen.

11 Toen zei Samuel tegen Isaï: Zijn dit al de jongens? En hij zei: De jongste is nog achtergebleven; zie, hij weidt de schapen. Samuel zei tegen Isaï: Stuur een bode en laat hem halen, want wij zullen niet rond de tafel gaan zitten, totdat hij hier gekomen is.

12 Toen stuurde hij een bode en bracht hem. Hij was rossig, had mooie ogen en was knap om te zien. De HEERE zei: Sta op, zalf hem, want deze is het.

13 Toen nam Samuel de oliehoorn en zalfde hem te midden van zijn broers. En de Geest van de HEERE werd vaardig over David vanaf die dag en voortaan. Daarna stond Samuel op en ging naar Rama.

HSV

Uit Samuel 1:16:7

Bovenstaande tekst snap ik niet helemaal. Het gaat niet om het uiterlijk maar om het innerlijke. Nu wordt er geschreven over David dat hij knap is, rossig en sprekende ogen heeft. Gaat het stiekem dan toch om het uiterlijk? Ik zou in die zin verwachten dat David een goed hart heeft in plaats van het uiterlijk te beschrijven immers dat is niet van belang?

[Eulogía 0]

Het gaat om het hart, maar dat wil niet zeggen dat het uiterlijk totaal onbelangrijk is. Het uiterlijk wordt wel vaker beschreven in de Bijbel.

Daarnaast had Samuel ook kunnen denken: 'Wat een mooi persoon, wat een babyface. Moet díe koning worden en voorop gaan in het leger?'

Het ging erom dat niet met menselijke ogen zou worden gekeken en dat er vooroordelen zouden zijn, maar dat iemand met het juiste hart zou worden gekozen. Ook wist God dat David beren en leeuwen had verslagen in gevechten. Dat was niet te zien aan het uiterlijk van David.

De toenmalige koning Saul was wel indrukwekkend en groot om te zien, maar hij was een aantal keer ontrouw geweest aan God.

Samengevat: het is niet verkeerd om er goed verzorgd en gekleed uit te zien, maar uiteindelijk kijkt God ernaar hoeveel Hij met je aan het werk kan voor Zijn koninkrijk.

Edit: Ik bedenk mij nog iets: in Jes. 53 wordt iets over het uiterlijk van Jezus geschreven en wordt geschreven dat Hij niet een bijzonder mens was om te zien of Iemand waar men graag aandacht aan schenkt wat betreft Zijn vóórkomen.

[Seek&Find 0]

Het staat er meteen al in het begin, Zijn mening: 'Het gaat niet om wat de mens ziet: de mens kijkt naar het uiterlijk, maar de HEER kijkt naar het hart.’

Wat er daarna staat over rossig en ogen is een constatering, er wordt geen linkje gelegd met Davids geschiktheid. Het is wel mooi meegenomen...

[Ursa 1]

Precies. De nadruk in het verhaal ligt er zelfs op dat God uitkiest wie Hij geschikt acht. Stel je het zo voor: Isaï verwacht de profeet Samuël die één van zijn zonen zal kiezen. Hij zet ze allemaal op een rijtje, de één nog imposanter dan de ander. Samuël gaat het rijtje af, maar moet ze allemaal afkeuren. Tenslotte vraagt hij zelfs aan Isaï: 'heb je nog een zoon?' Dan blijkt dat David er niet eens bij was, om wat voor reden dan ook. Ik denk dat Isaï hem nog te jong vond of dat hij simpelweg de dieren moest hoeden. Hij is dan niet zo imposant als zijn broers, maar heeft wel de potentie - en dat is vast 'mooi meegenomen'. Dat doet niet af aan dat het om de binnenkant gaat. In andere schriftgedeelten wordt David ook beschreven als een kundige, trouwe en moedige herder.