Spring naar bijdragen

Saulus geroepen


Aanbevolen berichten

6 En hij, bevende en verbaasd zijnde, zeide: Heere, wat wilt Gij, dat ik doen zal? En de Heere zeide tot hem: Sta op, en ga in de stad, en u zal aldaar gezegd worden, wat gij doen moet.11

7 En de mannen,12 die met hem over weg reisden, stonden verbaasd,13 horende wel14 de stem, maar niemand ziende.

8 En Saulus stond op van de aarde; en als hij zijn ogen opendeed, zag hij niemand.15 En zij, hem bij de hand leidende, brachten hem te Damaskus.

horende wel

      Sommigen nemen dit voor de stem van Paulus, waar hij Christus mede antwoordde, omdat Hand. 22:9 gezegd wordt dat degenen, die in het gezelschap van Paulus waren, de stem desgenen, die met hem sprak, niet hoorden. Anderen verenigen dit alzo, dat hier ook wel van de stem van Christus gesproken wordt, doch alleen van een gehoor des geluids, zonder verstand van de woorden; maar Hand. 22:9 van een bescheidelijk gehoor en verstand der woorden; dergelijk voorbeeld is Joh. 12:29, in de stem, die uit den hemel tot Christus sprak, daar sommige deze gehoord hebben met verstand der woorden, sommigen het geluid alleen, zonder verstand der woorden.

Link naar bericht
Deel via andere websites

kijk eens naar dit artikel of deze. Het lijkt erom te gaan dat Lukas éérst beschrijft wat Paulus echt meemaakte, en dat Paulus zelf niet het hele verhaal van z'n "vriendjes" te horen gekregen heeft, wat op zich geen wonder is, want het was een hit-squad wat naar Damascus gestuurd werd om christenen op te pakken, en Paulus werd nota bene zelf christen. Het kan goed zijn dat ze eerst hebben lopen ontkennen, en wellicht pas later de waarheid hebben verteld, vandaar dat Paulus te goeder trouw onvolledige informatie geeft tijdens z'n verhoor.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Bron: link

Zijn de twee beschrijvingen van de roeping van Saulus tegenstrijdig? Dit is een klassiek voorbeeld van een zgn. tegenstrijdigheid in de Bijbel. En toch is het, voor iedereen die geen vooroordelen koestert tegen de Schrift, heel eenvoudig te beantwoorden. Het gaat om de volgende twee teksten.

In Handelingen 9:7 staat:

En de mannen, die met hem reisden, stonden sprakeloos, daar zij wel de stem hoorden, maar niemand zagen.

Terwijl we in Handelingen 22:9 lezen:

En zij, die met mij waren, zagen wel het licht, maar de stem van Hem, die tot mij sprak, hoorden zij niet.

Dat in de eerste tekst gezegd wordt dat de medereizigers niemand zagen en in de tweede tekst dat ze wel het licht zagen, is natuurlijk geen tegenstrijdigheid. Moeilijker ligt dit met het verschil dat in de eerste tekst de medereizigers wel de stem hoorden terwijl de tweede tekst dit juist ontkent. Dat lijkt moeilijk te rijmen. Maar let op: in de Griekse grondtekst zit een subtiel verschil in naamval verscholen. In Handelingen 22 wordt namelijk gezegd dat medereizigers "de stem" niet hoorden en in Handelingen 9 wordt gezegd dat ze wel "van-de-stem" hoorden. Dat is een belangrijk nuanceverschil. Het komt hier op neer: de medereizigers hoorden wel het stemgeluid maar verstonden niet wát er gezegd werd. Vanuit Handelingen 26:14 weten we trouwens dat Saulus werd toegesproken in het Hebreeuws en kennelijk verstonden de medereizigers deze taal niet.

Link naar bericht
Deel via andere websites

Jep, het zit hem dus in het verschil tussen het 'horen' en het 'verstaan' van de stem.

Wat betreft de medereizgers dat ze (in hand.22:9) wèl 'het licht' zagen ,

maar (in hand.9:7) niemand (=geen 'persoon') zagen, is gemakkelijker te verklaren.

Ze werden verblind door het licht, dus zagen ze, daardoor, de persoon niet.

Link naar bericht
Deel via andere websites
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

We hebben cookies op je apparaat geplaatst om de werking van deze website te verbeteren. Je kunt je cookie-instellingen aanpassen. Anders nemen we aan dat je akkoord gaat. Lees ook onze Gebruiksvoorwaarden en Privacybeleid