Onderzoek VS: Predikant niet vaak rolmodel

[Aviator 0]

VENTURA - Amerikaanse tieners kiezen mensen die hen enthousiasmeren en stimuleren als rolmodel. Geloof en opofferingsgezindheid spelen daarbij amper een rol, blijkt uit een maandag gepresenteerd onderzoek van The Barna Group.

Het Amerikaanse onderzoeksbureau The Barna Group benaderde ruim 600 tieners in de leeftijd van 13 tot 17 jaar met de vraag wie hun rolmodel is. Omdat ouders in dit verband vaak worden genoemd, werd deze groep bij voorbaat uitgesloten.

Tieners noemen het vaakst een familielid als rolmodel (37 procent): een opa of oma, maar ook broers en zussen, neven en nichten. Na familieleden volgen leraren (11 procent) en vrienden (9 procent). Predikanten of andere geestelijk leiders scoren 6 procent. De meeste tieners geven aan mensen die ze persoonlijk kennen of met wie ze een vriendschappelijke relatie onderhouden het meest te bewonderen. Na de groep van bekenden volgen popsterren en acteurs (6 procent), sporthelden (5 procent), politieke leiders (4 procent) en kerkleiders (4 procent). Zakenlieden, auteurs, wetenschappers en militairen worden elk in ongeveer 1 procent van de gevallen genoemd. Van de ondervraagden geeft 3 procent president Obama op als rolmodel; nog eens 3 procent noemt Jezus Christus. Op geestelijk gebied komen verder de paus en Mahatma Gandhi geregeld voor.

Tieners hebben uiteenlopende redenen waarom ze een rolmodel waarderen. Het vaakst worden de persoonlijke karaktereigenschappen genoemd (26 procent), zoals aardig, moedig, grappig, zorgzaam voor anderen. Ook willen tieners graag treden in de voetsporen van hun voorbeeld (22 procent). Een andere reden is dat de persoon „mij helpt een beter mens te worden†of „er altijd voor mij is.â€

Het onderzoek laat zien dat familieleden het meest worden gewaardeerd om de doelen die ze hebben bereikt, om de persoonlijke karaktertrekken en de hulp die ze bieden bij het overwinnen van tegenslag. Vrienden worden het meest gewaardeerd om de bemoediging die ze tieners bieden. De erkenning voor kerkleiders is gebaseerd op hun sterke overtuiging en morele leefstijl.

De leider van het onderzoek, David Kinnaman, trekt enkele conclusies. Volgens hem volgen tieners zowel in goede als slechte tijden de mensen die ze het beste kennen. Meer dan twee derde van de ondervraagden identificeert zich met een goede bekende. Spiritualiteit speelt slechts een bescheiden rol. Zelfs de rolmodellen van christelijke tieners verschillen nauwelijks van die van niet-christelijke jongeren. Uitzondering vormen tieners die actief zijn in de kerk. Zij zijn geneigd eerder een kerkleider te noemen. Wat Kinnaman opvalt is een verbreding van het blikveld. Tieners kiezen uit een breed spectrum, van skateboarders tot uitvinders.

Bron: reformatorisch dagblad