Na het oversteken van de Rode Zee kwam Mozes met zijn volk, na drie dagen lopen, zonder water te vinden bij Mara. Het water dat ze daar vonden was bitter. Mara betekent bitter. Het volk vroeg "Wat moeten wij nu drinken?", waarop God het water zoet maakte:  Hij riep tot de HEERE, en de HEERE wees hem een stuk hout. Dat wierp hij in het water. Toen werd het water zoet. Daar heeft Hij het volk een verordening en een bepaling gegeven, en daar heeft Hij het op de proef gesteld. Direct daarna open